Beleidsregels Parttime ondernemen met uitkering gemeente Gouda 2018

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Gouda;

 

Gelet op artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht;

 

besluit vast te stellen de Beleidsregels parttime ondernemen met uitkering gemeente Gouda 2018.

Artikel 1. Definities

  • a.

    Parttime ondernemer: zelfstandig ondernemer die maximaal 1000 uur per jaar zelfstandige activiteiten verricht;

  • b.

    IOAW: de Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers;

  • c.

    Winst: omzet minus de in deze beleidsregels genoemde aftrekbare kosten;

  • d.

    College: College van Burgemeester en wethouders van de gemeente Gouda;

  • e.

    Werkcoach: een medewerker van de gemeente Gouda belast met de uitvoering van de re-integratie.

 

Artikel 2. Doelstelling

Het doel van het parttime ondernemerschap is:

 

  • a.

    ingroeimogelijkheid naar een traject op grond van het Besluit Bijstandverlening Zelfstandigen 2004;

  • b.

    het opdoen van werkervaring en opbouwen van een netwerk;

  • c.

    naast de zelfstandige activiteiten te werken in loondienst ;

  • d.

    door uitbreiding van het netwerk en/of het verwerven van vaardigheden uitstromen naar een volledige baan in loondienst; of

  • e.

    het gedeeltelijk in eigen levensonderhoud voorzien door het verrichten van zelfstandige activiteiten.

Artikel 3. Doelgroep

  • 1.

    Deze beleidsregels zijn van toepassing op uitkeringsgerechtigden met een uitkering op grond van de Participatiewet of een uitkering op grond van de IOAW, die in aanvulling op hun uitkering activiteiten als parttime ondernemer (gaan) verrichten.

  • 2.

    Het Besluit Bijstandverlening Zelfstandigen 2004 is niet van toepassing.

  • 3.

    Personen met recht op een uitkering op grond van de Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk gewezen arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen worden niet tot de doelgroep van deze beleidsregels gerekend.

Artikel 4. Toestemming

Het college kan besluiten om toestemming te verlenen aan een persoon met een uitkering om werkzaamheden te verrichten als zelfstandige, mits die werkzaamheden niet van een meer dan bescheiden omvang zijn en niet gericht zijn op het op het volledig zelfstandig kunnen voorzien in de kosten van het bestaan.

 

Artikel 5. Voorwaarden traject parttime ondernemer

  • 1.

    De parttime ondernemer moet vooraf toestemming hebben van de werkcoach van de afdeling re-integratie en inkomen van de gemeente Gouda om als parttime ondernemer te werken met behoud van een aanvullende bijstandsuitkering. Dit wordt vastgelegd in een “plan van aanpak”.

  • 2.

    De ondernemer krijgt in beginsel voor maximaal 1 jaar toestemming om als parttime ondernemer te werken met behoud van (aanvullende) uitkering. Van deze termijn kan worden afgeweken indien bijzondere omstandigheden naar oordeel van het college dit rechtvaardigen.

  • 3.

    De termijn genoemd het tweede lid kan verlengd worden na toestemming van de werkcoach. Steeds met een termijn van 1 jaar, met een maximum van 3 jaar.

  • 4.

    De onderneming moet rechtmatig gevestigd zijn en voldoen aan alle noodzakelijke vergunningen.

  • 5.

    Een parttime ondernemer mag maximaal 1000 uur per jaar zelfstandige activiteiten uitvoeren. Dit is inclusief de uren die besteed worden aan bijkomende werkzaamheden zoals administratie en boekhouding. Daarnaast geldt een er een maximum van 20 uur per week.

  • 6.

    De onderneming moet een positief inkomen opleveren.

 

Artikel 6. Geen toestemming

Voor parttime ondernemerschap in de bijstand wordt geen toestemming verleend als één of meerdere van de onderstaande punt(en) van toepassing is:

  • a.

    hoge bedrijfsinvesteringen noodzakelijk zijn;

  • b.

    personeel noodzakelijk is;

  • c.

    de werkzaamheden niet bijdragen aan het verbeteren van de arbeidspositie van bijstandsgerechtigde;

  • d.

    de werkzaamheden illegaal en/of strafbaar zijn;

  • e.

    een zelfstandige winkelruimte noodzakelijk is;

  • f.

    de verwachting bestaat dat de zelfstandige activiteiten geen positief inkomen zullen genereren.

