Regeling van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Boxtel houdende bepalingen inzake subsidie voor innovatie en duurzaamheid bij ondernemers 2019 (id-boxtel)

Het college van burgemeester en wethouders van gemeente Boxtel;

 

gelet op de Algemene Subsidieverordening gemeente Boxtel 2017;

 

b e s l u i t :

 

vast te stellen de:

 

Regeling van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Boxtel houdende bepalingen inzake subsidie voor innovatie en duurzaamheid bij ondernemers 2019 (id-boxtel)

 

Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Aanvrager: onderneming, gevestigd in Boxtel of met de intentie zich te vestigen in Boxtel, die gevolmachtigd is door de samenwerkende ondernemingen de subsidie-aanvraag te doen.

  • b.

    Adviesorganisatie: organisatie of onderneming, niet zijnde een kennisinstelling, die deskundigheid heeft op het gebied van de op grond van deze regeling te subsidiëren activiteiten en die als bedrijfsactiviteit adviesopdrachten uitvoert.

  • c.

    Awb: Algemene wet bestuursrecht.

  • d.

    Bijdragen aan energieneutraliteit: het opwekken van duurzame energie, dan wel het verminderen van het verbruik van energie uit fossiele bronnen.

  • e.

    Circulariteit: het drastisch verminderen van het verbruik van grondstoffen en het zodanig gebruik van deze grondstoffen dat zij aan het einde van de levensduur van een product weer opnieuw als (gelijkwaardige) grondstof kunnen worden gebruikt.

  • f.

    College: College van burgemeester en wethouders van de gemeente Boxtel

  • g.

    De-minimissteun: steun die voldoet aan de voorwaarden voor vrijstelling van aanmelding als opgenomen in de de-minimisverordening.

  • h.

    De-minimisverordening: Verordening (EU) N1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun, Pb EU L 352/9 van 24 december 2013.

  • i.

    Ecologische voetafdruk: de voetafdruk geeft weer hoeveel biologisch productieve grond- en wateroppervlakte wordt verbruikt om het productie- dan wel consumptieniveau te handhaven en afvalproductie te kunnen verwerken, gemeten in hypothetische, mondiale hectares.

  • j.

    Energieneutraliteit: het opwekken van evenveel duurzame energie als dat wordt verbruikt.

  • k.

    Haalbaarheidsstudie: de analyse van onder andere functionele, technische financiële, ruimtelijke en locatie-aspecten van een voorgenomen project, om een beslissing te kunnen nemen over de eventuele realisatie van het project.

  • l.

    Innovatief product: nieuw product of wezenlijk nieuwe toepassing van een bestaand product.

  • m.

    Innovatief productieproces: nieuw productieproces of wezenlijk nieuwe toepassing van een bestaand productieproces.

  • n.

    Innovatieve dienst: nieuwe dienst of wezenlijk nieuwe toepassing van een bestaande dienst.

  • o.

    Kennisinstelling:

    • 1.

      onder a, b, c, g of h van de bijlage van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek genoemde instelling voor hoger onderwijs en een onder j van de bijlage bij die wet bedoeld academisch ziekenhuis en Nyenrode Business Universiteit;

    • 2.

      andere dan onder 1 bedoelde geheel of gedeeltelijk, meerjarig door de overheid gefinancierde onderzoeksorganisatie zonder winstoogmerk die activiteiten verricht met als doel de algemene wetenschappelijke of technische kennis uit te breiden;

    • 3.

      een geheel of gedeeltelijk, meerjarig door een andere lidstaat van de Europese Unie gefinancierde:

      • 3.1

        openbare instelling voor hoger onderwijs of een daaraan verbonden ziekenhuis gelijkwaardig aan een instelling respectievelijk academisch ziekenhuis als bedoeld onder 1;

      • 3.2

        onderzoeksorganisatie zonder winstoogmerk die activiteiten verricht met als doel de algemene wetenschappelijke en technische kennis uit te breiden;

    • 4.

