Beleidsregel Cultuurnota 2021-2024 ‘Kunst kleurt de stad’

Het college van burgemeester en wethouders van Utrecht;

 

- gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de geldende Algemene subsidieverordening;

 

- en gelet op de Cultuurnota 2021-2024 ‘Kunst kleurt de stad’,

 

BESLUIT:

vast te stellen de volgende beleidsregel:

Beleidsregel Cultuurnota 2021-2024 ‘Kunst kleurt de stad’

 

 

 

 

 

Artikel 1 Begripsbepalingen (reikwijdte en definities)

In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

a. Meerjarige subsidieaanvraag: een aanvraag voor subsidie voor een periode van vier jaar, in het kader van de Cultuurnota 2021-2024.

b. Aanvrager: een (rechts) persoon die op voorgeschreven wijze een aanvraag voor subsidie indient.

c. Utrechtse culturele infrastructuur: het geheel van organisaties en voorzieningen die een bijdrage levert aan het culturele aanbod.

d. Culturele instelling: een organisatie met een culturele ambitie en doelstelling.

e. Meerjarenbeleidsplan: plan dat inzicht verschaft in de voorgenomen culturele activiteiten van een aanvrager voor de cultuurnotaperiode 2021-2024, plus de daarbij behorende informatie over bedrijfsvoering en begroting en dekkingsplan.

f. Adviescommissie Cultuurnota 2021-2024: een door het college van B&W ingestelde onafhankelijke commissie van externe deskundigen, die de meerjarige subsidieaanvragen 2021-2024 in een integrale procedure inhoudelijk en financieel beoordeelt en het college van B&W adviseert over het wel of niet subsidiëren van een aanvraag en de subsidiehoogte.

g. Nota Subsidieverdeling 2021-2024: het subsidie verdeelvoorstel voor de cultuurnotaperiode 2021-2024, gebaseerd op de Cultuurnota 2021-2024 ‘Kunst kleurt de stad’ en het advies van de Adviescommissie Cultuurnota 2021-2024. De Nota Subsidieverdeling 2021-2024 maakt onderdeel uit van de behandeling van de Programmabegroting 2021.

 

Artikel 2 Beleidsdoelstelling

De gemeente stelt in de periode 2021-2024 meerjarige subsidie beschikbaar in het kader van de Cultuurnota om:

1) In Utrecht zoveel mogelijk verschillende disciplines, genres en mengvormen daartussen mogelijk te maken met een uitdagend, kritisch, vernieuwend en verbindend cultureel leven als resultaat.

2) Utrecht een inclusieve en toegankelijke culturele metropool te laten zijn. Samen maken, tonen en beleven staat centraal. De culturele sector doet met programma’s, makers, personeel en publiek recht aan de diversiteit die onze stad kenmerkt.

3) Iedereen in Utrecht de kans te bieden zich artistiek te ontplooien, via een stevige keten van cultuureducatie, amateurkunst(educatie) naar talentontwikkeling en eventueel professionaliteit.

4) Kunstenaars en culturele organisaties artistiek, fysiek en financieel de ruimte te bieden om zichzelf én de stad verder te ontwikkelen.

 

 

 

Artikel 3 Eisen aan de aanvrager van subsidie

Subsidie kan worden aangevraagd door:

 

1. Rechtspersonen (stichtingen of verenigingen), die actief en aantoonbaar bijdragen aan de Utrechtse culturele infrastructuur.

2. Aanvragers dienen minimaal drie jaar, met aantoonbare solide bedrijfsvoering, activiteiten te hebben uitgevoerd, in de culturele sector.

3. Artikel 3 lid 2 is niet van kracht indien er sprake is van een nieuw initiatief dat is ontstaan uit bestaande organisaties. In dat geval geldt namelijk de eis dat minimaal één van de samenstellende organisaties minstens drie jaar aantoonbaar actief is op cultureel gebied.

 

Artikel 4 Vaststelling subsidieplafond

Onder voorbehoud van vaststelling van de begroting door de gemeenteraad is in de periode 2021-2024 jaarlijks 41,21 miljoen (prijsniveau 2019) beschikbaar voor de uitvoering van de Cultuurnota 2021-2024. Daarvan is 13,42 miljoen beschikbaar voor de vierjarige subsidieregeling.

