Eerste wijziging Subsidieregeling Rotterdams Onderwijsbeleid 2019-2020

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam,

 

gelezen het voorstel van de concerndirecteur Maatschappelijke Ontwikkeling van 16 juli 2019, 19MO03333;

 

gelet op de artikelen 3, 4, 6, 7, 13 en 14 van de Subsidieverordening Rotterdam 2014;

 

overwegende dat:

  • -

    aanvullende middelen voor de subsidieonderdelen Rotterdamse lerarenbeurs en Bewust kiezen voor beroepsopleiding en beroepssector beschikbaar worden gesteld, vanwege het succes van deze subsidieonderdelen;

  • -

    een doelgroep, te weten het mbo, wordt toegevoegd, inclusief aanvullende middelen, aan het subsidieonderdeel Begeleiding startende docenten of werkdrukvermindering, vanwege de noodzaak in deze sector;

  • -

    aanvullende subsidieonderdelen in het kader van het beleidsthema Leraren zijn ontwikkeld, die inzetten op innovatie, stimuleren stages op Zuid en ontzorgen team en directies, om duurzame inzetbaarheid van onderwijzend personeel te ondersteunen;

besluit vast te stellen:

 

Eerste wijziging Subsidieregeling Rotterdams Onderwijsbeleid 2019–2020

Artikel I

De Subsidieregeling Rotterdams Onderwijsbeleid 2019–2020 wordt als volgt gewijzigd:

 

A

Artikel 3 komt te luiden:

Subsidies kunnen uitsluitend worden verstrekt voor activiteiten in het kader van de volgende subsidieonderdelen en voor de volgende doelgroepen, gevestigd in Rotterdam

Activiteiten in het kader van de volgende subsidieonderdelen

vve

po (inclusief Children's Zone)

po in Children's Zone

vo

(v) so

mbo

ho

Generieke subsidie

Schoolontwikkeling

 

x

 

x

x

 

 

Specifieke subsidies

Burgerschapsinitiatieven onderwijs

x

x

 

x

x

x

 

Deskundigheidsbevordering van leraren en onderwijsprofessionals burgerschap

x

x

 

x

x

x

 

Vermindering ervaren werkdruk of begeleiding startende docenten

 

x

 

x

x

 

 

Rotterdamse lerarenbeurs

x

x

 

x

x

x

 

Zij-instroom

 

x

 

 

x

 

 

Bewust kiezen voor beroepsopleiding en beroepssector

 

 

 

x

x

x

 

IT-campus

 

 

 

 

 

x

 

Doorstroming van jongeren naar hogere onderwijsniveaus en naar arbeidsmarkt

 

 

 

 

 

x

x

Begeleiding startende docenten of werkdrukvermindering

 

 

 

 

 

x

 

Innovatiegroep Broedplaats

x

x

 

x

x

x

 

Duurzame inzet leraren

 

 

 

 

 

 

 

- Opscholing onderwijsassistenten

 

x

 

 

x

 

 

- Innovaties anders organiseren

 

x

 

 

x

 

 

- Ontzorgen teams

 

 

x

 

x

 

 

- Ruimte voor directie

 

 

x

 

x

 

 

- Binden stagiaires en starters

 

 

x

 

x

 

 

Subsidie voor scholen in de Children’s Zone

Dagprogrammering

 

 

x

 

 

 

 

Overige subsidies

Schakelklassen primair onderwijs

 

x

 

 

 

 

 

Lekker Fit!

x

x

 

 

 

 

 

Ieder Kind Een Instrument

 

x

 

 

 

 

 

Ouderbetrokkenheid

 

x

 

x

x

 

 

Veiligheid op school

 

 

 

x

x1

x

 

 

B

Artikel 6 komt te luiden:

Voor de subsidieverlening op grond van deze regeling geldt een subsidieplafond conform onderstaande tabel.