      een rechtspersoon ten aanzien waarvan een instelling als bedoeld onder 1, 2 of 3 direct of indirect:

      • 4.1

        meer dan de helft van het geplaatste kapitaal verschaft;

      • 4.2

        volledig aansprakelijk vennoot is, of

      • 4.3

        overwegende zeggenschap heeft;

    • 5.

      een onderzoeksorganisatie zonder winstoogmerk met eigen medewerkers in loondienst, die tot doel heeft om via het structureel doen van eigen onderzoek en het ontwikkelen en testen van technische toepassingen door haar medewerkers, de technologische kennis op een specifiek terrein te bevorderen, die geen instelling is als bedoeld onder 1 tot en met 4.

  • p.

    Onderneming: iedere eenheid, ongeacht haar rechtsvorm of wijze van financiering, die een economische activiteit uitoefent.

  • q.

    Project: activiteit of samenhangend geheel van activiteiten die afgebakend zijn in tijd en gericht op een specifiek eindresultaat.

  • r.

    Startdatum project: datum akkoord stuurgroep.

  • s.

    Stuurgroep: samengestelde groep met mandaat van het college, die subsidieaanvragen op grond van deze regeling beoordeelt.

Doelgroep, activiteiten en vorm

Artikel 2 Doelgroep

Subsidie op grond van deze regeling kan worden verstrekt aan ondernemingen die gevestigd zijn of aantoonbare intentie hebben om zich te vestigen binnen de gemeente Boxtel.

 

Artikel 3 Subsidiabele activiteiten

Subsidie op grond van deze paragraaf kan worden verstrekt voor het uitvoeren van een haalbaarheidsstudie.

 

Artikel 4 Stuurgroep

  • 1.

    Subsidie wordt verleend door de stuurgroep.

  • 2.

    De stuurgroep wordt gemandateerd door het college om op grond van deze regeling subsidies te verstrekken.

     

Artikel 5 Subsidievorm

Subsidies worden verstrekt in de vorm van een geldbedrag.

 

Weigeringsgronden, vereisten en kosten

Artikel 6 Weigeringsgronden

In aanvulling op artikel 9 van de Algemene subsidieverordening gemeente Boxtel 2017 kan subsidie verder worden geweigerd indien:

  • 1.

    gegronde redenen bestaan om aan te nemen dat de aanvrager doelstellingen beoogt of activiteiten ontplooit in strijd met de wet, het algemeen belang of openbare orde;

  • 2.

    aan aanvrager voor dezelfde activiteit en dezelfde subsidiabele kosten reeds subsidie is verstrekt;

  • 3.

    de aanvraag niet voldoet aan de subsidie vereisten zoals genoemd onder Artikel 7.

Artikel 7 Vereisten haalbaarheidsstudie

  • 1.

    Om voor subsidie op grond van deze regeling in aanmerking te komen wordt voldaan aan de volgende vereisten:

    • a.

      aanvragers zijn gevestigd in Boxtel dan wel hebben aantoonbare intentie om zich te vestingen binnen de gemeente Boxtel;

    • b.

      de casus van de haalbaarheidsstudie komt ten goede aan de economie van Boxtel.

    • c.

      het project waarbij de haalbaarheid wordt onderzocht voor een door de aanvrager gezamenlijk te ontwikkelen innovatief product, productieproces of dienst is gericht op minimaal één van onderstaande doelstellingen:

      • -

        Bedrijfshuisvesting en vestigingsklimaat:

        • Bijdragen aan economie;

        • Bijdragen aan verbetering van functionaliteit van een bedrijventerrein.

      • -

        Collectieve duurzaamheidstoepassingen:

        • Bijdragen aan energieneutraliteit;

        • Terugbrengen ecologische voetafdruk van de Boxtelse gemeenschap;

        • Bijdragen aan circulariteit.

      • -

        Sociaal duurzaam ondernemen:

        • Bijdragen aan werkgelegenheid voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt;

        • Bijdragen aan duurzame inzetbaarheid van mensen;

        • Stages/uitwisseling personeel.

