Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Westerkwartier 2019

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westerkwartier;

 

gelet op het bepaalde in de Verordening leerlingenvervoer gemeente Westerkwartier 2019;

 

B E S L U I T :

 

 

vast te stellen de

 

 

Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Westerkwartier 2019

 

 

 

Artikel 1 Algemeen

Ouders zijn primair verantwoordelijk voor het naar school brengen van hun kind. Het leerlingenvervoer is niet bedoeld om ouders te ontlasten van hun verantwoordelijkheid voor een goede schoolgang van hun kinderen. Het leerlingenvervoer is aangepast vervoer of een tegemoetkoming in de kosten voor eigen vervoer tussen de structurele verblijfplaats van de leerling en zijn school. De vorm van bekostiging van leerlingenvervoer sluit zoveel mogelijk aan op de individuele mogelijkheden en eventuele beperking van de leerling. De gemeentelijke verantwoordelijkheid is vastgelegd in de artikelen 4 van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs. Hoe de gemeente haar taak vormgeeft is vast gelegd in de Verordening leerlingenvervoer gemeente Westerkwartier 2019 (vastgesteld door de gemeenteraad) en in deze Beleidsregels vergoeding kosten schoolbezoek gemeente Westerkwartier 2019 (vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders).

 

Artikel 2 Aanvraag

  • 1.

    De ouders vragen leerlingenvervoer digitaal aan via https://www.westerkwartier.nl.

  • 2.

    Formulieren die onjuist of onvolledig zijn ingevuld, worden door de gemeente beschouwd als een niet ontvankelijke aanvraag. De aanvrager wordt dan in de gelegenheid gesteld de aanvraag binnen twee weken te corrigeren of aan te vullen. Wanneer hier geen gebruik van wordt gemaakt, wordt de aanvraag zonder de bewijsstukken afgehandeld of buiten behandeling gesteld. De gemeente stelt de aanvrager hiervan op de hoogte.

  • 3.

    Heeft de aanvrager moeite met de digitale aanvraag dan biedt de gemeente hiervoor ondersteuning aan.

  • 4.

    Jaarlijks informeert de gemeente in het voorjaar de ouders van actuele gebruikers leerlingenvervoer per mail over de aanvraag leerlingenvervoer voor het schooljaar daaropvolgend.

  • 5.

    De verantwoordelijkheid voor de aanvraag ligt bij de ouders. Zonder schriftelijke aanvraag wordt geen leerlingenvervoer verstrekt.

 

Artikel 3 Alleen onderwijs

  • 1.

    Leerlingenvervoer is alleen voor vervoer van huis naar school en vice versa en vind plaats in aansluiting op het begin en einde van de schooldag, zoals aangegeven in de schoolgids. In alle andere situaties zijn ouders zelf verantwoordelijk voor het vervoer van en naar school.

  • 2.

    Voorbeelden wanneer ouders zelf verantwoordelijk zijn voor het vervoer:

    • a.

      het vervoer naar medische of paramedische behandelingen, zoals arts, therapeut, tandarts of ziekenhuis;

    • b.

      het vervoer naar een sportdaglocatie of schoolzwemles;

    • c.

      het vervoer bij afwijkende schooltijden, zoals bij lesuitval, ziekte, schoolreisje, sportdag, uitstapjes of tijdens de examens.

 

Artikel 4 Woning

  • 1.

    Onder ‘woning’ wordt in de verordening verstaan: de plaats waar de leerling structureel en feitelijk verblijft. Hierbij is het niet relevant in welke gemeente de ouders en/of het kind staan ingeschreven.

  • 2.

    Wanneer de leerling tijdelijk in een andere gemeente verblijft, bijvoorbeeld in verband met noodzakelijke opvang, dient een aanvraag voor een vervoersvoorziening bij die gemeente ingediend te worden. Vakantie van de ouders geldt overigens niet als reden voor noodzakelijke opvang van de leerling elders.

  • 3.

    Het adres waar kinderen een bepaalde tijd vóór aanvang en/of na afloop van de schooldag worden opgevangen (de buitenschoolse opvang) valt niet onder het begrip ‘woning’.

     

Artikel 5 De leerling heeft twee woonverblijven

Als er sprake is van een parttime structureel woonverblijf op een tweede locatie, zoals een logeerhuis, zorgboerderij of bij co-ouderschap dan valt het vervoer van school naar deze tweede locatie in beginsel onder het leerlingenvervoer, mits aan alle andere voorwaarden wordt voldaan. De gemeente waar het logeerhuis of de zorgboerderij of tweede woning zich bevindt is verantwoordelijk voor het vervoer. Hier gelden de volgende regels:

  • a.

    Er is sprake van een vast patroon, dat wil zeggen het vervoer vindt plaats op vaste dagen per week. Er kan geen sprake zijn van steeds wisselende dagen.

  • b.

