Verordening studietoeslag Participatiewet Hollands Kroon 2019

De raad van de gemeente Hollands Kroon;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 26 februari 2019;

 

gelezen het advies van de cliëntenraad Participatiewet Hollands Kroon van 1 februari 2019;

 

besluit vast te stellen de Verordening studietoeslag Participatiewet Hollands Kroon 2019

 

 

 

Artikel 1 Hoogte individuele studietoeslag

De toeslag bedraagt 25% van het voor de persoon geldende netto wettelijk minimumloon inclusief vakantiegeld. Het bedrag wordt afgerond op hele euro’s.

 

Artikel 2 Betaling individuele studietoeslag

Een individuele studietoeslag wordt per maand uitbetaald.

 

Artikel 3 Inwerkingtreding en citeertitel

1. De verordening wordt aangehaald als ‘Verordening studietoeslag Participatiewet Hollands Kroon 2019’.

2. De verordening treedt in werking de dag na publicatie onder gelijktijdige intrekking van de Verordening studietoeslag Participatiewet Hollands Kroon 2015 en werkt terug tot 1 april 2019.

Verordeningsplicht

De Invoeringswet Participatiewet legt de gemeenteraad de verplichting op in een verordening regels vast te stellen over het verlenen van een individuele studietoeslag. Deze verordeningsopdracht is neergelegd in artikel 8, eerste lid, onderdeel c, van de Participatiewet. De regels moeten in ieder geval betrekking hebben op de hoogte en de frequentie van de betaling van de individuele studietoeslag (artikel 8, derde lid, van de Participatiewet).

Artikelsgewijze toelichting

 

Artikel 1. Hoogte individuele toeslag

De studietoeslag is bedoeld als stimulans om te studeren en compensatie voor het feit dat er minder kan worden bijverdiend in verband met de verminderde verdiencapaciteit. De hoogte van de toeslag is gebaseerd op 25% van het minimumloon en is daarmee een compensatie voor 10 uren bijverdienen per week van een 40-urige werkweek. Op grond van cijfers van het CBS werken studenten gemiddeld 18 uren per week, maar dat is inclusief stages en geeft daarmee een vertekend beeld.

Artikel 2. Betaling individuele studietoeslag

De toeslag wordt per maand betaald. Dit is overzichtelijk voor de student en sluit aan bij de normale betalingssysthematiek.

Artikel 3. Inwerkingtreding en citeertitel

De verordening is vastgesteld in de vergadering 28 maart 2019 en treedt in werking met ingang van 1 april 2019.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 28 maart 2019

Griffier Voorzitter

Algemene toelichting

De Invoeringswet Participatiewet introduceert een studieregeling in de Participatiewet: de individuele studietoeslag. Hiermee krijgt het college de mogelijkheid mensen, van wie is vastgesteld dat ze niet in staat (zullen) zijn het minimumloon te verdienen, een individuele studietoeslag te verstrekken als ze studeren. Het afronden van een studie versterkt de positie op de arbeidsmarkt. Een diploma is een bewijs tegenover werkgevers dat iemand gemotiveerd is en veel in zijn mars heeft.

 

Mensen met een arbeidshandicap hebben volgens de regering een extra steuntje in de rug nodig als het gaat om studeren. Voor hen is de drempel om te lenen een stuk hoger, omdat de kans op een baan later lager is. Een studietoelage stimuleert mensen om toch de stap te zetten om naar school te gaan of een studie te gaan volgen. Ook biedt het een financiële compensatie voor het feit dat het voor deze groep vaak moeilijk is om de studie te combineren met een bijbaan (TK 2013-2014, 33 161, nr. 125, p. 2).

Naar boven