Subsidieonderdeel Schooljaar

Schooljaar 2019-2020

Kalenderjaar 2019

Kalenderjaar 2020

Generieke subsidie

Schoolontwikkeling

21.460.000

 

 

Specifieke subsidies

Burgerschapsinitiatieven

375.000

 

 

Deskundigheidsbevordering van leraren en onderwijsprofessionals burgerschap

700.000

 

 

Vermindering ervaren werkdruk of begeleiding startende docenten

760.000

 

 

Rotterdamse lerarenbeurs

1.009.621

 

 

Zij-instroom

1.000.000

 

 

Bewust kiezen voor beroepsopleiding en beroepssector

239.000

 

 

IT-campus

nvt

300.000

300.000

Doorstroming van jongeren naar hogere onderwijsniveaus en naar arbeidsmarkt

364.000

 

 

Begeleiding startende docenten of werkdrukvermindering (mbo)

140.000

 

 

Duurzame inzet leraren

2.770.000

 

 

Innovatiegroep broedplaats

nvt

 

 

Subsidie voor scholen in de Children’s Zone

Dagprogrammering

11.400.000

 

 

Overige subsidies

Schakelklassen primair onderwijs

nvt

 

 

Lekker Fit! (excl. Dagprogrammering)

nvt

 

 

Ieder Kind Een Instrument (excl. Dagprogrammering

nvt

 

 

Ouderbetrokkenheid

6.000.000

 

 

Veiligheid op School

nvt

 

 

Totaal

46.217.621

300.000

300.000

 

C

In artikel 7 worden aan ‘Specifieke subsidies’ de volgende rijen toegevoegd, luidende:

Begeleiding startende docenten of werkdrukvermindering

De subsidie wordt vooraf verdeeld op basis van een bedrag per instelling, zoals bedoeld in bijlage 3

Per instelling is een bedrag van maximaal € 20.000 beschikbaar. Dit is een maximale subsidie van 50% van de kosten van het ingediende plan, waarbij wordt uitgegaan van minimal 50% cofinanciering door het schoolbestuur.

Duurzame inzet leraren

De subsidie wordt vooraf bepaald per sector.

Binnen sector (V)SO en PO (inclusief Children’s Zone) wordt de subsidie vooraf verdeeld op basis van het leerlingaantal.

Binnen de sector PO CZ wordt de subsidie vooraf verdeeld op basis van het aantal locaties per bestuur.

Subsidie op basis van ingediende plan en begroting.

Voor ‘opscholing onderwijsassistenten’ geldt een maximum van € 2.500 per persoon; maximaal 4 jaar achtereenvolgens aan te vragen.

 

D

Aan artikel 8 worden de volgende leden toegevoegd, luidende:

  • 3.

    In afwijking van artikel 6, derde lid, van de SVR2014 kunnen aanvragen voor Begeleiding startende docenten of werkdrukvermindering, Innovatiegroep broedplaats en Duurzame inzet leraren worden ingediend vanaf de dag na de dagtekening van het Gemeenteblad waarin zij wordt geplaatst. Aanvragen worden uiterlijk op 15 oktober ingediend.

  • 4.

    In aanvulling op artikel 5 van de SVR2014 wordt de subsidieaanvraag voor Begeleiding startende docenten of werkdrukvermindering, Innovatiegroep broedplaats en Duurzame inzet leraren ingediend met behulp van het vastgestelde subsidieaanvraagformulier, bedoeld in bijlage 3.

E

Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In het opschrift wordt ‘Aanvraag’ gewijzigd in ‘Aanvang’.

  • 2.

    Voor de tekst wordt de aanduiding ‘1.’ geplaatst.

  • 3.

    Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

    • 2.

      De beslistermijn voor de onderdelen Begeleiding startende docenten of werkdrukvermindering, Innovatiegroep Broedplaats, Duurzame inzet leraren vangt aan op 2 september 2019.

F

Na artikel 19 worden de volgende artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 19a Innovatiegroep Broedplaats

  • 1.

    De subsidie stimuleert de inzet van personen die de leergang broedplaats010 hebben afgerond, om deze opgedane competenties in te zetten bij de ontwikkeling en uitvoering van experimenten ingediend voor het thema ‘innovaties anders organiseren’. De subsidie faciliteert in het leveren van tijd. Op deze manier wordt hun denkkracht en expertise beschikbaar gesteld aan het Rotterdamse onderwijs.

  • 2.

