|
Hoofdstuk 1. Verlenen van rechten
|
2019
|
1.1
|
Voor het verlenen van het uitsluitend recht tot het doen begraven en begraven houden, wordt geheven:
|
|
1.1.1
|
op een particulier graf bestaande uit één of twee grafruimten, voor een periode van tien jaar, een bedrag van:
|
€ 773,00
|
1.1.2
|
op een particulier graf bestaande uit één of twee grafruimten, voor een periode van twintig jaar een bedrag van:
|
€ 1.546,50
|
1.1.3
|
op een particulier graf bestaande uit één of twee grafruimten, voor een periode van veertig jaar,
|
€ 3.092,50
|
1.1.4
|
op een particulier graf bestaande uit één grafruimte (kindergraf), voor een periode van tien jaar, een bedrag van:
|
€ 356,00
|
1.1.5
|
op een particulier graf bestaande uit één grafruimte (kindergraf), voor een periode van twintig jaar, een bedrag van:
|
€ 712,50
|
1.2
|
Voor het verlenen van het recht op een urnengraf tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen voor een periode van tien jaar, een bedrag van:
|
€ 356,00
|
1.3
|
Voor het verlenen van het recht op een urnengraf tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen voor een periode van twintig jaar, een bedrag van:
|
€ 712,50
|
1.4
|
Voor het verlenen van het recht op een urnennis voor een periode van tien jaar, een bedrag van:
|
€ 475,00
|
1.5
|
Voor het verlenen van het recht op een urnennis voor een periode van twintig jaar, een bedrag van:
|
€ 950,00
|
1.6
|
Voor het gebruik van een algemeen graf, per rustplaats, voor een periode van tien jaar, een bedrag van:
|
€ 712,50
|
1.7
|
Voor het gebruik van een algemeen graf, per rustplaats, voor een periode van twintig jaar, een bedrag van:
|
€ 1.425,00
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 2. Verlengen van rechten
|
2019
|
2.1
|
Voor het verlengen van het - uitsluitend - recht als bedoeld in:
|
|
|
1.1.1, bedraagt het recht voor een periode van 5 jaar, 50 % van het aldaar vermelde tarief
|
|
2.2
|
1.1.1, bedraagt het recht voor een periode van 10 jaar, een bedrag gelijk aan het aldaar vermelde tarief
|
|
2.3
|
1.1.1, bedraagt het recht voor een periode van 20 jaar, een bedrag gelijk aan het dubbele (200 %) van het aldaar vermelde tarief
|
|
2.4
|
1.1.2, bedraagt het recht voor een periode van 5 jaar, een bedrag gelijk aan één vierde (25 %) van het aldaar vermelde tarief
|
|
2.5
|
1.1.2, bedraagt het recht voor een periode van 10 jaar, een bedrag gelijk aan de helft (50 %) van het aldaar vermelde tarief
|
|
2.6
|
1.1.2 en 1.1.5, bedraagt het recht voor een periode van 20 jaar een bedrag gelijk aan het aldaar vermelde tarief
|
|
2.7
|
1.1.4, bedraagt het recht voor een periode van 5 jaar, een bedrag gelijk aan de helft (50%) van het aldaar vermelde tarief
|
|
2.8
|
1.1.4, bedraagt het recht voor een periode van 10 jaar een bedrag gelijk aan het aldaar vermelde tarief
|
|
2.9
|
1.1.4, bedraagt het tarief voor een periode van 20 jaar een bedrag gelijk aan het dubbele (200 %) van het aldaar vermelde tarief
|
|
2.10
|
1.2 en 1.4, bedraagt het tarief voor een periode van 5 jaar een bedrag gelijk aan de helft (50 %) van het aldaar vermelde tarief
|
|
2.11
|
1.2 en 1.4, bedraagt het tarief voor een periode van 10 jaar een bedrag gelijk aan het aldaar vermelde tarief
|
|
2.12
|
Voor het verlengen van het recht bedoeld in 1.2 en 1.4 met een periode van twintig jaar wordt geheven een bedrag gelijk aan het dubbele (200 %) van het aldaar vermelde tarief