 

Artikel 5 Subsidiabele activiteiten

In het kader van de Cultuurnota 2021-2024 subsidieert de gemeente Utrecht, op basis van het advies van de Adviescommissie Cultuurnota 2021-202, activiteiten die voldoen aan de criteria en bijdragen aan de uitgangspunten zoals geschetst in de Cultuurnota 2021-2024 ‘Kunst kleurt de stad’.

 

Artikel 6 Eisen aan de subsidieaanvraag

a. Een subsidieaanvraag moet voldoen aan de richtlijnen en verplichtingen van de Algemene Subsidieverordening.

b. De subsidieaanvraag bestaat in ieder geval uit een meerjarenbeleidsplan inclusief;

• een artistiek-inhoudelijk plan met aandacht voor de in de Cultuurnota 2021-2024 geformuleerde criteria en uitgangspunten.

• Informatie over de bedrijfsvoering, een sluitende begroting en dekkingsplan en bijbehorende toelichting voor de periode 2021-2024. Het jaarverslag en de jaarrekening 2018 en het (concept) jaarverslag 2019 zijn als bijlage aan de aanvraag toegevoegd.

• een passage waarin u ingaat op de wijze waarop u invulling geeft aan het in de Algemene Subsidieverordening verwoorde begrip toegankelijkheid.

c. Het meerjarenbeleidsplan heeft in totaal maximaal 10.000 woorden en bestaat uit genummerde pagina’s.

 

Artikel 7 Indiening subsidieaanvraag

a. De aanvraag in het kader van de Cultuurnota 2021-2024 moet worden ingediend voor 30 januari (17.00 uur) van het jaar 2020.

b. Alle aanvragen moeten worden ingediend bij het college van b en w, t.a.v. het subsidiebureau, gebruikmakend van het daarvoor bestemde digitaal aanvraag formulier. Dit formulier is te vinden op www.utrecht.nl/subsidie. Aanvragen die op een andere wijze worden ingediend, worden niet in behandeling genomen.

 

Artikel 8 Weigeringsgronden

In de Algemene Subsidieverordening staan een aantal weigeringsgronden opgenomen. In aanvulling daarop neemt de gemeente een subsidieaanvraag in het kader van deze regeling niet in behandeling wanneer:

a. De aanvrager uitsluitend activiteiten op het gebied van amateurkunsteducatie verricht

b. Aan de aanvrager voor de activiteiten, waarvoor op grond van deze regeling subsidie

wordt aangevraagd, reeds subsidie is verleend op grond van de regeling amateurkunsteducatie.

c. De aanvraag niet tijdig is ingediend, zoals beschreven in artikel 7a.

 

Artikel 9 Beoordeling

De Adviescommissie Cultuurnota 2021-2024 zal beoordelen of aanvragen aan de drie criteria zoals genoemd in de Cultuurnota 2021-2024 ‘Kunst kleurt de stad’ voldoen. Dat zijn;

1. Artistiek inhoudelijke kwaliteit

2. Zakelijke kwaliteit

3. Betekenis voor de stad

Op de eerste twee criteria wordt elke aanvraag individueel getoetst. De beoordeling van de artistieke en zakelijke kwaliteit vormt het uitgangs-en vertrekpunt voor de integrale afweging door de kerncommissie. In de integrale afweging komt de kerncommissie aan de hand van het derde criterium “Betekenis voor de stad” tot een rangschikking.

 

1: Artistiek - inhoudelijke kwaliteit

Centraal staan de visie en missie van de organisatie en de concrete vertaling hiervan in een meerjarig activiteitenplan. Dit vormt de basis voor de beoordeling van de artistiek-inhoudelijke kwaliteit door de Adviescommissie Cultuurnota 2021-2024.

Waar het de artistieke output betreft wordt kwaliteit beoordeeld aan de hand van de (klassieke) kernbegrippen;

- vakmanschap,

- zeggingskracht en

- oorspronkelijkheid.

