Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Opsterland houdende regels omtrent de heffing en invordering van reclamebelasting Gorredijk (Verordening Reclamebelasting Gorredijk 2019)

De raad van de Gemeente Opsterland,

 

  • -

    gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d 26 april 2019;

  • -

    gelet op het bepaalde in artikel 227 van de Gemeentewet,

  • -

    gelet op de motie van 11 maart 2019,

  • -

    overwegende dat de winkeliersvereniging WHI instemt met dit voorstel,

 

besluit:

 

  • 1.

    de "Verordening Reclamebelasting Gorredijk 2019" vast te stellen;

  • 2.

    De reclamebelasting als bate en de subsidie aan de Stichting Ondernemersfonds Gorredijk, na aftrek van perceptie kosten, als last structureel op te nemen in de begroting.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    reclameobject: openbare aankondiging in letters, symbolen of kleuren, of een combinatie daarvan, zichtbaar vanaf de openbare weg;

  • b.

    onroerende zaak: Als onroerende zaak wordt aangemerkt de onroerende zaak , bedoeld in hoofdstuk III van de Wet waardering onroerende zaken;

  • c.

    tussenpersoon: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die zijn bedrijf maakt van het verlenen van bemiddeling bij het tot stand brengen en sluiten van overeenkomsten in opdracht en op naam van personen tot wie hij niet in vaste betrekking staat;

  • d.

    exploitant: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die zijn bedrijf maakt van het ten behoeve van derden tegen vergoeding aanbrengen van reclameobjecten op door hem daartoe beschikbaar gestelde oppervlakten;

  • e.

    jaar: een kalenderjaar.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de titel 'reclamebelasting' wordt een belasting geheven ter zake van openbare aankondigingen zichtbaar vanaf de openbare weg.

Artikel 3 Belastingplicht

  • 1.

    De reclamebelasting wordt geheven van degene van wie, dan wel ten behoeve van wie, al dan niet met vergunning, de reclameobjecten worden aangetroffen.

  • 2.

    In afwijking van het bepaalde in het eerste lid wordt de reclamebelasting ter zake van reclameobjecten die door tussenkomst van een exploitant zijn aangebracht, geheven van die exploitant.

Artikel 4 Gebiedsomschrijving

Deze verordening op de heffing en invordering van reclamebelasting Gorredijk is van toepassing voor het centrumgebied en aanpalende woonwijken van Gorredijk. Het gebied is aangegeven op de bij deze verordening behorende kaart.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en differentiatie in belastingtarieven

  • 1.

    De reclamebelasting wordt geheven per onroerende zaak voorzien van een of meerdere openbare aankondigingen ;

  • 2.

    De heffingsmaatstaf is een bedrag dat afhankelijk is van de waarde van de onroerende zaak die is bepaald in hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken voor het kalenderjaar;

  • 3.

    Indien met betrekking tot een onroerende zaak bedoeld in het tweede lid geen waarde is vastgesteld op de voet van hoofdstuk III of IV van de Wet waardering onroerende zaken wordt de heffingsmaatstaf van die onroerende zaak bepaald met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 16, 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken;

  • 4.

    Het bedrag van de belasting bedraagt bij een waarde van de onroerende zaak (gebruikersgedeelte) van:

     

    - €

    0,=

    tot

    € 50.000,=

    € 150,=

    - €

    50.000,=

    tot

    € 100.000,=

    € 250,=

    - €

    100.000,=

    tot

    € 200.000,=

    € 350,=

    - €

    200.000,=

    tot

    € 350.000,=

    € 450,=

    - €

    350.000,=

    tot

    € 500.000,=

    € 550,=

    - €

    500.000,=

    tot

    € 750.000,=

    € 650,=

    - > €

    750.000,=

     

     

    € 750,=

Artikel 6 Belastingtijdvak

Het belastingtijdvak is gelijk aan het kalenderjaar .

Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld

  • a.

    De belastingschuld ontstaat op de peildatum;

  • b.

    De peildatum in 2019 is 1 juli van het belastingtijdvak;

  • c.

    De peildatum in de jaren daarna is 1 maart van het belastingtijdvak.

Artikel 8 Wijze van heffing

De reclamebelasting wordt geheven via een aanslag.

Artikel 9 Vrijstellingen

De reclamebelasting wordt niet geheven voor openbare aankondigingen:

  • a.

    die als algemene bewegwijzering waarmee een algemeen belang wordt gediend, kunnen worden aangemerkt;

  • b.

    die door de gemeente of in opdracht van de gemeente is geplaatst of aangebracht

  • c.

    die door (semi-)overheden of culturele, maatschappelijke of daarmee gelijk te stellen lichamen met ideële doelstellingen zijn aangebracht en betrekking hebben op activiteiten die uitsluitend een cultureel, maatschappelijk, charitatief of ideëel belang dienen;

  • d.

    aangebracht op bouwterreinen, voor zover deze opschriften rechtstreeks betrekking hebben op de op dat terrein in uitvoering zijnde bouwwerkzaamheden;

  • e.

    bestemd voor de verkoop of verhuur van onroerende zaken, indien deze aanwezig zijn in de onmiddellijke nabijheid van de te verkopen of te verhuren zaak;

  • f.

    die zijn aangebracht op abri's en lichtmasten;

  • g.

    die door politieke partijen zijn aangebracht en die een ideëel belang dienen;

  • h.

    aangebracht op scholen, zorginstellingen, ziekenhuizen, kerken en sportaccommodaties, en die betrekking hebben op de functie van het gebouw .

Artikel 10 Betalingstermijn

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de lnvorderingswet moeten de aanslagen worden betaald in één termijn, vervallende op de laatste dag van de maand volgende op die welke in de dagtekening is vermeld.

  • 2.

    Indien voor de betaling van de verschuldigde belastingen een machtiging voor automatische incasso is afgegeven, dienen voor de in het tweede lid genoemde twee gelijke termijnen acht gelijke termijnen te worden gelezen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening is vermeld en de volgende termijnen steeds één maand later .

  • 3.

    De machtiging voor automatische incasso zoals genoemd in het tweede lid, wordt geacht niet te zijn verleend indien gedurende de looptijd van de automatische incasso twee termijnen zijn gestorneerd, of wel indien de incassomachtiging door de belastingschuldige of de rekeninghouder wordt ingetrokken. De termijnen genoemd in het eerste lid worden in dat geval van toepassing .

Artikel 11 Kwijtschelding

Bij de invordering van de belasting wordt geen kwijtschelding verleend .

Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels stellen met betrekking tot de heffing en invordering van de reclamebelasting.

Artikel 13 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 juli 2019.

  • 2.

    De datum van ingang van heffing is 1 juli 2019.

  • 3.

    Deze verordening kan worden aangehaald als 'Verordening Reclamebelasting Gorredijk 2019'.

 

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de Gemeente Opsterland van 3 juni 2019.

De griffier,

leke Zwart

De voorzitter,

Ellen van Selm

Bijlage 1  

Toepassingsgebied van deze verordening valt binnen het kader op onderstaande kaart:

 

 

 

 

Naar boven