Gemeenteblad van Hengelo
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Hengelo | Gemeenteblad 2019, 239029 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Hengelo | Gemeenteblad 2019, 239029 | Verordeningen |
Verordening Maatschappelijke Ondersteuning gemeente Hengelo 2019
De raad van de gemeente Hengelo;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 3 juni 2019;
de artikelen 2.1.3, 2.1.4, 2.1.5, 2.1.6, 2.3.6, 2.6.6, van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en artikel 149 gemeentewet;
het Beleidsplan Met respect… op weg naar een nieuw stelsel voor maatschappelijke ondersteuning;
Overwegende dat burgers een eigen verantwoordelijkheid dragen voor de wijze waarop zij hun leven inrichten en deelnemen aan het maatschappelijk leven; dat van burgers verwacht mag worden dat zij elkaar daarin naar vermogen bijstaan; dat burgers die zelf, dan wel samen met personen in hun omgeving onvoldoende zelfredzaam zijn of onvoldoende in staat zijn tot participatie, een beroep moeten kunnen doen op ondersteuning door de gemeente, zodat zij zo lang mogelijk in de eigen leefomgeving kunnen blijven wonen; dat het noodzakelijk is om regels vast te stellen ter uitvoering van het beleidsplan als bedoeld in artikel 2.1.2 van de wet met betrekking tot de ondersteuning bij de versterking van de zelfredzaamheid en participatie van personen met een beperking of met chronische psychische of psychosociale problemen, beschermd wonen en opvang, en dat het noodzakelijk is om de toegankelijkheid van voorzieningen, diensten en ruimten voor mensen met een beperking te bevorderen en daarmee bij te dragen aan het realiseren van een inclusieve samenleving;
vast te stellen de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Hengelo 2019
Hoofdstuk 1 Algemene Bepalingen
Artikel 1.1. Begripsbepalingen
In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
Centrale Intake Maatschappelijke Opvang Twente (CIMOT): het loket waarnaar een cliënt, na een melding als bedoeld in artikel 2.1. van de Verordening wordt verwezen en men het onderzoek als bedoeld in artikel 2.4 van de Verordening naar de noodzaak voor maatschappelijke ondersteuning voor opvang en beschermd wonen uitvoert.
Hoofdstuk 2 Procedurele Bepalingen
Het college kan cliënt alsmede zijn gemachtigde of vertegenwoordiger verplichten zich te legitimeren door middel van een identiteitsbewijs als bedoeld in de Wet op de identificatieplicht.
de mogelijkheden om met gebruikmaking van een algemene voorziening, zoals bedoeld in het beleidsplan, bedoeld in artikel 2.1.2 van de wet, of door het verrichten van maatschappelijk nuttige activiteiten te komen tot verbetering van zijn zelfredzaamheid of zijn participatie, of de mogelijkheden om met gebruikmaking van een algemene voorziening te voorzien in zijn behoefte aan beschermd wonen of opvang;
de mogelijkheden om door middel van voorliggende voorzieningen of door middel van samenwerking met zorgverzekeraars en zorgaanbieders als bedoeld in de Zorgverzekeringwet en partijen op het gebied van publieke gezondheid, jeugdhulp, onderwijs, welzijn, wonen, werk en inkomen, te komen tot een zo goed mogelijk afgestemde dienstverlening met het oog op de behoefte aan verbetering van zijn zelfredzaamheid of zijn participatie of aan beschermd wonen of opvang;
Hoofdstuk 4 Maatwerkvoorzieningen
Paragraaf 4.1. Criteria maatwerkvoorzieningen
Artikel 4.1.1. Criteria maatwerkvoorzieningen beperking zelfredzaamheid of participatie
De maatwerkvoorziening levert, rekening houdend met de uitkomsten van het in artikel 2.4. bedoelde onderzoek, een passende bijdrage aan het realiseren van een situatie waarin de cliënt in staat wordt gesteld tot zelfredzaamheid of participatie en zo lang mogelijk in de eigen leefomgeving kan blijven.
Als het college van oordeel is dat een cliënt zijn hulpvraag redelijkerwijs van te voren had kunnen voorzien en met zijn beslissing had kunnen voorkomen, kan het college besluiten dat de cliënt niet in aanmerking komt voor een maatwerkvoorziening met betrekking tot de zelfredzaamheid of participatie.