    Het vervoer vindt plaats in aansluiting op de reguliere eindtijd van de school volgens de school-gids. Vervoer vanaf het logeerhuis, zorgboerderij of tweede woning naar het feitelijk hoofdverblijf behoort in geen geval tot de mogelijkheden.

  • c.

    Het logeerhuis of zorgboerderij moet zo veel mogelijk dicht bij het huis- of het schooladres liggen.

  • d.

    In de situatie dat een leerling geen recht heeft op een vervoersvoorziening van zijn woning naar school en tijdelijk (deels) om andere redenen dan onderwijs in een logeerhuis of zorgboerderij verblijft, is de verordening leerlingenvervoer niet van toepassing.

 

Artikel 6 Drempelbedrag

  • 1.

    In de verordening is het mogelijk dat de gemeente voor het ene schooltype het drempelbedrag wel hanteert en voor het andere schooltype geen drempelbedrag hanteert. Het drempelbedrag wordt per leerling in rekening gebracht.

  • 2.

    Het drempelbedrag wordt niet in rekening gebracht voor leerlingen die recht hebben op een vervoersvoorziening naar het speciaal basisonderwijs

 

Artikel 7 Vaststellen drempelbedrag

Het drempelbedrag wordt jaarlijks bepaald op grond van de vastgestelde tarieven voor een twee ster-abonnement Noord- Nederland (jaarabonnement gereduceerd tarief), zoals op 1 januari voorafgaand aan het nieuwe schooljaar is gepubliceerd.

 

Artikel 8 Vervoer naar buitenschoolse opvang

In de verordening is aangegeven dat leerlingenvervoer het vervoer tussen de woning en de school betreft. De woning is gedefinieerd als ‘de plaats waar de leerling structureel en feitelijk verblijft. Het college staat vervoer van school naar een opvangadres na schooltijd, anders dan het woonadres toe indien voldaan wordt aan de onderstaande voorwaarden:

  • a.

    Het opvangadres ligt binnen de gemeentegrens van de gemeente Westerkwartier en het op de reguliere route van de taxi(bus), waardoor de taxi(bus) niet hoeft om te rijden.

  • b.

    Er is één opvangadres naast het huisadres toegestaan.

  • c.

    Er is sprake van een vast patroon, dat wil zeggen één vast opvangadres alsook op vaste dagen per week.

  • d.

    Gedurende het schooljaar wordt één opvangadres gehanteerd. Er kan geen sprake zijn van steeds wisselende opvangadressen.

  • e.

    Het vervoer vindt plaats in aansluiting op de reguliere eindtijd van de school volgens de school-gids. Vervoer vanaf het opvangadres naar het thuisadres behoort in geen enkel geval tot de mogelijkheden. Hiervoor zijn de ouders zelf verantwoordelijk.

  • f.

    De vervoerder stemt in met vervoer naar het opvangadres en brengt hiervoor geen meerkosten bij ouders of gemeente in rekening. De vervoerder heeft aangegeven dat hij bereid is de leerling af te zetten bij een opvangadres indien dit adres op de route ligt van de taxi(bus), waarin de leerling wordt vervoerd. De route van de taxi(bus) is gebaseerd op de woon- en schooladressen van de leerlingen.

 

Artikel 9 Richting

In de toelichting op de Verordening leerlingenvervoer staan de erkende richtingen binnen het bijzonder onderwijs. Een bepaalde onderwijskundige methode wordt niet tot het begrip ‘richting’ gerekend. Hiermee worden onder andere bedoeld: Jenaplanscholen, Montessorischolen, Iederwijsscholen, Leonardoscholen, gepersonaliseerd onderwijs etc.

 

Artikel 10 Adviezen van deskundigen

  • 1.

    De gemeente kan advies inwinnen bij deskundigen om te beoordelen of een leerling door zijn beperking in het geheel niet van openbaar vervoer gebruik kan maken, of alleen onder begeleiding gebruik kan maken van openbaar vervoer, of wellicht- al dan niet onder begeleiding-naar school kan fietsen.

  • 2.

    In eerste instantie zal de gemeente advies inwinnen bij het ondersteuningsteam van de school. Ook kan advies worden ingewonnen bij het samenwerkingsverband 20.01, de medisch specialist, de ambulante begeleider, Jeugdgezondheidsdienst of bij de gedragswetenschappers van de gemeente Westerkwartier.

  • 3.

    Het advies moet deugdelijk gemotiveerd zijn en gaan over de mogelijkheid of onmogelijkheid van de leerling om zelfstandig met het openbaar vervoer te reizen. Het advies staat op schrift en is van recente datum.

  • 4.

    Indien noodzakelijk kan de gemeente ook een onafhankelijk onderzoek instellen. Deze kosten zullen door de gemeente worden gedragen.

 

Artikel 11 Hoogbegaafde leerlingen

  • 1.

    Het samenwerkingsverband 20.01 maakt op dit moment een professionaliseringsslag op het gebied van hoogbegaafdheid. Het ministerie heeft hiervoor middelen beschikbaar gesteld. Leraren worden getraind in het herkennen van en het onderwijzen van hoogbegaafde leerlingen.

