Gemeenteblad van Tiel
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Tiel | Gemeenteblad 2019, 237934 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Tiel | Gemeenteblad 2019, 237934 | Verordeningen |
Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Tiel houdende regels omtrent rechtspositie (Verordening rechtspositie Raads- en commissieleden Tiel 2019)
gelezen het voorstel van het presidium d.d. 16 juli 2019;
gelet op de artikelen 95, eerste en tweede lid, 96, eerste en tweede lid, en 97, 98, 99 van de Gemeentewet de artikelen 3.1.1, vijfde lid, 3.1.3, eerste lid, 3.1.4, eerste lid, 3.1.8, eerste lid, 3.1.9, eerste lid, 3.3.2, 3.3.3, tweede lid, 3.4.1, eerste lid, en 3.4.2 en 3.3.8 van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers;
vast te stellen de volgende verordening: “Verordening rechtspositie raads- en commissieleden Tiel 2019”
Artikel 2. Toelage raadslid onderzoekscommissie en bijzondere commissie
Een raadslid dat lid is van een onderzoekscommissie als bedoeld in artikel 155a, derde lid, van de Gemeentewet wordt voor de duur van de activiteiten van die commissie ten laste van de gemeente een toelage toegekend. De hoogte van de toelage wordt vastgesteld bij het besluit van de gemeenteraad om een onderzoekscommissie in te stellen. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.1.3., eerste lid, Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers, bedraagt de toelage niet meer dan maximaal driemaal de maandelijkse vergoeding voor de werkzaamheden.
Artikel 3. Reiskosten woon-werkverkeer raads- en commissieleden
Voor het reizen van en naar het gemeentehuis ten behoeve van het bijwonen van de raadsvergaderingen en raadsactiviteiten, wordt maandelijks een vaste vergoeding woon- werkverkeer verstrekt van € 0,19 per kilometer. Uitgaande van een gemiddeld bezoek aan het gemeentehuis van 2 dagen per week, wordt de hoogte van de vergoeding als volgt berekend: (2/5 x 214) 85,6 dagen x …. aantal kilometers x € 0,19 = €……. netto vergoeding op jaarbasis. Voor de vaste vergoeding per maand wordt de uitkomst gedeeld door 12.
Artikel 5. Verzekering raadsleden voor arbeidsongeschiktheid, ouderdom en overlijden
Een raadslid ontvangt gedurende de uitoefening van zijn functie maandelijks een bedrag waarmee voorzieningen getroffen kunnen worden ter zake van arbeidsongeschiktheid, ouderdom en overlijden. Het totaalbedrag per jaar is gelijk aan de vergoeding voor de werkzaamheden voor een maand, zoals bedoeld in artikel 3.1.1, eerste lid, Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers.
Artikel 6. Nadere regels niet- partijpolitiek georiënteerde scholing raads- en commissieleden
Artikel 7. Informatie- en communicatievoorzieningen raads- en commissieleden
Een raads- of commissielid tekent een bruikleenovereenkomst wanneer hem ten laste van de gemeente voor de duur van de uitoefening van zijn functie informatie- en communicatievoorzieningen ter beschikking worden gesteld bedoeld in artikel 3.3.2 Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers. Het college stelt het model van de bruikleenovereenkomst vast.
Artikel 8. Aanwijzing als eindheffingsbestanddeel
Als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 worden verder aangewezen de vergoedingen, tegemoetkomingen en verstrekkingen, genoemd in deze verordening, voor zover deze worden gerekend tot een vergoeding, tegemoetkoming of verstrekking als bedoeld in artikel 31a, tweede lid, onderdelen a tot en met h, van de Wet op de Loonbelasting 1964.
Artikel 9. Betaling vaste vergoedingen
Tenzij het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers of de Rechtspositieregeling decentrale politieke ambtsdragers anders bepalen, vindt de betaling van de vergoeding van commissieleden, bedoeld in artikel 3.4.1 het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers maandelijks plaats met inachtneming van een vergoeding per bijgewoonde vergadering.
Artikel 11. Intrekking vigerende verordening
De Verordening rechtspositie wethouders, raadsleden- en commissieleden 2012 wordt ingetrokken op de dag van inwerkingtreding van de “Verordening rechtspositie raads- en commissieleden Tiel 2019.
