Besluit van burgemeester en wethouders van de gemeente Nissewaard tot wijziging van de Algemene voorwaarden vrachtwagenparkeerterrein Mosterweg Spijkenisse 2018 (actualisering, invoering boetebeding en indexering tarief parkeerabonnement)

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nissewaard;

gelet op artikel 160, eerste lid, aanhef en onder e, van de Gemeentewet;

besluit de volgende regeling vast te stellen:

Tweede wijziging van de Algemene voorwaarden vrachtwagenparkeerterrein Mosterweg Spijkenisse 2018.

Artikel I  

De Algemene voorwaarden vrachtwagenparkeerterrein Mosterweg Spijkenisse 2018 worden gewijzigd als volgt.

 

A.

Artikel 1.2 wordt vervangen door:

Artikel 1.2 De parkeerovereenkomst

  • 1.

    De gemeente stelt het parkeerterrein ter beschikking voor het parkeren van:

    • a.

      een personenauto;

    • b.

      een autobus;

    • c.

      een bestel- of vrachtauto, of

    • d.

      een bestel- of vrachtauto met aangekoppelde aanhangwagen;

  • in een parkeervak, bestemd voor de voertuigcategorie of groep voertuigen die op het verkeersbord bij de parkeergelegenheid is aangegeven, zoals aangeduid op de als bijlage I bij deze algemene voorwaarden behorende kaart. De gemeente bewaakt een voertuig niet en houdt geen toezicht op personen of zaken die zich op het parkeerterrein bevinden.

  • 2.

    De overeenkomst komt tot stand:

    • a.

      door bij de inrit van het parkeerterrein de automaat waaraan de slagboom is verbonden, te bedienen en de door de automaat vervaardigde parkeerkaart uit te nemen;

    • b.

      door bij de afdeling Stadswinkel van de gemeente een parkeerabonnement aan te schaffen.

  • 3.

    Een parkeerkaart en -abonnement, en een dagkaart als bedoeld in artikel 2.2, worden in deze algemene voorwaarden ook aangeduid als parkeerbewijs.

  • 4.

    In afwijking van het tweede lid komt een overeenkomst tot stand met een weggebruiker of een persoon die zich verplaatst met behulp van een voorwerp, niet zijnde een voertuig, die zonder een parkeerbewijs gebruik maakt of heeft gemaakt van het parkeerterrein.

  • 5.

    Een persoon die een motorvoertuig wil parkeren, en een gebruiker als bedoeld in het vierde lid, zijn voor het gebruik van het parkeerterrein een geldsom verschuldigd, die moet worden voldaan volgens deze algemene voorwaarden.

  • 6.

    Na de aanschaf van een parkeerbewijs kan de gemeente tijdelijk een parkeervak ter beschikking stellen op een ander parkeerterrein, als dat noodzakelijk is wegens het plegen van onderhoud, een bedrijfsstoring of onvoorziene omstandigheden.

 

B.

Artikel 1.3 wordt vervangen door:

Artikel 1.3 Toegang met geldig parkeerbewijs

  • 1.

    Het parkeerterrein mag alleen worden gebruikt met een geldig parkeerbewijs.

  • 2.

    Een parkeerbewijs blijft eigendom van de gemeente. Bij het beëindigen van het gebruik van het parkeerterrein moet dit parkeerbewijs direct worden teruggegeven.

  • 3.

    Een gebruiker als bedoeld in artikel 1.2, vierde lid, is verplicht op het parkeerterrein bij de betaalautomaat een dagkaart aan te schaffen voor elke dag of deel daarvan waarop hij het parkeerterrein gebruikt of heeft gebruikt.

 

C.

Artikel 1.5 wordt vervangen door:

Artikel 1.5 Gebruik van het parkeerterrein en boetebeding bij 'treintje rijden'

  • 1.

    Op het parkeerterrein zijn de Wegenverkeerswet 1994 en de daarop gebaseerde voorschriften van toepassing, met dien verstande dat de bestuurder van een motorvoertuig:

    • a.

      niet sneller mag rijden dan 5 kilometer per uur;

    • b.

      alleen de aangegeven rijrichting mag volgen.

  • 2.

    Een aanhangwagen mag niet worden afgekoppeld van een bestel- of vrachtauto.

  • 3.

    Het parkeerterrein mag voor geen ander doel worden gebruikt dan waarvoor dit is bestemd. Daarbij mag geen hinder, gevaar, overlast of schade worden veroorzaakt.

  • 4.

    De bestuurder van een motorvoertuig is verplicht bij het op- of afrijden van het parkeerterrein de nodige afstand tot een voorgaand motorvoertuig aan te houden. Hij moet wachten op zijn beurt om de automaat waaraan de slagboom bij de in- en uitrit is verbonden, te bedienen. Als hij het parkeerterrein op- of afrijdt door direct achter een voorgaand motorvoertuig aan onder de slagboom door te rijden (treintje rijden), dan is hij een boete verschuldigd van € 300,00.

  • 5.

    Aanwijzingen van het personeel van de gemeente en aanwijzingen die staan vermeld bij of op het parkeerterrein en op de daar opgestelde apparatuur moeten onmiddellijk worden opgevolgd.

