Gemeenteblad van Ridderkerk
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ridderkerk | Gemeenteblad 2018, 38034 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ridderkerk | Gemeenteblad 2018, 38034 | Overige besluiten van algemene strekking |
TREASURYSTATUUT GEMEENTE RIDDERKERK 2017
Burgermeester en wethouders van de gemeente Ridderkerk,
gelet op artikel 212 van de Gemeentewet, de Wet financiering decentrale overheden (Wet fido), de Regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden (Ruddo), de Uitvoeringsregeling Financiering decentrale overheden (UFDO), Wet Houdbare Overheidsfinancien (wet Hof), Schatkistbankieren voor decentrale overheden en de Financiële verordening gemeente Ridderkerk;
In dit statuut verstaan wij onder:
Wet Fido: Wet Financiering Decentrale Overheden;
Kasgeldlimiet: een bedrag op basis van de Wet Fido ter grootte van een percentage van het totaal van de jaarbegroting van de gemeente bij aanvang van het jaar. Het gemiddelde saldo van de kortlopende schulden per kwartaal mag niet hoger zijn dan dat bedrag;
Renterisiconorm: het maximumbedrag conform de Wet Fido waarover in enig jaar renterisico mag worden gelopen als gevolg van aflossing en renteherziening van de vaste schuld, gebaseerd op een wettelijk vastgesteld percentage van het totaal van de jaarbegroting bij aanvang van het jaar;
Artikel 2 Doelstellingen treasuryfunctie
Het optimaliseren van de renteresultaten binnen de kaders van de Wet financiering decentrale overheden respectievelijk de limieten en richtlijnen van het treasurystatuut;
Artikel 3 Uitgangspunten risicobeheer
Met betrekking tot risicobeheer gelden de volgende algemene uitgangspunten:
De gemeente mag garanties uit hoofde van de “publieke taak” uitsluitend verstrekken tegen acceptabele voorwaarden, waarbij vooraf advies wordt ingewonnen over de financiële positie en de kredietwaardigheid van de betreffende partij. Hierbij worden de uitgangspunten genoemd onder artikel 5 in acht genomen;
De gemeente kan middelen uitzetten uit hoofde van de treasuryfunctie indien deze uitzettingen een prudent karakter hebben en niet zijn gericht op het genereren van inkomen door het lopen van overmatig risico. Het prudente karakter van deze uitzettingen wordt gewaarborgd middels de richtlijnen en limieten van dit treasurystatuut en de Wet Fido;
De gemeente mag conform artikel 2 lid 3 van de Wet Fido liquide middelen in de vorm van leningen uitzetten bij andere openbare lichamen, met dien verstande dat deze openbare lichamen geen toezichtrelatie hebben met de gemeente;
Het beleid betreffende de financiering is gericht op spreiding van toekomstige renterisico’s. Hierdoor wordt voorkomen dat een ongewenst budgettaire belasting kan ontstaan in een jaar waarin voor een substantieel deel van de leningportefeuille hoog rentende leningen c.q. leningconversies moeten worden gesloten c.q. plaatsvinden;
De gemeente beperkt de koersrisico’s op uitzettingen uit hoofde van treasury door daarbij uitsluitend de volgende producten te hanteren: rekening-courant, daggeld, deposito’s, obligaties en garantieproducten die tenminste 100% van de hoofdsom plus een aanvaardbaar rendement uitkeren. Hierbij is de regelgeving vanuit de Wet Fido en de Wet op het verplicht Schatkistbankieren bepalend;
De gemeente voert het renterisicobeheer als volgt uit:
Met betrekking tot de kasgeldlimiet en de renterisiconorm worden de bepalingen uit de Wet Fido gevolgd. Hierover wordt verantwoording afgelegd in de paragraaf financiering.
Artikel 5 Leningen en garanties
Bij het uitzetten van middelen uit hoofde van treasury zoals genoemd in artikel 3 lid 2, gelden de volgende uitgangspunten:
Na het verstrekken van een garantstelling zal jaarlijks toetsing plaatsvinden van de financiële situatie van de stichting of vereniging aan de hand van de door de stichting of vereniging te overleggen jaarstukken. Hierover worden bij het verstrekken van de lening of garantie al onderlinge afspraken vastgelegd;
Bij een voorgenomen besluit tot het verstrekken van een garantie wordt, conform artikel 169 juncto artikel 160 lid 1 onder e van de Gemeentewet, inlichtingen aan de raad verstrekt indien de raad daarom verzoekt of indien het besluit ingrijpende gevolgen kan hebben voor de gemeente. In het laatste geval neemt het college geen besluit dan nadat de raad in de gelegenheid is gesteld zijn wensen en bedenkingen kenbaar te maken;
Bij een voorgenomen besluit tot het aangaan van een financiële participatie uit hoofde van de “publieke taak” wordt, conform artikel 160 lid 2 van de Gemeentewet, het besluit niet genomen dan nadat de raad in de gelegenheid is gesteld om zijn wensen en bedenkingen kenbaar te maken.
Artikel 6 Intern liquiditeitsrisicobeheer
De gemeente beperkt haar interne liquiditeitsrisico’s door:
Bij financiering gelden de volgende uitgangspunten:
Financiering met externe financieringsmiddelen wordt zoveel mogelijk beperkt door primair gebruik te maken van de beschikbare interne financieringsmiddelen, zoals het inzetten van financieringsoverschotten binnen de BAR-Organisatie. Dit om de renterisico’s te beperken en het renteresultaat te optimaliseren;
De gemeente mag conform artikel 2 lid 3 van de Wet Fido ook financieringsmiddelen aantrekken van andere decentrale overheden, behalve als er tussen de betreffende decentrale overheden een toezichtrelatie bestaat;
De gemeente beoogt het realiseren van gunstige c.q. marktconforme condities voor af te nemen financiële diensten. Hiervoor gelden de volgende uitgangspunten:
Financiële instellingen (banken, kredietinstellingen, beleggingsinstellingen, effecteninstellingen, verzekeraars en pensioenfondsen) dienen statutair in Nederland te zijn gevestigd. Bovendien dienen zij onder Nederlands toezicht te vallen, bijvoorbeeld: De Nederlandsche Bank of de Verzekeringskamer;
Artikel 10 Saldo- en liquiditeitenbeheer
Voor het saldo- en liquiditeitenbeheer gelden de volgende bepalingen:
Artikel 11 Administratieve organisatie en interne controle (AO/IC)
In het kader van de treasuryfunctie gelden de volgende algemene uitgangspunten op het gebied van administratieve organisatie en interne controle.
Artikel 12 Informatievoorziening
Om de treasuryactiviteiten controleerbaar en beheersbaar te maken is goed functionerende informatievoorziening noodzakelijk. Drie typen informatie kunnen hierbij worden onderscheiden.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2018-38034.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.