SUBSIDIEREGELING COLLECTIEVE ZONNE-ENERGIEPROJECTEN

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Apeldoorn,

Overwegende dat:

  • -

    het college bevoegd is voor bepaalde vormen van subsidie nadere regels vast te stellen;

  • -

    de realisatie van een collectief zonne-energieproject bijdraagt aan de ambities van de gemeente Apeldoorn met betrekking tot energieneutraliteit. Collectieve zonne-energieprojecten vergroten de toegankelijkheid van duurzame energie voor burgers, bedrijven en instellingen in de gemeente Apeldoorn, ook als het eigen dak niet geschikt is of als onvoldoende dakruimte beschikbaar is;

  • -

    de realisatie van een collectief zonne-energieproject in de gemeente Apeldoorn achterblijft bij de vraag en het landelijke gemiddelde. Dit komt mede door de onzekerheden en benodigde voorinvesteringen in de voorbereidingsfase, zonder dat de uitkomsten bekend zijn. In de praktijk zijn niet altijd voldoende (financiële) middelen beschikbaar om deze kosten te dragen. Andere financieringsinstrumenten voorzien niet in de kosten van de voorbereidingsfase of zijn niet gericht op collectieve zonne-energieprojecten. Met deze regeling wordt de realisatie van collectieve zonne-energieprojecten in de gemeente Apeldoorn gestimuleerd.

gelet op titel 4:2 Algemene Wet Bestuursrecht en de Algemene subsidieverordening gemeente Apeldoorn 2014;

 

BESLUIT:

Vast te stellen de volgende regeling:

Subsidieregeling collectieve zonne-energieprojecten.

 

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1.1 Algemene bepalingen begripsomschrijving

  • 1.

    Tenzij in deze regeling uitdrukkelijk anders wordt vermeld, gelden de voorwaarden en bepalingen van de Algemene subsidieverordening 2014 (Asv).

  • 2.

    In deze regeling wordt verstaan onder:

    • -

      Asv: de Algemene subsidieverordening gemeente Apeldoorn 2014;

    • -

      Awb: Algemene Wet Bestuursrecht;

    • -

      BAG: Basisregistratie adressen en gebouwen;

    • -

      collectief zonne-energieproject: project waarin door een zoncoöperatie een zonnestroomsysteem wordt geïnstalleerd op een dak van een pand, of op daken van panden, binnen de gemeente Apeldoorn;

    • -

      college: College van burgemeesters en wethouders van de gemeente Apeldoorn;

    • -

      deelnemer: natuurlijk persoon of rechtspersoon uit de gemeente Apeldoorn;

    • -

      de-minimisverordening: Verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (PbEU L 352), dan wel later daarvoor in de plaats tredende Europese regelgeving;

    • -

      erkend installatiebedrijf: een installatiebedrijf dat in het bezit is van het keurmerk Zonnekeur, de SEI-erkenning voor zonnestroom of een vergelijkbaar keurmerk of erkenning voor zonnestroom, erkend door de brancheorganisatie UNETO-VNI of Holland Solar;

    • -

      kWp: kiloWattpiek, meeteenheid voor het vermogen van een zonnestroomsysteem waarbij 1 kiloWattpiek 1000 Wattpiek is;

    • -

      pandeigenaar: een meerderjarige natuurlijke persoon of een rechtspersoon die krachtens het eigendomsrecht eigenaar dan wel mede-eigenaar is van het pand of een Vereniging van Eigenaren;

    • -

      pand(en): appartementencomplex(en), bedrijfspand(en), kantoor (kantoren), school (scholen) verenigingsgebouw(en), (multifunctioneel) buurtgebouw(en) met bijbehorende bijgebouw(en), aanbouw(en) of uitbouw(en) die opgenomen zijn in de BAG en legaal gebouwd zijn;

    • -

      verklaring De-minimissteun: verklaring als bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de de-minimisverordening;

    • -

      Wp: Wattpiek, meeteenheid voor het vermogen van een zonnestroomsysteem waarbij 1000 Wattpiek 1 kiloWattpiek is;

    • -

      zoncoöperatie: coöperatie die statutair tot doelstelling heeft duurzame energie te realiseren, waaronder in ieder geval zonne-energie wordt begrepen en die openstaat voor lidmaatschap van natuurlijke personen en rechtspersonen uit de gemeente Apeldoorn;

    • -

      zonnestroomsysteem: een geïnstalleerd systeem ten behoeve van de productie van elektriciteit door middel van zonnepanelen.

