Regeling studiefaciliteiten gemeente Stichtse Vecht

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Stichtse Vecht;

Gelet op het gestelde in artikel 160 van de Gemeentewet waarbij de bevoegdheid tot het vaststellen, wijzigen en intrekken van rechtspositieregelingen voor het gemeentelijk personeel en gewezen personeel is opgedragen aan het college van Stichtse Vecht;

 

Na overeenstemming met de medezeggenschapsorga (a)n(en);

Besluit vast te stellen de volgende:

Regeling studiefaciliteiten gemeente Stichtse Vecht

Artikel 1 Begripsomschrijving

 

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Compensatieverlofuren :

    Verlofuren met behoud van salaris en salaristoelagen voor het volgen van een opleiding buiten werktijd als bedoeld in artikel 2, lid 1, sub A en B.

  • b.

    Medewerker:

    De ambtenaar in de zin van artikel 1:1 lid 1 sub a van de CAR/UWO.

  • c.

    Opleidingsbudget:

    Het bedrag dat jaarlijks door het bevoegd gezag beschikbaar wordt gesteld voor de uitvoering van de opleidingsplannen.

  • d.

    Opleidingsfaciliteiten:

    Het geheel van de door het bevoegd gezag vergoede kosten evenals toegekende studieverlofuren ten behoeve van een opleiding.

  • e.

    Opleidingsplan:

    Een plan dat door de directieraad wordt vastgesteld of bekrachtigd, waarin de prioriteiten ten aanzien van door het personeel te volgen opleidingen zijn vastgelegd.

  • f.

    Persoonlijk Ontwikkelingsplan (POP):

    Een door de direct leidinggevende en de medewerker vastgelegd en ondertekend geheel aan afspraken over de te ondernemen activiteiten van beide partijen in het kader van de ontwikkeling van de medewerker. Dit plan maakt in principe onderdeel uit van de gesprekscyclus.

  • g.

    Opleiding:

    Het volgen van een cursus, training, scholing of leergang bij een erkend opleidingsinstituut met het doel zich verder, aanvullend, verbredend of verdiepend te bekwamen binnen het eigen vakgebied of ten behoeve van de ontwikkeling van de loopbaan. Workshops, seminars, studiedagen e.d. zijn van deze regeling uitgesloten.

  • h.

    Opleidingskosten:

    Cursus– en lesgelden, examen- en diplomagelden evenals reiskosten.

  • i.

    Studiemateriaal:

    Verplicht en niet verplicht voorgeschreven boeken en syllabi, schrijfbenodigdheden en duurzame gebruiksartikelen.

  • j.

    Studieverlofuren:

    Verlofuren met behoud van salaris en salaristoelagen voor het volgen van een opleiding onder werktijd als bedoeld in artikel 2, lid 1, sub A en B.

Artikel 2 Opleidingscategorieën

Lid 1

Voor toepassing van deze regeling wordt onderscheid gemaakt tussen de volgende categorieën opleidingen:

  • A.

    opleidingen die door het bevoegd gezag verplicht zijn opgedragen conform artikel 15:1:26 CAR/UWO en als zodanig zijn opgenomen in het opleidingsplan;

  • B.

    opleidingen op het vakgebied van de medewerker die verplicht zijn voor de huidige functie (functiegericht);

  • C.

    opleidingen die of betrekking hebben op de ontwikkeling in de huidige functie van de medewerker of in het kader van loopbaanontwikkeling gericht zijn op een toekomstige functie binnen of buiten de gemeente (loopbaangericht).

  • D.

    opleidingen die betrekking hebben op de persoonlijke ontwikkeling van medewerkers.

Lid 2

Studiefaciliteiten kunnen worden toegekend als er sprake is van een relatie tussen aard en doel van de studie en het belang van de gemeente en indien binnen de door het bevoegd gezag met de ondernemingsraad gemaakte afspraken daarvoor ruimte is.

