Artikel I
Het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rotterdam 2016 wordt als volgt gewijzigd.
A
De inhoudsopgave wordt als volgt gewijzigd:
- 1.
na artikel 11.20 Manager Crisis Interventie Team (CIT en (gebieds)managers Gecertificeerde Instelling wordt een onderwerp ingevoegd, luidende:
artikel 11.21 Commandant Koninklijke Marechaussee: collegemandaat
- 2.
artikel 9.7 gebieden: burgemeestersmandaten vervalt.
B
Aan artikel 2.1 worden, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel 3 door een puntkomma, twee onderdelen toegevoegd, luidende:
- 4.
het verlenen van ontheffing voor nachtverblijf buiten kampeerterreinen, bedoeld in artikel 4:18 APV Rotterdam 2012, voor zover het evenementen betreft;
- 5.
het verlenen van een vergunning gebruik openbaar water, bedoeld in artikel 5:24 APV Rotterdam 2012, voor zover het evenementen en horeca betreft.
C
Artikel 2.19 wordt als volgt gewijzigd:
- 1.
Na de woorden ‘mandaat verleend tot’ wordt een dubbele punt ingevoegd.
- 2.
Onder vervanging van de punt aan het slot van artikel 2.19 door een puntkomma wordt voor de zin ‘tot het opleggen van een dwangsom, bedoeld in artikel 125 van de Gemeentewet juncto artikel 5:32 van de Algemene wet bestuursrecht, bij gebleken schoolverzuim en indien er gegronde redenen zijn aan te nemen dat de overtreding gemaakt gaat worden.’ de aanduiding ‘a.’ geplaatst.
- 3.
Er wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
- b.
het college te vertegenwoordigen bij de behandeling van een bezwaarschrift dat voortvloeit uit een besluit, als bedoeld onder a.
D
Artikel 3.3, onderdeel 14, komt te luiden:
- 1.
het nemen van besluiten op verzoeken van betrokkenen in het kader van hoofdstuk III van de Algemene verordening gegevensverwerking van de Europese Unie;
E
Artikel 4.4 wordt als volgt gewijzigd:
- 1.
In onderdeel vijf wordt ‘voorstellingen of vertoningen op of aan de weg (niet-commerciële activiteiten), indien het horeca betreft en voor zover deze bevoegdheid niet (in ondermandaat) is opgedragen aan de concerndirecteur Stadsontwikkeling of de concerndirecteur Stadsbeheer’ vervangen door ‘filmopnames’.
- 2.
In onderdeel 11 vervalt ‘, voor zover de inzameling plaatsvindt binnen meerdere gebieden of buiten de grenzen van de gebieden’.
- 3.
Onderdeel 18 komt te luiden:
- 18.
het verlenen van ontheffing voor nachtverblijf buiten kampeerterreinen, bedoeld in artikel 4:18, derde lid, van de APV Rotterdam 2012, voor zover het evenementen betreft.
F
Artikel 4.6 wordt als volgt gewijzigd:
- 1.
Onderdeel 12 komt te luiden:
- 12.
het verlenen van een evenementenvergunning voor een A-, B- of C-evenement, bedoeld in artikel 2:25, van de APV Rotterdam 2012 en het verlangen van het overleggen van aanvullende gegevens, bedoeld in artikel 2:25, tiende lid, van de APV Rotterdam 2012;
- 2.
Onderdeel 13 komt te luiden:
- 13.
het in ontvangst nemen van een kennisgeving voor een 0-evenement, het zenden van een ontvangstbevestiging of een tegenbericht voor een 0-evenement, bedoeld in artikel 2:25a, eerste en vierde lid van de APV Rotterdam 2012;
- 3.
In onderdeel 13a wordt ‘lid 13’ vervangen door ‘lid 12’ en ‘indien het evenementen en horeca betreft’ door ‘indien het evenementen, horeca of manifestaties betreft’.
- 4.
Onderdeel 15 komt te luiden:
- 15.
het verlenen van een ontheffing voor het verwekken van gerucht, bedoeld in artikel 3, derde lid, van de Zondagswet en het houden van openbare vermakelijkheden, bedoeld in artikel 4, derde lid, van deze wet;
- 5.
Onderdeel 22 komt te luiden:
- 22.
het in ontvangst nemen van een kennisgeving van een betoging, vergadering of samenkomst, bedoeld in artikel 2:3, eerste lid, van de APV Rotterdam 2012 juncto de Wet openbare manifestaties;
- 6.
- 7.
In onderdeel 25 vervalt ‘, voor zover dit optreden plaatsvindt binnen meerdere gebieden of buiten de grenzen van de gebieden’.
G
Artikel 5.1, onderdeel h, wordt als volgt gewijzigd:
- 1.
In de aanhef vervalt ‘en kwaliteitseisen peuterspeelzalen’.
- 2.
In subonderdeel 1° wordt ‘op grond van de verordening, als bedoeld in artikel 1.25 van deze wet’ vervangen door ‘ als bedoeld in artikel 1.13 van deze wet’.
- 3.
In subonderdeel 2 wordt ‘de artikelen 1.61 en 2.19’ vervangen door ‘artikel 1.61’.
H
Artikel 6.1, onderdeel 1, subonderdeel g, komt te luiden:
- g.
de Wet kinderopvang, voor zover betrekking hebbend op het verstrekken van een gemeentelijke tegemoetkoming, als bedoeld in artikel 1.13 van deze wet;
I
Artikel 7.1 wordt als volgt gewijzigd:
- 1.