 

Artikel 1.2 Doel

Deze regeling heeft tot doel om collectieve zonne-energieprojecten in de gemeente Apeldoorn te stimuleren.

 

Artikel 1.3 Subsidiabele activiteiten

Subsidie op grond van deze regeling kan worden verstrekt voor:

  • a.

    onderzoek naar de geschiktheid van de dakconstructie van één of meerdere panden voor de installatie van een zonnestroomsysteem in een collectief zonne-energieproject;

  • b.

    constructieve aanpassingen aan het dak teneinde deze geschikt te maken voor de installatie van een zonnestroomsysteem in een collectief zonne-energieproject;

  • c.

    aanpassingen aan de netaansluiting in een collectief zonne-energieproject zodat de beschikbare zonnestroom terug geleverd kan worden aan het openbare net.

 

Artikel 1.4 Aanvrager en aanvraag

  • 1.

    Subsidie op grond van deze regeling kan uitsluitend worden aangevraagd door een zoncoöperatie.

  • 2.

    De aanvraag wordt ingediend op een door het college vastgesteld aanvraagformulier dat volledig is ingevuld en voorzien is van alle bijlagen die op het aanvraagformulier verplicht zijn gesteld.

 

Artikel 1.5 subsidieplafond en verdeelregels

  • 1.

    Het college stelt jaarlijks voor het daaropvolgende kalenderjaar een subsidieplafond als bedoeld in artikel 4:22 van de Awb vast.

  • 2.

    Voor de uitvoering van de regeling geldt dat:

    • a.

      50% van het subsidieplafond beschikbaar is voor aanvragen bedoeld onder artikel 1.3, onder a;

    • b.

      50% van het subsidieplafond beschikbaar is voor aanvragen bedoeld onder artikel 1.3, onder b en c.

  • 3.

    Aanvragen worden behandeld op volgorde van binnenkomst. Wanneer de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Awb de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de aanvraag de datum waarop de aanvraag volledig is.

 

Artikel 1.6 Termijn voor beslissing op aanvraag

Het college neemt binnen 8 weken na de ontvangst van de volledige aanvraag een beslissing.

 

Artikel 1.7 Verplichtingen

Het college legt, in aanvulling op de artikelen 11 en 12 van de Asv, aan de subsidieontvanger de volgende verplichtingen op:

  • a.

    De activiteiten als bedoeld in artikel 1.3, onder a, dienen binnen 4 maanden na de subsidieverlening te zijn voltooid;

  • b.

    De activiteiten als bedoeld in artikel 1.3, onder b en c, dienen binnen 12 maanden na de subsidieverlening te zijn voltooid;

  • c.

    De subsidieontvanger is verplicht medewerking te verlenen aan een eventuele controle ter plaatse;

  • d.

    De activiteiten als bedoeld in artikel 1.3, eerste lid, onder b en c, dienen minimaal 15 jaar in stand te blijven;

  • e.

    Het zonnestroomsysteem dat gerealiseerd wordt, dient door een erkend installatiebedrijf geïnstalleerd te worden.

 

Artikel 1.8 intrekking subsidieverlening

  • 1.

    Als de werkzaamheden als bedoeld in artikel 1.3, onder a, niet binnen 4 maanden na de subsidieverlening zijn voltooid, wordt de subsidieverlening ingetrokken.

  • 2.

