Nadere regels Algemene Plaatselijke Verordening Heemstede 2019

Het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Heemstede, elk voor zover hun bevoegdheid strekt;

gelezen het voorstel van het college van 12 januari 2016;

gelet op artikel 2:10, tweede lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening 2017;

besluiten vast te stellen:

Nadere regels Algemene Plaatselijke Verordening Heemstede 2019:

Artikel 1 Uitstallingen

• 1. Het is toegestaan om voor een winkelpand voorwerpen uit te stallen, mits op het trottoir een doorgang van tenminste 1.50 meter beschikbaar blijft.

• 2. De uitstalling mag alleen bestaan uit voorwerpen die dienen ter bevordering van de verkoop danwel de verstrekking van diensten in het pand waarvoor de uitstalling zich bevindt.

• 3. De uitstalling mag geen scherpe uitstekende delen hebben, moet goed zichtbaar en compact zijn en een stevige constructie hebben.

• 4. De uitstalling moet zijn verwijderd als de winkel gesloten is.

Artikel 2 Reclameborden

• 1. Ontheffing voor de plaatsing van reclameborden aan lantaarnpalen en verkeersborden kan worden verleend voor maximaal 15 reclameborden en onder de volgende voorwaarden:

• a. de reclameborden richten zich op evenementen en culturele activiteiten.

• b. per instelling wordt voor maximaal 10 reclameborden ontheffing verleend.

• c. een ontheffing wordt verleend voor maximaal 14 dagen.

• d. ontheffing wordt in principe alleen verleend aan Heemsteedse instellingen of organisaties en landelijke charitatieve of maatschappelijke acties of campagnes. Aan culturele instellingen uit buurgemeenten kan ontheffing worden verleend als 3 weken voor de gevraagde datum nog niet voor 15 reclameborden ontheffing is verleend. Voor deze instellingen zijn in totaal maximaal 5 borden beschikbaar.

• e. reclameborden mogen niet worden geplaatst in de onmiddellijke omgeving van een kunstwerk, in plantsoenen of gazons of bevestigd aan bomen of in het centrumgebied, als bedoeld in artikel 5.

• 2. Reclameborden die zijn geplaatst zonder ontheffing, of die na verloop van de ontheffing niet terstond worden opgeruimd, worden terstond verwijderd. De kosten worden bij de betreffende instelling of organisatie in rekening gebracht.

• 3. Ontheffing wordt niet verleend aan een instelling die meerdere malen heeft gehandeld in strijd met de voorschriften.

Artikel 3 Spandoeken

• 1. Ontheffing voor het ophangen van spandoeken boven de weg wordt alleen verleend voor de plaatsen die daarvoor beschikbaar zijn.

• 2. De plaatsen die beschikbaar zijn voor spandoeken zijn:

• a. de Raadhuisstraat, ter hoogte van de Provinciënlaan;

• b. de Raadhuisstraat, ter hoogte van de Kerklaan;

• c. de Binnenweg, ter hoogte van de Julianalaan;

• d. de Binnenweg, ter hoogte van de Koediefslaan.

• 3. Aanvragen worden op volgorde van binnenkomst behandeld.

Artikel 4 Terrassen

• 1. Het is toegestaan om voor een openbare inrichting een terras op de weg te plaatsen, mits op het trottoir een doorgang van tenminste 1.50 meter beschikbaar blijft.

• 2. Het terrasmeubilair moet tijdens de sluitingsuren zoveel mogelijk op eigen terrein worden opgeslagen. Voor zover opslag op de openbare weg plaatsvindt, dient het meubilair zodanig te worden opgeslagen en beveiligd dat het niet kan worden gebruikt en niet kan worden verplaatst.

Artikel 5 Centrumgebied

• 1. In afwijking van en in aanvulling op de voorgaande artikelen gelden voor het centrumgebied de voorschriften opgenomen in de notitie Centrumgebied Heemstede, deel 3 (Uitstallingen en terrassen), de Nadere regels terrassenbeleid en uit de Welstandsnota 2016 Heemstede onder de Welstandscriteria objecten, Reclame (object 6).

• 2. In de gevallen waarin de in het eerste lid genoemde notitie niet voorziet, geldt deze regeling.

Artikel 6 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2016.

Artikel 7 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Nadere regels Algemene Plaatselijke Verordening Heemstede 2019.

Vastgesteld door het college en door de burgemeester, elk voor zover hun bevoegdheid strekt, op 26 januari 2016, en gewijzigd bij besluit van 29 januari 2019.