Gemeenteblad van Gouda
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Gouda | Gemeenteblad 2018, 63662 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Gouda | Gemeenteblad 2018, 63662 | Overige besluiten van algemene strekking |
Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Gouda houdende regels omtrent werktijden Werktijdenregeling Gouda 2018
Burgemeester en wethouders van Gouda
gelezen het voorstel d.d. 15 maart 2018 met dossiernummer 1833;
gelet op artikel 125 van de Ambtenarenwet;
gelet op artikel 160 van de Gemeentewet;
gelet op artikel 4:1 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling voor de sector Gemeenten;
gezien de overeenstemming in de vergadering van de commissie van Georganiseerd Overleg d.d. 15 maart 2018;
Artikel 5 Medische consulten en dergelijke
Onverminderd het bepaalde in artikel 4:1, tweede lid, aanhef en onderdeel b van de Wet arbeid en zorg vindt bezoek aan huisarts, tandarts, specialist, therapeut en dergelijke en het gebruik van het bedrijfszorgpakket zoveel mogelijk in eigen tijd plaats.
Medewerkers kunnen werkzaamheden verrichten binnen het dagvenster van maandag tot en met vrijdag tussen 7.00 uur en 22.00 uur.
Artikel 9 Plaatsonafhankelijk werken
De medewerker kan de leidinggevende verzoeken om plaatsonafhankelijk te werken. Een dergelijk verzoek zal worden beoordeeld met toepassing van de Handreiking plaatsonafhankelijk werken.
Artikel 10 Buitendagvenstertoelage
Indien de medewerker buiten het dagvenster werkzaamheden moet verrichten, komt hij in aanmerking voor de buitendagvenstertoelage zoals beschreven in artikel 3:12 van de CAR-GUWO. Deze toelage bedraagt per gewerkt uur een percentage van het uurloon. De gewerkte uren buiten het dagvenster worden in tijd gecompenseerd. De medewerker maakt hierover afspraken met zijn (direct) leidinggevende.
Artikel 11 Beschikbaarheidsdiensten
Indien de medewerker opgeroepen wordt tijdens zijn beschikbaarheidsdienst en werkzaamheden verricht buiten het dagvenster, komt hij in aanmerking voor de buitendagvenstertoelage zoals beschreven in artikel 3:12 van de CAR-GUWO. Deze toelage bedraagt per gewerkt uur een percentage van het uurloon. De gewerkte uren buiten het dagvenster worden in tijd gecompenseerd. De medewerker maakt hierover afspraken met zijn (direct) leidinggevende.
Artikel 12 Bijzondere regeling
Medewerkers op wie de bijzondere regeling van toepassing is, kunnen conform de bepalingen in de CAR-GUWO aanspraak maken op de toelage onregelmatige dienst (artikel 3:11 van de CAR- GUWO), de beschikbaarheidstoelage (artikel 3:13 van de CAR-GWO) en de overwerkvergoeding (artikel 3:18 van de CAR-GUWO).
Artikel 13 Onvoorziene gevallen
In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, kan de werkgever een bijzondere voorziening treffen.
Artikel 14 Intrekking en overgangsrecht
De Werktijdenregeling gemeente Gouda 2004 en de Werktijdenregeling Gouda, zoals vastgesteld door het college op 19 december 2017, worden per 1 april 2018 ingetrokken, met dien verstande dat artikel 4 van de Werktijdenregeling gemeente Gouda 2004 van toepassing blijft tot en met 31 december 2019 op:
de medewerker die op de datum van inwerkingtreding van deze regeling reeds aanspraak heeft gemaakt op werktijdvermindering op grond van artikel 4 van de Werktijdenregeling gemeente Gouda 2004 op de dagen dat de oorspronkelijke werktijd zonder rekening te houden met bedoelde werktijdvermindering ten minste 7 uur en 12 minuten en maximaal 9 uur bedraagt;
de medewerker die in de periode van 7 december 2017 tot 1 april 2018 heeft verzocht om werktijdvermindering op grond van artikel 4 van de Werktijdenregeling gemeente Gouda 2004 op de dagen dat de oorspronkelijke werktijd, zonder rekening te houden met bedoelde werktijdvermindering, ten minste 7 uur en 12 minuten en maximaal 9 uur bedraagt. Er bestaat aanspraak vanaf de datum waarop de medewerker de 60-jarige leeftijd heeft bereikt.