 

De Adviescommissie Cultuurnota 2021-2024 kijkt voor de beoordeling van de inhoudelijke kwaliteit ook naar de betekenis van de organisatie in bredere context:

- de betekenis van de organisatie binnen het veld, de discipline of het genre;

- de betekenis voor het (potentiele) publiek of cultuurdeelnemers;

- het draagvlak voor de culturele organisatie;

- en de visie van de organisatie op inclusie

 

2: Zakelijke kwaliteit

Centraal staat hierbij of en hoe de organisatie in staat is om het meerjarig activiteitenplan op professionele wijze te realiseren. Daarin spelen de volgende aspecten een rol:

- de kwaliteit van bedrijfsvoering

- een realistische raming van kosten en inkomsten

- een sluitende begroting

- een evenwichtige financieringsmix

- de risico- en beheerstrategie bij afwijkende exploitatie

- de verhouding tussen het gevraagde bedrag, de activiteiten en het verwachtte resultaat

- de marketing- en communicatiestrategie

- de toepassing van de Code Cultural Governance

- De toepassing van de Fair Practice code volgens het principe pas toe en leg uit. Voor instellingen in de BIS wordt daarbij het ‘knock-out criterium’ gehanteerd.

- (een visie op) duurzaamheid

 

3: Betekenis voor de stad

In dit criterium wordt getoetst in hoeverre een bijdrage wordt geleverd aan de uitgangspunten voor de Cultuurnotaperiode 2021 - 2024.

- Pluriformiteit; is er in het plan sprake van een reflectie op de eigen positionering binnen Utrecht, in landelijk en eventueel internationaal perspectief?

- Inclusie; Is er sprake van een integrale, duurzame visie op diversiteit en inclusie, vanuit het eigen artistieke en inhoudelijke profiel geformuleerd en passend bij de aard en werking van de organisatie? Vinden activiteiten gespreid over de stad plaats?

- Creatief vermogen; Is sprake van een visie op het gebied van cultuureducatie en publiekswerking en is deze voldoende uitgewerkt?

- Ontwikkelruimte; Is er sprake van het bieden van artistieke, fysieke of financiële ruimte aan de ontwikkeling van makers? Is sprake van een bijdrage aan internationale ontwikkeling? Wordt door (op termijn) eerlijke beloning te hanteren gewerkt aan de ontwikkeling van de eigen organisatie en sector?

 

Artikel 10 Besluitvorming

Bij de besluitvorming wordt de volgende procedure gehanteerd:

- U krijgt een schriftelijke bevestiging van de ontvangst van uw subsidieaanvraag.

- Alle aanvragen worden getoetst aan de formele vereisten zoals deze zijn opgenomen in de geldende Algemene Subsidieverordening en in de beleidsregel Cultuurnota 2021-2024.

- Wanneer uw aanvraag niet volledig blijkt te zijn, krijgt u het verzoek om de gegevens binnen een week aan te vullen. Doet u dit niet, dan wordt de aanvraag niet in behandeling genomen.

- Als uw aanvraag voldoet aan de formele voorwaarden wordt deze ter beoordeling voorgelegd aan de Adviescommissie Cultuurnota 2021-2024. Tijdens de behandeling van uw aanvraag wordt geen informatie gegeven over de voortgang.

- De Adviescommissie Cultuurnota 2021-2024 presenteert in mei 2020 haar advies aan het college van burgemeester en wethouders.

- Het College van B&W besluit in juli 2020 of het advies van de Adviescommissie wordt overgenomen.

 

Artikel 11 Evaluatie

Een tussentijdse visitatie zal onderdeel uitmaken van de Cultuurnota 2021-2024. Over de precieze procedure hiervoor zal in de loop van 2021 besluitvorming plaatsvinden.

 

Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel

Deze beleidsregel treedt in werking op de datum van inwerkingtreding en eindigt op 31 december 2024. Deze beleidsregel kan worden aangehaald als beleidsregel Cultuurnota 2021-2024.

 

 

 

Aldus is vastgesteld door burgemeesters en wethouders van Utrecht in hun vergadering van 15 oktober 2019.

De secretaris, De burgemeester,

Drs. G. Haanen, Mr. J.H.C. van Zanen

Naar boven