VASTSTELLING VAN DE UITVOERINGSREGELING BEDRIJVENINVESTERINGSZONE WESTVLIETWEG DEN HAAG 2020

Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag

 

overwegende dat:

  • op 13 juni 2019 de Verordening bedrijveninvesteringszone Westvlietweg Den Haag 2020 is vastgesteld;

  • gelet op:

  • de artikelen 29 en 31 van de Invorderingswet 1990 in verbinding met artikel 231, tweede lid, onderdeel a en derde lid van de Gemeentewet en;

  • de betreffende bepalingen van de Verordening bedrijveninvesteringszone Westvlietweg Den Haag 2020;

  • alsmede artikel 3:17, tweede lid van de Organisatieregeling Gemeente Den Haag 2019 in verbinding met het Uitvoeringsbesluit Gemeentebelastingen;

 

besluit:

  • I.

    vast te stellen de Uitvoeringsregeling bedrijveninvesteringszone Westvlietweg Den Haag

  • 2020:

 

Artikel 1 Rente

  •  

  • 1.

    Het percentage van de invorderingsrente volgt het percentage dat op grond van artikel 29 van de Invorderingswet 1990 voor het betreffende kalenderkwartaal voor de rijksbelastingen is vastgesteld.

  • 2.

    Bij de invordering van de gemeentelijke belastingen vindt de ministeriële regeling bedoeld in artikel 31 van de Invorderingswet 1990 overeenkomstige toepassing.

  • 3.

    Ingeval op grond van artikel 25 van de Invorderingswet 1990 uitstel van betaling is verleend wordt geen invorderingsrente in rekening gebracht indien deze in totaal een bedrag van

  • 4.

    € 23,00 niet te boven gaat.

 

 

Artikel 2 Slotbepalingen

  •  

  • 1.

    Deze uitvoeringsregeling treedt in werking op het tijdstip waarop de Verordening bedrijveninvesteringszone Westvlietweg Den Haag 2020 in werking treedt.

  • 2.

    Deze regeling kan worden aangehaald als: Uitvoeringsregeling bedrijveninvesteringszone Westvlietweg Den Haag 2020.

 

Den Haag, 16 juli 2019

Het college van burgemeester en wethouders,

de wnd. secretaris, de burgemeester,

Dineke ten Hoorn Boer, Pauline Krikke

Naar boven