    • d.

      het project bestaat volledig uit een haalbaarheidsstudie en eventuele aanverwante onderzoeken en activiteiten zoals proefopstellingen/demonstraties ten behoeve van de haalbaarheidsstudie;

    • e.

      het te ontwikkelen innovatief product, innovatief productieproces of innovatieve dienst waarop het project betrekking heeft, is in technische of financiële zin voldoende complex om de haalbaarheidsstudie te rechtvaardigen;

    • f.

      het project geeft voldoende inzicht in het economisch perspectief en de uitvoerbaarheid van het te ontwikkelen innovatief product, innovatief productieproces of innovatieve dienst.

  • 2.

    Aan de aanvraag ligt ten grondslag:

    • a.

      een projectplan waarin in ieder geval is opgenomen op welke wijze wordt voldaan aan de vereisten uit deze regeling;

    • b.

      een begroting en sluitend financieringsplan;

    • c.

      een kernachtige omschrijving van het project ten behoeve van een voor eenieder toegankelijke publicatie;

    • d.

      een overzicht van deelnemende ondernemingen in het project;

    • e.

      een volledig ingevulde de-minimisverklaring door alle aanvragers waaruit blijkt dat het drempelbedrag voor de-minimissteun nog niet is bereikt. Hierbij kunt u gebruik maken van de webapplicatie van RVO: https://webapplicaties.agro.nl/formule1/formulier/nl-NL/DR/scVerklMinimissteun.aspx/fIntroVerklMinimissteun.

Artikel 8 Subsidiabele kosten

  • 1.

    Voor subsidie komen in aanmerking de kosten van het aantal uren besteed aan het uitvoeren van het haalbaarheidsstudie, tot een maximum van € 110,- per uur excl. BTW.

  • 2.

    Het vastgesteld uurtarief, bedoeld in het vorige lid, wordt gehanteerd voor alle direct bij de subsidiabele activiteit betrokken personen en omvat zowel directe arbeids- en loonkosten als de daaraan toegerekende indirecte kosten.

     

Artikel 9 Niet subsidiabele kosten

De volgende kosten komen in ieder geval niet voor subsidie in aanmerking:

  • a.

    kosten gemaakt voor de startdatum van het project;

  • b.

    kosten van gerechtelijke procedures, boetes of sancties;

  • c.

    kosten die niet gerelateerd zijn aan het haalbaarheidsstudie;

  • d.

    kosten die een initiatiefnemer zelf maakt (uren die worden geïnvesteerd of inzet eigen personeel).

Artikel 10 Vereisten subsidieaanvraag

Een subsidieaanvraag voldoet in ieder geval aan de volgende vereisten:

  • a.

    subsidieaanvragen worden ingediend met gebruikmaking van het daartoe door het college vastgestelde aanvraagformulier;

  • b.

    een subsidieaanvraag bevat ten minste het volledig ingevulde aanvraagformulier en de daarin voorgeschreven bijlagen zoals genoemd in artikel 7 lid 2.

Termijnen, hoogte en plafond

Artikel 11 Beslistermijnen subsidieverlening

  • 1.

    De stuurgroep beslist op een volledige aanvraag voor subsidie binnen 8 weken na ontvangst van de aanvraag.

  • 2.

    De stuurgroep kan, de onder a genoemde termijn, eenmalig met 8 weken verlengen.

     

Artikel 12 Subsidieplafond

Het college stelt het subsidieplafond voor subsidies als bedoeld in artikel 5 vast op € 50.000. per kalenderjaar.

 

Artikel 13 Subsidiehoogte

  • 1.

    De hoogte van de subsidie bedraagt 50 % van de subsidiabele kosten, tot een maximum van € 10.000.

  • 2.

    Het percentage als bedoeld in het voorgaande lid, wordt gehanteerd onder het voorbehoud dat het totaal van overheidsbijdragen die aangemerkt moeten worden als staatssteun, aan subsidieontvanger niet meer bedragen dan volgens Europeesrechtelijke bepalingen inzake staatssteun is toegestaan.