    Onverminderd de artikel 4:37 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 12 van de SVR2014, gelden voor de subsidieontvanger, die een subsidie ontvangt voor activiteiten in het kader van innovatiegroep broedplaats, de volgende verplichtingen:

    • a.

      de persoon heeft een leergang broedplaats010 afgerond en heeft daarnaast aangegeven inzetbaar te willen zijn bij de ontwikkeling en uitvoering van experimenten voor innovaties anders organiseren;

    • b.

      de subsidie wordt ingezet voor ‘vervanging’ van deze persoon of voor uitbreiding van de contractduur van deze persoon;

    • c.

      de gefaciliteerde tijd wordt door deze persoon ingezet ten behoeve van de ontwikkeling en uitvoering van door de schoolbesturen aangereikte innovaties anders organiseren;

    • d.

      het experiment hoeft niet van het eigen schoolbestuur te zijn; en

    • e.

      de maximale vergoeding is 0,2 fte loonkosten van de betreffende persoon.

Artikel 19b Duurzame inzet leraren

  • 1.

    Duurzame inzet leraren bestaat uit:

    • a.

      opscholing onderwijsassistenten

      • i.

        de subsidie heeft als doel schoolbesturen te stimuleren om onderwijsassistenten te laten instromen in de lerarenopleiding of de pabo, door het beschikbaar stellen van middelen voor een deel van de opleidings- of vervangingskosten van de betreffende onderwijsassistent.

      • ii.

        onverminderd de artikel 4:37 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 12 van de SVR2014, gelden voor de subsidieontvanger, die een subsidie ontvangt voor activiteiten in het kader van opscholing onderwijsassistenten de volgende verplichtingen:

        • 1.

          de onderwijsassistent volgt onderwijs om zijn bevoegdheid als docent in het PO, SO of VSO te halen;

        • 2.

          de onderwijsassistent is in zijn huidige baan werkzaam op een Rotterdamse schoollocatie;

        • 3.

          de onderwijsassistent wordt in tijd gefaciliteerd door zijn schoolbestuur om de opleiding te volgen;

        • 4.

          de onderwijsassistent wordt geschoold op de kenmerken van een Rotterdamse leraar en volgt de opleiding aan een Rotterdamse pabo. Onderbouwde uitzondering is hierop mogelijk; en

        • 5.

          het schoolbestuur maakt gebruik van de inzet van landelijke subsidiemogelijkheden. Alleen kosten die daarna overblijven voor de opscholing onderwijsassistenten komen voor subsidie in aanmerking.

    • b.

      innovaties anders organiseren

      • i.

        de subsidie is ter ondersteuning van de ontwikkeling en uitvoering van projecten voor de actielijn ‘anders organiseren van de lerarenaanpak’, ter stimulering van experimenten en pilots die op de lange termijn bijdragen aan een andere opbouw van de organisatie of die bijdragen aan het duurzaam aantrekkelijk maken van het beroep van leraar;

      • ii.

        onverminderd de artikel 4:37 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 12 van de SVR2014, gelden voor de subsidieontvanger, die een subsidie ontvangt voor activiteiten in het kader van innoveren anders organiseren de volgende verplichtingen:

        • 1.

          aanvragen voor experimenten en pilots passen binnen één van de drie thema’s:

          • a.

            versterken van het beroepsbeeld van de leraar met onder andere ruimte voor vakmanschap en professionele ontwikkeling;

          • b.

            inzet van een meer divers personeelsbestand; of

          • c.

            anders opleiden;

        • 2.

          het plan en de opgedane kennis zijn overdraagbaar naar andere besturen en scholen, waarbij aan de subsidie-aanvrager een actieve bijdrage kan worden gevraagd bij deze kennisdeling;

        • 3.

          bij de aanvraag wordt inzichtelijk gemaakt:

          • a.

            het effect op het lerarentekort in Rotterdam;

          • b.

            het aantal betrokken scholen in het experiment;

          • c.

            de samenwerking met andere partijen; en

          • d.

            de duurzaamheid en ontwikkelsnelheid;

          • e.

            of kennisinstituten betrokken zijn; of

          • f.

            gebruik gemaakt wordt van inzet van de ‘innovatiegroep broedplaats’;

        • 4.

          bij de beoordeling van de aanvragen ‘innovaties anders organiseren’ wordt het advies van de hr-expertgroep gevraagd, die de aanvragen aan bovenstaande verplichtingen toetst.

