Mozaïek wonen en Woonpartners Midden-Holland
|
gemandateerde: directeuren-bestuurders
|
inhoud van het mandaat – ondermandaat toegestaan
|
was
|
wordt
|
- a.
het ondermandaat is toegestaan voor het beslissen op aanvragen om een huisvestingsvergunning en verzoeken om het toekennen van urgentie als woningzoekende;
- b.
het ondermandaat kan alleen verleend worden:
- •
bij Woonpartners Midden Holland aan:
- •
- •
Coördinator Klantinformatie & Verhuur
- •
- •
Teamleider Woonservicepunt en/of
- •
Huisvestingsverordening Gouda 2015
- 1.
uitoefenen van de bevoegdheid tot het verlenen van huisvestingsvergunningen, als bedoeld in artikel 3, tweede lid, artikel 4, tweede lid en derde lid;
- 2.
uitoefenen van de bevoegdheid tot het verlenen wijzigen en intrekken van urgentiebeschikkingen, als bedoeld in artikel 7, vierde lid en artikel 10;
- 3.
uitoefenen van de bevoegdheid tot het aanbieden van passende woonruimte in verband met urgentie, als bedoeld in artikel 9, tweede lid.
Aan het mandaat zijn de volgende instructies verbonden:
- 1.
Beschikkingen ten aanzien van urgentie, waarbij afgeweken wordt van het advies van de adviserende instantie, worden vóór afwijzend wordt beschikt, via de beleidsmedewerker woonruimteverdeling, voorgelegd aan de portefeuillehouder wonen en wijkontwikkeling;
- 2.
De woningcorporaties rapporteren jaarlijks aan burgemeester en wethouders over de wijze waarop uitvoering is gegeven aan het mandaat.
|
- a.
het ondermandaat is toegestaan voor het beslissen op aanvragen om een huisvestingsvergunning en verzoeken om het toekennen van urgentie als woningzoekende;
- b.
het ondermandaat kan alleen verleend worden:
- •
bij Woonpartners Midden Holland aan:
- •
- •
Coördinator Klantinformatie & Verhuur
- •
- •
Teamleider Woonservicepunt en/of
- •
Huisvestingsverordening Gouda
- 1.
uitoefenen van de bevoegdheid tot het verlenen van huisvestingsvergunningen, als bedoeld in artikel 3 tweede lid, artikel 4 tweede en derde lid;
- 2.
uitoefenen van de bevoegdheid tot het in behandeling nemen, advies inwinnen en verlenen van urgentiebeschikkingen, als bedoeld in artikel 7 tweede, derde, zesde en zevende lid;
- 3.
uitoefenen van de bevoegdheid tot het aanbieden van passende woonruimte in verband met urgentie, als bedoeld in artikel 10 tweede en derde lid.
- 4.
uitoefenen van de bevoegdheid tot het bepalen het zoekprofiel bij urgentie, als bedoeld in artikel 11 eerste lid;
- 5.
uitoefenen van de bevoegdheid tot het verlenen wijzigen en intrekken van urgentiebeschikkingen, als bedoeld in artikel 12 eerste, derde en vierde lid;
Aan het mandaat zijn de volgende instructies verbonden:
- 1.
Beschikkingen ten aanzien van urgentie, waarbij afgeweken wordt van het advies van de adviserende instantie, worden vóór afwijzend wordt beschikt, via de beleidsmedewerker woonruimteverdeling van de gemeente, voorgelegd aan de portefeuillehouder wonen en wijkontwikkeling;
- 2.
De woningcorporaties rapporteren jaarlijks aan burgemeester en wethouders over de wijze waarop uitvoering is gegeven aan het mandaat
|
|
|