Instemmen met de uitvoeringsprocedure vaststellen (lokale) bestemmingsplannen en het wijzigen van de Verordening op het lokaal bestuur in Amsterdam

De gemeenteraad van Amsterdam

 

Gezien de voordracht van burgemeester en wethouders van 16 januari 2018 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 106);

Gelet op:

  • -

    artikel 149 van de Gemeentewet;

  • -

    artikel 3.1 Wet ruimtelijke ordening;

  • -

    artikel 28 van de Verordening op de bestuurscommissies,

Besluit:  

 

  • I

    Kennis te nemen van het feit dat zich bij de vaststelling van (lokale)bestemmingsplannen de volgende knelpunten voordoen:

    • a.

      dubbel inspreken bij zowel bestuurscommissie als raadscommissie;

    • b.

      raadscommissie/raad beroept zich nu nog op marginale toetsing maar – voor zover dit überhaupt kan – is dit in het nieuwe Bestuurlijke stelsel 2018 niet mogelijk;

    • c.

      het biedt onduidelijkheid naar de burger en belangstellenden toe wie nu waar in het proces voor verantwoordelijk is;

    • d.

      bestuurlijke doorlooptijden zijn lang en vaststelling vindt mede daardoor buiten de wettelijke termijn plaats;

    • e.

      lokale en stedelijke plannen hebben nu verschillende vaststellingsprocedures terwijl het eenzelfde producten betreffen.

       

  • II

    Dat er om die redenen wordt verzocht om in te stemmen met bijgaande uitvoeringsprocedure inzake vaststellen (lokale) bestemmingsplannen ten behoeve van duidelijke, stabiele en uniforme besluitvorming van bestemmingsplannen in Amsterdam, bestaande uit de volgende onderdelen: 

    • a.

      geen verplichte startnotitie meer bij (lokale) bestemmingsplannen;

    • b.

      het dagelijks bestuur (en de stadsdeelcommissie) brengen niet meer standaard advies uit over de beantwoording zienswijzen en de wijzigingen van het vast te stellen bestemmingsplan, zij worden enkel in de gelegenheid  gesteld om in de vaststellingsfase advies uit te brengen over het concept vast te stellen bestemmingsplan, uitwerkings- en wijzigingsplan wanneer wijzigingen worden voorgesteld die zijn aan te merken als wijzigingen van wezenlijke onderdelen of aard ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan, ontwerpuitwerkings- en ontwerpwijzigingsplan.

       

  • III

    Vast te stellen de volgende:

     

    Verordening tot wijziging van de Verordening op het lokaal bestuur in Amsterdam, vastgesteld bij raadsbesluit van 30 november 2017 (Gemeenteblad afd. 3A, nr. 46/1458)

     

    Artikel 1

     

    Artikel 12, tweede komt als volgt te luiden:

     

    Als het college of de burgemeester voornemens is over de stedelijke kaders een besluit te nemen of voornemens is een ander besluit te nemen waarbij de belangen van één of meer stadsdelen zijn betrokken, in ieder geval bij het vaststellen van bestemmingsplannen, wint het college of de burgemeester bij het dagelijks bestuur advies in. Dit met dien verstande dat met betrekking tot de voordrachten tot vaststelling van bestemmingsplannen die zijn voorbereid door het dagelijks bestuur in de vaststellingsfase alleen nog oor advies worden voorgelegd indien wijzigingen worden voorgesteld welke zijn aan te merken als wijzigingen van wezenlijke onderdelen of aard ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan.