Aldus besloten in de vergadering van 20 maart 2018.
burgemeester en wethouders van Gouda,
de gemeentesecretaris,
dr. E.M. Branderhorst
de burgemeester,
dr. M. Schoenmaker
Bijlage behorende bij de Werktijdenregeling Gouda
Burgemeester en wethouders van Gouda
gelezen de voorstellen d.d. 12 december 2017 met dossiernummer 1634 en d.d. 15 maart 2018 met dossiernummer ;
gelet op artikel 11, lid 1 van de Werktijdenregeling Gouda;
het Aanwijzingsbesluit bijzondere regeling werktijden Gouda
De baliemedewerkers van het KlantContactCentrum en de medewerkers van het Meldpunt Openbaar Gebied van de afdeling Services en de medewerkers van de Meldkamer, de medewerkers van het Overig Toezicht en de medewerkers belast met brugwachterstaken van het Team Stadstoezicht van de afdeling Veiligheid en Wijken worden aangewezen als medewerkers op wie de bijzondere regeling als bedoeld in paragraaf 3 van deze Werktijdenregeling Gouda van toepassing is.
Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 april 2018.
Aldus besloten in de vergadering van 20 maart 2018.
burgemeester en wethouders van Gouda,
de gemeentesecretaris, de burgemeester,
Toelichting op de Werktijdenregeling Gouda
Paragraaf 1 Algemene bepalingen
De standaardregeling is de norm en de bijzondere regeling is de uitzondering. De standaardregeling geldt voor alle medewerkers die zelf regelruimte hebben voor hun werktijden. Met regelruimte wordt bedoeld dat de medewerker een bepaalde vrijheid heeft bij het bepalen van zijn werktijden. De medewerker heeft in de standaardregeling een zekere vrijheid in het bepalen van zijn werktijden, maar niet volledig. De werkgever kan wel van de medewerker verlangen dat hij op aangewezen momenten aanwezig of beschikbaar is. Dat is niet strijdig met de standaardregeling.
Onder de bijzondere regeling vallen medewerkers voor wie de individuele werktijden eenzijdig worden vastgesteld. Bij de bijzondere regeling is dan ook sprake van geen of heel geringe zeggenschap over de werktijden. Als er sprake is van een vorm van zelfinroostering, waardoor de medewerker zeggenschap heeft over zijn werktijden, dan is de standaardregeling van toepassing. Verricht een medewerker beschikbaarheidsdiensten, dan is niet om die reden de bijzondere regeling van toepassing.
Een volledig betrekking is volgens de CAR-GUWO maximaal 1836 uur op jaarbasis. Het netto aantal te werken uren wordt berekend door het aantal werkdagen te verminderen met feestdagen en lokaal vastgestelde feestdagen (vrije dagen). Omdat jaarlijks niet alle feestdagen op een werkdag vallen, is de volgende berekening gemaakt:
Als uitgangspunt wordt genomen dat één kalenderjaar 365,25 dagen heeft, één week heeft 5 werkdagen en de gemiddelde arbeidsduur bedraagt 36 uur per week.
De algemene erkende feestdagen zijn:
Bovenstaande dagen worden bij de berekening van de gemiddelde jaarlijkse arbeidsduur buiten beschouwing gelaten. De berekening ziet er dan als volgt uit:
De berekening van de gemiddelde arbeidsduur per jaar is dan:
365,25 dagen x 5/7 minus 7,57 feest- en lokale dagen = 253,32 werkdagen. Per werkdag geldt een gemiddelde arbeidsduur van 36:5 werkdagen is 7,2 uren. Op jaarbasis betekent dat een gemiddelde arbeidsduur per jaar van 1823,92 uur.
