Gemeenteblad van Noordwijk
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noordwijk | Gemeenteblad 2019, 252040 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noordwijk | Gemeenteblad 2019, 252040 | Beleidsregels |
Beleidsregel van de burgemeester van de gemeente Noordwijk houdende regels omtrent Sluitingsbeleid ex artikel 13b Opiumwet
Op grond van artikel 13b Opiumwet is de burgemeester bevoegd om een last onder bestuursdwang op te leggen indien in woningen of lokalen dan wel in of op bij woningen of zodanige lokalen behorende erven een middel als bedoeld in lijst I of II, behorende bij deze Wet, wordt verkocht, afgeleverd of verstrekt dan wel daartoe aanwezig is.
Het toepassen van de bevoegdheid van artikel 13b Opiumwet is een discretionaire bevoegdheid van de burgemeester waarbij moet zijn voldaan aan eisen van proportionaliteit en subsidiariteit. Om aan deze eisen te kunnen voldoen, is het wenselijk om beleidsregels op te stellen waarbij sprake is van het inzetten van verschillende middelen, bij verschillende overtredingen die in zwaarte oplopen, de zogenaamde “getrapte sanctionering”. Het vaststellen van beleidsregels bevordert tevens de rechtszekerheid omdat hierdoor eenduidig en transparant wordt gehandhaafd tegen overtredingen van de Opiumwet.
In deze beleidsregels is een stappenplan opgenomen met betrekking tot de sluiting van woningen en lokalen en bijbehorende erven wegens overtreding van de Opiumwet.
In de Opiumwet zijn straf- en verbodsbepalingen opgenomen met betrekking tot middelen als bedoeld in lijst I (harddrugs) en lijst II (softdrugs) behorende bij deze Wet.
Zoals in de inleiding reeds vermeld is de burgemeester op grond van artikel 13b Opiumwet bevoegd om een last onder bestuursdwang op te leggen indien in woningen of lokalen dan wel in of op bij woningen of zodanige lokalen behorende erven een middel als bedoeld in lijst I of II, behorende bij deze Wet, wordt verkocht, afgeleverd of verstrekt dan wel daartoe aanwezig is.
Uit vaste jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State volgt dat voor het ontstaan van de bevoegdheid om op grond van artikel 13b Opiumwet bestuursdwang toe te passen, niet is vereist dat daadwerkelijk harddrugs dan wel softdrugs zijn verhandeld, maar volgt uit het woord “daartoe” in deze bepaling dat de enkele aanwezigheid van een handelshoeveelheid drugs bestemd voor verkoop, aflevering of verstrekking de bevoegdheid verschaft tot sluiting van de woning of lokaal waar de drugs zijn aangetroffen. Met andere woorden: als meer drugs wordt aangetroffen dan de hoeveelheid die wordt aangemerkt als zijnde voor eigen gebruik, dan wordt de drugs geacht te zijn bedoeld voor verkoop, aflevering of verstrekking waarmee de sluitingsbevoegdheid op grond van artikel 13b Opiumwet vaststaat.
Het College van Procureurs-Generaal van het Openbaar Ministerie heeft in de “Aanwijzing Opiumwet” bepaald dat maximaal 0,5 gram harddrugs of 5 ml GHB (=harddrugs), 5 gram softdrugs en 5 hennepplanten of minder wordt aangemerkt als geringe hoeveelheid voor eigen gebruik. Indien de aangetroffen hoeveelheid de hoeveelheid voor eigen gebruik overtreft, is sprake van een handelshoeveelheid dan wel van bedrijfsmatige teelt van hennep (of de cannabis plant).
Uit de wetgeschiedenis van artikel 13b Opiumwet blijkt dat het doel van deze bepaling is: de preventie en beheersing van de uit drugsgebruik voortvloeiende risico’s voor de volksgezondheid, het voorkomen van nadelige effecten van de handel in en het gebruik van drugs op het openbare leven en andere lokale omstandigheden en het beschermen van de rechten van anderen (omwonenden).
De in artikel 13b Opiumwet neergelegde (sluitings)bevoegdheid betreft een bestuursrechtelijke bevoegdheid, geen strafrechtelijke.
De Opiumwet zelf bevat geen procedure en geen regels voor het opleggen van een last onder bestuursdwang. Voor het opleggen van een last onder bestuursdwang ex artikel 13b Opiumwet worden regels en de procedure uit de Algemene wet bestuursrecht (Awb) toegepast.