Artikel 4.1.2. Criteria maatwerkvoorzieningen psychische en psychosociale problemen
Een cliënt met psychische of psychosociale problemen en een cliënt die de thuissituatie heeft verlaten, al dan niet in verband met risico’s voor zijn veiligheid als gevolg van huiselijk geweld, komt voor een maatwerkvoorziening in aanmerking ter compensatie van de problemen bij het zich handhaven in de samenleving, voor zover de cliënt deze problemen - naar het oordeel van het college - niet kan wegnemen of verminderen:
De maatwerkvoorziening levert, rekening houdend met de uitkomsten van het door het CIMOT uitgevoerde onderzoek, gebaseerd op de bepalingen van de Verordening van de centrumgemeente Enschede, een passende bijdrage aan het voorzien in de behoefte van de cliënt aan beschermd wonen of opvang en aan het realiseren van een situatie waarin de cliënt in staat wordt gesteld zo zich snel mogelijk weer op eigen kracht te handhaven in de samenleving.
Paragraaf 4.2. Persoonsgebonden budget (pgb)
Artikel 4.2.1. Criteria voor een pgb
Als een cliënt in aanmerking komt voor een maatwerkvoorziening, maar de ondersteuning zelf wenst in te kopen door middel van een door het college te verstrekken pgb, dient de cliënt daartoe volgens een door het college ter beschikking gesteld format een gemotiveerde aanvraag in, samen met een ondersteunings- en budgetplan, waarbij de cliënt aangeeft:
Artikel 4.2.2. Professionele ondersteuning
Er is sprake van professionele ondersteuning als er sprake is van een van de in dit artikel genoemde situaties en de hulpverlener beschikt over een Verklaring omtrent gedrag (VOG) die na of kort voor indiensttreding bij zijn werkgever of de start van de ondersteuning is afgegeven:
staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en waarvan de activiteiten blijkens deze inschrijving bestaan uit het verlenen van ondersteuning die past binnen de kaders van de resultaatgebieden ondersteuning bij het huishouden, ondersteuning bij algemeen dagelijkse handelingen en vaardigheden (OB1 en OB 2), ondersteuning wonen en ondersteuning gericht op woningaanpassingen, ondersteuning gericht op het zich verplaatsen binnen de leefomgeving, ondersteuning in de vorm van beschermd wonen en ondersteuning in de vorm van (maatschappelijke) opvang.;
staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en waarvan de activiteiten blijkens deze inschrijving bestaan uit het verlenen van ondersteuning die past binnen de kaders van de resultaatgebieden ondersteuning bij het huishouden, ondersteuning bij algemeen dagelijkse handelingen en vaardigheden (OB1 en OB 2), ondersteuning wonen en verblijf, ondersteuning gericht op woningaanpassing en ondersteuning gericht op het zich verplaatsen binnen de leefomgeving;
een zaak wordt bepaald op ten hoogste de kostprijs van de zaak die de aanvrager op dat moment zou hebben ontvangen als de zaak in natura zou zijn verstrekt. Als de naturaverstrekking een tweedehands voorziening zou betreffen, wordt de kostprijs daarop gebaseerd, met een looptijd gelijk aan de verkorte termijn waarop de zaak technisch is afgeschreven, rekening houdend met onderhoud en verzekering. Als de naturaverstrekking een nieuwe voorziening zou betreffen, wordt de kostprijs daarop gebaseerd, rekening houdend met een eventueel door de gemeente te ontvangen korting;
de maximale tegemoetkoming per kalendermaand voor een hulp uit het sociaal netwerk zoals opgenomen in artikel 2ab van de Uitvoeringsregeling Wmo 2015, tenzij op basis van het budgetplan van de cliënt kan worden volstaan met een lagere tegemoetkoming. De tegemoetkoming wordt berekend aan de hand van het tarief zoals opgenomen in bijlage 1 onderdeel A van deze verordening.
ondersteuning door het sociale netwerk bij ondersteuning bij het huishouden ten hoogste 80% van de kostprijs van de in de betreffende situatie goedkoopst adequate te verstrekken voorziening in natura, of de goedkoopst adequate oplossing via de leverancier of de aanbieder waarmee de gemeente een contract heeft gesloten.