Aldus vastgesteld in de vergadering van de raad van de gemeente Tiel, 18 september 2019,
De griffier,
De voorzitter,
Toelichting verordening rechtspositie raads- en commissieleden Tiel 2019
In de wet en nadere regelgeving zijn alle van belang zijnde onderwerpen geregeld betreffende de rechtspositie van gemeentelijke politieke ambtsdragers. In de Gemeentewet is aangegeven dat de nadere invulling van de rechtspositie van raads- en commissieleden alsmede de financiële voorzieningen moet worden geregeld bij of krachtens de wet ( AMvB en ministeriele regeling). Deze nadere regeling is vastgelegd in het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers. In de Rechtspositieregeling decentrale politieke ambtsdragers zijn de (onkosten) vergoedingen nader uitgewerkt.
In deze verordening zijn alleen bepalingen opgenomen inzake de rechtspositie van raadsleden en leden van gemeentelijke commissies zover die niet dwingend geregeld zijn in hogere wet- en regelgeving. De grondslag hiervoor is te vinden in de Gemeentewet en het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers. Bij de laatste moderniserings- en harmoniseringsoperatie, betreffende de rechtspositiebesluiten voor decentrale politieke ambtsdragers zijn er wederom een aantal bepalingen imperatief in hogere wet- en regelgeving vastgelegd. De overweging hierbij is dat het bestuurlijk wenselijk is om de voorzieningen zoals vergoedingen, tegemoetkomingen en andere rechtspositionele aanspraken voor decentrale politieke ambtsdragers dwingendrechtelijk in hogere wet- en regelgeving vast te leggen om politieke discussies te voorkomen. Dit betekent dat er voor gemeenten minder ruimte is om lokaal bij verordening van wettelijke regelingen af te wijken.
Artikel 2 Toelage raadslid onderzoekscommissie en bijzondere commissie
Dit betreft de toelagen voor raadsleden die lid zijn van een onderzoekscommissie en andere bijzondere commissie. De Gemeentewet biedt de mogelijkheid om een onderzoekscommissie (raadsenquête) in te stellen. In Tiel is tot op heden geen gebruik gemaakt van deze mogelijkheid. Mocht het daar ooit van komen, dan kan op basis van artikel 2 een extra toelage worden toegekend aan raadsleden die lid zijn van een dergelijke commissie. De hoogte van die extra toelage wordt vastgesteld bij het besluit om een onderzoekscommissie in te stellen.
Voor de leden van een andere bijzondere commissie kan op dezelfde wijze als een vertrouwenscommissie en rekenkamerfunctie een vergoeding worden toegekend. In het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers is namelijk geregeld dat raadsleden die zitting hebben in een rekenkamercommissie of vertrouwenscommissie, een toelage van €120,00 bruto per maand ontvangen (voor de duur van de werkzaamheden).
Artikel 3 Reiskosten woon- werkverkeer raads- en commissieleden
Raads- en commissieleden hebben recht op een vergoeding reiskosten woon- werkverkeer. Het gaat hierbij om de reis van het woonadres naar het gemeentehuis. Door te kiezen voor een vaste maandelijkse vergoeding wordt een arbeidsintensieve verwerking bij variabele vergoeding op declaratiebasis voorkomen. De uitbetaling van de vaste vergoeding is gebaseerd op het gemiddeld aantal dagencriterium (maximaal 214 dagen per jaar) dat de Belastingdienst hanteert voor de vergoeding woon- werkverkeer aan ambtenaren.
Artikel 4. Reis- en verblijfkosten raads- en commissieleden voor reizen buiten de gemeente
Ingevolge artikel 96, in samenhang met artikel 97, van de Gemeentewet kunnen kosten voor (dienst)reizen buiten het grondgebied van de gemeente alleen op basis van een verordening van de gemeenteraad worden vergoed. In deze bepaling is bij verordening geregeld dat raads- en commissieleden een vergoeding van de reis- en verblijfkosten voor reizen buiten het grondgebied van de gemeente kunnen krijgen ter uitvoering van een beslissing van het gemeentebestuur. Onder reizen “buiten de gemeentegrenzen” kunnen ook de buitenlandse dienstreizen worden geschaard. De naar redelijkheid gemaakte reis- en verblijfkosten voor dienstreizen in het buitenland, die door of vanwege de gemeente zijn georganiseerd komen ook voor vergoeding in aanmerking. De vergoeding voor noodzakelijke en redelijkerwijs gemaakte verblijfkosten is niet nader ingevuld en is een lokale aangelegenheid per gemeente. Omdat in het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers verder geen eigen vergoedingsregeling is opgenomen, is aansluiting gezocht bij de vergoedingsregelingen voor wethouders.
