Verordening tot wijziging van de Algemene plaatselijke verordening Utrecht 2010, Gemeente Utrecht, partiële herziening 2019

De raad van de gemeente Utrecht;

 

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 9 april 2019;

 

Gelet op artikel 149 Gemeentewet;

 

Besluit vast te stellen de Verordening tot wijziging van de Algemene plaatselijke verordening Utrecht 2010:

 

 

 

Artikel I

De Algemene plaatselijke verordening Utrecht 2010 wordt als volgt gewijzigd:

 

  • A.

    Artikel 1:3 komt te vervallen

 

  • B.

    In artikel 1:6, onder d, wordt ‘binnen een daarin gestelde termijn’ vervangen door: ‘binnen of gedurende een daarin gestelde termijn’

 

  • C.

    Onder vernummering wordt aan artikel 1:8 een tweede en derde lid toegevoegd die komen te luiden:

2. Een vergunning of ontheffing kan ook worden geweigerd als de aanvraag daarvoor minder dan drie weken voor de beoogde datum van de beoogde activiteit is ingediend.

3. Voor bepaalde, door het bestuursorgaan aan te wijzen, vergunningen of ontheffingen kan de in het tweede lid gestelde termijn worden verlengd tot ten hoogste twaalf weken.

 

  • D.

    Na artikel 1:8 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 1:9 Experiment

1. Onder experiment wordt in dit artikel verstaan: het tijdelijk afwijken van één of meer bepalingen van deze verordening met het oog op het verzamelen van gegevens om te beoordelen of de afwijking permanent kan worden gemaakt.

2. Het college of de burgemeester kan, ieder voor zover bevoegd, bij wijze van experiment besluiten om af te wijken van de volgende onderdelen in deze verordening:

a. de artikelen 2:7, 2:8, 2:9, 2:11, 2:12, 2:32, 2:33, 2:36;

b. de artikelen 4:1, 4:4, 4:5 en 4:5a;

c. de artikelen 5:1 tot en met 5:10, 5:11, 5:13, 5:14, 5:16, 5:17, 5:21, 5:31 en 5:32.

3. Voordat het college of de burgemeester een besluit, bedoeld in het tweede lid, neemt, zendt het college of de burgemeester het ontwerpbesluit naar de gemeenteraad en wordt de gemeenteraad gedurende vier weken in de gelegenheid gesteld zijn wensen en bedenkingen kenbaar te maken. Het college of de burgemeester informeert de gemeenteraad over het definitieve besluit en reageert daarbij op de wensen en bedenkingen.

4. In het besluit wordt in ieder geval vermeld:

a. van welke bepaling of bepalingen in deze verordening wordt afgeweken;

b. het doel van het experiment;

c. de voorwaarden die het college of de burgemeester verbindt aan het experiment;

d. de tijdsduur van het experiment, welke maximaal één jaar bedraagt;

e. het gebied waarin het experiment geldt.

5. Het experiment wordt geëvalueerd binnen de voor het experiment vastgestelde tijdsduur als bedoeld in het vierde lid onder d. Als de evaluatie leidt tot aanpassing van deze verordening in overeenstemming met de wijze waarop het experiment is uitgevoerd, kan het college of de burgemeester besluiten om het experiment éénmalig te verlengen met maximaal de voor het experiment vastgestelde tijdsduur. De verlenging eindigt in dat geval na ommekomst van de verlende termijn of zoveel eerder als de aanpassing van deze verordening in werking treedt.

 

  • E.

    Artikel 2:9, tweede lid, onder f, komt te luiden: ‘standplaatsen als bedoeld in Marktverordening gemeente Utrecht 2017 en de artikelen 5:13 en 5:14 van deze verordening;’

 

  • F.

    In artikel 2:9, tweede lid onder h wordt ‘Horecaverordening Utrecht 2004’ vervangen door: ‘Horecaverordening gemeente Utrecht 2018’

 

  • G.

    Artikel 2:9, vierde lid, komt te luiden: ‘Het in het eerste lid bepaalde geldt niet voor zover de op de Wet milieubeheer gebaseerde voorschriften, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de Wet beheer rijkswaterstaatswerken, de Telecommunicatiewet, artikel 5 van de Wegenverkeerswet 1994, de Wegenverordening provincie Utrecht 2010 of de Afvalstoffenverordening Utrecht 2010 van toepassing zijn of voor zover er sprake is van evenementen als bedoeld in de artikelen 5:20 en 5:30 van deze verordening, waarvoor door de burgemeester een vergunning is verleend, of voor zover er sprake is van een straat- of buurtfeest waarvan melding is gemaakt, als bedoeld in artikel 5:32 van deze verordening of een terras als bedoeld in de Horecaverordening gemeente Utrecht 2018 en het daarbij behorende Terrassenreglement.’