De medewerker mag maximaal 11 uur per dag werken. De formele arbeidsduur bedraagt op basis van een voltijd dienstverband 36 uur per week. In overleg kan de feitelijke arbeidsduur per week worden vastgesteld op een andere omvang dan de formele arbeidsduur per week. Dit kan tot ten hoogste 50 uren per week. Hierbij geldt wel dat de geldende formele arbeidsduur per kalenderjaar niet mag worden overschreden.
Dit artikel biedt de werkgever de mogelijkheid om in overleg de feitelijke arbeidsduur per week van de medewerker op een andere omvang vast te stellen dan de formele arbeidsduur per week. Hierdoor kunnen medewerkers in drukke tijden meer ingezet worden en in rustiger tijden minder. Ook biedt dit artikel de mogelijkheid om de werktijden van de medewerker beter aan te laten sluiten op zijn privésituatie. Bij een volledige betrekking heeft een medewerker een arbeidsduur van ten hoogste 1824 uur per kalenderjaar. In deze berekening is meegenomen het aantal werkdagen verminderd met het aantal, niet jaarlijks op zaterdag of zondag vallende, feestdagen per kalenderjaar, gecorrigeerd met de kans dat zij periodiek op een zaterdag of zondag vallen.
In de CAR-GUWO is bepaald dat arbeid door pauzes moet worden onderbroken. Dat houdt dan ook tevens in dat een werkdag niet begonnen of beëindigd kan worden met een pauze.
Artikel 5 Medische consulten en dergelijke
Door het ruime dagvenster is er meer ruimte om afspraken voor doktersbezoek e.d. buiten de afgesproken werktijd te maken dan wel de werktijd te verschuiven. Daarom valt deze tijd in beginsel buiten de werktijd. Wel is in de Wet arbeid en zorg geregeld dat een medisch consult als werktijd wordt aangemerkt, indien sprake is van spoedeisend, onvoorzien of redelijkerwijs niet buiten werktijd te plannen arts- of ziekenhuisbezoek.
Paragraaf 2 De standaardregeling
Voor de medewerker die valt onder de standaardregeling betekent dit, dat er in overleg met de leidinggevende van maandag tot en met vrijdag tussen 7:00 uur en 22:00 uur gewerkt kan worden. In de praktijk zal het merendeel van de medewerkers onder de standaardregeling vallen. Dit dagvenster kan niet op lokaal niveau worden ingeperkt, maar dat betekent niet dat het Huis van de Stad op deze tijden geopend moet zijn.
Artikel 7 Bezetting en werkafspraken
De medewerker en zijn leidinggevende overleggen jaarlijks over de werktijden. Dit is bij voorkeur gekoppeld aan de gesprekkencyclus. Het is niet gewenst dat de medewerker veel meer of minder uren werkt dan zijn formele arbeidsduur. Op de medewerker rust een verantwoordelijkheid om teveel of te weinig werk tijdig te signaleren, zodat de afspraken daarop afgestemd kunnen worden. De werkgever kan van de medewerker verlangen dat hij op bepaalde momenten aanwezig of beschikbaar is, omdat dit bij de uitoefening van zijn functie hoort (bijvoorbeeld om het afdelingsoverleg bij te wonen.
De medewerker kan, na overleg met zijn leidinggevende, meer uren werken dan zijn formele arbeidsduur. Deze uren vormen het verschil tussen de feitelijke werktijd van de medewerker en de aanstellingsomvang, uitgedrukt in uren. Het opgebouwde saldo aan plusuren kan niet worden overgeschreven naar het volgende kalenderjaar. De medewerker houdt hier zelf de registratie van bij. De medewerker geeft de leidinggevende op diens verzoek inzage in de registratie.