Artikel 5. Verzekering raadsleden voor arbeidsongeschiktheid, ouderdom en overlijden
Raadsleden zijn vaak een significant deel van de werkweek voor de gemeenteraad bezig en kunnen daardoor vaak in hun hoofdfunctie minder pensioen opbouwen. Raadsleden hebben bovendien niet allemaal een hoofdfunctie in loondienst. In artikelen 3.1.9 is daarom de grondslag gecreëerd om bij verordening te bepalen dat de raadsleden een bedrag per jaar ontvangen ter hoogte van één maandbedrag van hun vergoeding voor de werkzaamheden, waarmee zij voorzieningen kunnen treffen ter zake van arbeidsongeschiktheid, ouderdom en overlijden. Dit bedrag zal in maandelijkse termijnen worden uitgekeerd gedurende het uitoefenen van de functie.
Artikel 6. Nadere regels niet-partijpolitiek georiënteerde scholing raads- en commissieleden
Voor raads- en commissieleden is expliciet bepaald dat de kosten voor niet-partijpolitiek georiënteerde functionele scholing, zoals deelname aan congressen en opleidingen, ten laste kunnen worden gebracht van de gemeente. Partijpolitieke scholing komt niet voor vergoeding door de gemeente in aanmerking. De inhoud van de scholing is bepalend of deze al dan niet partijpolitiek georiënteerd is. Wanneer scholing verzorgd wordt door een politieke partij betekent dat niet automatisch dat de scholing partijpolitiek georiënteerd is.
Om in aanmerking te komen voor vergoeding van de scholingskosten, moet gemotiveerd worden dat het gaat om functiegerichte scholing. Scholing is functiegericht als zij beoogde voor de functie benodigde kennis en vaardigheden te verwerven dan wel actueel te houden. Scholing is partijpolitiek georiënteerd als zij geheel of gedeeltelijk tot doel heeft betrokkene op te leiden in het gedachtengoed van de desbetreffende partij. Onder scholingskosten wordt verstaan de cursus- en lesgelden, de kosten van het studiemateriaal, examen- en diplomakosten en de aanschafkosten van verplicht gesteld studiemateriaal , alsmede reis- en verblijfkosten in het kader van de opleiding.
Overigens kan de gemeente zelf ook scholing (laten) verzorgen. Ook die lasten komen ten laste van de gemeente.
Artikel 7. Informatie- en communicatievoorzieningen
Het college van burgemeester en wethouders stelt ten laste van de gemeente aan een raadslid, wethouder of de burgemeester voor de duur van de uitoefening van zijn functie de noodzakelijke informatie- en communicatievoorzieningen ter beschikking. Ook commissieleden kunnen aanspraak maken op ICT-middelen op grond van art. 3.4.4 Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers. Onder informatie- en communicatievoorzieningen wordt ook verstaan een smartphone een computer en de daarbij behorende (internet)abonnementen. Er mag slechts één computer verstrekt worden. Geadviseerd wordt te verstrekken op basis van een bruikleenovereenkomst. Een computer is een desktop, laptop, tablet- of minicomputer. Een smartphone is niet te kwalificeren als computer.
Artikel 8. Aanwijzing als eindheffingsbestanddeel
In het kader van de werkkostenregeling op grond van artikel 31 Wet op de Loonbelasting 1964 zijn een aantal vergoedingen in het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers en de verordening aangewezen als eindheffingsbestanddeel. De gemeente draagt in dat geval de loonbelasting, waardoor de vergoeding belastingvrij (netto) aan de politieke ambtsdrager kan worden overgemaakt. Anders worden deze door de Belastingdienst als loon gezien en moet hierover bij de politieke ambtsdragers loonbelasting worden ingehouden. In het kader van de werkkostenregeling kan in de financiële administratie worden aangegeven of een verstrekking of vergoeding onder de gerichte vrijstellingen, intermediaire kosten of onder de nihil-waarderingen valt.
Gemeenten mogen daarnaast een verstrekking of vergoeding in de vrije ruimte - tot 1,2% fiscale loonsom - onderbrengen zonder fiscale consequenties. Indien de grens van 1,2% wordt overschreden, zal de gemeente 80% eindheffing moeten betalen.
Artikel 9, 10 Betaling vaste vergoedingen & betaling en declaratie van onkosten
Het Rechtspositiebesluit en de Rechtspositieregeling decentrale politieke ambtsdragers regelen wanneer de vergoedingen en onkosten betaald moeten worden aan raads- en commissieleden. Daar waar geen expliciete termijn is genoemd, kunnen deze artikelen uitkomst bieden. De betaling van onkosten kan worden voorgeschoten uit eigen middelen, later gedeclareerd worden of de factuur wordt rechtstreeks naar de gemeente verstuurd. Hierbij gaat de voorkeur uit naar rechtstreeks facturering bij de gemeente. Raads- en commissieleden declareren hun kosten bij de griffier.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2019-237934.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.