Subsidieregeling Luchthavenfonds 2019

Het college van de gemeente Lelystad d.d. 25 juni 2019

 

190009391

 

Krachtens artikel 3 van de Algemene subsidieverordening gemeente Lelystad

 

 

BESLUIT:

 

De navolgende subsidieregeling vast te stellen:

 

De “Subsidieregeling Luchthavenfonds 2019”

 

 

 

 

 

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • 1.

    aanvrager: rechtspersoon of natuurlijke persoon die voor de realisatie van een activiteit in aanmerking wil komen voor subsidie;

  • 2.

    activiteit: een project of projectontwikkeling, een initiatief dat economische netwerkvorming of leefbaarheid bevordert, een haalbaarheidsonderzoek, adviesopdracht of businesscase ontwikkeling;

  • 3.

    ASVL: De Algemene subsidieverordening gemeente Lelystad dan wel zijn rechtsopvolger.

  • 4.

    gebiedspartner: de partijen van de samenwerkingsovereenkomst;

  • 5.

    leefbaarheid: het beperken van hinder in relatie tot ruimtelijke beperkingen voor inwoners binnen het gebied van de geluidscontour van 48 dB(A) Lden

  • 6.

    samenwerkingsovereenkomst: de in juni 2017 tussen gemeente Lelystad, provincie Flevoland, N.V. Luchthaven Lelystad gesloten Samenwerkingsovereenkomst Luchthavenfonds;

  • 7.

    starten met activiteiten: het aangaan van financiële verplichtingen in het kader van de subsidiabele activiteit.

  • 8.

    subsidieplafond: het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsidie op grond van deze subsidieregeling;

  • 9.

    value for money: de mate waarin de projectkosten in verhouding staan tot de uit te voeren activiteiten en het beoogde resultaat;

  • 10.

    woning: een in het woningenbestand van de gemeente opgenomen object, waarop één of meerdere bewoners staan ingeschreven.

 

Artikel 2. Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze subsidieregeling is slechts van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college voor de in artikelen 3 bedoelde activiteiten, uitgevoerd door de in artikel 4 opgenomen doelgroep, zover het past binnen het gestelde in de ASVL.

 

Artikel 3. Algemene subsidiecriteria

  • 1.

    Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor activiteiten ter stimulering van

  • de leefbaarheid en/of

  • economische kansen en/of

  • duurzame kansen

  • op en rondom Lelystad Airport.

  • 2.

    De activiteit moet een duidelijke relatie hebben met het gemeentelijke beleid en betrekking hebben op één of meer van de 5 thema's als benoemd in het door de raad vastgestelde Uitvoeringsplan Duurzaamheid:

  • Klimaatvriendelijke Luchtvaart

  • Grondstofschaarste

  • Omgeving en Geluid

  • Duurzame Werkgelegenheid

  • Bereikbaarheid & Luchtkwaliteit

  • 3.

    De resultaten van de activiteiten moeten effect hebben in het gebied op en rond Lelystad Airport;

  • 4.

    De activiteiten op het gebied van leefbaarheid moeten vallen binnen de 48 DB(A)Lden contour.

  • 5.

    De activiteiten op het gebied van duurzaamheid en/of economische kansen zijn (nog) niet economisch rendabel en/of zijn innovatief zodat zij zonder subsidie niet kunnen worden uitgevoerd.

  • 6.

    Voor de activiteiten moet draagvlak zijn bij de gebiedspartners.

  • 7.

    Voor de subsidiëring van deze activiteiten kan geen beroep worden gedaan op andere subsidieregelingen – met uitzondering van de subsidieregeling die Gedeputeerde Staten van de provincie Flevoland voor hetzelfde doel als onderhavige subsidieregeling heeft vastgesteld - omdat:

  • a.

    De activiteit te klein is om de procedure van deze subsidieregelingen te rechtvaardigen;

  • b.

    De activiteit niet kansrijk is binnen deze subsidieregelingen;

  • c.

    Andere subsidieregelingen een (te) langdurig aanvraagtraject kennen, waardoor het niet past binnen het ontwikkeltempo van het gebied;

  • d.

    Er om andere zwaarwegende redenen geen beroep op andere fondsen kan worden gedaan;

  • 8.

    De activiteiten leveren aantoonbare value for money op.  

  • 9.

    De aanvrager levert een cofinancieringsbijdrage aan de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd, met uitzondering van de activiteiten op het gebied van leefbaarheid. De hoogte van de cofinancieringsbijdrage wordt in deze subsidieregeling niet op een vast percentage gesteld, maar maakt deel uit van het beoordelingscriterium value for money.

 

Artikel 4. Doelgroep

Subsidie kan worden aangevraagd door een rechtspersoon of een natuurlijk persoon.

 

Artikel 5. Subsidieplafonds

  • 1.

    Het subsidieplafonds voor de activiteiten worden jaarlijks vastgesteld door het College.

