TARIEVENTABEL 2019 behorende bij de “Legesverordening 2019”
|
2019
|
Alle bedragen in de tabel worden uitsluitend weergegeven in Euro’s
|
|
|
|
|
titel 1
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand
|
|
1.1.1
|
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, de registratie van een partnerschap of het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, in de Trouwzaal van het Stadshuis, Stadsplein 1
|
|
|
|
|
1.1.1.1
|
op werkdagen tussen 9.00 uur en 17.00 uur
|
456,00
|
|
met dien verstande dat geen leges worden geheven indien de voltrekking van het huwelijk, de registratie van een partnerschap of de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk plaatsheeft op maandag of dinsdag om 10.00 uur in de voorruimte/spreekkamer van het Stadshuis, Stadsplein 1
|
|
|
|
|
1.1.1.2
|
op zaterdag tussen 9.00 en 17.00 uur
|
590,10
|
|
|
|
1.1.2
|
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, de registratie van een partnerschap of het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, in een verkorte ceremonie (< 15 minuten) in de Trouwzaal van het Stadshuis, Stadsplein 1
|
160,90
|
|
|
|
1.1.3
|
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, de registratie van een partnerschap of het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, op een andere locatie dan genoemd in 1.1.1 of 1.1.2
|
|
|
|
|
1.1.3.1
|
Op werkdagen
|
563,20
|
|
|
|
1.1.3.2
|
op zaterdag
|
697,40
|
|
|
|
1.1.3.3
|
op zon- en feestdagen
|
750,90
|
|
|
|
1.1.4
|
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, de registratie van een partnerschap of het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, in een bijzonder huis ingevolge artikel 64, boek 1, van het Burgerlijk Wetboek:
|
|
|
|
|
1.1.4.1
|
Op werkdagen tussen 9.00 en 17.00 uur
|
456,00
|
|
|
|
1.1.4.2
|
Op enig moment anders dan genoemd in 1.1.4.1
|
590,10
|
|
|
|
1.1.5
|
Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een trouwboekje of een partnerschapboekje:
|
26,90
|
|
|
|
1.1.6
|
Het tarief bedraagt voor het doen van nasporingen in de registers van de Burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier:
|
21,20
|
|
|
|
1.1.7
|
voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet Rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.
|
|
|
|
|
1.1.8
|
het tarief voor het benoemen van een 'Onbezoldigd tijdelijk buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand' bedraagt
|
343,20
|
|
|
|
Hoofdstuk 2 Reisdocumenten
|
|
1.2
|
Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:
|
|
|
|
|
1.2.1
|
van een nationaal paspoort:
|
|
|
|
|
1.2.1.1
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is, is gelijk aan het bedrag dat vermeld is in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden, zoals laatstelijk is vervangen of gewijzigd, met dien verstande dat het bedrag wordt afgerond op € 0,05 naar beneden.
|
|
|
|
|
1.2.1.2
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt, is gelijk aan het bedrag dat vermeld is in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden, zoals laatstelijk is vervangen of gewijzigd, met dien verstande dat het bedrag wordt afgerond op € 0,05 naar beneden.
|
|
|
|
|
1.2.2.
|
van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 1.2.1 (zakenpaspoort)
|
|
|
|
|
1.2.2.1
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is, is gelijk aan het bedrag dat vermeld is in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden, zoals laatstelijk is vervangen of gewijzigd, met dien verstande dat het bedrag wordt afgerond op € 0,05 naar beneden.
|
|
|
|
|
1.2.2.2
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt, is gelijk aan het bedrag dat vermeld is in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden, zoals laatstelijk is vervangen of gewijzigd, met dien verstande dat het bedrag wordt afgerond op € 0,05 naar beneden.
|
|
|
|
|
1.2.3
|
van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort)
|
|
|
|
|
1.2.3.1
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is, is gelijk aan het bedrag dat vermeld is in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden, zoals laatstelijk is vervangen of gewijzigd, met dien verstande dat het bedrag wordt afgerond op € 0,05 naar beneden.
|
|
|
|
|
1.2.3.2
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt, is gelijk aan het bedrag dat vermeld is in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden, zoals laatstelijk is vervangen of gewijzigd, met dien verstande dat het bedrag wordt afgerond op € 0,05 naar beneden.
|
|
|
|
|
1.2.4
|
van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen, is gelijk aan het bedrag dat vermeld is in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden, zoals laatstelijk is vervangen of gewijzigd, met dien verstande dat het bedrag wordt afgerond op € 0,05 naar beneden.
|
|
|
|
|
1.2.5
|
van een Nederlandse identiteitskaart:
|
|
|
|
|
1.2.5.1
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is, is gelijk aan het bedrag dat vermeld is in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden, zoals laatselijk is vervangen of gewijzigd, met dien verstande dat het bedrag wordt afgerond op € 0,05 naar beneden.
|
|
|
|
|
1.2.5.2
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt, is gelijk aan het bedrag dat vermeld is in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden, zoals laatstelijk is vervangen of gewijzigd, met dien verstande dat het bedrag wordt afgerond op € 0,05 naar beneden.
|
|
|
|
|
1.2.6
|
voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedragdat gelijk is aan het bedrag dat vermeld is in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden, zoals laatstelijk is vervangen of gewijzigd, met dien verstande dat het bedrag wordt afgerond op € 0,05 naar beneden.
