Wijziging van de Verordening jeugdhulp 2015

De raad van de gemeente Reusel-De Mierden;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 9 januari 2018;

gelet op de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep over delegatie van regelgevende bevoegdheid door de gemeenteraad aan het college (ECLI:NL:CRVB:2017:1803) en gelet op artikel 8 van de Verordening jeugdhulp 2015;

besluit vast te stellen de volgende:

Artikel I  

De Verordening jeugdhulp 2015 wordt gewijzigd als volgt:

 

Artikel 8 komt te luiden:

 

Artikel 8 Regels pgb

  • 1.

    Het college verstrekt in overeenstemming met artikel 8.1.1 van de wet alleen een individuele voorziening in de vorm van een pgb:

  • a.

    als de jeugdige of zijn ouders, al dan niet met hulp uit hun sociale netwerk dan wel van een curator, bewindvoerder, mentor of gemachtigde, in staat zijn de aan een pgb verbonden taken op verantwoorde wijze uit te voeren;

  • b.

    als de jeugdige of zijn ouders overtuigend kunnen motiveren waarom zij de individuele voorziening die door een aanbieder wordt geleverd, niet passend achten;

  • c.

    als naar het oordeel van het college is gewaarborgd dat de jeugdhulp die de jeugdige of zijn ouders willen betrekken van een aanbieder of een persoon die behoort tot het sociale netwerk, van goede kwaliteit is;

  • d.

    voor zover de aanvraag betrekking heeft op kosten die door de jeugdige of zijn ouders zijn aangegeven, na is te gaan of de voorziening noodzakelijk is en als goedkoopste adequate voorziening aan te merken valt;

  • e.

    als de jeugdige of zijn ouders de kosten die uitstijgen boven ten hoogste het maximum van de kostprijs van de in de betreffende situatie goedkoopst adequate individuele voorziening in natura, zelf willen bekostigen.

  • 2.

    De hoogte van een pgb wordt:

  • a.

    voor ondersteuning door professionals en zelfstandigen zonder personeel (zzp-ers) voor de ondersteuningsvormen ‘persoonlijke verzorging’, ‘begeleiding individueel’, ‘begeleiding groep met en zonder vervoer’ en ‘kortdurend verblijf’ bepaald op basis van de in het lopende jaar geldende pgb-Wlz tarieven van het Zorginstituut Nederland. Voor de ondersteuningsvorm ‘behandeling’ wordt het pgb tarief voor het lopende jaar van de gemeente Amsterdam gehanteerd; tarievenlijst jeugd gemeente Amsterdam, tarieven voor ambulante jeugdzorg HBO-WO;

  • b.

    voor ondersteuning uit het sociaal netwerk voor de ondersteuningsvormen ‘persoonlijke verzorging’ en ‘begeleiding individueel’ bedraagt het pgb het minimum uurloon tarief geldend voor dat jaar waarin het pgb wordt afgegeven. Dat wil zeggen het tarief gelijk aan het wettelijk minimum bruto uurloon bij een fulltime werkweek en leeftijd 23 jaar of ouder. Voor de ondersteuningsvorm ‘kortdurend verblijf’ bedraagt het uurtarief een symbolisch bedrag van € 1.

  • 3.

    Degene aan wie een pgb wordt verstrekt, kan de individuele voorziening uitsluiting betrekken van een persoon die behoort tot zijn sociale netwerk indien deze persoon:

  • a.

    voor zijn diensten niet meer krijgt betaald dan het tarief als bedoeld in het tweede lid onder b;

  • b.

    niet heeft aangegeven dat de zorg aan de ontvanger van het pgb hem te zwaar valt;

  • c.

    het pgb niet zal gebruiken voor de betaling van tussenpersonen of belangbehartigers, en

  • d.

    op geen enkele wijze druk op de ontvanger van het pgb heeft uitgeoefend bij diens besluitvorming.

  • 4.

    De jeugdige of zijn ouders hebben niet de mogelijkheid om te kiezen voor een persoonsgebonden budget als er overwegende bezwaren zijn als bedoeld in artikel 8.1.1 van de wet. Tevens is er geen recht op een persoonsgebonden budget indien de jeugdige of zijn ouders zich eerder niet heeft gehouden aan, bij eerdere verstrekking van een pgb, opgelegde verplichtingen. Wanneer de aanvraag betrekking heeft op kosten die de jeugdige of zijn ouders maakten, voorafgaand aan de indiening van de aanvraag en niet meer is na te gaan of de ingekochte voorziening noodzakelijk was, kan er achteraf geen pgb worden toegekend.

  • 5.

    De medewerkers van de overige voorzieningen (het lokaal ondersteuningsteam en het Kempenteam) adviseren het college over het verstrekken van het pgb.

 

Artikel II  

Dit besluit treedt in werking op de dag na bekendmaking en werkt terug tot 17 mei 2017.

 

Aldus besloten in de vergadering van 27 februari 2018,

De raad voornoemd,

de griffier, de voorzitter,

J.C.M. van Berkel. mw. J. Eugster

Naar boven