Artikel 9 Plaatsonafhankelijk werken
De leidinggevende kan met de medewerker afspraken maken over plaatsonafhankelijk werken, bijvoorbeeld met betrekking tot arbotechnische omstandigheden, bereikbaarheid, welke werkzaamheden de medewerker dan kan verrichten. De werkgever is niet verplicht tot het aanbieden van thuiswerkfaciliteiten. Plaatsonafhankelijk werken kan plaatsvinden op vrijwillige basis. Het is geen recht, maar ook geen plicht.
Artikel 10 Buitendagvenstertoelage
In het kader van het dienstbelang kan het noodzakelijk zijn dat incidenteel buiten het dagvenster wordt gewerkt, voor zover de werkzaamheden van de functie hierom vragen. De medewerker ontvangt dan daarvoor een buitendagvenstertoelage en de gewerkte uren worden op een ander moment in tijd gecompenseerd. De medewerker maakt hierover afspraken met zijn leidinggevende. De buitendagvenstertoelage bedraagt volgens de CAR-GUWO op maandag tot en met vrijdag voor de uren buiten het dagvenster 50% van het uurloon, op zaterdag 75% en op zondag 100%.
Artikel 11 Beschikbaarheidsdiensten
De medewerker kan door de werkgever worden aangewezen voor het verrichten van beschikbaarheidsdiensten. Dat kan zowel een medewerker zijn die onder de standaardregeling valt als een medewerker op wie de bijzondere regeling van toepassing is.
Als de standaardregeling van toepassing is
De medewerker heeft dan recht op de standaardvergoeding, zoals bedoeld in artikel 3:13 van de CAR. Wordt deze medewerker ook daadwerkelijk opgeroepen en de uren vallen binnen het dagvenster, dan worden deze uren gecompenseerd in vrije tijd. Vallen deze uren buiten het dagvenster, dan wordt een buitendagvenstertoelage toegekend.
Als de bijzondere regeling van toepassing is
De medewerker heeft dan recht op de standaardvergoeding, zoals bedoeld in artikel 3:13 van de CAR. Wordt deze medewerker ook daadwerkelijk opgeroepen voor het verrichten van werkzaamheden, dan komt deze medewerker in aanmerking voor de overwerkvergoeding.
Paragraaf 3 De bijzondere regeling
Artikel 12 Bijzondere regeling
De bijzondere regeling geldt voor medewerkers die geen of heel geringe zeggenschap hebben over hun werktijden. Hun werktijden stelt de (indirect) leidinggevende eenzijdig vast. Het gaat in deze situatie om medewerkers die in een rooster werken en geacht worden op vaste tijden hun werk te verrichten. In de bijlage bij deze werktijdenregeling zijn de functiegroepen en functies vermeld die onder de bijzondere regeling vallen.
Artikel 13 Onvoorziene gevallen
Dit artikel geeft het college de mogelijkheid om één of meer artikelen van deze regeling buiten toepassing te laten of daarvan af te wijken, voor zover toepassing van dat artikel zou leiden tot een onbillijkheid
Artikel 14 intrekking en overgangsrecht
De zogenoemde 60-jarigenregeling is ingetrokken door de inwerkingtreding van de Werktijdenregeling Gouda 2018. De 60-jarigenregeling houdt in dat medewerkers van 60 jaar en ouder desgewenst in de gelegenheid worden gesteld hun werktijd met drie kwartier te verminderen op dagen dat zij ten minste 7 uur en 12 minuten en maximaal 9 uur ingeroosterd zijn. Medewerkers die op 1 april 2018 al van deze mogelijkheid gebruik maken, kunnen hiervan gebruik blijven maken tot 1 januari 2020. Medewerkers die in de periode van 7 december 2016 tot 1 april 2018 60 jaar zijn geworden,kunnen alsnog van deze mogelijkheid gebruik maken. Zij kunnen hiervan dan gebruik blijven maken tot 1 januari 2020. Opname van deze uren vindt plaats conform de geest van de regeling, dus in de vorm van werktijdvermindering per dag.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2018-63662.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.