 

  • H.

    Artikel 2:10 komt te vervallen

 

  • I.

    In artikel 2:11, vierde lid, wordt ‘het Provinciaal wegenreglement’ vervangen door: ‘de Wegenverordening provincie Utrecht 2010’

 

  • J.

    In artikel 2:11, vierde lid, wordt ‘Waterschapskeur’ vervangen door: ‘Waterschapskeuren’

 

  • K.

    In artikel 2:11, vierde lid, wordt ‘Telecommunicatieverordening 2008’ vervangen door: ‘Kabels- en Leidingen Verordening Utrecht 2013’

 

  • L.

    Artikel 2:14 komt te luiden:

Artikel 2:14 Rookverbod in parken, bossen en natuurterreinen

1. Het is verboden in parken, bossen en natuurterreinen of binnen een afstand van dertig meter daarvan:

a. te roken gedurende een door het college aangewezen periode;

b. voor zover het de open lucht betreft, brandende of smeulende voorwerpen te laten vallen, weg te werpen of te laten liggen.

2. Het verbod is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door artikel 429, aanhef en onder 3, van het Wetboek van Strafrecht.

3. Het verbod in het eerste lid, onder a, is voorts niet van toepassing voor zover het roken plaatsvindt in gebouwen en aangrenzende erven.

 

  • M.

    In artikel 2:15, tweede lid wordt na ‘de Waterwet,’ ingevoegd: ‘de Waterstaatswet 1900,’

 

  • N.

    Artikel 2:15a komt te vervallen

 

  • O.

    Na artikel 2:25 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 2:25a Vervoer van stoffen die brand bevorderen

1. Het is verboden op een openbare plaats stoffen te vervoeren of bij zich te hebben die brand bevorderen en die gebruikt kunnen worden om brand te stichten, brandstichting te vergemakkelijken of door brand sporen te wissen.

2. Het verbod is niet van toepassing indien redelijkerwijs kan worden aangenomen dat de genoemde stoffen niet zijn bestemd of gebruikt voor de in het eerste lid bedoelde handelingen. 

 

  • P.

    Artikel 2:26 komt te luiden:

Artikel 2:26 Betreden van plantsoenen e.d.

1. Het is verboden zich te bevinden in of op bij de gemeente in onderhoud zijnde parken, wandelplaatsen, begraafplaatsen, plantsoenen, groenstroken of enige andere openbare beplanting of bloemperk, buiten de daarin gelegen wegen, paden, grasperken, lig- of speelweides.

2. Het verbod is niet van toepassing voor zover:

a. onderhoudswerkzaamheden of

b. werkzaamheden in opdracht van een bestuursorgaan of openbaar lichaam worden verricht.

 

  • Q.

    In artikel 2:28, eerste lid wordt na ‘Het is’ ingevoegd: ‘voor personen die de leeftijd van achttien jaar hebben bereikt’

 

  • R.

    Artikel 2:28, tweede lid, onder a. komt te luiden:

a. een terras, als bedoeld in de Horecaverordening gemeente Utrecht 2018.

 

  • S.

    Na artikel 2:28 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 2:28a Hinderlijk lachgasgebruik

1. Het is verboden op de openbare plaats of het openbaar water, dat deel uitmaakt van een door het college aangewezen gebied, lachgas te gebruiken of tanks, ampullen en dergelijke met lachgas bij zich te hebben.

2. Het bepaalde in het eerste lid geldt niet voor:

a. een terras, als bedoeld in artikel 1, derde lid van de Horecaverordening gemeente Utrecht 2018;

b. de plaats, niet zijnde een inrichting, als bedoeld onder a, waarvoor een ontheffing geldt krachtens artikel 35 van de Drank- en Horecawet.

 

  • T.

    In artikel 2:30, onder a, wordt het woord ‘telefooncel’ en het daarop volgende leesteken komma verwijderd.

 

  • U.

    In artikel 2:37, eerste lid, onder a en onder b, wordt ‘het college’ vervangen door: ‘de burgemeester’.