  • 6.

    Om het parkeerterrein te verlaten, kan hulp van het personeel van de gemeente worden gevraagd. Als dat wordt gevraagd tussen 22.30 uur en 07.00 uur, dan worden kosten ad € 55,00 in rekening gebracht.

 

D.

In artikel 1.6, eerste lid, wordt 'artikel 1.2, derde lid,' vervangen door 'artikel 1.2, vierde lid,'.

 

E.

Van artikel 1.7 vervalt het tweede lid en de aanduiding ‘1.’ voor het eerste lid.

 

F.

Hoofdstuk 2 wordt vervangen door:

Hoofdstuk 2 Voorwaarden voor eenmalig parkeren

Artikel 2.1 Parkeren met een bij de inrit van het parkeerterrein vervaardigde parkeerkaart

  • 1.

    Direct na de uitname van een parkeerkaart uit de automaat bij de inrit van het parkeerterrein is parkeergeld verschuldigd, dat wordt samengesteld door de som van een starttarief en een tarief aan de hand van de werkelijke parkeertijd.

  • 2.

    Het starttarief bedraagt € 3,00.

  • 3.

    Het tarief aan de hand van de werkelijke parkeertijd bedraagt € 1,00 per uur.

  • 4.

    Het berekende tarief wordt afgerond naar boven op eenheden van € 0,10.

  • 5.

    Het starttarief en het daarbij op te tellen tarief dat wordt berekend aan de hand van de werkelijke parkeertijd bedraagt ten hoogste € 15,00 per kalenderdag.

  • 6.

    Een houder van een parkeerkaart kan het parkeerterrein alleen afrijden nadat hij het verschuldigde parkeergeld heeft betaald.

  • 7.

    Een houder kan alleen betalen bij de betaalautomaat op het parkeerterrein. De door de automaat bepaalde gegevens zijn bindend voor partijen. De betaling vindt plaats door de volgende handelingen of gebeurtenissen:

    • a.

      eerst voert de houder de parkeerkaart in de daarvoor bestemde automaat in;

    • b.

      de automaat stelt het einde van de parkeertijd vast en berekent de parkeerduur en het daarvoor verschuldigde parkeergeld;

    • c.

      vervolgens betaalt de houder op de wijze als bij of op de automaat is vermeld.

  • 8.

    De na betaling uit de automaat te nemen parkeerkaart moet een bestuurder, om het terrein af te rijden, bij de uitrit van het parkeerterrein invoeren in de automaat waaraan de slagboom is verbonden. Hiervoor heeft hij gedurende een periode van vijf minuten de gelegenheid.

  • 9.

    Als een bestuurder het parkeerterrein niet afrijdt binnen vijf minuten, dan is hij parkeergeld verschuldigd voor de tijd na de betaling van het parkeergeld, bedoeld in het achtste lid. Hij kan dit resterende parkeergeld alleen betalen door de parkeerkaart opnieuw in te voeren in de daarvoor bestemde betaalautomaat.

 

Artikel 2.2 Parkeren met een dagkaart

  • 1.

    Een dagkaart geldt voor het parkeren gedurende een kalenderdag. Het tarief bedraagt € 15,00.

  • 2.

    Een dagkaart kan worden aangeschaft bij de betaalautomaat op het parkeerterrein. De betaling vindt plaats op de wijze als bij of op de automaat is vermeld. De na betaling uit de automaat te nemen dagkaart kan alleen worden gebruikt op de dag van aanschaf.

  • 3.

    Een houder van een dagkaart kan direct het parkeerterrein afrijden, door deze dagkaart bij de uitrit van het parkeerterrein in te voeren in de automaat waaraan de slagboom is verbonden.

  • 4.

    Teruggave van parkeergeld wegens ongebruikte kaarten vindt niet plaats.

 

Artikel 2.3 Onbruikbaar geworden of verloren parkeerbewijs

Als een parkeerbewijs onbruikbaar is geworden of is verloren, dan kan een bestuurder alleen het parkeerterrein afrijden met een nieuwe dagkaart.

 

G.

Artikel 3.1, vijfde lid, wordt vervangen door:

  • 5.

    Het tarief voor een parkeerabonnement bedraagt € 230,90 per jaar.

 

H.

In Bijlage 1 Kaart Mosterweg vrachtwagenparkeerterrein, verkeersborden, wordt de titel van de bijlage 'Kaart bij de Algemene voorwaarden vrachtwagenparkeerterrein Mosterweg Spijkenisse, genoemd in artikel 1.1, eerste lid, en in artikel 1.2, vierde lid, tek. nr. 17-30-2002' vervangen door 'Kaart bij de Algemene voorwaarden vrachtwagenparkeerterrein Mosterweg Spijkenisse, genoemd in artikel 1.1, tweede lid, en in artikel 1.2, eerste lid, tek. nr. 17-30-2002'.

Artikel II Inwerkingtreding

Deze regeling wordt in het gemeenteblad geplaatst, en zij treedt in werking met ingang van 1 januari 2019.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nissewaard van 18 december 2018.

De secretaris,

M.L.M. Weerts

De burgemeester,

G. Veldhuijzen

Naar boven