Paragraaf 4.4. Bijdrage voor gebruik maatwerkvoorzieningen
Artikel 4.4.1. Eigen bijdrage maatwerkvoorzieningen
Een cliënt is een bijdrage in de kosten verschuldigd voor een maatwerkvoorziening dan wel pgb zolang hij van de maatwerkvoorziening gebruik maakt of gedurende de periode waarvoor het pgb wordt verstrekt. Het bedrag per bijdrageperiode is gelijk aan die genoemd in artikel 3.8, eerste lid, van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015, waarbij het de bedoeling is dat de maximale bijdrage wordt geheven die de wetgever beoogd heeft.
Als de bijdrage voor een maatwerkvoorziening of pgb ten behoeve van een woningaanpassing voor een minderjarige cliënt is verschuldigd, is de bijdrage verschuldigd door de onderhoudsplichtige ouders, daaronder begrepen degene tegen wie een op artikel 394 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek gegrond verzoek is toegewezen, en degene die anders dan als ouder samen met de ouder het gezag uitoefent over een cliënt.
Artikel 4.4.2 Eigen bijdrage maatwerkvoorzieningen psychische en psychosociale problemen
Een cliënt is een eigen bijdrage verschuldigd in de kosten voor verblijf in een opvang of beschermd wonen. De bedragen per maand, de inkomensbedragen en de percentages die gelden voor de berekening van de eigen bijdrage zijn gelijk aan die genoemd in artikel 3.11 tot en met 3.20 van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015, waarbij het de bedoeling is dat de maximale bijdrage wordt geheven die de wetgever beoogd heeft.
Hoofdstuk 5. Kwaliteit, klachten en inspraak
Paragraaf 5.2. Klachten, medezeggenschap en meldingen
Artikel 5.2.1. Klachtregeling en medezeggenschapsregeling
Het college behandelt klachten van cliënten - dan wel hun gemachtigden, vertegenwoordigers of mantelzorgers- die betrekking hebben op de wijze van afhandeling van hulpvragen en aanvragen als bedoeld in deze verordening, overeenkomstig de bepalingen van de Procedureregeling Klachtbehandeling gemeente Hengelo.
Paragraaf 5.3. Betrekken ingezetenen bij beleid
Artikel 5.3.1. Inspraak en medezeggenschap
Het college stelt ingezetenen, waaronder in ieder geval cliënten of hun vertegenwoordigers vroegtijdig in de gelegenheid voorstellen voor het beleid betreffende maatschappelijke ondersteuning te doen, vroegtijdig gevraagd en ongevraagd advies uit te brengen bij de besluitvorming over verordeningen en beleidsvoorstellen betreffende maatschappelijke ondersteuning, en voorziet hen van ondersteuning om hun rol effectief te kunnen vervullen.
Hoofdstuk 6 Bestrijding, Misbruik En Oneigenlijk Gebruik Van De Wet
Artikel 6.1. Nieuwe feiten en omstandigheden
Onverminderd artikel 2.3.8 van de wet doet een cliënt aan het college op verzoek of onverwijld uit eigen beweging mededeling van alle feiten en omstandigheden, waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat deze aanleiding kunnen zijn tot heroverweging van een beslissing als bedoeld in artikel 2.3.5 of 2.3.6 van de wet.
Als het college een beslissing op grond van artikel 6.2., eerste lid 1, onder a, heeft ingetrokken dan wel herzien en de verstrekking van de onjuiste of onvolledige gegevens opzettelijk door de cliënt heeft plaatsgevonden, kan het college van de cliënt en degene die daaraan opzettelijk zijn medewerking heeft verleend, geheel of gedeeltelijk de geldswaarde vorderen van de ten onrechte genoten maatwerkvoorziening of het ten onrechte genoten pgb.
Als het college heeft vastgesteld dat de zorg die de aanbieder levert niet voldoet aan de kwaliteitseisen volgend uit de wet en/of de kwaliteitseisen die zijn opgenomen in de verordening en het college op basis daarvan een beslissing heeft ingetrokken dan wel herzien, kan het college van de cliënt en of de aanbieder, geheel of gedeeltelijk de geldswaarde vorderen van de ten onrechte genoten maatwerkvoorziening of het ten onrechte genoten pgb.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2019-239029.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.