  • 2.

    Een bijdrage kan worden toegekend zo lang het plafond niet is bereikt.

 

Artikel 6. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

Voor subsidie komen de redelijk te maken kosten in aanmerking die direct verbonden zijn met de uitvoering van een activiteit als bedoeld in artikel 3.

 

Artikel 7. Kosten die niet voor subsidie in aanmerking komen

Niet voor subsidie in aanmerking komen in ieder geval:

  • a.

    kosten die verband houden met geluidsisolerende of -beperkende maatregelen;

  • b.

    de reguliere exploitatiekosten van de aanvrager;

  • c.

    de aan de subsidie-aanvrager in rekening gebrachte BTW die door hem kan worden teruggevorderd of op enigerlei wijze aan hem kan worden terugbetaald of gecompenseerd.

  • d.

    kosten die samenhangen met financiële of contractuele verplichtingen aangegaan tot 6 maanden voordat een subsidie is aangevraagd, tenzij er sprake is van kosten voor onderzoek, voorlichtingsactiviteiten of het ontwikkelen van plannen met betrekking tot de in de aanvraag genoemde activiteiten.

  • e.

    kosten in de voorbereiding en -uitvoering die voortvloeien uit, dan wel te maken hebben met, de inzet van personele capaciteit van overheden;

  • f.

    debetrente, financiële sancties, gerechtskosten en soortgelijke kosten.

 

Artikel 8. Europees steunkader

  • 1.

    Indien een subsidie wordt verleend voor een activiteit die valt binnen een Europees Steunkader wordt in de subsidieverlening aangegeven op grond van welk Europees Steunkader de subsidie wordt verleend.

  • 2.

    Wanneer een Europees steunkader van toepassing is, kan het college op grond van dit Steunkader aanvullende documenten opvragen, anders dan opgenomen in deze subsidieregeling of de ASVL.

  • 3.

    Voor zover deze subsidieregeling afwijkt van de voorwaarden in het Europees Steunkader heeft het Europees Steunkader het primaat.

 

Artikel 9. Aanvullende verplichtingen subsidieontvanger

Bij een aanvraag geldt in aanvulling op subsidieverplichtingen die zijn vermeld in deze subsidieregeling en in de ASVL de verplichting voor de subsidieontvanger om binnen 1 jaar na dagtekening van de subsidiebeschikking te starten met de uitvoering van de activiteit en deze uiterlijk 31-12-2020 te hebben afgerond.

 

Artikel 10. Hoogte en wijze van uitbetaling van de subsidie

  • 1.

    Een aanvraag om subsidie bedraagt minimaal € 5.000,- en maximaal € 50.000,-.

  • 2.

    Over de gehele looptijd van de subsidieregeling kan een aanvrager voor niet meer subsidie in aanmerking komen dan € 50.000,-.

  • 3.

    Indien het College de activiteit van groot belang vindt, kan van de bedragen in lid 1 en 2 gemotiveerd worden afgeweken.

  • 4.

    Het college kan bij subsidiebeschikking besluiten om de subsidie in termijnen betaalbaar te stellen. In deze beschikking worden de hoogte en de termijnen van de voorschotten vermeld.

 

Artikel 11. Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschieden in volgorde van indiening bij het college, totdat het voor de betrokken subsidie vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    Alleen volledige subsidieaanvragen worden in behandeling genomen. Indien een onvolledige aanvraag is ingediend, wordt de aanvrager op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een redelijke hersteltermijn geboden om de aanvraag te completeren. Wordt binnen de hersteltermijn het gevraagde niet aangeleverd, dan wordt de aanvraag niet in behandeling genomen.

  • 3.

    Indien de aanvrager met toepassing van het tweede lid van dit artikel de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, is bepalend voor het tijdstip van ontvangst, het moment waarop de complete aanvraag is ontvangen.

  • 4.

    Indien er op een dag meerdere aanvragen zijn ontvangen en de honorering van al die aanvragen zal leiden tot overschrijding van het subsidieplafond, zal het college het beschikbare budget evenredig verdelen over de aanvragen.

 

Artikel 12. Contact vóór de aanvraag

De aanvrager is verplicht om vóór het indienen van een subsidieaanvraag contact op te nemen met de gebiedspartners via luchthavenfonds@lelystad-airport.nl om de haalbaarheid van het projectidee met de gebiedspartners af te stemmen.

 

Artikel 13. Aanvraag

  • 1.

    Een aanvrager moet verplicht gebruik maken van het formulier “Subsidieaanvraag-formulier Luchthavenfonds”.

  • 2.

    Aanvrager dient aanvullend aan artikel 8 van de ASVL de volgende stukken te verstrekken:

  • a.

    een onderbouwing waaruit blijkt dat aan:

  • i.

    de subsidiecriteria;

  • ii.

    de gebiedsafbakening; en

  • iii.

    value for money;

  • wordt voldaan

  • b.

    een verklaring dat er geen aanspraak wordt gemaakt op een andere regeling voor het uitvoeren van de activiteiten.

