Verordening afdeling 6a apv: bijzondere bepalingen over horecabedrijven als bedoeld in de drank- en horecawet, gemeente Waadhoeke

Op grond van de Drank- en Horecawet zijn gemeenten verplicht om in ieder geval ten aanzien van de schenktijden van alcoholische dranken in paracommerciële inrichtingen een verordening op te stellen. De voormalige gemeenten Franekeradeel, het Bildt, Littenseradiel en Menameradiel hadden ieder een dergelijke verordening opgesteld. De schenktijden van deze verordeningen lopen echter uiteen. In het kader van de Wet Arhi dient een fusiegemeente binnen 2 jaar na de fusiedatum lokale verordeningen opnieuw vast te stellen. Door middel van het vaststellen van deze verordening wordt hieraan voldaan, waarbij de schenktijden geüniformeerd worden en rechtsongelijkheid voorkomen wordt. Daarnaast is een facultatieve bepaling opgenomen ten aanzien van het schenken van sterk alcoholische dranken.

 

De raad van de gemeente Waadhoeke

gelet op (de) artikel (en) 4, eerste tot en met derde lid, (en 25a, 25b, 25c en 25d) van de Drank- en Horecawet;

besluit vast te stellen de volgende wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening Waadhoeke:

ARTIKEL I

Na afdeling 6 van Hoofdstuk 2 van de Algemene Plaatselijke Verordening Waadhoeke wordt een afdeling ingevoegd, luidend: Afdeling 6A. Bijzondere bepalingen over horecabedrijven als bedoeld in de Drank- en Horecawet.

 

Artikel 2:14a Begripsbepaling

In deze afdeling wordt verstaan onder:

  • -

    alcoholhoudende drank,

  • -

    bijeenkomsten van persoonlijke aard,

  • -

    horecabedrijf,

  • -

    horecalocaliteit,

  • -

    inrichting,

  • -

    paracommerciële rechtspersoon,

  • -

    sterke drank,

  • -

    slijtersbedrijf en

  • -

    zwak-alcoholhoudende drank,

dat wat daaronder wordt verstaan in de Drank- en Horecawet.

 

Artikel 2:14b Regulering paracommerciële rechtspersonen

  • 1.

    Een paracommercieel rechtspersoon die zich richt op het organiseren van activiteiten van sportieve, recreatieve, educatieve, levensbeschouwelijke of godsdienstige aard kan alcoholhoudende drank uitsluitend verstrekken op:

    • a.

      maandag tot en met vrijdag vanaf 20.00 tot 23.30 uur;

    • b.

      zaterdag vanaf 14.00 tot 19.00 uur;

    • c.

      zon- en of feestdag vanaf 12.00 tot 19.00 uur.

  • 2.

    Als een paracommercieel rechtspersoon, als bedoeld in het eerste lid, wedstrijden of zaalsporten organiseert die eindigen tijdens het laatste uur vóór het verlopen of na afloop van de in dat lid genoemde schenktijden, is het toegestaan, in aanvulling op die schenktijden, alcoholhoudende drank te verstrekken tot één uur na beëindiging van de in dit artikel genoemde activiteiten.

  • 3.

    Een paracommercieel rechtspersoon die zich richt op het organiseren van activiteiten waarbij het faciliteren van sociale interactie een voorname rol speelt, kan alcoholhoudende drank uitsluitend verstrekken op:

    • a.

      maandag tot en met donderdag vanaf 14.00 tot 23.00 uur;

    • b.

      vrijdag tot en met zondag vanaf 14.00 tot 01.00 uur.

  • 4.

    Overige paracommerciële rechtspersonen kunnen alcoholhoudende drank uitsluitend verstrekken op:

    • a.

      vrijdag en zaterdag vanaf 20.00 tot 01.00 uur;

    • b.

      zondag vanaf 20.00 tot 23.00 uur.

 

Artikel 2.14c Bijeenkomsten bij paracommerciële rechtspersonen

  • 1.

    Een paracommercieel rechtspersoon verstrekt geen alcoholhoudende drank tijdens bijeenkomsten van persoonlijke aard en bijeenkomsten die gericht zijn op personen welke niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de desbetreffende rechtspersoon betrokken zijn.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid mag een paracommercieel rechtspersoon genoemd in artikel 2.14b eerste lid alcoholhoudende drank verstrekken tijdens ten hoogste 8 dagen per jaar tot 01.00 uur bij bijeenkomsten die gericht zijn op personen welke niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de desbetreffende rechtspersoon betrokken zijn.

  • 3.

