1e Wijzigingsverordening Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Zuidplas

Artikel I

Artikel 2:29 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Openbare inrichtingen zijn gesloten van maandag tot en met vrijdag tussen 1.00 uur en 6.00 uur, en op zaterdag en zondag tussen 3.00 uur en 6.00 uur.

 

  • 2.

    Het is verboden een openbare inrichting voor bezoekers geopend te hebben of bezoekers in de inrichting te laten verblijven na sluitingstijd.

 

  • 3.

    Het is de openbare inrichting verboden om op zaterdag en zondag tussen 02.00 uur en 03.00 uur:

    • a.

      te schenken aan de in de openbare inrichting aanwezige bezoekers.

    • b.

      bezoekers toe te laten.

 

  • 4.

    De burgemeester kan:

    • a.

      ontheffing verlenen van de in het eerste lid genoemde sluitingstijden.

    • b.

      door middel van een vergunningvoorschrift andere sluitingstijden vaststellen voor een afzonderlijke openbare inrichting en/of een daartoe behorend terras.

 

  • 5.

    In afwijking van het eerste lid gelden voor openbare inrichtingen als bedoeld in artikel 2:28, zesde lid, onder a en c, en daartoe behorende terrassen de sluitingstijden van de Verordening winkeltijden Zuidplas 2014.

 

  • 6.

    Het in het eerste, tweede lid bepaalde geldt niet voor zover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door op de Wet milieubeheer gebaseerde voorschriften.

Artikel II

De toelichting van artikel 2:29 wordt als volgt aangepast:

 

Eerste, tweede en derde lid

 

Artikel 2:29 voorziet in een sluitingsregeling. Daarin is onderscheid gemaakt tussen de sluitingstijden op werkdagen en de sluitingstijden gedurende het weekeinde.

De sluitingsbepalingen betreffen de gedeelten van de inrichting, waarin de eigenlijke horecawerkzaamheden worden uitgeoefend: een op het trottoir gesitueerd terras behoort wel tot de inrichting, de zich boven de inrichting bevindende woning van de exploitant niet. Ook sportkantines, sociëteiten, clublokalen, verenigingsgebouwen e.d. zijn als inrichting aan te merken.

 

Het besloten karakter van een horecabedrijf kan de veronderstelling wekken dat de in de APV opgenomen sluitingstijden niet van toepassing zijn op dat bedrijf: immers, volgens de jurisprudentie kan een gemeentelijke verordening geen activiteiten betreffen die elk karakter van openbaarheid missen. Dit kan echter niet worden gezegd van activiteiten die een weerslag hebben op een openbaar belang, waarvan ook sprake is bij besloten horecabedrijven. De sluitingsuurbepaling ziet niet op activiteiten binnen het bedrijf, maar op de (nadelige) invloed die daarvan uitgaat op de omgeving: bijvoorbeeld in de vorm van overlast van komende en gaande bezoekers (het aan en afrijden van auto's, het slaan met portieren, claxonneren, menselijk stemgeluid e.d.).

 

De sluitingstijd van de openbare inrichtingen is gewijzigd van 02.00 uur naar 03.00 uur op de zaterdag en zondag. Tevens is bepaald dat na 2.00 uur geen nieuwe bezoekers toegelaten mogen worden en dat na 2.00 uur niet meer geschonken mag worden aan de in de openbare inrichting aanwezige bezoekers. Onder schenken wordt ook verstaan het aanbieden van welke consumpties dan ook. Dit houdt ook in dat consumpties niet om niet aangeboden mogen worden. Door de openbare inrichting van 2.00 uur tot 3.00 uur nog niet te sluiten worden de aanwezige bezoekers in de gelegenheid gesteld om hun consumptie te nuttigen en vervolgens de openbare inrichting te verlaten. Hierdoor wordt er een gefaseerd vertrek gecreëerd van de bezoekers uit de openbare inrichting. Op deze manier wordt de overlast van vertrekkend publiek en de daarmee eventueel gepaard gaande strafbare feiten teruggedrongen.

 

Vierde lid

 

In afwijking van de in het eerste lid genoemde sluitingstijden, kan de burgemeester andere sluitingstijden vaststellen voor een afzonderlijke openbare inrichting. Dat kan neerkomen op een verruiming van de openingstijden, of op een beperking. Het derde lid geeft de burgemeester de bevoegdheid dat te regelen met een voorschrift bij de exploitatievergunning of door middel van een ontheffing indien voor de exploitatie van de openbare inrichting geen vergunning vereist is. Een vergunningvoorschrift moet strekken tot bescherming van het belang of de belangen in verband waarmee de vergunning vereist is.

 

Vijfde lid

 

Het vierde lid bepaalt de openingstijden voor de openbare inrichtingen die op grond van artikel 2:28, eerste lid, onder a en c, zijn uitgezonderd van de exploitatievergunningplicht. De bepaling waarborgt dat de openingstijden gelijk zijn aan de openingstijden van winkelvoorzieningen.

 

Zesde lid

 

Een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:27 kan vergunningplichtig zijn ingevolge de Wet milieubeheer of onder de werking van het Activiteitenbesluit. Aan een krachtens de wet te verlenen vergunning kunnen eveneens voorschriften worden verbonden dan wel nadere eisen worden gesteld ter voorkoming van de indirecte gevolgen van de inrichting.

De sluitingsbepalingen van de APV gelden derhalve niet voor zover de op de Wet milieubeheer gebaseerde voorschriften van toepassing zijn. De Wet milieubeheer beoogt een uitputtende regeling te geven ter voorkoming of beperking van alle nadelige gevolgen van het milieu door het in werking zijn van krachtens die wet aangewezen inrichtingen. De gemeenteraad is niet bevoegd die regeling bij verordening aan te vullen, indien daarmee wordt beoogd dezelfde belangen te beschermen.

De raad kan dus niet aanvullend via de APV gevaar, schade of hinder of andere belangen die onder het begrip "bescherming van het milieu" vallen, tegengaan die wordt veroorzaakt door een inrichting die vergunningplichtig is ingevolge de. Wet milieubeheer.

Artikel III

Deze verordening treedt in werking de dag na bekendmaking.

 

Vastgesteld door de gemeenteraad van de gemeente Zuidplas in de openbare vergadering van

29 augustus 2017.

J.J.A, van Houwelingen,

plv griffier

K.J.G. Kats,

voorzitter

Naar boven