 

  • V.

    In artikel 2:37, eerste lid, onder a en onder b, wordt ‘dat het die hond’ vervangen door: ‘dat hij die hond’.

 

  • W.

    Artikel 2:37, tweede lid komt te luiden: ‘Onverminderd artikel 2:35, eerste lid onder c, dient een hond als bedoeld in het eerste lid voorzien te zijn van een door de minister op aanvraag verstrekt uniek identificatienummer door middel van een microchip dat met een chipreader afleesbaar is.’

 

  • X.

    Na artikel 2:38 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 2:38a Woonoverlast

1. Degene die een woning of een bij die woning behorend erf gebruikt of tegen betaling in gebruik geeft aan een persoon die niet als ingezetene met een adres in de gemeente in de basisregistratie personen is ingeschreven, draagt er zorg voor dat door gedragingen in of vanuit die woning of dat erf of in de onmiddellijke nabijheid van die woning of dat erf geen ernstige en herhaaldelijke hinder voor omwonenden wordt veroorzaakt.

2. De burgemeester is, in geval van overtreding van het bepaalde in het eerste lid, bevoegd tot toepassing van de bevoegdheid, bedoeld in artikel 151d, tweede en derde lid en artikel 125, eerste lid van de Gemeentewet.

3. De last kan in ieder geval worden opgelegd bij ernstige en herhaaldelijke:

a. geluid- of geurhinder;

b. hinder van dieren;

c. hinder van bezoekers of personen die tijdelijk in een woning of op een erf aanwezig zijn;

d. overlast door vervuiling of verwaarlozing van een woning of een erf;

e. intimidatie van derden vanuit een woning, of een erf.

4. De burgemeester is niet bevoegd tot toepassing van de in het tweede lid genoemde bevoegdheid indien de geconstateerde hinder door hem of door een ander gemeentelijk bestuursorgaan op grond van een ander wettelijk voorschrift, niet zijnde de bevoegdheid bedoeld in artikel 174a van de Gemeentewet, kan worden beëindigd of voorkomen.

5. De burgemeester wijst het verzoek om toepassing van bestuursdwang af indien onvoldoende is gebleken dat zich ernstige en herhaaldelijke hinder voordoet.

6. De burgemeester zal het verzoek alleen toewijzen als de ernstige en herhaaldelijke hinder redelijkerwijs niet op een andere geschikte wijze kan worden tegengegaan.

 

Y. In artikel 2:44, eerste lid, onder a wordt na ‘verzorgd of opgevangen’ ingevoegd: ‘, in parken’

 

Z. In artikel 2:46, zesde lid, wordt ‘Horecaverordening Utrecht 2004’ vervangen door: ‘Horecaverordening gemeente Utrecht 2018’

 

AA. In artikel 3:10, eerste lid, onder g, wordt ‘artikel 30 van de Huisvestingswet’ vervangen door: ‘artikel 21 van de Huisvestingswet 2014’

 

BB. In artikel 3:10, eerste lid, onder f, wordt ‘of 3:14, tweede lid’ vervangen door: ‘of 3:14, eerste lid’

 

CC. Het eerste lid van artikel 3:14 komt te vervallen en de leden 2 tot en met 5 worden genummerd 1 tot en met 4

 

DD. Artikel 3:16a komt te vervallen

 

EE. In artikel 4:1, vijfde lid, wordt ‘Wegenverkeerswet’ vervangen door: ‘Wegenverkeerswet 1994’

 

FF. In artikel 4:1, vijfde lid, wordt ‘Reglement Verkeerstekens en verkeersregels’ vervangen door: ‘Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990’

 

GG. In artikel 4:1, vijfde lid, wordt ‘Provinciale milieuverordening’ vervangen door: ‘de Provinciale milieuverordening Utrecht 2013’

 

HH. In artikel 4:4, tweede lid, onder b, wordt ‘kalk, krijt, teer of een kleur of verfstof’ vervangen door: ‘kalk, teer of een kleur- of verstof, niet zijnde stoepkrijt,’

 

II. Artikel 4:4, zesde lid komt te vervallen en lid 7 wordt genummerd 6

 

JJ. In artikel 4:5a worden de leden 2 tot en met 5 genummerd 1 tot en met 4

 

KK. Na artikel 4:5a wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 4:5b Verbod oplaten ballonnen

1. Het is verboden een ballon, van welk materiaal dan ook, door middel van helium of enig ander gas dat lichter dan lucht is, op te laten in de buitenlucht zonder dat deze op enige wijze met het aardoppervlak verbonden is.