Een last onder bestuursdwang dient altijd te strekken tot het herstel van de onrechtmatige situatie. Het toepassen van bestuursdwang is er op gericht om de handel in of vanuit een woning of lokaal te beëindigen en beëindigd te houden. Bij een sluitingsbevel op grond van artikel 13b Opiumwet is er maar één manier om dat te doen: sluiting. De termijn die betrokkene krijgt, dient er niet toe om zodanige maatregelen te treffen dat sluiting wordt voorkomen, maar om zelf te sluiten.
In deze beleidsregels wordt aangesloten bij de “Aanwijzing Opiumwet” van het Openbaar Ministerie ten aanzien van de beoordeling of sprake is van een handelshoeveelheid drugs dan wel van beroeps- of bedrijfsmatige teelt van hennepplanten.
Er wordt in beginsel alleen over gegaan tot het treffen van de in artikel 1 en 2 van de handhavingsmatrix (pagina 4 ev.) neergelegde maatregelen als:
In het geval dat sprake is van een dealerindicatie of van beroeps- of bedrijfsmatige teelt van hennepplanten wordt, ongeacht de hoeveelheid aangetroffen drugs of planten, de hieronder in artikel 1 en 2 neergelegde handhavingsmatrix toegepast.
Er is in ieder geval sprake van een dealerindicatie indien één van de volgende indicatoren zich voordoet:
Bij het vaststellen van hetgeen beroeps- of bedrijfsmatige teelt is, spelen de volgende factoren (opgenomen in bijlage 1 bij de Aanwijzing Opiumwet van het Openbaar Ministerie) een rol:
Als algemeen beleidsuitgangspunt geldt voorts dat een last onder bestuursdwang tot sluiting van de woning of het lokaal dan wel de daarbij behorende erven wordt opgelegd en geen last onder dwangsom.
Anders dan een last onder dwangsom leidt een last onder bestuursdwang op iets langere of kortere termijn tot daadwerkelijke beëindiging van de overtreding en voorkoming van verdere overtreding(en). Bovendien zal -gelet op de in de drugsscene gemaakte winsten- het opleggen van een dwangsom niet snel leiden voldoende financiële prikkel opleveren om de overtreding onmiddellijk te beëindigen en beëindigd te houden.
Indien bijkomende feiten en/of omstandigheden daartoe aanleiding geven, kan worden afgeweken van de in deze notitie geformuleerde beleidsregels.
ARTIKEL 3: AFWIJKING HANDHAVINGSMATRIX
In afwijking van het in de handhavingsmatrix neergelegde stappenplan zoals genoemd in de artikelen 1 en 2 kan onmiddellijk worden overgaan tot de laatste stap van de matrix indien de volgende bijkomende feiten en/of omstandigheden zich voordoen:
belanghebbenden worden in beginsel -alvorens definitief tot het opleggen van een last onder bestuursdwang wordt besloten- in de gelegenheid gesteld zijn/haar zienswijze naar voren te brengen over het voorgenomen besluit. Hiertoe wordt het voorgenomen besluit uitgereikt of toegezonden aan belanghebbenden.
als belanghebbende binnen de gegeven begunstigingstermijn zelf tot sluiting van het pand overgaat dan dient hij/zij in aanwezigheid van en in overleg met een medewerker van de gemeente Noordwijk zoals aangegeven in de beschikking, de sloten van alle (toegangs)deuren te vervangen door een veiligheidsbeslag SKG drie sterren ® met cilindertrekbeveiliging of door een cilinder SKG drie sterren ® en alle sleutels aan de medewerker van de gemeente te overhandigen. De gemeente houdt de sleutels tot het verstrijken van de voorgeschreven sluitingstermijn onder zich;
Onder lokalen wordt in deze regeling verstaan: alle, al dan niet voor publiek toegankelijke lokalen zoals bijvoorbeeld onder meer vergunningplichtige inrichtingen in de zin van de Drank- en Horecawet, winkels, bedrijfspanden/loodsen en dergelijke.
Onder woningen wordt in deze regeling verstaan: bewoonde woningen, leegstaande woningen alsmede onzelfstandige woonruimte.
Onder overtreding wordt in dit beleid verstaan: het verkopen, afleveren of verstrekken dan wel daartoe aanwezig hebben van een middel als bedoeld in lijst I of II van de Opiumwet.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2019-252040.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.