  • 2.

    Binnen de gemeente Westerkwartier wordt gestreefd naar een inclusieve samenleving. Passend onderwijs is bij voorkeur thuis nabij onderwijs, eventueel met extra ondersteuning. Elke basisschool in de gemeente Westerkwartier heeft een aanbod voor hoogbegaafde leerlingen. Voor hoogbegaafde leerlingen die aanvullende ondersteuning nodig hebben, organiseren de schoolbesturen plusklassen. Voor hoogbegaafde leerlingen met een complexe problematiek, een extra zorgvraag of met gedragsproblemen wordt een speciale voorziening ontwikkelt in de regio.

  • 3.

    Is er alleen sprake van hoogbegaafdheid dan kan deze leerling terecht op een school nabij thuis en is er geen grond voor leerlingenvervoer. Indien de verder weg gelegen school een eigen keuze is van de ouders, dan kan er ook geen aanspraak worden gemaakt op een vervoersvoorziening op grond van het leerlingenvervoer.

 

Artikel 12 Afstand

Om de afstand te bepalen gebruikt de gemeente de ANWB-route planner (http://www.anwbrouteplanner.nl). Hierbij wordt uitgegaan van de kortste route auto/fiets.

 

Artikel 13 Vergoeding van eigen vervoer

De vergoeding wordt berekend over 200 schooldagen of wanneer het vervoer niet direct start bij aanvang van het schooljaar, de daadwerkelijke aantal schooldagen.

 

Artikel 14 Stagevervoer

  • 1.

    Is de stage een onderdeel van het onderwijsprogramma (opgenomen in de schoolgids) en krijgt de leerling dagelijks leerlingenvervoer naar de school, dan bestaat in alle redelijkheid en billijkheid (niet al te ver weg) aanspraak op leerlingenvervoer naar het stageadres. Het stageadres wordt dan ook als school aangemerkt.

  • 2.

    Hier geldt echter ook de dichtstbijzijnde toegankelijke stage. Stageplaatsen moeten zo veel mogelijk dicht bij het huis- of het schooladres liggen. Ook moeten de stagetijden aansluiten op de reguliere schooltijden. Op die manier kan het stagevervoer worden gecombineerd met het reguliere schoolvervoer.

 

Artikel 15 Oefenbeschikking

  • 1.

    Een oefenbeschikking kan beschikbaar worden gesteld voor een leerling die in het laatste schooljaar zit van een speciale school voor basisonderwijs of speciaal onderwijs. Hiervoor wordt advies ingewonnen bij het Ondersteuningsteam van de school.

  • 2.

    De oefenbeschikking houdt in dat de leerling gaat oefenen met het zelfstandig reizen met het openbare vervoer. De kosten hiervan worden vergoed. Ook voor een eventuele begeleider. Hiermee wordt de zelfredzaamheid van de leerling vergroot en draagt bij aan een soepele overgang naar het voorgezet onderwijs.

  • 3.

    Let op! Een leerling die vanuit de omgeving Leek, Tolbert of Zevenhuizen de speciale school voor basisonderwijs ’t Hoge Holt in Roden bezoekt, wordt vanaf de leeftijd vanaf negen jaar onderzocht of hij zelfstandig of met begeleiding naar deze school kan fietsen. Het advies van het ondersteuningsteam van ’t Hoge Holt is hierbij bepalend.

     

Artikel 16 Gedragsregels

  • 1.

    Een leerling aan wie een vervoersvoorziening in de vorm van aangepast vervoer is verstrekt, is verplicht de aanwijzingen betreffende de orde, rust en veiligheid op te volgen. De regels zijn door de vervoerder duidelijk kenbaar gemaakt. Alle regels staan in het Publieke Vervoer Folder Leerlingenvervoer. Deze wordt aan het begin van het seizoen aan alle leerlingen en ouders verstrekt.

  • 2.

    Het college kan een leerling aan wie een vervoersvoorziening in de vorm van aangepast vervoer is verstrekt, tijdelijk of voor de rest van het schooljaar de toegang tot dit vervoer ontzeggen. Het ontzeggen van het vervoer vindt plaats als is gebleken dat de leerling door zijn gedrag of anderszins de orde in het vervoermiddel verstoort of de veiligheid van het vervoermiddel en inzittenden in gevaar brengt. Het belangrijkste is dat altijd de aanwijzingen van de vervoerder wordt opgevolgd. De ouders hebben de plicht om de leerling dan zelf naar school te brengen.

 

Artikel 17 Citeertitel

Deze beleidsregels kunnen aangehaald worden als Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Westerkwartier 2019.

 

Artikel 18 Inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden in werking op 1 augustus 2019.

 

 

Aldus besloten in de vergadering

van burgemeester en wethouders

van de gemeente Westerkwartier,

d.d. 9 april 2019

F.H. Wiersma, burgemeester A. Schulting, secretaris

Naar boven