Besluit aanwijzen vuurwerkvrije zones ex artikel 2:73, eerste lid APV

Het college van de gemeente Zandvoort;

 

Gelet op het bepaalde in artikel 2:73, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening Zandvoort 2017 (hierna APV);

 

Overwegende dat artikel 2:73, eerste lid, van de APV bepaalt dat het verboden is vuurwerk op een door het college in het belang van de voorkoming van gevaar, schade of overlast aangewezen plaats te bezigen.

 

Dat het in het belang en ter voorkoming, van overlast wenselijk is plaatsen aan te wijzen waar het verboden is vuurwerk tot ontbranding te brengen;

besluit tot het vaststellen van het navolgende besluit verbod ontbranding vuurwerk:

  • 1.

    Het tot ontbranding brengen van vuurwerk {theatervuurwerk en professioneel vuurwerk), is verboden op Zandvoorts grondgebied.

  • 2.

    Het verbod geldt niet indien:

    • a.

      de burgemeester in een evenementenvergunning toestemming heeft verleend voor het ontbranden van vuurwerk of

    • b.

      de burgemeester na het doen va-n de kennisgeving als bedoeld in artikel 2:25, vierde lid, van de APV toestemming heeft verleend voor het ontbranden van vuurwerk;

    • c.

      Voldaan wordt aan de voor Pop Up evenementen gestelde voorwaarden;

    • d.

      De organisator van de onder lid 2 a, ben c bedoelde evenementen tevens uiterlijk twee weken voordat het vuurwerk tot ontbranding wordt gebracht een kopie van de goedgekeurde melding/of ontbrandingstoestemming van de Omgevingsdienst naar de gemeente t.a.v. burgemeester heeft gestuurd. Dit onder vermelding van de datum en het tijdstip waarop de ontbranding van het vuurwerk zal plaatsvinden.

  • 3.

    Indien het vuurwerk niet bij een evenement in de zin van artikel 2:25 van de APV tot ontbranding wordt gebracht geldt het verbod niet indien:

    • a.

      het vuurwerk op een vrijdag of zaterdag niet zijnde een feestdag, op een tijdstip gelegen tussen 10:00 uur en 23:00 uur op of aan de weg of op een voor publiek toegankelijke plaatst tot ontbranding wordt gebracht;

    • b.

      het tot ontbranding brengen van vuurwerk eenmalig plaatsvindt gedurende maximaal 15 minuten op de bij de onder f bedoelde melding of ontbrandingstoestemming vermelde datum;

    • c.

      het tot ontbranding (laten) brengen van vuurwerk plaatsvindt bij een activiteit van een in Zandvoort gevestigde inrichting en die activiteit conform het geldend bestemmingsplan plaatsvindt;

    • d.

      het te ontbranden vuurwerk of theatervuurwerk respectievelijk minder dan 200 kilogram of 20 kilogram bedraagt;

    • e.

      het onder b bedoelde exploiterend bedrijf voor het tot ontbranding brengen van vuurwerk gebruik maakt van een bedrijf dat beschikt over een goedgekeurde melding of ontbrandingstoestemming van de Omgevingsdienst; en

    • f.

      het onder c bedoelde bedrijf een kopie van de goedgekeurde melding of ontbrandingstoestemming van de Omgevingsdienst stuurt naar de gemeente Zandvoort t.a.v. de burgemeester. Dit gebeurt uiterlijk twee weken voor dat het vuurwerk tot ontbranding wordt gebracht. Bij de kopie van de melding is tevens de datum en het tijdstip waarop de ontbranding van het vuurwerk zal plaatsvinden gevoegd.

  • 4.

    Het vuurwerk wordt indien sprake is van de in de leden 2 en 3 bedoelde gevallen, niet tot ontbranding gebracht in de directe omgeving (een straal van 250 meter zoals aangegeven op bijgevoegde kaarten) van verpleeg- en of verzorghuizen, begraafplaatsen en inrichtingen waar dieren worden verzorgd en opgevangen.

  • 5.

    Het verbod geldt tevens niet voor erkende en gecertificeerde bedrijven indien zij in het bezit zijn van een ontbrandingstoestemming en zich tevens houden aan de in leden 3 onder a en 4 genoemde voorwaarden.

Vastgesteld op 21 mei 2019 (2019/68340)

Het college van burgemeester en wethouders,

de secretaries,

W. van den Berg

de burgemeester,

N. Meijer

 

Tegen dit besluit staat bezwaar open. Vindt u dat het besluit onjuist is, dan kunt u binnen zes weken na de verzenddatum van dit besluit een bezwaarschrift indienen ter attentie van het bestuursorgaan van Zandvoort dat het besluit heeft genomen, Postbus 2, 2040 AA Zandvoort.

 

Wij maken u erop attent dat ook een derde-belanghebbende een bezwaarschrift kan indienen.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en tenminste te bevatten: uw naam en adres; de dagtekening; een omschrijving van het besluit waartegen uw bezwaar is gericht en de gronden van uw bezwaar. Wanneer u zich door een derde laat vertegenwoordigen, verzoeken wij u tevens te vermelden de naam, het volledige adres en het telefoonnummer van deze persoon.

 

Burgers van de gemeente Zandvoort kunnen bij het in het besluit genoemde bestuursorgaan ook digitaal een bezwaarschrift indienen, via het Digitaal loket Zandvoort op de website van de gemeente Zandvoort Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD).

 

Het indienen van een bezwaarschrift heeft geen schorsende werking. Ingeval van onverwijlde spoed kunt u een verzoek om een voorlopige voorziening indienen bij de voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Holland, sector Bestuursrecht, Postbus 1621,2003 BR Haarlem. Een dergelijk verzoek dient vergezeld te gaan van een kopie van het bezwaarschrift. Voor het indienen van het verzoek wordt een griffierecht geheven.

 

U kunt met een DigiD een verzoek om een voorlopige voorziening ook digitaal indienen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtsDraak.nl/bestuursrecht. Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden. Grootboeknummer: 832340834089.

 

Naar boven