     

  • IV

    Kennis te nemen van de volgende wijzigingen in de toelichting op de Verordening op het lokaal bestuur in Amsterdam:

     

    Artikel 12: advies dagelijks bestuur

    In de artikelen 12 tot en met 17 van de verordening zijn voorschriften opgenomen die van toepassing zijn op de verhouding tussen het dagelijks bestuur enerzijds en het college en de burgemeester anderzijds. In dat kader wordt in het eerste lid van artikel 12 geregeld dat het college en de burgemeester het dagelijks bestuur bij de voorbereiding van stedelijke kaders betrekt als deze kaders betrekking hebben op de taken en bevoegdheden van het dagelijks bestuur of als het dagelijks bestuur een rol krijgt in de uitvoering van die kaders. Daarnaast staat in het tweede lid dat het college en de burgemeester advies moeten vragen aan het dagelijks bestuur als zij voornemens zijn de genoemde stedelijke kaders vast te stellen of anderszins voornemens is een besluit te nemen dat het stadsdeel raakt. Daar is voor wat betreft de bestemmingsplannen die door het dagelijks zijn voorbereid wel de uitzondering aan toegevoegd dat het dagelijks bestuur in de vaststellingsfase alleen nog om advies wordt gevraagd als ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan wijzigingen worden voorgesteld welke zijn aan te merken als wijzigingen van wezenlijke onderdelen of aard. Het dagelijks bestuur legt alle van het college en de burgemeester ontvangen adviesaanvragen op grond van artikel 19 ook aan de stadsdeelcommissie voor. De stadsdeelcommissie beslist vervolgens waar over advies wordt uitgebracht.

     

    In het derde lid staat dat het college en de burgemeester bij het inwinnen van het advies alle informatie dienen te verstrekken die nodig is om op een goede manier te kunnen adviseren. Het college en de burgemeester stellen op grond van het vierde lidvoor het advies een termijn vast. Die bedraagt, uitzonderlijke gevallen daargelaten, in elk geval vier weken. Bij uitzonderlijke gevallen kan gedacht worden aan de situatiewaarin een besluit op zeer korte termijn genomen moet worden. Tot slot staat in het vijfde lid dat het college en de burgemeester de adviezen van het dagelijks bestuur samen met het voorstel aan de raad of het college voorleggen en dus steedsinzichtelijk maken wat er precies geadviseerd is. Daarnaast moet het college of de burgemeester, als er van het advies wordt afgeweken, in de stukken duidelijk uitleggen waarom er van het advies afgeweken is.

     

  • V

    In te stemmen met wijzigen van taak 1.1 ‘het voorbereiden van een  bestemmingsplan, uitwerkings- en wijzigingsplan’ van bijlage 2: Takenlijst dagelijks bestuur behorende bij de Verordening op het lokaal bestuur in Amsterdam inzake de bijzonderheden en beperkingen:

     

    • vaststelling van een bestemmingsplan vindt plaats door de raad; vaststelling van een uitwerkings- en wijzigingsplan door het college.

    • een deel van de taken in het kader van de voorbereiding van een bestemmingsplan of uitwerking of wijziging daarvan kan door dagelijks bestuur worden verricht.

    • voorbereiding vindt plaats bij het dagelijks bestuur tot het besluit tot vrijgave voor terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan, ontwerpuitwerkings- en ontwerpwijzigingsplan; voorbereiding vindt daarna (vanaf besluit tot kennisgeving van de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan, ontwerpuitwerkings- en ontwerpwijzigingsplan) stedelijk plaats.

    • Het dagelijks bestuur wordt enkel in de gelegenheid gesteld om advies uit te brengen aan het college over het concept vast te stellen bestemmingsplan, uitwerkings- en wijzigingsplan wanneer één of meer wijzigingen worden voorgesteld welke zijn aan te merken als wijzigingen van wezenlijke onderdelen of aard ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan, ontwerpuitwerkings- en ontwerpwijzigingsplan. 

       

  • VI

    Te bepalen dat de besluiten onder III) t/m V) in werking treden op 21 maart 2018.

     

Aldus besloten door de gemeenteraad voornoemdin zijn vergadering op 15 februari 2018.

De voorzitter

J.J. van Aartsen

De raadsgriffier

mr. M. Pe MEC

Naar boven