Lid 3

Congressen en workshops vallen niet onder het bereik van deze regeling, tenzij de deelnamekosten hoger zijn dan €300 inclusief BTW. De noodzaak van het bijwonen van een congres en/of workshop ligt ter beoordeling bij de direct leidinggevende. In het geval dat de deelnamekosten hoger zijn dan €300 inclusief BTW wordt dit congres of deze workshop bestempeld als een opleiding in de zin van artikel 2 lid 1 van deze regeling. Afhankelijk van het soort congres of workshop wordt het congres of de workshop gecategoriseerd in artikel 2 lid 1 van deze regeling.

Artikel 3 Vergoedingen

Lid 1

Opleidingen die vallen onder A en B genoemd bij artikel 2 van deze regeling en die zijn opgenomen in het opleidingsplan worden door het bevoegd gezag volledig vergoed.

Lid 2

Voor opleidingen die vallen onder de categorie C en D genoemd in artikel 2 lid 1 van deze regeling en die zijn opgenomen in het opleidingsplan dient een eigen bijdrage te worden voldaan van 25%. De werkgever vergoedt de overige 75%.

Lid 3

Aan de medewerker wordt de mogelijkheid geboden om zijn of haar individueel keuzebudget in te zetten voor de kosten van opleidingen die niet of niet volledig door de werkgever worden vergoed en die aan de voorwaarden voldoen. HRM toetst of is voldaan aan de fiscale voorwaarden.

Lid 4

De van de opleidingskosten onderdeel uitmakende reiskosten worden voor alle opleidingscategorieën vergoed op basis van 2e klas openbaar vervoerskosten. Als reisafstand geldt de retour afstand van de standplaats naar de plaats waar de medewerker de opleiding volgt. Als het openbaar vervoer als niet doelmatig wordt aangemerkt, dan worden de gemaakte reiskosten vergoed op basis van het fiscaal vrijgestelde bedrag per kilometer voor het woon- werkverkeer.

Lid 5

Indien de opleiding niet binnen de vooraf gestelde termijn wordt afgerond door aantoonbare nalatigheid, dient de medewerker de vanaf dat moment reeds gemaakte en nog te maken opleidingskosten voor eigen rekening te nemen.

Artikel 4

Lid 1

Alle aanvragen met betrekking tot studiefaciliteiten worden ingediend in SV talent. Met het indienen van een aanvraag wordt automatisch akkoord gegaan met de eigen bijdrage en de mogelijke terugbetalingsverplichting zoals genoemd in artikel 3 en artikel 11 van deze regeling.

 

 

Artikel 5 Rechten en plichten medewerkers

Lid 1

De medewerker aan wie studiefaciliteiten zijn toegekend is verplicht naar waarheid aan de teammanager alle informatie te verstrekken die van invloed is op het verloop van zijn opleiding.

Lid 2

De medewerker aan wie studiefaciliteiten zijn toegekend in verband met omscholing naar een toekomstige functie buiten de gemeente (loopbaangericht) is verplicht zich in te zetten om ook daadwerkelijk in het nieuwe beroep te gaan werken.

Artikel 6 Studieadvies en psychologisch onderzoek

Lid 1

Ten behoeve van een op te stellen persoonlijk ontwikkelingsplan kan de leidinggevende, al dan niet op verzoek van de medewerker, een gericht studieadvies inwinnen.

Lid 2

In bijzondere gevallen kan de leidinggevende in overleg met de medewerker een psychologisch onderzoek of assessment doen instellen.

Artikel 7 Termijnen

Lid 1

In beginsel worden de in deze regeling vernoemde opleidingsfaciliteiten verleend voor een termijn die wordt afgeleid van de door het betrokken opleidingsinstituut voorgeschreven studieduur.

Lid 2

De voortgang van de studieresultaten is onderdeel van de gesprekcyclus zoals binnen de Gemeente Stichtse Vecht wordt gehanteerd.

Lid 3

Wanneer de medewerker niet binnen de vooraf gestelde termijn de opleiding afrondt, wordt de termijn, na overleg met de leidinggevende, verlengd tot het eerstvolgende examen, mits dit niet het gevolg is van aantoonbare nalatigheid van de medewerker.

