Artikel I
De Vakantie- en Verlofregeling 1971 wordt als volgt gewijzigd:
A
Na artikel 3 wordt een toelichting ingevoegd, luidende:
TOELICHTING
Eerste lid
Het kraamverlof (per 1 januari 2019 geboorteverlof), calamiteiten- en ander kortverzuimverlof is geregeld in de Wet arbeid en zorg (Wazo). De Wazo is per 1 december 2001 in werking getreden (Stb. 2001, 567) en is van toepassing op werknemers en ambtenaren. Het doel van de Wazo is werknemers en ambtenaren in de gelegenheid te stellen om betaald werk te combineren met zorgtaken.
In het arbeidsvoorwaardenakkoord 2002-2003 is afgesproken de systematiek van de Wazo te implementeren in de gemeentelijke rechtspositieregeling.
Bij het implementeren van de systematiek van de Wazo is de tekst van het toenmalige artikel 3 aangepast. Daardoor was niet expliciet bepaald op hoeveel verlof met behoud van salaris en salaristoelagen aanspraak bestaat in het geval van overlijden van een bloed- of aanverwant.
Bij de implementatie van de systematiek van de Wazo is niet beoogd het beleid van het toekennen van verlof in dit soort gevallen te wijzigen. Het college heeft dit dan ook voortgezet.
Concreet betekent dit dat bij overlijden van eerstegraads bloed- en aanverwanten gedurende de dag van overlijden tot en met die van de begrafenis of crematie recht is op verlof met behoud van salaris en salaristoelagen. Het gaat dan om de partner, ouders, pleeg- stief-, of schoonouders, kinderen en stief- of pleegkinderen.
Bij overlijden van tweedegraads bloed- en aanverwanten is er recht op één dag verlof. Het gaat dan om grootouders, kleinkinderen, broers of zussen van de medewerker of die van zijn partner en de partner van de broer of zus van de medewerker.
Hetzelfde verlof geldt bij overlijden van huisgenoten die geen bloed- of aanverwant zijn.
Bij het overlijden van andere personen is geen recht op verlof, maar kunnen in overleg afspraken gemaakt worden.
B
In artikel 3d, eerste, tweede en vierde lid, wordt ‘kraamverlof’ vervangen door ‘geboorteverlof’.