In onderdeel 47 wordt ‘betrekking hebbend op voorstellingen en vertoningen op of aan de weg (niet-commerciële activiteiten) en voor zover deze bevoegdheid niet in ondermandaat is opgedragen aan de directeur Veiligheid of de concerndirecteur Stadsbeheer’ vervangen door ‘voor zover deze bevoegdheid geen betrekking heeft op:
- 1°.
- 2°.
het tijdelijk in gebruik nemen van de openbare weg ten behoeve van het inrichten van een terrein voor opslag van bouwstoffen en plaatsing van keten, loodsen, hulpwerken en andere hulpmiddelen, niet zijnde een omgevingsvergunning,
- 3°.
het plaatsen van afval- en verhuiscontainers;
- 4°.
het plaatsen van steigers en het plaatsen van materialen of voorwerpen ten behoeve van werkzaamheden niet zijnde een omgevingsvergunning;’.
- 2.
Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel 74 door een puntkomma, worden vier onderdelen toegevoegd, luidende:
- 75.
het verlenen van toestemming een aanplakbiljet aan te plakken, bedoeld in artikel 2:42, tweede lid APV Rotterdam 2012;
- 76.
het aanwijzen van aanplakborden voor het aanbrengen van meningsuitingen en bekendmakingen, bedoeld in artikel 2:42, vierde lid APV Rotterdam 2012;
- 77.
het verlenen van ontheffing voor nachtverblijf buiten kampeerterreinen als bedoeld in artikel 4:18, derde lid, van de APV Rotterdam 2012, voor zover deze bevoegdheid geen betrekking heeft op nachtverblijf buiten kampeerterreinen in het kader van evenementen;
- 78.
het verlenen van ontheffing voor het innemen van een standplaats voor de verkoop van goederen, bedoeld in artikel 5:21a, tweede lid APV Rotterdam 2012.
J
Aan artikel 7.4 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel 3 door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:
- 4.
het verlenen van een ontheffing voor het verwekken van gerucht, bedoeld in artikel 3, derde lid van de Zondagswet.
K
Artikel 8.1 wordt als volgt gewijzigd:
- 1.
In onderdeel 1 wordt ‘voor zover deze bevoegdheid niet (in ondermandaat) is opgedragen aan de directeur Veiligheid of de concerndirecteur Stadsontwikkeling’ vervangen door ‘voor zover deze bevoegdheid geen betrekking heeft op:
- 1°.
- 2°.
het tijdelijk in gebruik nemen van de openbare weg ten behoeve van het inrichten van een terrein voor opslag van bouwstoffen en plaatsing van keten, loodsen, hulpwerken en andere hulpmiddelen, niet zijnde een omgevingsvergunning,
- 3°.
het plaatsen van afval- en verhuiscontainers;
- 4°.
het plaatsen van steigers en het plaatsen van materialen of voorwerpen ten behoeve van werkzaamheden niet zijnde een omgevingsvergunning;’.
- 2.
In onderdeel 37 vervalt ‘, voor zover de inzameling plaatsvindt binnen meerdere gebieden of buiten de grenzen van de gebieden’;
- 3.
In onderdeel 38 vervalt, onder vervanging van de punt door een puntkomma aan het slot, ‘ buiten de grenzen van de gebieden’.
- 4.
L
Aan artikel 8.4 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel 5 door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:
- 6.
het opstellen en uitreiken van bestuurlijke waarschuwingen bedoeld in artikel 2:35 APV Rotterdam 2012 juncto de beleidslijn heling voor handelaren in ongeregelde en gebruikte goederen.
M
Artikel 9.7 vervalt.
N
In artikel 11.2, eerste onderdeel, wordt ‘het opleggen van overlastgevende personen 2016’ vervangen door ‘het opleggen van wijkverboden aan overlastgevende personen’ en wordt ‘Beleidsregel wijkverboden’ vervangen door ‘Beleidsregel Overlastgevende personen 2016’.
O
Artikel 11.4 wordt als volgt gewijzigd:
- 1.
Onderdeel 5 komt te luiden:
- 5.
het behandelen van een melding, bedoeld in artikel 2.4 van het Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen;
- 2.
De onderdelen 6, 7 en 8 worden genummerd 7, 8 en 9.
- 3.
Er wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
- 6.
het stellen van nadere voorwaarden en het wijzigen van die nadere voorwaarden, bedoeld in artikel 2.4, derde lid en 2.5 van het Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen;
- 4.
Onderdeel 7 (nieuw) komt te luiden:
- 7.
het bepalen of op grond van artikel 6.40 van het Bouwbesluit 2012 een installatie voor mobiele radiocommunicatie tussen hulpverleningsdiensten binnen en buiten dat bouwwerk noodzakelijk is, alsmede de daaraan te stellen eisen;
P
Bijlage 2 behorende bij MVMR 2016 wordt als volgt gewijzigd:
- 1.
‘Artikel 5.11 aantasting groenvoorziening door voertuigen’ wordt verplaatst naar na ‘Artikel 5.10 overlastgevend parkeren van voertuigen’ en voor ‘artikel 5.12 fietswrakken’;
- 2.
Artikel 5.12 fietswrakken vervalt;
- 3.
‘Artikel 5.12 overlastgevend stallen en hinderlijk parkeren van (brom)fietsen’ wordt vervangen door ‘Artikel 5.12 overlastgevend stallen en hinderlijk parkeren van (brom)fietsen en fietswrakken’;
- 4.
Na Artikel 5.12 overlastgevend stallen en hinderlijk parkeren van (brom)fietsen en fietswrakken’ wordt ingevoegd ‘Artikel 5.13 Inzameling van geld of goederen’.
Authentieke versie (PDF)
Informatie
Printen
Delen