 

Artikel 14. Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt ingediend uiterlijk 12 weken voordat de aanvrager voornemens is te starten met de activiteiten waarvoor de subsidie wordt aangevraagd.

 

Artikel 15. Beslistermijn

Het college beslist, in afwijking van artikel 10, derde lid, van de ASVL binnen 12 weken nadat de volledige aanvraag om subsidie is ingediend.

 

Artikel 16. Aanvullende weigeringsgronden

  • 1.

    Voor zover de aanvraag niet is afgewezen op grond van artikel 11 van de ASVL wordt een subsidieaanvraag in ieder geval geweigerd indien:

  • a.

    de aanvrager niet heeft voldaan het bepaalde in artikel 12 en 13;

  • b.

    de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd niet passen binnen de reikwijdte van deze subsidieregeling;

  • c.

    de aanvraag niet voldoet aan de subsidiecriteria;

  • d.

    door honorering van de subsidieaanvraag het subsidieplafond wordt overschreden;

  • e.

    de subsidie moet worden beschouwd als ontoelaatbare staatssteun;

  • f.

    de aanvrager niet aannemelijk heeft gemaakt dat met inbegrip van de gevraagde subsidie, de benodigde financiële middelen beschikbaar zijn om de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd, te realiseren.

  • g.

    na beoordeling van de aanvraag, blijkt dat de voor subsidie in aanmerking komende kosten minder bedragen dan € 5.000,-;

  • h.

    er aanspraak is gemaakt op een andere regeling ten behoeve van het uitvoeren van de activiteiten.

  • 2.

    Er kan op deze subsidieregeling geen beroep worden gedaan voor een activiteit die onder de (wettelijke) verantwoordelijkheid valt van één van de gebiedspartijen of een derde partij.

  • 3.

    Een aanvraag om subsidie kan worden geweigerd indien de aanvrager de activiteiten ook zonder de gevraagde subsidie kan verrichten.

 

Artikel 17. Eindverantwoording

  • 1.

    De subsidieontvanger dient uiterlijk 13 weken nadat de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht, een aanvraag tot vaststelling in.

  • 2.

    De aanvraag tot vaststelling bevat in ieder geval:

  • a.

    een inhoudelijk verslag waaruit blijkt in hoeverre de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht;

  • b.

    een vergelijking tussen de nagestreefde en gerealiseerde doelstellingen en resultaten, inclusief toelichting op eventuele verschillen;

  • c.

    een financieel verslag waarin een vergelijking wordt gemaakt tussen de begrote en werkelijke kosten van de activiteiten en een toelichting wordt gegeven op de eventuele verschillen; en

  • d.

    voor rechtspersonen zonder winstoogmerk een verklaring van een onafhankelijke kascommissie.

  • 3.

    Het college kan bij verleningsbeschikking bepalen dat het gestelde in artikel 20 lid 2 en 3 van de ASVL geheel dan wel gedeeltelijk van toepassing is.

  • 4.

    De aanvraag tot vaststelling bevat, aanvullend aan artikel 19, tweede lid, van de ASVL tevens:

  • a.

    alle op het activiteit betrekking hebbende opdrachten, facturen en bankafschriften;

  • b.

    een onderbouwing van de behaalde resultaten op de voorwaarden genoemd in artikel 3.

  • 5.

    Een subsidie kan lager of op nihil worden vastgesteld als niet voldaan wordt aan het gestelde in artikel 10 lid 2 onder a t/m c.

  • 6.

    Een subsidie wordt te allen tijde op nihil vastgesteld indien er niet wordt voldaan aan artikel 10 lid 2 onder d.

 

Artikel 18. Hardheidsclausule

  • 1.

    Het college kan artikel 9 lid 1 en artikel 14 van deze subsidieregeling buiten toepassing laten, indien naar het oordeel van het college in bijzondere individuele gevallen de toepassing van dit artikel leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

  • 2.

    Toepassing van het vorige lid wordt gemotiveerd in de subsidiebeschikking.

 

Artikel 19 Overgangsbepaling

Aanvragen die zijn ingediend voor de inwerkingtreding van deze subsidieregeling worden afgehandeld conform de subsidieregeling Luchthavenfonds, tenzij de aanvrager schriftelijk kenbaar heeft gemaakt dat hij wenst dat zijn aanvraag wordt afgehandeld op grond van deze subsidieregeling.

 

Artikel 20. Slotbepalingen

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking met ingang van de dag van haar bekendmaking en geldt tot en met 30 juni 2020.

  • 2.

    Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Luchthavenfonds 2019.

Lelystad d.d. 25 juni 2019

Het college van de gemeente Lelystad,

de secretaris,

de burgemeester

Naar boven