Vaststellen van de gewijzigde Parkeerverordening 2013, gemeente Amsterdam

Gezien de voordracht van burgemeester en wethouders van 30 januari 2018 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 237);

Gelet op:

  • -

    artikel 149 van de Gemeentewet;

  • -

    artikel 225, lid 1 van de Gemeentewet;

  • -

    de Parkeerverordening 2013,

Besluit:

 

I. vast te stellen de volgende:

Verordening tot wijziging van de Parkeerverordening 2013, vastgesteld bij raadsbesluit van 3 april 2013 (Gemeenteblad 2013, afd. 3A, nr. 60/163), laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 21 december 2017 (Gemeenteblad 2017, 234607)

 

Artikel 1

Artikel 31 wordt gewijzigd en komt te luiden:

 

  • 1.

    Het college kan bij nadere regeling binnen een vergunninggebied een gebied aanwijzen waar parkeerduurbeperking is ingesteld.

  • 2.

    Een parkeerduurbeperking kan slechts worden ingesteld:

    • a.

      in een winkelstraat;

    • b.

      bij een begraafplaats;

    • c.

      bij een sportvoorziening;

    • d.

      in een woonbuurt.

  • 3.

    Een parkeerduurbeperking betreft per etmaal:

    • a.

      maximaal de openingstijden van de winkels in een winkelstraat;

    • b.

      maximaal de openingstijden van de begraafplaats;

    • c.

      maximaal de openingstijden van de sportvoorziening;

    • d.

      maximaal de tijden van betaald parkeren in de woonbuurt.

  • 4.

    Gedurende een parkeerduurbeperking wordt slechts parkeerbelasting geheven voor blokken van:

    • a.

      60 minuten;

    • b.

      120 minuten;

    • c.

      180 minuten, of

    • d.

      240 minuten

  • met dien verstande dat in een winkelstraat gedurende de parkeerduurbeperking alleen parkeerbelasting wordt geheven voor blokken van 60 minuten.

  • 5.

    Indien het college toepassing heeft gegeven aan het eerste lid in een winkelstraat, bij een begraafplaats of een sportvoorziening dan is, in afwijking van artikel 28, eerste lid en artikel 30, een parkeervergunning vermeld in artikel 7, eerste lid, onder a tot en met e en g tot en met l, respectievelijk een parkeerkaart bedoeld in artikel 26, eerste lid, onder a en b, niet geldig.

  • 6.

    Het college kan in nadere regels bepalen dat het vijfde lid niet van toepassing is voor een sportverenigingsvergunning als bedoeld in artikel 13.

  • 7.

    Het is in een winkelstraat, bij een begraafplaats of een sportvoorziening niet toegestaan om te parkeren in hetzelfde gebied waar parkeerduurbeperking is ingesteld:

    • a.

      binnen 60 minuten na afloop van de periode als bedoeld in het vierde lid onder a en b;

    • b.

      binnen 120 minuten na afloop van de periode als bedoeld in het vierde lid onder c en d.

  • 8.

    Het is in een woonbuurt niet toegestaan om te parkeren in hetzelfde gebied waar een parkeerduurbeperking is ingesteld binnen 120 minuten na afloop van een periode als bedoeld in het vierde lid onder a, b, c en d.

 

II. te bepalen dat deze verordening in werking treedt op 1 april 2018;

 

III. te bepalen dat deze verordening wordt gepubliceerd in het Gemeenteblad.

 

 

Aldus besloten door de gemeenteraad voornoemd in zijn vergadering op 14 maart 2018.

 

 

De voorzitter

J.J. van Aartsen

De raadsgriffier

mr. M. Pe MEC

Naar boven