|
|
2.13
|
1.3 en 1.5, bedraagt het tarief voor een periode van 5 jaar een bedrag gelijk aan één vierde (25 %) van het aldaar vermelde tarief
|
|
2.14
|
1.3 en 1.5, bedraagt het tarief voor een periode van 10 jaar een bedrag gelijk aan de helft (50 %) van het aldaar vermelde tarief
|
|
2.15
|
1.3 en 1.5, bedraagt het tarief voor een periode van twintig jaar een bedrag gelijk aan het aldaar vermelde tarief
|
|
2.16
|
Indien verlenging van de graftermijn noodzakelijk is, in verband met de minimum grafrusttermijn bij het verleende recht, zoals bedoeld in 1.1.1 wordt per jaar van verlenging ééntiende (1/10) deel van het tarief geheven zoals vermeld bij 1.1.1
|
|
2.17
|
Indien verlenging van de graftermijn noodzakelijk is, in verband met de minimum grafrusttermijn bij het verleende recht, zoals bedoeld in 1.1.2, wordt per jaar van verlenging ééntwintigste (1/20) deel van het tarief geheven zoals vermeld bij 1.1.2
|
|
2.18
|
Voor het verlengen van de ingebruikname van een algemeen graf, per rustplaats, voor een periode van vijf jaar, wordt geheven
|
€ 356,00
|
2.19
|
Voor het verlengen van de ingebruikname van een algemeen graf, per rustplaats, voor een periode van tien jaar, wordt geheven
|
€ 712,50
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3. Begraven
|
2019
|
3.1
|
Voor het begraven van een stoffelijk overschot in een particulier of in een algemeen graf, wordt geheven
|
€ 657,00
|
3.2
|
Voor het begraven van een stoffelijk overschot van een kind, tussen 0 en 5 jaar, in een particulier of algemeen graf, wordt geheven
|
€ 355,00
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 4. Bijzetten van asbussen met of zonder urn
|
2019
|
4.1
|
Voor het bijzetten van een asbus met of zonder urn in een particulier urnengraf wordt geheven
|
€ 100,00
|
4.2
|
Voor het bijzetten van een asbus met of zonder urn in een particulier graf wordt geheven
|
€ 150,00
|
4.3
|
Voor het bijzetten van een asbus in een urnennis, in een urnenmuur, wordt geheven
|
€ 50,00
|
4.4
|
Voor het bijzetten van een asbus in een urn op een particulier graf wordt geheven
|
€ 100,00
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5. Grafbedekking, onderhoud en aanleg grafkelder
|
2019
|
5.1
|
Voor het afgeven van een vergunning voor het plaatsen of vernieuwen van de voorwerpen, bedoeld in artikel 17 van de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen Drechterland 2010 wordt geheven:
|
|
5.1.1
|
per gedenkteken
|
€ 60,00
|
5.1.2
|
voor de aanleg van een grafkelder, per graf
|
€ 951,00
|
5.2
|
Als bijdrage voor het algemeen onderhoud van gemeentewege van de begraafplaatsen, wordt per graf, bestaande uit een of twee grafruimten, voor een periode van vijf jaar, voor eenmaal en ineens geheven een bedrag van
|
€ 327,00
|
5.2.1
|
Als bijdrage voor het algemeen onderhoud van gemeentewege van de begraafplaatsen, wordt per graf, bestaande uit een of twee grafruimten, voor een periode van tien jaar, voor eenmaal en ineens geheven een bedrag van
|
€ 654,00
|
5.2.2
|
Als bijdrage voor het algemeen onderhoud van gemeentewege van de begraafplaatsen, wordt per graf, bestaande uit een of twee grafruimten, voor een periode van twintig jaar, voor eenmaal en ineens geheven een bedrag van
|
€ 1.308,50
|
5.2.3
|