2. Onder ballon wordt verstaan: feest-, geluks-, papier-, wens-, sfeer-, herdenkings-, reclameballon of – lampion en dergelijke.

3. Het verbod is niet van toepassing op vaartuigen als bedoeld in de Wet luchtvaart.

 

LL. Na artikel 4:5b wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 4:5c Verbod confetti

Het is verboden confetti bestaande uit kleine snippers die (deels) gemaakt zijn van plastic en/of metaal, te gebruiken en/of te verspreiden in de open lucht.

 

MM. In artikel 4:7, derde lid, onder a, wordt ‘Plantenziektewet’ vervangen door: ‘Plantenziektenwet’

 

NN. In artikel 4:7, derde lid, onder a, wordt ‘het bepaalde in de artikelen 4:13 en 4:14’ vervangen door: ‘het bepaalde in de artikelen 4:11 en 4:12’

 

OO. In artikel 4:11, eerste lid wordt ‘kan het bevoegd gezag van aan’ vervangen door: ‘kan het bevoegd gezag aan’ en wordt ‘bennen een door hen te stellen termijn’ vervangen door: ‘binnen een door hen te stellen termijn’

 

PP. In artikel 5:1, onder a en b, wordt ‘Reglement verkeersregels en verkeerstekens (RVV 1990)’ vervangen door: ‘Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990’

 

QQ. In artikel 5:2, eerste lid, aanhef wordt ‘in dit artikel (zie het derde lid) wordt mede verstaan:’ vervangen door: ‘in dit artikel wordt mede verstaan:’

 

RR. Het vijfde lid van artikel 5:2 komt te luiden: ‘Het in het derde lid gestelde verbod geldt niet voor zover de Wet milieubeheer van toepassing is.’

 

SS. In artikel 5:6, derde lid wordt ‘de Wegenverordening provincie Utrecht 2004 of de Verordening bescherming natuur en landschap provincie Utrecht 1996’ vervangen door: ‘de Wegenverordening provincie Utrecht 2010 of de Verordening Natuur en Landschap provincie Utrecht 2017’

 

TT. Artikel 5:11 komt te luiden:

Artikel 5:11 Inzameling van geld of goederen of leden- of donateurwerving

1. Het is verboden zonder vergunning van het college een openbare inzameling van geld of goederen te houden of daartoe een intekenlijst aan te bieden, dan wel in het openbaar leden of donateurs te werven, als daarbij te kennen wordt gegeven of de indruk wordt gewekt dat de opbrengst geheel of ten dele voor een liefdadig of ideëel doel is bestemd.

2. Onder een inzameling of werving als bedoeld in het eerste lid wordt mede verstaan: het bij het aanbieden van goederen, waartoe ook worden gerekend geschreven of gedrukte stukken, dan wel bij het aanbieden van diensten aanvaarden van geld of goederen, als daarbij te kennen wordt gegeven of de indruk wordt gewekt dat de opbrengst geheel of ten dele voor een liefdadig of ideëel doel is bestemd.

3. Het verbod geldt niet voor een inzameling die wordt gehouden in besloten kring.

4. Het college kan onder door hem te stellen voorschriften vrijstelling verlenen van het in het eerste lid gestelde verbod voor inzamelingen of wervingen die gehouden worden door daarbij aangewezen instellingen.

5. Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht is van toepassing.

 

UU. In artikel 5:12, eerste lid, onderdeel a, wordt ‘op een openbare en in de open lucht gelegen telkens wisselende plaats of aan huis’ vervangen door: ‘op een openbare telkens wisselende plaats of aan huis’

 

VV. In artikel 5:12, eerste lid, onder deel b en c, wordt ‘op een openbare en in de open lucht gelegen plaats’ vervangen door: ‘op een openbare plaats’

 

WW. In de titel van artikel 5:13 wordt ‘Straathandel, mobiele verkooppunten’ vervangen door: ‘Straathandel’

 

XX. In artikel 5:13, eerste lid, wordt ‘op een op een openbare en in de open lucht gelegen plaats’ vervangen door: ‘op een openbare plaats’

 

YY. In de titel en het eerste lid van artikel 5:13a wordt ‘Koninginnedag’ vervangen door: ‘Koningsdag’