    In afwijking van het eerste lid mag een paracommercieel rechtspersoon, genoemd in artikel 2.14b derde lid, maximaal 12 x per jaar alcoholhoudende drank verstrekken tijdens bijeenkomsten van persoonlijke aard of bijeenkomsten die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de desbetreffende rechtspersoon betrokken zijn.

  • 4.

    In afwijking van het eerste lid geldt dat als in de vestigingsplaats van een paracommercieel rechtspersoon, genoemd in artikel 2.14b derde lid, geen horecabedrijf gevestigd is de beperking van maximaal 12 x per jaar niet.

  • 5.

    In afwijking van artikel 2.14c vierde lid is het paracommerciële rechtspersonen toegestaan om bij bijeenkomsten in het kader van een uitvaart een zogeheten troostborrel te schenken.

  • 6.

    Een paracommercieel rechtspersoon doet uiterlijk drie weken voor een bijeenkomst als bedoeld in het tweede en derde lid, hiervan melding aan de burgemeester.

 

Artikel 2.14d Beperking verstrekking sterk alcoholhoudende drank

  • 1.

    Het is verboden sterke drank voor gebruik ter plaatse te verstrekken in een horecabedrijf of een onderdeel daarvan:

    • a.

      waar uitsluitend of in hoofdzaak kleine eetwaren worden verkocht;

    • b.

      dat uitsluitend of in hoofdzaak in gebruik is bij een jeugdorganisatie of -instelling;

    • c.

      dat uitsluitend of in hoofdzaak in gebruik is bij een sportorganisatie of -instelling;

    • d.

      waar onderwijs wordt gegeven.

  • 2.

    De burgemeester kan van dit verbod ontheffing verlenen.

ARTIKEL II

  • 1.

    De Drank- en Horecaverordening Waadhoeke 2018 wordt ingetrokken met ingang van de in het 2e lid genoemde datum.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking op de dag na die waarop zij is bekendgemaakt op de website www.officielebekendmakingen.nl.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 27 juni 2019.

De voorzitter,

De griffier,

Artikelsgewijze toelichting

 

Artikel 2:14a Begripsbepaling

Aangesloten wordt bij de definities van de Drank- en Horecawet.

 

Artikel 2:14b Regulering paracommerciële rechtspersonen

De gemeente is op grond van artikel 4 van de Drank- en Horecawet verplicht de tijden

waarop alcoholhoudende drank mag worden geschonken door paracommerciële rechtspersonen te regelen. Deze schenktijden waren verschillend in de voormalige gemeenten en worden met deze verordening gelijk getrokken. Er is gekozen om te werken met vaste schenktijden waarbinnen het schenken plaats mag vinden. Dit zorgt ervoor dat het artikel beter handhaafbaar is. Het is namelijk lastig om als toezichthouder vast te stellen wanneer een activiteit gestopt is of zal starten. Bij vaste tijden kan beter toezicht worden gehouden op de naleving van de opgenomen schenktijden. Bij het vaststellen van deze tijden is onderscheid gemaakt tussen sportieve, recreatieve, educatieve, levensbeschouwelijke of godsdienstige rechtspersonen, sociaal-culturele rechtspersonen en overige rechtspersonen waaronder bijvoorbeeld jeugdhonken vallen.

 

Bij het vaststellen van de tijden is geprobeerd rekening te houden met de tijden uit de oude verordeningen. Na aanleiding van inspraak van de Koninklijke Horeca Nederland (KHN) namens de horecaondernemers uit de gemeente Waadhoeke zijn de tijden voor de paracommercie wel ingeperkt ten opzichte van een deel van de oude verordeningen.

 

Voor de paracommerciële rechtspersonen die zich richten op het organiseren van activiteiten van sportieve, recreatieve, educatieve, levensbeschouwelijke of godsdienstige aard (dit betreffen sportkantines, verenigingsgebouwen e.d.) gelden vaste schenktijden. Aangezien wedstrijden ook buiten de schenktijden om worden georganiseerd is in het tweede lid een uitzondering opgenomen. Als wedstrijden dan wel activiteiten van sportieve aard, zijnde zaalsporten, verlopen tijdens het laatste uur genoemd in het eerste artikel. In dat geval mag tot één uur na beëindiging van de genoemde activiteiten alcoholhoudende drank geschonken worden. Onder de beëindiging van een wedstrijd wordt verstaan het eindsignaal wat wordt gegeven.

 

Onder de sociaal-culturele rechtspersonen vallen dorps- en buurthuizen. Verder gelden er nog schenktijden voor overige rechtspersonen, hieronder vallen de jeugdhonken.

 

In dit artikel worden geen sluitingstijden vermeld, echter wordt met de schenktijd ook de sluitingstijd van een paracommercieel rechtspersoon bedoeld.

