Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam houdende regels omtrent mandaat Mandaatbesluit inzake de Marktverordening en de Verordening staan- en ligplaatsen buiten de markt en venten

Burgemeester en wethouders van Amsterdam

Brengen ter algemene kennis dat zij in hun vergadering van 6 maart 2018 hebben besloten:

Gelet op de artikelen 10:1 tot en met 10:12 van de Algemene wet bestuursrecht, titel 3 van Boek 3 van het Burgerlijk wetboek, de artikelen 2.1, 2.3, 2.4, 2.5, 3.4, 3.5 en 3.6 onder a, b, c en f, 4.3, 4.4, 4.6, 4.7,6.2 lid 2 onder a t/m e, g en k, 6.2 lid 3, 7.4 voor zover betrekking hebbend op artikel 3.5, van de Marktverordening en de artikelen 2.1, 2.3,2.4, 2.5, 3.2, 3.3, 3.5, 3.6, 4.1 lid 1 en 3, 4.2, 6.1, lid 1 onder a en b, lid 3, lid 4, lid 5 Verordening staan- en ligplaatsen buiten de markt en venten.

Artikel 1. Mandaat, volmacht en machtiging

• 1. Aan de stadsdeelsecretaris wordt voor zover het bevoegdheden van het college betreft, mandaat, volmacht of machtiging verleend overeenkomstig het bij dit besluit behorende mandaatregister, dat is opgenomen als bijlage bij dit besluit.

• 2. De stadsdeelsecretaris neemt bij de aan hem in mandaat, volmacht of machtiging opgedragen taken of bevoegdheden de algemene instructies en de instructies per geval als bedoeld in artikel 10:6, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht van het college in acht.

• 3. De stadsdeelsecretaris oefent een aan hem gemandateerde bevoegdheid niet uit indien sprake is van een politiek of bestuurlijk gevoelig onderwerp.

Artikel 2. Reikwijdte mandaat, volmacht en machtiging

• 1. De bij of krachtens dit besluit verleende mandaten, volmachten en machtigingen strekken niet verder dan de uitoefening van die bevoegdheden die tot het takenpakket van de stadsdeelsecretaris horen, te weten de uitvoering van taken zoals opgenomen in het bij dit besluit behorende mandaatregister, op het gebied van de Marktverordening en de Verordening staan- en ligplaatsen buiten de markt en venten.

• 2. De stadsdeelsecretaris wordt mandaat, volmacht onderscheidenlijk machtiging verleend om namens het college alle feitelijke handelingen en rechtshandelingen te verrichten ter voorbereiding en uitvoering van de taken en bevoegdheden bedoeld in artikel 1.

Artikel 3. Ondermandaat

• 1. Aan de Manager Markten wordt voor zover het bevoegdheden van het college betreft, ondermandaat, ondervolmacht of ondermachtiging verleend overeenkomstig het bij dit besluit behorende mandaatregister, dat is opgenomen als bijlage bij dit besluit.

• 2. De Manager Markten neemt bij de aan hem in ondermandaat, ondervolmacht of ondermachtiging opgedragen taken of bevoegdheden de algemene instructies en de instructies per geval als bedoeld in artikel 10:6, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht van het college in acht.

• 3. De Manager Markten oefent een aan hem ondergemandateerde bevoegdheid niet uit indien sprake is van een politiek of bestuurlijk gevoelig onderwerp.

Artikel 4. Volmacht en machtiging

Voor de toepassing van dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt, voor zover van toepassing en in verband met de activiteiten waarvoor mandaat of ondermandaat wordt verleend, met mandaat of ondermandaat gelijkgesteld:

• a. de verlening van volmacht of ondervolmacht tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen, en

• b. de machtiging om handelingen te verrichten die noch een besluit noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.

Artikel 5. Ondertekening

• 1. Indien een besluit krachtens mandaat wordt genomen als bedoeld in artikel 1 luidt de ondertekening:

  Het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam,

  namens deze,

  de stadsdeelsecretaris van Centrum,

  gevolgd door de handtekening en naam van de stadsdeelsecretaris.

• 2. Indien een besluit krachtens ondermandaat wordt genomen als bedoeld in artikel 3, luidt de ondertekening:

  Het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam,

  namens deze,

  de stadsdeelsecretaris van Centrum,

  voor deze,

  (naam functie/ afdeling) van stadsdeel Centrum,

  gevolgd door de handtekening en naam van de Manager Markten.

• 3. Indien bij het nemen van een besluit krachtens mandaat als bedoeld in artikel 1 gebruik wordt gemaakt van volmacht en machtiging overeenkomstig artikel 4, luidt de ondertekening:

  De gemeente Amsterdam,

  namens deze,

  de stadsdeelsecretaris van Centrum,

  gevolgd door de handtekening en naam van de stadsdeelsecretaris.

• 4. Indien bij het nemen van een besluit krachtens ondermandaat als bedoeld in artikel 3 gebruik wordt gemaakt van volmacht en machtiging overeenkomstig artikel 4, luidt de ondertekening:

  De gemeente Amsterdam,

  namens deze,

  de stadsdeelsecretaris van Centrum,

  voor deze,

  (naam functie/ afdeling) van stadsdeel Centrum,

  gevolgd door de handtekening en naam van de Manager Markten.

Artikel 6. Slotbepalingen

• 1. Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag nadat bekend is gemaakt en werkt terug vanaf 1 maart 2016.

• 2. Het mandaatbesluit op grond van de Verordening op de straathandel wordt ingetrokken.

Het College van burgemeester en wethouders van Amsterdam

A.H.P. van Gils

Gemeentesecretaris

J.J. van Aartsen

Waarnemend burgemeester