Reglement ontheffingen en vergunningen motorvoertuigen

Het college van burgemeester en wethouders;

in zijn vergadering van 2 juli 2019;

gezien het voorstel met reg.nr. 9104229

gelet op de Parkeerverordening ’s-Hertogenbosch 1996, het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 en het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer;

B e s l u i t:

  • 1.

    tot aanpassing van artikel 2.2 van het Reglement ontheffingen en motorvoertuigen.

  • 2.

    de aanpassing van artikel 2.2 van het Reglement ontheffingen en motorvoertuigen treedt in werking op 6 juli 2019.

HOOFDSTUK 2 PARKEERVERGUNNINGEN

Artikel 2.2 Parkeervergunningen voor bedrijven

    • 1.

      Een vergunning voor het parkeren op een belanghebbendenparkeerplaats of bij parkeerapparatuur kan worden verleend indien:

    • a.

      De eigenaar of houder van een voertuig ter plaatse een beroep of bedrijf uitoefent;

    • b.

      Het in het kader van diens beroeps- of bedrijfsuitoefening noodzakelijk is om in dat gebied te parkeren;

    • c.

      Het parkeren niet plaatsvindt in het kader van het woon/werkverkeer of laden en lossen van goederen.

    • 2.

      Voor de binnenstad en de gebieden met een hoge parkeerdruk wordt onderscheid gemaakt in:

    • a.

      Parkeervergunning voor bedrijven met leveringsdiensten: Een vergunning voor bedrijven die zich richten op de levering van goederen, waarvan een bezorg- of ophaalservice aantoonbaar onderdeel uitmaakt van de bedrijfsvoering.

    • b.

      Parkeervergunning voor bedrijven met mobiele medewerkers: een vergunning ten behoeve van het parkeren door medewerkers die voor de uitvoering van hun functie zijn aangewezen op het vervoer per motorvoertuig voor het afleggen van werkbezoeken aan externe locaties. In ieder geval worden hieronder verstaan advocatenkantoren, makelaarskantoren en uitzendbureaus en daarmee gelijk te stellen bedrijven.

    • c.

      Parkeervergunning voor horecabedrijven: een vergunning ten behoeve van de eigenaar of bedrijfsleider van een horecabedrijf.

    • 3.

      De bedrijfsvergunningen zoals bedoeld in het tweede lid kunnen worden verleend voor betaalde parkeerplaatsen indien door de aard van de werkzaamheden kan worden vastgesteld, dat gemiddeld minder dan twee uren per bedrijfsbezoek wordt geparkeerd.

    • 4.

      Op één parkeervergunning voor bedrijven kunnen meerdere kentekens worden geregistreerd. Elk van die geregistreerde kentekens kan gebruik maken van de parkeervergunning. Er kan maar één kenteken tegelijk gebruik maken van de vergunning.

    • 5.

      Er wordt per drie mobiele medewerkers, zoals in lid 2 onder b genoemd, één parkeervergunning verleend.

     

    • 6.

      Indien een bedrijf zoals genoemd in lid 2, over eigen parkeergelegenheid beschikt wordt geen vergunning verleend.

     

Aldus vastgesteld in de vergadering van 2 juli 2019

De waarnemend secretaris, de burgemeester.

J.W. Hansum MBA MCM, drs. J.M.L.N. Mikkers

Naar boven