Lid 4

Van aantoonbare nalatigheid is in ieder geval sprake indien de medewerker meer dan 20% van de lessen niet aanwezig was.

Lid 5

Als aantoonbare nalatigheid de reden is van het niet halen van de opleiding binnen de gestelde termijn, kan de medewerker worden verplicht tot het terugbetalen van de opleidingskosten.

Artikel 8 Opschorting

Lid 1

Opschorting van een opleiding kan plaatsvinden indien het dienstbelang dit naar het oordeel van het bevoegd gezag noodzakelijk maakt. In een dergelijke situatie moet de reden van de opschorting uitzonderlijk en onvoorzienbaar zijn en moet een zorgvuldige afweging zijn gemaakt tussen de mogelijke gevolgen van opschorting en de belangen van de gemeente.

Lid 2

De duur van de opschorting kan niet meer dan één jaar zijn.

Artikel 9 Studieverlof

Lid 1

Als een medewerker een opleiding volgt als bedoeld in artikel 2, lid 1, sub A en B die gedurende de werktijd wordt aangeboden, wordt studieverlof met behoud van salaris en salaristoelagen voor die tijd toegekend.

Lid 2

Voor opleidingen genoemd onder artikel 2, lid 1, sub C en D wordt tussen een medewerker en de leidinggevende een plan opgesteld waarin wordt vastgelegd of- en in welke mate er sprake is van studieverlof met behoud van salaris en salaristoelagen, waarbij uitgangspunt is dat de studie zoveel mogelijk in eigen tijd plaatsvindt.

Lid 3

Als er vertraging in de totale studie of onderdelen hiervan optreedt, die aan de medewerker verwijtbaar is (aantoonbare nalatigheid), dan vervalt het recht op studieverlofuren.

Artikel 10 Compensatieverlof

Lid 1

Het volgen van onderwijs buiten de werktijden van de medewerker komt niet in aanmerking voor overwerkvergoeding.

Lid 2

Aan een medewerker die een opleiding volgt als bedoeld in artikel 2, lid 1, sub A en B, worden compensatieverlofuren toegekend met behoud van salaris en salaristoelagen voor de tijd, benodigd voor het feitelijk volgen van de lessen die niet of niet geheel in de vastgestelde werktijd van de medewerker plaatsvinden.

Lid 3

Voor opleidingen genoemd onder artikel 2, lid 1, sub C en D wordt tussen een medewerker en de leidinggevende een plan opgesteld waarin wordt vastgelegd of en in welke mate er sprake is van compensatieverlof met behoud van salaris en salaristoelagen.

Lid 4

De compensatieverlofuren als bedoeld in lid 1 worden alleen toegekend voor de lesuren die feitelijk zijn gevolgd.

Lid 5

Heeft de medewerker zelf schuld aan de vertraging van de totale studieduur of onderdelen hiervan (aantoonbare nalatigheid), dan vervalt het recht op compensatieverlofuren.

Artikel 11 Terugbetaling opleidingskosten categorie B, C en D

 

Lid 1

Er rust een terugbetalingsverplichting op de medewerker die een opleiding geniet of heeft genoten genoemd onder artikel 2 lid 1 sub B indien:

  • a.

    de medewerker die de studie niet afrondt of de studiebelasting niet aankan op grond van omstandigheden die naar het oordeel van het bevoegd gezag aan de medewerker zijn te wijten;

  • b.

    de medewerker op eigen verzoek of ten gevolge van aan zichzelf te wijten feiten of omstandigheden wordt ontslagen voor het einde van de opleiding waarvoor vergoeding is toegekend of binnen 6 maanden na de reguliere afronding van de opleiding.

