De burgemeester van de gemeente Oisterwijk,
overwegende;
dat de burgemeester overeenkomstig artikel 151c van de Gemeentewet en artikel 2:77 van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Oisterwijk 2015 kan besluiten tot plaatsing van camera’s ten behoeve van het toezicht op een openbare plaats in het kader van de handhaving van de openbare orde;
– dat het cameratoezicht in de hierna genoemde gebieden voldoet aan de eisen die artikel 151c van de Gemeentewet stelt aan het instellen van cameratoezicht (bijvoorbeeld kenbaarheid van cameratoezicht, proportionaliteit, subsidiariteit, overleg met Officier van Justitie);
– dat uit onderzoek naar voren is gekomen dat er in dit gebied veel sprake is van overlast van hangjongeren;
– dat de belangen van openbare veiligheid, het voorkomen van wanordelijkheden en van strafbare feiten en de bescherming van de gezondheid in het onderhavige geval zwaarder wegen dan het individuele belang van de burgers (bescherming van de persoonlijke levenssfeer);
– dat de duur van de aanwijzing en de omvang van de gebieden proportioneel zijn in relatie tot het beoogde legitieme doel;
– dat de overige maatregelen die in het bewuste gebied zijn getroffen om inbreuk op de openbare orde en verslechtering van het woon- en leefklimaat te voorkomen onvoldoende effect sorteren;
– dat cameratoezicht een preventieve werking heeft op veel voorkomende criminaliteit en overlast;
– dat het uitoefenen van voornoemde controlebevoegdheden in de bewuste gebieden een onderdeel is van een breder handhavingsbeleid ter vergroting van leefbaarheid en veiligheid;
– dat het aanwijzen van deze gebieden als gebieden met cameratoezicht zal bijdragen aan het verhogen van de veiligheid in het algemeen en de veiligheid in de aangewezen gebieden in het bijzonder;
– dat de aanwijzing van deze gebieden voor de voorgestelde periode noodzakelijk is om, via intensivering van de probleemaanpak, het risico van inbreuk op de openbare orde en de overlast van hangjongeren terug te kunnen dringen;
– dat van januari tot mei 2017 tijdelijk cameratoezicht op deze locatie is gerealiseerd wat heeft geresulteerd in een (tijdelijke) daling van de het aantal overlastmeldingen op deze locatie;
– dat deze overlastmeldingen weer zijn toegenomen na afloop van het tijdelijke cameratoezicht;
gelet op het bepaalde in artikel 2:77 van de Algemene Plaatselijke Verordening Gemeente Oisterwijk 2015 en artikel 151c van de Gemeentewet;
BESLUIT;