 

Artikel 2.14c Bijeenkomsten bij paracommerciële rechtspersonen

Om oneerlijke concurrentie tussen de horeca en paracommercie te beperken zijn regels opgenomen voor festiviteiten en bijeenkomsten van persoonlijke aard. Onder bijeenkomsten van persoonlijke aard wordt verstaan activiteiten die buiten de doelstelling van de betreffende organisatie vallen. Te denken valt aan bruiloften, feesten, recepties, jubilea, verjaardagen, bedrijfsfeesten, koffietafels, condoleancebijeenkomsten en dergelijke. Door KHN is aangegeven dat de paracommercie veel ruimte krijgt om festiviteiten en bijeenkomsten van persoonlijke aard te organiseren. Ze hebben hierbij een voorstel gedaan waarbij er ruimte blijft voor het organiseren van de festiviteiten.

 

In kantines worden diverse activiteiten georganiseerd, onder de nieuwe regeling blijven er mogelijkheden bestaan om dit te organiseren. Zo blijft het toegestaan om clubgebonden activiteiten incl. kaartavonden, darten e.d. te organiseren binnen de gestelde schenktijden. Ook muziek of een band na afloop van een wedstrijd mag. Het ter beschikking stellen van de kantine aan derden voor activiteiten in de persoonlijke sfeer is niet toegestaan, dit was onder de oude verordeningen ook al niet mogelijk. Onder de oude verordeningen kon tot maximaal 12 keer per jaar een activiteit georganiseerd worden, deze regeling wordt beperkt. De KHN geeft aan dat de activiteiten die georganiseerd worden ook bezocht worden door niet leden van de vereniging, hiervoor was deze ontheffingsmogelijkheid niet bedoeld. Als alternatief wordt voorgesteld dat 5 dagen per jaar activiteiten georganiseerd mogen worden om de clubkas te spekken, dit mogen ook commerciële activiteiten en evenementen zijn. Dergelijke activiteiten moeten uiterlijk 3 weken van te voren gemeld worden. Op het niet melden volgt een sanctie waarop gehandhaafd wordt.

 

Voor buurt- en dorpshuizen is door de KHN een voorstel gedaan. KHN geeft aan dat zij het centrum zijn van leefbaarheid in de kernen. Buurt- en dorpshuizen moeten echter niet de functie van de horeca overnemen, met name in de dorpen waar horeca zit. Om deze reden worden de dorpen waar horeca aanwezig is beperkt in de mogelijkheid op bijeenkomsten van persoonlijke aard te organiseren. Dit aantal gaat terug van twaalf naar acht bijeenkomsten. In dorpen waar geen horecagelegenheid zit, geldt geen beperking. Wel is een uitzondering opgenomen voor het schenken van een zogeheten troostborrel in het kader van een uitvaart.

Vanuit de gemeente is aangegeven dat de horeca en buurt- en dorpshuizen met elkaar in gesprek moeten gaan om beide gelegenheden in de dorpen in stand te houden. Hoe dit vorm moet krijgen, zal nader onderzocht worden.

Buurt- en dorpshuizen doen uiterlijk drie weken voor een bijeenkomst melding bij de gemeente.

 

Uit een inspraakreactie bleek dat er in één van de dorpen al een goede samenwerking is tussen de horeca en met MFA. De voorgestelde beperking van de bijeenkomsten van persoonlijke aard zorgt voor een belemmering is de samenwerking, aangezien er nu meerdere bijeenkomsten worden georganiseerd waarbij het MFA samenwerkt met de horeca. Er is voorgesteld om een convenant op te stellen tussen de horecaondernemer, het bestuur van het MFA, dorpsbelang en de gemeente waarin de afspraken over het aantal te organiseren bijeenkomsten worden vastgelegd. De gemeente zal toezicht houden op basis van het convenant. Ook in andere dorpen kunnen dergelijke convenanten afgesloten worden.

 

Artikel 2.14c Beperking verstrekking sterk alcoholhoudende drank

Op grond van artikel 25a van de Drank- en Horecawet kan bij gemeentelijke verordening het

bedrijfsmatig of anders dan om niet verstrekken van alcoholhoudende drank worden verboden

of aan beperkingen worden onderworpen. Gelet op de belangen die worden gediend met een

matig alcoholgebruik is het zonder meer onwenselijk dat sterke drank wordt verstrekt in inrichtingen die primair voor andere doeleinden dan alcoholgebruik worden bezocht. Vandaar

dat in dit artikel een verbod is opgenomen om sterke drank te verstrekken in snackbars en

cafetaria's, gebouwen die in gebruik zijn bij onderwijs-, jongeren-, sport- of kerkelijke instellingen of –organisaties.

Naar boven