    • c.

      ontzorgen teams

      • i.

        de subsidie ondersteunt initiatieven die eraan bijdragen dat leraren minder werkdruk ervaren veroorzaakt door zorgvragen van leerlingen en zich kunnen richten op hun kerntaken;

      • ii.

        onverminderd de artikel 4:37 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 12 van de SVR2014, gelden voor de subsidieontvanger, die een subsidie ontvangt voor activiteiten in het kader van Ontzorgen teams de volgende verplichtingen:

        • 1.

          het initiatief draagt bij aan de verbetering van de aansluiting tussen zorg en onderwijs;

        • 2.

          bij de voorgestelde initiatieven wordt onderbouwd waarom zij een direct effect op de afname van werkdruk bij leraren hebben, die zijn ontstaan door zorgvragen van leerlingen;

        • 3.

          wanneer de opgedane kennis overdraagbaar is naar andere besturen en scholen, kan de subsidie-aanvrager een actieve bijdrage worden gevraagd bij deze kennisdeling; en

        • 4.

          middelen beschikbaar voor Children’s Zone-locaties worden alleen op Children’s Zone-locaties besteed.

    • d.

      Ruimte voor directie

      • i.

        de subsidie heeft als doel het versterken van de inzet van de directies voor de ontwikkeling en uitvoering van initiatieven op het gebied van innovaties anders organiseren, zodat directeuren meer tijd en aandacht kunnen geven aan ontwikkeling en aansturing van initiatieven en de begeleiding van het schoolteam in de veranderopgave;

      • ii.

        onverminderd de artikel 4:37 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 12 van de SVR2014, gelden voor de subsidieontvanger, die een subsidie ontvangt voor activiteiten in het kader van ruimte aan directie de volgende verplichtingen:

        • 1.

          de aanvraag is onderbouwd en geeft aan waarom de activiteiten een direct effect op de inzetbare tijd voor de directie hebben ter ontwikkeling en aansturing van de initiatieven en de begeleiding van het team bij de veranderopgave;

        • 2.

          middelen beschikbaar voor Children’s Zone-locaties worden alleen op Children’s Zone-locaties besteed.

    • e.

      Binden stagiaires en starters

      • i.

        de subsidie heeft als doel stagiaires en starters te binden aan locaties in Children’s Zone-gebied of aan locaties speciaal onderwijs;

      • ii.

        onverminderd de artikel 4:37 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 12 van de SVR2014, gelden voor de subsidieontvanger, die een subsidie ontvangt voor activiteiten in het kader binden stagiaires en starters de volgende verplichtingen:

        • 1.

          het schoolbestuur werkt binnen dit thema, waar mogelijk, samen met een pabo;

        • 2.

          de subsidie wordt ingezet ten behoeve van de starter of de stagiair;

        • 3.

          de subsidie wordt ingezet voor begeleiding van de stagiair of als extra vergoeding voor de stagiair;

        • 4.

          de subsidie is onderscheidend voor de locaties in Children’s Zone-gebied;

        • 5.

          de subsidie wordt niet ingezet als een generieke maatregel door het schoolbestuur; en

        • 6.

          middelen beschikbaar voor Children’s Zone-locaties worden alleen op Children’s Zone-locaties besteed worden.

Artikel II

Dit besluit treedt in werking op de dag na de dagtekening van het Gemeenteblad waarin het wordt geplaatst.

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van 16 juli 2019.

De secretaris,

V.J.M. Roozen

De burgemeester,

A. Aboutaleb

Dit gemeenteblad 2019, nummer 104, is uitgegeven op 17 juli 2019 en ligt op dins-, woens- en donderdagen van 9.00 tot 13.00 uur ter inzage bij het Bestuurlijk Informatiecentrum Rotterdam (BIR), locatie Wachtruimte Timmerhuis, Halvemaanpassage 1 (trap op, melden bij Informatiebalie)

(Zie ook: www.bis.rotterdam.nl – Regelgeving of Gemeentebladen chronologisch)

Naar boven