Gemeenteblad van Wijk bij Duurstede
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Wijk bij Duurstede | Gemeenteblad 2019, 193934 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Wijk bij Duurstede | Gemeenteblad 2019, 193934 | Overige besluiten van algemene strekking |
Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Wijk bij Duurstede houdende regels omtrent uitvoering afvalstoffenverordening (Uitvoeringsbesluit Afvalstoffenverordening 2019 Wijk bij Duurstede)
Het college van de gemeente Wijk bij Duurstede,
overwegende dat het in het belang van een doelmatige verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen wenselijk is nadere regels te stellen over de dagen, tijden, plaatsen en wijze waarop afvalstoffen kunnen worden overgedragen of ter inzameling aangeboden aan de bij dit besluit aan te wijzen inzameldienst en andere inzamelaars, als bedoeld in de Afvalstoffenverordening 2019 van de gemeente Wijk bij Duurstede;
gelet op de bepalingen van de Afvalstoffenverordening 2019 van de gemeente Wijk bij Duurstede;
Vast te stellen het volgende Uitvoeringsbesluit Afvalstoffenverordening 2019 Wijk bij Duurstede.
§ 2. Huishoudelijke afvalstoffen
Artikel 3. Aanwijzing van inzamelplaats
Als plaats voor het achterlaten van huishoudelijke afvalstoffen wordt op grond van artikel 5 van de verordening aangewezen: de gemeentelijke milieustraat aan de Middelweg-Oost 1 te Wijk bij Duurstede.
De volgende omschrijvingen van categorieën huishoudelijke afvalstoffen worden op grond van artikel 7, eerste lid, van de verordening vastgesteld:
oud papier en karton: huishoudelijk oud papier en karton dat droog en schoon en niet vervuild is met andere afvalfracties, met uitzondering van drankenkartons voor zuivel en frisdranken, ordners en ringbanden met metaal en/of plastic onderdelen, geplastificeerd papier, sanitair papier, behang, vinyl en doorslagpapier;
grond/zand: grond die niet zichtbaar vermengd is met resten puin, kool, glas, hout, ijzer of asbest en niet verontreinigd is op basis van het historisch gebruik van de locatie van herkomst en/of op basis van uitgevoerd milieukundig onderzoek (conform NEN 5740 of AP04). Onder deze categorie worden ook graszoden (afkomstig uit particuliere tuinen) verstaan;
Artikel 5. Aanwijzing inzamelmiddelen- en voorzieningen
Op grond van artikel 10, eerste lid, van de verordening gelden de volgende regels voor het gebruik van de van gemeentewege verstrekte inzamelmiddelen:
de gebruiker van een perceel dient zich tot het containerregistratiebedrijf te wenden indien bij een verhuizing naar een perceel geen of een kapot door of namens de gemeente te verstrekken inzamelmiddel wordt aangetroffen, bij verdwijning, vermissing of beschadiging van een door of namens de gemeente te verstrekken inzamelmiddel;
Artikel 6. aanwijzing inzamelmiddel per perceel
Op grond van artikel 10, eerste lid, van de verordening zijn de volgende inzamelmiddelen aangewezen:
Artikel 8. afzonderlijk ter inzameling aanbieden
Op grond van artikel 8, tweede lid, van de verordening worden de volgende categorieën personen vrijgesteld van de gescheiden inzameling van GFT-afval:
Artikel 10. Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen
Op grond van artikel 10, eerste lid, van de verordening gelden de volgende regels over de plaats en wijze waarop huishoudelijke afvalstoffen moeten worden aangeboden:
het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen in containers dient ordelijk te geschieden door plaatsing van de container op het voetpad, zo dicht mogelijk bij de rijweg, of, bij het ontbreken van een voetpad, aan de kant van de openbare weg, dan wel op een inzamel- of clusterplaats, zodanig dat het voetgangers- en overige verkeer niet wordt gehinderd of in de doorgang wordt belemmerd en gevaar of schade wordt voorkomen en waarbij aanwijzingen van de inzameldienst dienen te worden opgevolgd;
Artikel 11. Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden
Op grond van artikel 11, eerste lid, van de verordening gelden de volgende regels:
Artikel 12. Het in bijzondere gevallen ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen
Als het voor de inzameldienst door werkzaamheden niet mogelijk is om de normale inzamelplaatsen te bereiken, kunnen op grond van artikel 16 van de verordening, door de inzameldienst of de gemeente voor de duur van de werkzaamheden tijdelijke inzamelplaatsen worden aangewezen, welke aan de gebruikers bekend worden gemaakt.
Artikel 13. Inzameling bedrijfsafvalstoffen door de inzameldienst
Op grond van artikel 13 van de verordening kan de inzameldienst ook bedrijfsafval uit de kantoor-, winkel- en dienstensector inzamelen.