    Als de werkzaamheden als bedoeld in artikel 1.3, onder b en c, niet binnen 12 maanden na de subsidieverlening zijn voltooid, wordt de subsidieverlening ingetrokken.

 

Artikel 1.9 subsidievaststelling

  • 1.

    De subsidieontvanger dient binnen 6 weken na de voltooiing van de werkzaamheden waarvoor subsidie is verleend een aanvraag tot subsidievaststelling in.

  • 2.

    De aanvraag tot subsidievaststelling wordt ingediend op een door het college vastgesteld vaststellingsformulier. De aanvraag dient volledig te zijn ingevuld en te zijn voorzien van alle informatie en bijlagen zoals aangegeven op het vaststellingsformulier.

  • 3.

    Op basis van het formulier als bedoeld in het tweede lid, stelt het college de subsidie met in achtneming van de maximale subsidiabele kosten als bedoeld in artikel 2.3 of artikel 3.3 of artikel 4.2 definitief vast, zulks op basis van de bij de aanvraag tot vaststelling door het college aanvaardbare subsidiabele kosten.

  • 4.

    De betaling van de subsidie vindt plaats binnen 6 weken na de subsidievaststelling.

 

Artikel 1.10 mandatering

Het college mandateert de bevoegdheden voor uitvoering van deze regeling, met uitzondering van de bevoegdheden ex artikel 5.1, aan de eenheidsmanager van de eenheid Ruimtelijke Leefomgeving.

 

Hoofdstuk 2 Uitvoeren dakconstructieonderzoek

Artikel 2.1 Subsidievoorwaarden

Om in aanmerking te komen voor subsidie als bedoeld in artikel 1.3, onder a, gelden de volgende voorwaarden:

  • a.

    de werkzaamheden zijn nog niet gestart;

  • b.

    de werkzaamheden dienen deugdelijk en zorgvuldig te worden uitgevoerd;

  • c.

    de kosten van de werkzaamheden staan in redelijke verhouding tot het te verkrijgen resultaat;

  • d.

    bij het dakconstructieonderzoek dient uitgegaan te worden van een zonnestroomsysteem met een vermogen van minimaal 20 kWp;

  • e.

    de aanvrager overlegt een plan van aanpak waarin in ieder geval met inachtneming van artikel 3.1 onder g en h, inzichtelijk gemaakt wordt hoe de deelnemers geworven gaan worden.

  • f.

    de aanvrager dient te beschikken over een (intentie)overeenkomst, waarin minimaal het volgende is opgenomen:

    • 1.

      de pandeigenaar geeft toestemming tot het installeren van een zonnestroomsysteem als bedoeld in het collectief zonne-energieproject op het dak van het pand;

    • 2.

      ten behoeve van de aanvrager wordt een recht van opstal gevestigd tot het in eigendom hebben, houden, onderhouden en exploiteren van het zonnestroomsysteem op het daarvoor bedoelde gedeelte van het dak van het pand;

    • 3.

      het recht van opstal wordt in ieder geval verleend voor de duur van minimaal 15 jaar, welk tijdvak ingaat op de datum van notarieel transport van het recht van opstal;

    • 4.

      deze (intentie)overeenkomst maakt deel uit c.q. zal worden opgenomen in de akte van vestiging van het opstalrecht.

 

Artikel 2.2 subsidiabele kosten

  • 1.

    Tot de subsidiabele kosten worden gerekend de kosten verbonden aan de uitvoering van het dakconstructieonderzoek waaronder begrepen in ieder geval de loonkosten.

  • 2.

    Niet tot de subsidiabele kosten worden gerekend in ieder geval:

    • a.

      administratieve kosten gemaakt door de aanvrager;

    • b.

      loonkosten voor de subsidieaanvraag;

    • c.

      btw.

 

Artikel 2.3 Hoogte subsidie

De subsidie voor het uitvoeren van een dakconstructieonderzoek voor één of meerdere panden in een collectief zonne-energieproject, als bedoeld in artikel 1.3 onder a, bedraagt de werkelijke kosten met een maximum van € 2.000 per dak en met een maximum van € 4.000 per collectief zonne-energieproject.