 

Artikel 7. Verplichtingen van de parttime ondernemer

De parttime ondernemer is verplicht:

  • a.

    periodiek een overzicht van de inkomsten minus de aftrekbare kosten (= winst) overleggen bij de afdeling re-integratie en inkomen van de gemeente Gouda (het voeren van een deugdelijke boekhouding);

  • b.

    een duidelijk en overzichtelijk logboek bij te houden, op datum, van werkzaamheden, inkomsten en uitgaven. Vanzelfsprekend worden de bewijsstukken hiervan ook bewaard;

  • c.

    jaarlijks de belastingaangifte en de voorlopige aanslag en vervolgens de definitieve aanslag overleggen;

  • d.

    de parttime ondernemer behoudt de volledige sollicitatieplicht, zelfs als dat zou betekenen dat de onderneming beëindigd zou moeten worden als belanghebbende een baan in loondienst accepteert;

  • e.

    de parttime onderneming hanteert marktconforme prijzen (geen concurrentievervalsing);

  • f.

    bij investeringen hoger dan € 200,00 overlegd de parttime ondernemer dit eerst met zijn werkcoach; en

  • g.

    de zelfstandige activiteiten vormen op geen enkele manier een belemmering voor het nakomen van de verplichtingen tot arbeidsinschakeling als bedoeld in artikel 9 van de Participatiewet en artikel 37 van de IOAW.

 

Artikel 8. Intrekking toestemming

Het college kan besluiten de toestemming, bedoeld in artikel 4 de volgende gevallen in te trekken:

  • a.

    de parttime ondernemer behoort niet meer tot de doelgroep van deze regeling;

  • b.

    de parttime ondernemer houdt zich niet aan de voorwaarden en verplichtingen welke zijn verbonden aan deze toestemming;

  • c.

    indien het parttime ondernemerschap de arbeidsverplichtingen van artikel 9 Participatiewet of artikel 37 Ioaw in de weg staat;

  • d.

    indien er sprake is van zelfstandige activiteiten met een naar verwachting blijvend negatief resultaat.

Artikel 9. Kosten

De parttime ondernemer mag bepaalde kosten aftrekken van de inkomsten van de onderneming voordat deze inkomsten in mindering gebracht worden op de uitkering. De aftrek van kosten is niet mogelijk als er reeds een vergoeding is ontvangen voor deze kosten.

 

  • 1.

    Aftrek is toegestaan in de volgende gevallen:

    • a.

      Kosten inschrijving Kamer van Koophandel;

    • b.

      Kosten van vergunningen/ontheffingen;

    • c.

      Kosten direct gerelateerd aan het product (bv grondstoffen);

    • d.

      Vervoerskosten (€ 0,19 cent per kilometer per auto op basis van kilometerstaat en/of kosten van het openbaar vervoer);

    • e.

      Reclamekosten tot maximaal 5% van de winst;

    • f.

      Kosten voor telefoon en internet tot maximaal € 25,00 per maand;

    • g.

      Administratiekosten boekhouder tot maximaal 5% van de winst met een maximum van €300 per jaar;

    • h.

      Noodzakelijk investeringen waarvoor toestemming is verleend.

 

 

  • 2.

    Aftrek niet toegestaan in de volgende gevallen:

    • a.

      Huisvestingskosten tenzij in uitzonderlijke gevallen een ruimte moet worden gehuurd voor bijvoorbeeld opslag of werkplaats welke niet binnen het woonhuis gerealiseerd kan worden;

    • b.

      Afschrijvingen;

    • c.

      Personeelskosten;

    • d.

      Rente op bedrijfsleningen;

    • e.

      Opleidingskosten;

    • f.

      Investeringen boven de € 200,00 waarover geen overleg is gevoerd met de werkcoach en/of waarvoor door de werkcoach geen toestemming is verleend;

    • g.

      Investeringen die niet als noodzakelijk aangemerkt kunnen worden.

 

Artikel 10. Verrekening van inkomsten en vrijlatingen

  • 1.

    De winst van de parttime ondernemer wordt maandelijks in mindering gebracht op de uitkering en toegerekend naar de periode waarop dit betrekking heeft.

  • 2.

    Als de parttime ondernemer 27 jaar of ouder is wordt de vrijlating van inkomsten ingevolge de artikelen 31 lid 2 onderdeel n, r en y van de Participatiewet, artikel 8 lid 2 lid 5 van de IOAW toegepast.

  • 3.

    Er mag (nog) geen rekening worden gehouden met een mogelijke toekomstige belastingheffingen. Indien een klant achteraf een aanslag van de Belastingdienst ontvangt, wordt voor deze aanslag (bijzondere) bijstand verleend, als geen kwijtschelding mogelijk is.

  • 4.

    Jaarlijks vindt een verrekening plaats op basis van de werkelijke inkomsten zoals vastgesteld bij de belastingaangifte en voorlopige aanslag. Bij een hogere winst moet de parttime ondernemer terugbetalen en bij een lagere winst wordt door de afdeling re-integratie en inkomen er een nabetaling gedaan.

  • 5.

    Verlies wordt niet gecompenseerd. Dat wil zeggen, dat de nabetaling nooit hoger kan zijn dan het vooraf ingehouden bedrag.

 

Artikel 11. Inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden in werking de dag na bekendmaking en vervallen met ingang van 1 januari 2019.

Artikel 12. Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als Beleidsregels parttime ondernemen met uitkering gemeente Gouda 2018.

 

 

Naar boven