Artikel 14. Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst
Bedrijven die krachtens artikel 13, derde lid, van de verordening bedrijfsafvalstoffen aanbieden, dienen deze aan te bieden overeenkomstig de in de verordening en dit uitvoeringsbesluit gestelde regels.
Bijlage 1: richtlijn en procedure locatiekeuze (ondergrondse) verzamelcontainers
De gemeente Wijk bij Duurstede plaatst (ondergrondse) verzamelcontainers voor het inzamelen van restafval en grondstoffen. Het plaatsen van een ondergrondse container kan invloed hebben op de leefomgeving van de direct omwonenden. Een locatie dient dan ook met de juiste zorg te worden gekozen. Naast een duidelijk procedure waarin ook inwoners betrokken worden, zijn er ook richtlijnen nodig om een locatie te kunnen bepalen. Deze richtlijnen staan hieronder vermeld.
procedure locatiekeuze verzamelcontainer
Conform artikel 6, vijfde lid, van het uitvoeringsbesluit afvalstoffenverordening Wijk bij Duurstede 2019 wordt de afdeling 3:4 uniforme openbare voorbereidingsprocedure van de Algemene wet bestuursrecht toegepast. Dit bestaat uit een ontwerp-collegebesluit, 6 weken ter inzage leggen met de mogelijkheid tot het indienen van een zienswijze en vervolgens een definitief collegebesluit.
Voorafgaand aan dit formele traject wordt als volgt gezocht naar de meest geschikte locatie:
richtlijnen voor de locatiekeuze ondergrondse containers
De locaties voor ondergrondse containers dienen zoveel mogelijk overlast te voorkomen voor aangrenzende percelen. Het risico op schade tijdens het laden en lossen aan overige eigendommen (zoals openbare verlichting, dakgevels e.d.) moet zoveel mogelijk beperkt worden. De ondergrondse container dient voor de gebruikers veilig bereikbaar te zijn.
De ondergrondse containers moeten vanaf de aangesloten percelen goed te bereiken zijn. Gestreefd wordt naar een maximale loopafstand van 250 meter vanaf de erfgrens. Hier kan van worden afgeweken als er dan te weinig percelen op de ondergrondse container kunnen worden aangesloten of als de ondergrondse container elders in de loop- en rijrichting kan worden geplaatst.
De afstand van de ondergrondse container tot de gevel van een woning bedraagt minimaal 3.00 meter. Bij een blinde muur kan hiervan worden afgeweken, in dit geval is de afstand bij voorkeur 2.00 meter. De afstand tot de erfgrens bedraagt minimaal 2.00 meter. De horizontale afstand van de ondergrondse container tot een balkon of galerij bedraagt bij voorkeur ten minste 3.00 meter. Afstanden worden gemeten vanaf de rand van de vloerplaat.
De ondergrondse containers moeten vanuit de aangewezen woningen goed bereikbaar zijn. Dat betekent dat op de toe leidende paden geen obstakels mogen staan die de veiligheid in gevaar brengen De ondergrondse container (bruto oppervlak) zelf mag een looppad niet bij voorkeur niet smaller te zijn dan 1.50 meter en mag niet smaller zijn dan 1.20 meter. Er dient rekening te worden gehouden met minder validen, rolstoel- en rollatorgebruikers. Bij het aanbrengen van een oprit bij het trottoir dient de minimale breedte 1.50 meter te bedragen.
De ondergrondse container dient bij voorkeur op gemeentegrond te worden geplaatst. De opstelplaats voor het inzamelvoertuig, met een maximaal gewicht van 36 ton, dient veilig en verkeerstechnisch verantwoord te zijn. Voor het plaatsen op niet-gemeentegrond is een recht van opstal nodig. Dat is een zakelijk recht waarvoor een overeenkomst, notariële akte en inschrijving in het kadaster nodig is.
De ondergrondse containers worden zodanig geplaatst dat er geen belemmering voor de verkeersveiligheid zal ontstaan en dat er op ledigingsmomenten minimale verkeershinder en –oponthoud ontstaat. In nauwe straten zou dat kunnen betekenen dat bestuurders achter het ledigingsvoertuig even moeten wachten.
De afstand tot de riolering (zijkant buis en/of put) bedraagt minimaal 1.00 meter. De afstand tot overige kabels en leidingen bedraagt minimaal 2.00 meter. Bij een kortere afstand tussen 0.50 meter (vanuit de mal gemeten) en 2.00 meter moet er altijd overleg zijn tussen de grondroerder en/of gemeente en de netbeheerder. Het verleggen van kabels en leidingen dient zoveel mogelijk te worden voorkomen. Indien er geen alternatieve locatie voorhanden is dan wordt overgegaan tot aanpassen van de ondergrondse infra.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2019-193934.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.