 

Artikel 2.4 Weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in artikel 4:25, tweede lid, en artikel 4:35 van de Awb en artikel 9 van de Asv wordt de subsidie geweigerd als de aanvraag niet voldoet aan één van de in artikel 2.1 genoemde voorwaarden.

 

Hoofdstuk 3 Aanpassingen dakconstructie

Artikel 3.1 Subsidievoorwaarden

Om in aanmerking te komen voor subsidie als bedoeld in artikel 1.3, onder b, gelden de volgende voorwaarden:

  • a.

    uit het dakconstructieonderzoek moet de noodzaak blijken voor het aanpassen van de dakconstructie ten behoeve van het realiseren van een collectief zonne-energieproject op het pand;

  • b.

    de aanvrager beschikt over de benodigde vergunningen;

  • c.

    de werkzaamheden zijn nog niet gestart;

  • d.

    de werkzaamheden dienen deugdelijk en zorgvuldig te worden uitgevoerd;

  • e.

    de kosten van de werkzaamheden staan in redelijke verhouding tot het te verkrijgen resultaat;

  • f.

    het zonnestroomsysteem dat gerealiseerd wordt heeft een vermogen van minimaal 20 kWp;

  • g.

    minimaal 20 deelnemers participeren in het te realiseren collectieve zonne-energieproject;

  • h.

    minimaal 25% van de deelnemers van het te realiseren collectieve zonne-energieproject bestaat uit natuurlijke personen die participeren door middel van een financiële bijdrage van minimaal € 50 per deelnemer;

  • i.

    de aanvrager dient te beschikken over een (intentie)overeenkomst, waarin minimaal het volgende is opgenomen:

    • 1.

      de pandeigenaar geeft toestemming tot het installeren van een zonnestroomsysteem als bedoeld in het collectief zonne-energieproject op het dak van het pand;

    • 2.

      ten behoeve van de aanvrager wordt een recht van opstal gevestigd tot het in eigendom hebben, houden, onderhouden en exploiteren van het zonnestroomsysteem op het daarvoor bedoelde gedeelte van het dak van het pand;

    • 3.

      het recht van opstal wordt in ieder geval verleend voor de duur van minimaal 15 jaar, welk tijdvak ingaat op de datum van notarieel transport van het recht van opstal;

    • 4.

      deze (intentie)overeenkomst maakt deel uit c.q. zal worden opgenomen in de akte van vestiging van het opstalrecht.

 

Artikel 3.2 Subsidiabele kosten

  • 1.

    Tot de subsidiabele kosten worden gerekend de kosten verbonden aan de uitvoering, waaronder begrepen in ieder geval de loonkosten en materiaalkosten.

  • 2.

    Niet tot de subsidiabele kosten worden gerekend in ieder geval:

    • a.

      administratieve kosten gemaakt door de aanvrager;

    • b.

      loonkosten voor de subsidieaanvraag;

    • c.

      btw;

    • d.

      kosten die verband houden met een eventueel benodigde vergunningsaanvraag.

 

Artikel 3.3 Hoogte subsidie

De subsidie voor het aanpassen van de dakconstructie als bedoeld in artikel 1.3, onder b, bedraagt € 0,08 per Wp gerealiseerd vermogen, met een maximum van € 2.000 per dak en met een maximum van € 4.000 per collectief zonne-energieproject en nooit hoger dan de factuur.

 

Artikel 3.4 weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in artikel 4:25, tweede lid, van de Awb en artikel 4:35 van de Awb en artikel 9 van de Asv wordt de subsidie geweigerd als de aanvraag niet voldoet aan één van de in artikel 3.1 genoemde voorwaarden.

