Regeling Studiefaciliteiten gemeente Gooise Meren 2016

Het College van de gemeente Gooise Meren,

gelet op artikel 17:2 Car-Uwo

gelet op de overeenstemming met het Bijzonder Georganiseerd Overleg fusie Muiden, Naarden, Bussum, d.d. …………

B E S L U I T :

Vast te stellen het “Regeling Studiefaciliteiten gemeente Gooise Meren 2016”

Regeling Studiefaciliteiten gemeente Gooise Meren 2016

ARTIKEL 1 DEFINITIES EN REIKWIJDTE

  • 1.

    In deze regeling wordt verstaan onder:

    • a.

      studie; een opleiding, die wordt afgerond met een bewijs van deelname;

    • b.

      faciliteiten; de geheel of gedeeltelijke vergoeding van kosten, en/of het toekennen van bezoldigd verlof, verband houdend met het volgen van een studie;

    • c.

      opleidingsplan; het door een afdeling jaarlijks op te stellen plan, waarin onder meer wordt beschreven de te verwachten scholingsbehoefte van medewerkers in het licht van interne en externe ontwikkelingen op het werkterrein van de afdeling.

  • 2.

    Deze regeling is niet van toepassing op het verlenen van faciliteiten voor het volgen en/of bijwonen van seminars of congressen, of op het volgen van een studie ter afronding waarvan geen examen wordt afgenomen.

ARTIKEL 2 VERLENEN VAN FACILITEITEN

Aan de werknemer kunnen ambtshalve, dan wel op aanvraag, faciliteiten worden verleend voor het volgen van een studie.

ARTIKEL 3 CRITERIA VOOR HET VERLENEN VAN FACILITEITEN

  • 1.

    Bij het besluit tot het al dan niet verlenen van faciliteiten en het bepalen van de inhoud, hoogte en samenstelling daarvan, betrekt het college de inhoud van het opleidingsplan, de noodzaak, wenselijkheid en/of deugdelijkheid van de studie in relatie tot het belang van de organisatie en van de medewerker. Ook kunnen andere afspraken die met de medewerker gemaakt zijn en op schrift zijn gesteld, meegenomen worden bij deze afweging.

  • 2.

    Bij het toekennen van faciliteiten en het bepalen van de hoogte daarvan kan rekening worden gehouden met het directe of indirecte effect daarvan op het opheffen of verkleinen van feitelijke ongelijkheden en knelpunten op de arbeidsmarkt.

ARTIKEL 4 PROCEDURE VOOR HET VERLENEN VAN FACILITEITEN

  • 1.

    Alvorens over te gaan tot het toekennen dan wel geheel of gedeeltelijk afwijzen van gevraagde faciliteiten, draagt het college er zorg voor dat zo veel mogelijk overeenstemming met de medewerker wordt verkregen over de inhoud van het te nemen besluit.

  • 2.

    Voor zover er twijfels bestaan over de geschiktheid van de medewerker voor de studie, kan een studieadvies worden uitgebracht dan wel kan van de medewerker worden verlangd dat hij een psychologische test aflegt.

ARTIKEL 5 DE INHOUD EN DUUR VAN VERLEENDE FACILITEITEN

Het besluit tot toekenning van faciliteiten benoemt de inhoud, hoogte, samenstelling en duur daarvan, daarbij rekening houdend met de gemiddelde arbeidsduur van de medewerker.

ARTIKEL 6 OPSCHORTING VERLEENDE FACILITEITEN

Als het college op grond van verkregen inlichtingen van oordeel is dat de medewerker, niet in staat zal zijn de studie binnen de daarvoor gestelde termijn af te ronden, is het bevoegd de verleende faciliteiten, al dan niet tijdelijk en met onmiddellijke ingang op te schorten.

ARTIKEL 7 BEEINDIGING VERLEENDE FACILITEITEN

De verleende faciliteiten zullen, na opschorting als bedoeld in artikel 6, worden beëindigd als de vertraging in de afronding van de studie naar het oordeel van het college voortvloeit uit gebleken ongeschiktheid voor het succesvol afronden van de studie.

ARTIKEL 8 INTREKKING VERLEENDE FACILITEITEN

Verleende faciliteiten kunnen worden ingetrokken, als,

  • a.

    In de situatie als bedoeld in artikel 7 de vertraging in de afronding van de studie de medewerker naar het oordeel van het college geheel of gedeeltelijk valt toe te rekenen.

  • b.

    De medewerker de studie niet of niet binnen de daartoe gestelde termijn met succes heeft afgerond;

  • c.

    De medewerker de studie voortijdig beëindigt.

  • d.

    De medewerker binnen een daartoe bij het verlenen van de faciliteiten gestelde termijn, al dan niet op aanvraag, wordt ontslagen.

  • e.

    De medewerker, voorafgaand aan het verlenen van faciliteiten, onjuiste informatie heeft verschaft, dan wel informatie heeft verzwegen, zonder welke de faciliteiten niet of niet onder dezelfde voorwaarden zouden zijn verleend.

  • f.

    De medewerker bij voortduring nalaat alle, met de toekenning van faciliteiten samenhangende, inlichtingen te verstrekken, die het college nodig acht.

ARTIKEL 9 TERUGVORDERING INGETROKKEN FACILITEITEN

  • 1.

    Ingetrokken faciliteiten kunnen, voor zover op geld waardeerbaar, geheel of gedeeltelijk worden teruggevorderd.

  • 2.

    Bij het besluit tot terugvordering wordt rekening gehouden met de draagkracht van de medewerker, de mate van verwijtbaarheid als gevolg waarvan de faciliteiten zijn ingetrokken, alsmede de fase waarin de studie zich bevond op het moment van intrekking van de verleende faciliteiten.

  • 3.

    Faciliteiten kunnen ook worden teruggevorderd als de studie reeds beëindigd is en als de medewerker binnen twee jaar na beëindiging ontslag wordt verleend, op eigen verzoek of als gevolg van aan hemzelf te wijten feiten of omstandigheden.

  • 4.

    Het bedrag dat moet worden terugbetaald als gevolg van lid 3 van dit artikel wordt zo vastgesteld dat voor iedere maand dat het dienstverband na het voltooien van de studie korter duurt dan 24 maanden, 1/24e moet worden terugbetaald.

ARTIKEL 10 ONVOORZIENE SITUATIES

Het college is bevoegd in gevallen waarin deze verordening niet of niet in redelijkheid voorziet een voorziening te treffen.

ARTIKEL 11 SLOT- EN OVERGANGSBEPALINGEN

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2016.

  • 2.

    Dit besluit wordt aangehaald als: “Regeling Studiefaciliteiten gemeente Gooise Meren 2016”.

Gooise Meren, [datum]

Burgemeester & Wethouders van gemeente Gooise Meren,

De secretaris

---------------- ---------------------------------

De burgemeester

.................... ..........................................

Naar boven