Besluit tot vaststelling van de 1e wijziging van de "Legesverordening 2019"

De raad besluit

 

De “Legesverordening 2019”, vastgesteld bij besluit van 10 december 2018 als volgt te wijzigen:

 

Artikel l

Paragraaf 18 van de tarieventabel wordt vervangen door:

 

18.

Ondergrondse infrastructuren.

 

18.1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

18.1.1.

voor het afgeven van een instemmingsbesluit voor werkzaamheden binnen het grondgebied van de gemeente als bedoeld in artikel 1, lid u, van de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren 2019

€ 462,00

18.1.2.

voor het afgeven van een instemmingsbesluit voor werkzaamheden van minder ingrijpende aard binnen het grondgebied van de gemeente als bedoeld in artikel 1, lid v, van de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren 2019

€ 101,00

18.2.

De op basis van 18.1. vastgestelde bedragen worden:

 

18.2.1.

indien over een instemmingsbesluit overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met

€ 337,00

18.2.2.

indien met betrekking tot een instemmingsbesluit onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

begroting

18.3.

Indien een begroting als bedoeld in 18.2.2. is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

18.4.

Voor beheers-, degeneratie- en onderhoudskosten worden de onder 18.1.1. en 18.1.2. genoemde tarieven per meter sleuf verhoogd conform de genoemde tarieven in de UNOG-regeling (Uniformiteit Nutsbedrijven Oostelijk Gelderland).

 

 

Artikel ll.

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover ter zake daarvan de heffing van de leges in die periode plaatsvindt.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 juli 2019.

     

de griffier,

Mr. M. Smits - Jansen

de voorzitter,

drs. A.J. van Hout

Naar boven