 

ZZ. In artikel 5:14, eerste lid wordt ‘op een openbare en in de open lucht gelegen plaats’ vervangen door: ‘op een openbare plaats’

 

AAA. In artikel 5:15, eerste lid, wordt ‘met een motorvoertuig als bedoeld in artikel 1, onder z, en een bromfiets als bedoeld in artikel 1, onder i, Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990’ vervangen door: ‘met een motorvoertuig als bedoeld in artikel 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, en een bromfiets als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder e, van de Wegenverkeerswet 1994’

 

BBB. In artikel 5:15, derde lid, wordt ‘Besluit geluidproductie sportmotoren’ vervangen door: ‘Besluit geluidproduktie sportmotoren’

 

CCC. In artikel 5:16, eerste lid, wordt ‘met een motorvoertuig als bedoeld in artikel 1, onder z, Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, een bromfiets als bedoeld in artikel 1, onder i, Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990’ vervangen door: ‘met een motorvoertuig als bedoeld in artikel 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, een bromfiets als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder e, van de Wegenverkeerswet 1994’

 

DDD. Artikel 5:16, tweede lid, komt te vervallen

 

EEE. Artikel 5:17, vijfde lid, onder a komt te luiden:

a. de Provinciale milieuverordening Utrecht 2013;

 

FFF. Artikel 5:19, derde lid, tweede volzin komt te vervallen;

 

GGG. In artikel 5:20, eerste lid onder c. wordt na ‘sportwedstrijden voor zover deze plaatsvinden onder auspiciën van een bij de NOC*NSF aangesloten sportbond’ ingevoegd: ‘en niet behoren tot door de burgemeester aangewezen categorieën vechtsportwedstrijden of -gala’s’;

 

HHH. In artikel 5:21 wordt na het eerste lid een lid ingevoegd, luidende: ‘2. De burgemeester kan categorieën vechtsportwedstrijden of –gala’s aanwijzen waarop het verbod in het eerste lid, ongeacht het daarin vermelde aantal bezoekers, van toepassing is’ en worden de overige leden 2 tot en met 4 genummerd 3 tot en met 5;

 

III. In artikel 5:31 wordt na het eerste lid een lid ingevoegd, luidende: 2. Bij de indiening van de vergunningaanvraag worden de gegevens, bedoeld in artikel 2.3 van het Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen, aangeleverd.’ en worden de overige leden 2 tot en met 4 genummerd 3 tot en met 5;

 

JJJ. In artikel 5:32, eerste lid, onder a, wordt ‘het aantal aanwezigen niet meer is dan 50 personen’ vervangen door: ‘het aantal aanwezigen tegelijkertijd niet meer is dan 200 personen’;

 

KKK. Artikel 5:40 komt te vervallen.

 

Artikel II Wijzigingen Index

De index bij de Algemene plaatselijke verordening Utrecht 2010 wordt als volgt gewijzigd:

 

  • A.

    ‘Afdeling 2.4 Vertoningen e.d. op de weg’ wordt vervangen door: ‘Afdeling 2.4 Vertoningen e.d.’

 

  • B.

    ‘Afdeling 2.13 Voor publiekopenstaande gebouwen’ wordt vervangen door: ‘Afdeling 2.13 Voor publiek openstaande gebouwen’

 

  • C.

    ‘Afdeling 3.1 Algemene bepalingen’ wordt vervangen door: ‘Algemene begripsbepalingen’

 

  • D.

    ‘Artikel 1:3 Indiening aanvraag’ wordt vervangen door: ‘Artikel 1:3 [vervallen]’

 

  • E.

    Na ‘Artikel 1:8 Weigeringsgronden’ wordt ingevoegd: ‘Artikel 1:9 Experiment’

 

  • F.

    ‘Artikel 2:8 Straatartiest’ wordt vervangen door: ‘Artikel 2:8 Straatartiest e.d.’

 

  • G.

    ‘Artikel 2:10 Deponeren van goederen op de weg’ wordt vervangen door: ‘Artikel 2:10 [vervallen]’

 

  • H.

    ‘Artikel 2:15a Verwijdering e.d. voorzieningen voor verkeer en verlichting’ wordt vervangen door: Artikel 2:15a [vervallen]’

 

  • I.

