Gemeenteblad van Eijsden-Margraten
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Eijsden-Margraten | Gemeenteblad 2018, 73504 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Eijsden-Margraten | Gemeenteblad 2018, 73504 | Verordeningen |
Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Eijsden-Margraten houdende regels omtrent subsidies cultureel erfgoed Subsidieverordening Cultureel Erfgoed
HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN
Deze verordening verstaat onder:
een onroerende zaak binnen de gemeente Eijsden-Margraten met beeldbepalende kwaliteiten of overige cultuurhistorische waarden en overeenkomstig de ‘Erfgoedverordening gemeente Eijsden-Margraten 2013 Eerste aanpassing’ als zodanig aangeduid in het vigerende bestemmingsplan op voorstel van het college door de raad;
Kleine cultuurhistorische relicten:
kleine objecten in de openbare ruimte (zoals kruisen, kapellen, beelden, gedachtenismonumenten, gedenkstenen, historische straatmeubilair etc.) die een hoge geschiedkundige waarde hebben, maar niet dermate bijzonder zijn dat ze voor aanwijzing tot monument in aanmerking komen.
Onder deze initiatieven wordt verstaan projecten rondom het bundelen en op aantrekkelijke wijze ontsluiten van archeologische verhalen (niet uitsluitend bestaande uit analoge publicaties), vondsten en kennis voor een breed publiek of het zichtbaar/beleefbaar maken van archeologische plekken op openbaar toegankelijk gebied.
een indicatief rapport dat de (bouw)technische staat en de gebreken van een monument beschrijft, niet ouder is dan twee jaar en is opgesteld door Stichting Monumentenwacht Limburg of een andere door het college van het college van burgemeester en wethouders aan te wijzen ter zake deskundige instantie of persoon;
de door de gemeenteraad ingestelde commissie, als bedoeld in artikel 9.1 van de Erfgoedwet 2016, met als taak om het college van burgemeester en wethouders op verzoek of uit eigen beweging te adviseren over de toepassing van de Erfgoedwet 2016, deze verordening en het monumentenbeleid in het algemeen.
Indien restauratie- of instandhoudingskosten op grond van een verzekering worden gedekt, worden de subsidiabele restauratiekosten verminderd met het bedrag dat ontstaat door het bedrag van de verzekeringspenningen te vermenigvuldigen met de breuk die ontstaat door de subsidiabele restauratiekosten te delen door de restauratiekosten.
Het college van burgemeester en wethouders verdelen de beschikbare budgetten in de volgorde van ontvangst van de aanvragen, met dien verstande dat wanneer de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de subsidieaanvraag aan te vullen, de dag waarop de aanvullende informatie is ontvangen met betrekking tot de verdeling als datum van ontvangst geldt en onder voorbehoud dat aan de overige in deze verordening gestelde voorwaarden is of kan worden voldaan.
Een subsidie ten laste van een begroting die nog niet is vastgesteld, wordt verleend onder de voorwaarde, bedoeld in artikel 4:34, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, dat voldoende gelden ter beschikking worden gesteld. In geval van het niet vervullen van de voorwaarde, bedoeld in artikel 4:34, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, worden de op grond van dit besluit verleende subsidiebedragen verlaagd tot het bedrag van de subsidie dat na de vaststelling of goedkeuring van de begroting ter beschikking staat, één en ander naar rato van het aantal subsidieaanvragers aan wie subsidie is verleend en van de hoogte van de verleende subsidiebedragen.
Artikel 1.3 Algemene bepalingen inzake aanvraag en beslissing
Aanvragen, besluiten en andere bestuursrechtelijk gehanteerde termen en begrippen in deze regeling zijn bedoeld in de zin van de Algemene wet bestuursrecht. In dat verband is het college van burgemeester en wethouders het “bestuursorgaan”, waarbij de subsidieaanvragen moeten worden ingediend en dat beslist op de aanvragen.
Indien de aanvrager niet heeft voldaan aan enig voorschrift voor het in behandeling nemen van de aanvraag of indien de verstrekte gegevens en bescheiden onvoldoende zijn voor de beoordeling van de aanvraag of voor de voorbereiding van de beschikking, zal het college van burgemeester en wethouders de aanvrager hiervan binnen een termijn van 4 weken na ontvangst van de aanvraag in kennis stellen en de aanvrager in de gelegenheid stellen om de aanvraag aan te vullen.
HOOFDSTUK 2 SUBSIDIE VOOR NIET RENDABELE RIJKSMONUMENTEN
Artikel 2.3 Aanvraag en beslissing op de aanvraag voor niet rendabele rijksmonumenten
Indien wordt verwacht dat de ingediende aanvragen het door de gemeenteraad beschikbare budget zullen overschrijden, kan het college van burgemeester en wethouders de aanvraag aanhouden totdat beleidsregels zijn vastgesteld waarin staat aangegeven welke monumenten naar oordeel van het college voor subsidie in aanmerking komen en in welke volgorde.
Artikel 2.4 Aan subsidieverlening van niet rendabele rijksmonumenten verbonden voorschriften
Ten behoeve van de definitieve vaststelling van de gemeentelijke subsidie moet de eigenaar binnen 13 weken na ontvangst van het besluit van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed inzake de vaststelling van de daadwerkelijk gemaakte subsidiabele kosten, een kopie van dit besluit indienen bij het college van burgemeester en wethouders.
Nadat subsidie is verleend, kan aan de eigenaar op basis van door de eigenaar ingediende overzichten van gemaakte kosten, die vergezeld gaan van kopieën van de rekeningen, voorschotten verstrekken tot ten hoogste een zesde gedeelte van het totaal verleende subsidiebedrag; De voorschotten worden uitgekeerd voor zover de rekeningen werkzaamheden betreffen die in overeenstemming zijn met het instandhoudingsplan.
Artikel 2.5 Vaststelling en uitkering van de subsidie voor niet rendabele rijksmonumenten
Ten behoeve van de definitieve vaststelling van de gemeentelijke subsidie moet de eigenaar binnen 13 weken na ontvangst van het besluit van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed inzake de vaststelling van de daadwerkelijk gemaakte subsidiabele kosten, een kopie van dit besluit indienen bij het college van burgemeester en wethouders.
HOOFDSTUK 3 SUBSIDIE VOOR BEELDBEPALENDE PANDEN EN OBJECTEN
Artikel 3.1 Algemene bepalingen inzake subsidiëring van beeldbepalende panden en objecten
Nadat besluit tot subsidie is genomen, kan aan de eigenaar op basis van door de eigenaar ingediende overzichten van gemaakte kosten, die vergezeld gaan van kopieën van de rekeningen, voorschotten verstrekken van het totaal verleende subsidiebedrag. De voorschotten worden uitgekeerd voor zover de rekeningen werkzaamheden betreffen die in overeenstemming zijn met het projectplan.
HOOFDSTUK 4 SUBSIDIE VOOR KLEINE CULTUURHISTORISCHE RELICTEN EN ARCHEOLOGISCHE INITIATIEVEN
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2018-73504.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.