 

Hoofdstuk 4 Aanpassingen netaansluiting

Artikel 4.1 Subsidievoorwaarden

Om in aanmerking te komen voor subsidie als bedoeld in artikel 1.3, onder c, gelden de volgende voorwaarden:

  • a.

    de werkzaamheden zijn nog niet gestart;

  • b.

    de werkzaamheden dienen deugdelijk en zorgvuldig te worden uitgevoerd;

  • c.

    de kosten voor de aanpassing van de netaansluiting op het betreffende pand zijn noodzakelijk voor het realiseren van het collectief zonne-energieproject op het pand;

  • d.

    de kosten van de werkzaamheden staan in redelijke verhouding tot het te verkrijgen resultaat;

  • e.

    het zonnestroomsysteem dat gerealiseerd wordt heeft een vermogen van minimaal 20 kWp;

  • f.

    de dakconstructie is geschikt of zal uiterlijk binnen 12 maanden na subsidieverlening geschikt zijn gemaakt voor de installatie van een zonnestroomsysteem in een collectief zonne-energieproject;

  • g.

    minimaal 20 deelnemers participeren in het te realiseren collectieve zonne-energieproject;

  • h.

    minimaal 25% van de deelnemers van het te realiseren collectieve zonne-energieproject bestaat uit natuurlijke personen die participeren door middel van een financiële bijdrage van minimaal € 50 per deelnemer;

  • i.

    de aanvrager dient te beschikken over een (intentie)overeenkomst, waarin minimaal het volgende is opgenomen:

    • 1.

      de pandeigenaar geeft toestemming tot het installeren van een zonnestroomsysteem als bedoeld in het collectief zonne-energieproject op het dak van het pand;

    • 2.

      ten behoeve van de aanvrager wordt een recht van opstal gevestigd tot het in eigendom hebben, houden, onderhouden en exploiteren van het zonnestroomsysteem op het daarvoor bedoelde gedeelte van het dak van het pand;

    • 3.

      het recht van opstal wordt in ieder geval verleend voor de duur van minimaal 15 jaar, welk tijdvak ingaat op de datum van notarieel transport van het recht van opstal;

    • 4.

      deze (intentie)overeenkomst maakt deel uit c.q. zal worden opgenomen in de akte van vestiging van het opstalrecht.

 

Artikel 4.2 Subsidiabele kosten

  • 1.

    Tot de subsidiabele kosten worden gerekend de kosten verbonden aan de uitvoering, waaronder begrepen in ieder geval de loonkosten en materiaalkosten

  • 2.

    Niet tot de subsidiabele kosten worden gerekend in ieder geval:

    • a.

      administratieve kosten gemaakt door de aanvrager;

    • b.

      loonkosten voor de subsidieaanvraag;

    • c.

      btw;

    • d.

      de periodieke gebruikskosten voor de netaansluiting;

 

Artikel 4.3 hoogte subsidie

De subsidie voor het aanpassen van de netaansluiting als bedoeld in artikel 1.3, onder c, bedraagt € 0,08 per Wp gerealiseerd vermogen, met een maximum van € 3.000 per aansluiting en van € 6.000 per collectief zonne-energieproject en nooit hoger dan de factuur.

 

Artikel 4.4 weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in artikel 4:25, tweede lid, van de Awb en artikel 4:35 van de Awb en artikel 9 van de Asv wordt de subsidie geweigerd als de aanvraag niet voldoet aan één van de in artikel 4.1 genoemde voorwaarden.

 

Hoofdstuk 5 Slotbepalingen

Artikel 5.1 hardheidsclausule

Voor zover strikte toepassing van deze regeling naar het oordeel van het college leidt tot een niet voorziene en onbillijke situatie, kan het college afwijken van de bepalingen in deze regeling.

 

Artikel 5.2 Inwerkingtreding en Citeertitel

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2019.

  • 2.

    Deze regeling wordt aangehaald als “Subsidieregeling collectieve zonne-energieprojecten”.

 

Aldus vastgesteld door het college van b&w d.d. 18 december 2018

Naar boven