     

Artikel 14 Verdeelcriteria

  • 1.

    Verlenen van subsidie waarvoor een subsidieplafond is vastgesteld, vindt plaats op volgorde van ontvangst van complete aanvragen, totdat het voor de betrokken subsidie vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de aanvraag de datum waarop de nog ontbrekende gegevens zijn ontvangen.

  • 3.

    Indien het vastgestelde subsidieplafond dreigt te worden overschreden of wordt overschreden als gevolg van het aantal aanvragen dat op dezelfde dag wordt ontvangen, worden de aanvragen die op die dag ontvangen zijn, door middel van loting gerangschikt.

     

Artikel 15 Betaling

De betaling van het subsidiebedrag vindt in één keer plaats, uiterlijk 6 weken na verlening van de subsidie.

 

Artikel 16 Verplichtingen van de subsidieontvanger

Onverminderd artikel 12 heeft de subsidieontvanger ten aanzien van de subsidie in ieder geval de volgende verplichtingen:

  • a.

    het project wordt uiterlijk twee maanden na de beschikking tot subsidieverlening gestart;

  • b.

    het project wordt uiterlijk twaalf maanden na de start van het project gerealiseerd.

Verantwoording en vaststelling

Artikel 17 Verantwoording

De subsidieontvanger toont aan dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht en dat aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan door middel van een rapport van het haalbaarheidsstudie met daarbij de factuur en bijbehorend betaalbewijs.

 

Artikel 18 Vaststelling

Binnen twee maanden na oplevering van de haalbaarheidsstudie waarvoor subsidie is verleend of na beëindiging van de subsidie dient de subsidieontvanger een aanvraag tot subsidievaststelling in. Dit gaat vergezeld van de verantwoording zoals genoemd onder artikel 17. Op basis daarvan neemt de stuurgroep een besluit tot vaststelling.

 

Artikel 19 Wijziging, intrekking en terugvordering

  • 1.

    Zolang de subsidie niet is vastgesteld kan de subsidieverlening worden ingetrokken of ten nadele van de subsidieontvanger wijzigen, als:

    • a.

      de activiteiten waarvoor subsidie is verleend niet of niet geheel hebben plaatsgevonden of zullen plaatsvinden;

    • b.

      de subsidieontvanger niet heeft voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen;

    • c.

      de subsidieontvanger onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een andere beschikking op de aanvraag tot subsidieverlening zou hebben geleid, of

    • d.

      de subsidieverlening anderszins onjuist was en de subsidieontvanger dit wist of behoorde te weten.

  • 2.

    De intrekking of wijziging werkt terug tot en met het tijdstip waarop de subsidie is verleend, tenzij bij de intrekking of wijziging anders wordt bepaald.

  • 3.

    Het Stimuleringsfonds kan de subsidievaststelling intrekken of ten nadele van de subsidieontvanger wijzigen:

    • a.

      op grond van feiten of omstandigheden waarvan de stuurgroep bij de subsidievaststelling redelijkerwijs niet op de hoogte kon zijn en op grond waarvan de subsidie lager dan overeenkomstig de subsidieverlening zou zijn vastgesteld;

    • b.

      als de subsidievaststelling onjuist was en de subsidieontvanger dit wist of behoorde te weten, of

    • c.

      als de subsidieontvanger na de subsidievaststelling niet heeft voldaan aan verplichtingen die aan de subsidie zijn verbonden.

  • 4.

    De intrekking of wijziging werkt terug tot en met het tijdstip waarop de subsidie is vastgesteld, tenzij bij de intrekking of wijziging anders wordt bepaald.

  • 5.

    De gemeente Boxtel kan onverschuldigd betaalde subsidiebedragen terugvorderen.

     

Artikel 20 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking een dag na bekendmaking.

  • 2.

    Deze regeling wordt aangehaald als: “id-boxtel”.

 

 

Aldus besloten op 29 januari 2019.

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Boxtel,

de secretaris,

A.E. Kraal

de burgemeester,

A.M.T. Naterop

Naar boven