    Na ‘Artikel 2:25 Bezit of vervoer van hulpmiddelen voor winkeldiefstal’ wordt ingevoegd: ‘Artikel 2:25a Vervoer van stoffen die brand bevorderen’

 

  • J.

    Na ‘Artikel 2:28 Hinderlijk drankgebruik’ wordt ingevoegd: ‘Artikel 2:28a Hinderlijk lachgasgebruik’

 

  • K.

    Na ‘Artikel 2:38 Houden van hinderlijke of schadelijke dieren’ wordt ingevoegd: ‘Artikel 2:38a Woonoverlast’

 

  • L.

    ‘Artikel 2:44 Bezigen van consumentenvuurwerk tijdens de jaarwisseling’ wordt vervangen door: ‘Artikel 2:44 Gebruik van consumentenvuurwerk tijdens de jaarwisseling’

 

  • M.

    ‘Artikel 3:10 Weigeringgronden’ wordt vervangen door: ‘Artikel 3:10 Weigeringsgronden’

 

  • N.

    ‘Artikel 3:11a Toezicht en verplichtingenescortbedrijven’ wordt vervangen door: ‘Artikel 3:11a Toezicht en verplichtingen escortbedrijven’

 

  • O.

    ‘Artikel 3:12 verbod op dwingend bemoeien’ wordt vervangen door: ‘Artikel 3:12 Verbod op dwingend bemoeien’

 

  • P.

    ‘Artikel 3:15 Intrekkinggronden’ wordt vervangen door: ‘Artikel 3:15 Intrekkingsgronden’

 

  • Q.

    ‘Artikel 3:16a Overgangsbepaling’ wordt vervangen door: ‘Artikel 3:16a [vervallen]’

 

  • R.

    Na ‘Artikel 4:5a Winkelwagentjes’ wordt ingevoegd: ‘Artikel 4:5b Verbod oplaten ballonnen’

 

  • S.

    Na ‘Artikel 4:5b Verbod oplaten ballonnen’ wordt ingevoegd: Artikel 4:5c Verbod confetti’

 

  • T.

    ‘Artikel 4:7 Velvergunning’ wordt vervangen door: ‘Artikel 4:7 Omgevingsvergunning voor het kappen van een boom of vellen van een houtopstand’

 

  • U.

    ‘Artikel 4:8 [vervallen]’ wordt vervangen door: ‘Artikel 4:8 Vergunningvoorschriften en weigeringsgronden’

 

  • V.

    ‘Artikel 4:9 [vervallen]’ wordt vervangen door: ‘Artikel 4:9 Bijzondere vergunningvoorschriften’

 

  • W.

    ‘Artikel 4:10 Vergunningvoorschriften en weigeringsgronden’ wordt vervangen door: ‘Artikel 4:10 Afstand van de grenslijn’

 

  • X.

    ‘Artikel 4:11 Bijzondere vergunningvoorschriften’ wordt vervangen door: ‘Artikel 4:11 Herplant-/instandhoudingsplicht’

 

  • Y.

    ‘Artikel 4:12 Afstand en grenslijn’ wordt vervangen door: ‘Artikel 4:12 Bestrijding van boomziekten’

 

  • Z.

    ‘Artikel 5:1 Begripsbepalingen parkeren’ wordt vervangen door: ‘Artikel 5:1 Begripsbepalingen’

 

  • AA.

    ‘Artikel 5:6 Kampeermiddelen e.d.’ wordt vervangen door: ‘Artikel 5:6 Kampeermiddelen en dergelijke’

 

  • AB.

    ‘Artikel 5:11 Inzameling van geld of goederen’ wordt vervangen door: ‘Artikel 5:11 Inzameling van geld of goederen of leden- of donateurwerving’

 

  • AC.

    Na ‘Artikel 5:13 Straathandel’ wordt ingevoegd: ‘Artikel 5:13a Vrijmarkt Koningsdag’

 

  • AD.

    ‘Artikel 5:40 Destructie’ wordt vervangen door: ‘Artikel 5:40 [vervallen]’

 

 

Artikel III Citeertitel

Deze verordening kan aangehaald worden als: ‘Verordening tot wijziging van de Algemene plaatselijke verordening Utrecht 2010, Gemeente Utrecht, partiële herziening 2019’.

 

Artikel IV Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking vijf weken na de dag van bekendmaking.

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 18 juli 2019.

De griffier,

mr. M. van Hall CMC

De burgemeester,

mr. J.H.C. van Zanen

Naar boven