Als bijdrage voor het algemeen onderhoud van gemeentewege van de begraafplaatsen, wordt per graf, bestaande uit een of twee grafruimten, voor een periode van veertig jaar, voor eenmaal en ineens geheven een bedrag van
|
€ 2.617,00
|
5.2.4
|
Als bijdrage voor het algemeen onderhoud van gemeentewege van de begraafplaatsen, wordt per graf, bestaande uit één grafruimte (kindergraf), voor een periode van vijf jaar, voor eenmaal en ineens geheven een bedrag van
|
€ 119,00
|
5.2.5
|
Als bijdrage voor het algemeen onderhoud van gemeentewege van de begraafplaatsen, wordt per graf, bestaande uit één grafruimte (kindergraf), voor een periode van tien jaar, voor eenmaal en ineens geheven een bedrag van
|
€ 238,00
|
5.2.6
|
Als bijdrage voor het algemeen onderhoud van gemeentewege van de begraafplaatsen, wordt per graf, bestaande uit één grafruimte (kindergraf), voor een periode van twintig jaar, voor eenmaal en ineens geheven een bedrag van
|
€ 475,50
|
5.2.7
|
Als bijdrage voor het algemeen onderhoud van gemeentewege van de begraafplaatsen, wordt per urnengraf of urnennis, voor een periode van vijf jaar, voor eenmaal en ineens geheven een bedrag van
|
€ 178,00
|
5.2.8
|
Als bijdrage voor het algemeen onderhoud van gemeentewege van de begraafplaatsen, wordt per urnengraf of urnennis, voor een periode van tien jaar, voor eenmaal en ineens geheven een bedrag van
|
€ 356,00
|
5.2.9
|
Als bijdrage voor het algemeen onderhoud van gemeentewege van de begraafplaatsen, wordt per urnengraf of urnennis, voor een periode van twintig jaar, voor eenmaal en ineens geheven een bedrag van
|
€ 712,50
|
5.2.10
|
Bij verlenging van de rechten, zoals bedoeld in 2.16 wordt als bijdrage voor het algemeen onderhoud per jaar van verlenging geheven een bedrag van ééntiende (1/10) deel van het bedrag zoals vermeld bij 5.2.1
|
|
5.2.11
|
Bij verlenging van de rechten, zoals bedoeld in 2.17 wordt als bijdrage voor het algemeen onderhoud per jaar van verlenging geheven een bedrag van ééntwintigste deel van het bedrag zoals vermeld bij 5.2.2
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 6. Opgraven, ruimen en asverstrooien
|
2019
|
6.1
|
Voor het opgraven of verwijderen van een asbus wordt geheven:
|
|
6.1.1
|
uit een particulier graf
|
€ 150,00
|
6.1.2
|
uit een particulier urnengraf
|
€ 100,00
|
6.1.3
|
uit een urnennis
|
€ 50,00
|
6.2
|
Voor het op verzoek verstrooien van as op het daartoe bestemde terrein wordt per asbus geheven, een bedrag van:
|
€ 100,00
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 7. Overige diensten
|
2019
|
7.1
|
Voor het luiden van de klok op de begraafplaats Molenwei in Hoogkarspel, wordt geheven per kwartier, of gedeelte daarvan
|
€ 22,50
|
7.2
|
Voor het gebruik van een draagbaar wordt geheven:
|
€ 10,50
|
7.3
|
Voor het gebruik van een rijdende baar wordt geheven:
|
€ 10,50
|
7.4
|
Voor het gebruik van de geluidsinstallatie wordt geheven:
|
€ 10,50
|
7.5
|
Voor het aanbrengen van een inscriptie in een gedenkplaat van een urnennis wordt geheven:
|
€ 33,00
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 8. Overige heffingen
|
2019
|
8.1
|
Voor de vóór het in werking treden van de laatstgeldende VERORDENINGEN LIJKBEZORGINGSRECHTEN van de gemeenten Drechterland en Venhuizen uitgegeven graven bedraagt het jaarlijks te heffen tarief voor het van gemeentewege onderhouden van de begraafplaatsen, waaronder geen onderhoud aan, vernieuwing of herstel van een grafbedekking wordt verstaan, per graf
|
€ 65,00
|