 

Lid 2

Ten aanzien van de medewerker die een opleiding genoemd in artikel 2 lid 1 sub B geniet of heeft genoten geldt dat wanneer op de ingangsdatum van het ontslag van de in het tweede lid sub b bedoelde termijn van 6 maanden verstreken de verplichting tot terugbetaling beperkt blijft tot 1/6 gedeelte van de opleidingskosten voor iedere volle maand, die aan de termijn van 6 maanden ontbreekt. Dit betekent dat de medewerker die nog bezig is met zijn opleiding of op eigen verzoek ontslag neemt of door aan zichzelf te wijten feiten of omstandigheden ontslagen wordt 100% van de studiekosten dient terug te betalen. Na 6 maanden na afronding van de opleiding geldt dat voor elke maand dat de medewerker de 6 maanden diensttijd niet volmaakt er 1/6 gedeelte van de studiekosten moet worden terugbetaald.

Lid 3

Er rust een terugbetalingsverplichting op de medewerker die een opleiding geniet of heeft genoten genoemd onder artikel 2 lid 1 sub C en D indien:

  • a.

    de medewerker die de studie niet afrondt of de studiebelasting niet aankan op grond van omstandigheden die naar het oordeel van het bevoegd gezag aan de medewerker zijn te wijten;

  • b.

    de medewerker op eigen verzoek of ten gevolge van aan zichzelf te wijten feiten of omstandigheden wordt ontslagen voor het einde van de opleiding waarvoor vergoeding is toegekend of binnen twee jaren na de reguliere afronding van de opleiding.

Lid 4

Ten aanzien van de medewerker die een opleiding genoemd in artikel 2 lid 1 sub C of D geniet of heeft genoten geldt dat wanneer op de ingangsdatum van het ontslag van de in het eerste lid sub b bedoelde termijn van twee jaren ten minste één jaar is verstreken de verplichting tot terugbetaling beperkt blijft tot 1/24 gedeelte van de opleidingskosten voor iedere volle maand, die aan de termijn van twee jaren ontbreekt. Dit betekent dat de medewerker die nog bezig is met zijn opleiding of die binnen 1 jaar na afronding van de opleiding op eigen verzoek ontslag neemt of door aan zichzelf te wijten feiten of omstandigheden ontslagen wordt 100% van de studiekosten dient terug te betalen. Na 1 jaar na afronding van de opleiding geldt dat voor elke maand dat de medewerker de 2 jaar diensttijd niet volmaakt er 1/24 van de studiekosten moet worden terugbetaald.

Lid 5

De terugbetalingsverplichting vervalt, indien voortzetting van de opleiding redelijkerwijs niet van de medewerker kan worden verlangd.

Lid 6

In het geval dienstverband van de medewerker is geëindigd en de oud-medewerker hierdoor niet meer kan worden gezien als een medewerker in de zin van deze regeling, behoudt gemeente Stichtse Vecht zich het recht voor om de opleidingskosten zijn nog niet voldaan door de medewerker te verhalen op de oud-medewerker.

Artikel 12 Opleidingsplan

Lid 1

De directieraad stelt jaarlijks een opleidingsplan vast.

lid 2

In het opleidingsplan wordt opgenomen:

1. welke prioriteiten er liggen ten aanzien van betreffende de te volgen opleidingen (opleidingsnoodzaak);

2. de onderbouwing van de Gemeente Stichtse Vecht om haar medewerking te verlenen aan de te volgen opleidingen vanuit de opleidingsbehoefte van de medewerker in het kader van het stimuleren van de interne mobiliteit en goed werkgeverschap en daarmee het versterken van de organisatie en de dienstverlening.

 

Artikel 13 Opleidingsbudget

Lid 1

De hoogte van het opleidingsbudget moet in overeenstemming zijn met het opleidingsplan.

Artikel 14 Onvoorziene gevallen

Lid 1

In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, kan de gemeentesecretaris een bijzondere voorziening treffen.

Artikel 15 Inwerkingtreding

Lid 1

Deze regeling kan worden aangehaald als “Regeling studiefaciliteiten gemeente Stichtse Vecht”.

Lid 2

Deze regeling treedt in werking de dag na bekendmaking.

 

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Stichtse Vecht d.d. 14 mei 2019

Burgemeester en wethouders van Stichtse Vecht,

de secretaris, de burgemeester,

Naar boven