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3 Rijbewijzen
|
|
1.3.1
|
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs is gelijk aan het bedrag dat laatstelijk is vastgesteld door het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, met dien verstande dat het bedrag wordt afgerond op € 0,05 naar beneden.
|
|
|
|
|
1.3.2
|
Het tarief als genoemd bij 1.3.1, wordt bij een spoedlevering vermeerderd met het door het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat vastgestelde tarief, met dien verstande dat het bedrag wordt afgerond op € 0,05 naar beneden.
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de BasisRegistratie Personen
|
|
1.4.1
|
Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder een verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent een persoon waarvoor de BasisRegistratie Personen moet worden geraadpleegd.
|
|
|
|
|
1.4.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking
|
10,60
|
|
|
|
1.4.3
|
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de BasisRegistratie Personen, voor ieder daaraan besteed kwartier:
|
21,20
|
|
|
|
1.4.4
|
voor het op verzoek verstrekken van een persoonslijst geldt hetzelfde tarief als bedoeld in 1.4.2
|
|
|
|
|
1.4.5
|
Het tarief voor het verstrekken van informatie op basis van selecties uit het BRP-bestand bedraagt voor ieder daaraan besteed kwartier:
|
22,50
|
|
|
|
hoofdstuk 5 Verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens VERVALLEN
|
|
1.5.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van gegevens uit een verwerking van persoonsgegevens als bedoeld in de Wet Bescherming persoonsgegevens
|
15,00
|
|
|
|
Hoofdstuk 6 Bestuursstukken (vervallen)
|
|
Hoofdstuk 7 Bodeminformatie
|
|
1.7.1
|
vervallen.
|
|
|
|
|
1.7.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van bodemgegevens inzake (mogelijke) verontreinigingen, per gewenst adres:
|
|
|
|
|
1.7.2.1
|
bij handmatige verstrekking
|
31,80
|
|
|
|
1.7.2.2
|
bij automatische afhandeling via de gemeentelijke website
|
11,30
|
|
|
|
1.7.3
|
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het aanleveren van de actuele, digitale bodemdata in het gemeentelijk BodemInformatieSysteem, conform het landelijk geldende SIKB-uitwisselingsprotocol of als Oracle dump
|
51,50
|
|
|
|
Hoofdstuk 8 Overige publiekszaken
|
|
1.8.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:
|
|
|
|
|
1.8.1.1
|
een verklaring omtrent het gedrag: het tarief dat is vastgesteld op grond van artikel 39 van de Wet Justitiële en Strafvorderlijke gegevens en de 'Regeling leges en afdrachtvergoeding VOG'.
|
|
|
|
|
1.8.1.2
|
verklaring van in leven zijn
|
13,10
|
|
|
|
1.8.1.3
|
een legalisatie van een handtekening:
|
13,10
|
|
|
|
1.8.1.4
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een bewijs van Nederlanderschap:
|
13,10
|
|
|
|
1.8.1.5
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:
|
|
|
|
|
1.8.1.5.1
|
Een bewijs van opneming in de BasisRegistratie Personen (uittreksel BRP)
|
13,10
|
|
|
|
1.8.1.5.2
|
Een bewijs van opneming van een gezin (gezinsuittreksel BRP)
|
13,10
|
1.8.1.6
|
Ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot naturalisatie of afleggen van een optieverklaring als bedoeld in de Rijkswet op het Nederlanderschap, geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Besluit naturalisatiegelden, zoals dat laatstelijk is vervangen of gewijzigd,
|
|
Hoofdstuk 9
vervallen.
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 10 Leegstandwet
|
|
1.10
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag
|
|
|
|
|
1.10.1
|
tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid van de Leegstandwet
|
137,30
|
|
|
|
Hoofdstuk 11 Winkeltijdenwet
|
|
1.11.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet:
|
92,90
|
|
|
|
Hoofdstuk 12 Wet op de kansspelen
|
|
1.12.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:
|
|
|
|
|
1.12.1.1
|
Voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat:
|
56,50
|
|
|
|
1.12.1.2
|
Voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat:
|
56,50
|
|
|
|
|
en voor iedere volgende kansspelautomaat
|
34,00
|
|
|
|
1.12.1.3
|
Voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd
|
226,50
|
|
|
|
1.12.1.4
|
Voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, voor de eerste kansspelautomaat
|
226,50
|
|
|
|
|
en voor iedere volgende kansspelautomaat:
|
136,00
|
|
|
|
1.12.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)
|
86,20
|
|
|
|
Hoofdstuk 13 Kinderopvang
|
|
1.13.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een uittreksel uit het register bedoeld in art. 46 van de Wet Kinderopvang, per uittreksel
|
27,70
|
|
|
|
Hoofdstuk 14 Telecommunicatie
|
|
1.14
|
het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een instemmingsbesluit
|
|
|
|
|
1.14.1
|
als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid sub b van de Telecommunicatiewet en artikel 2 en 4 van de Telecommunicatieverordening gemeente Nieuwegein of voor het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in art 2:11 van de Algemene Plaatselijke Verordening van de gemeente Nieuwegein
|
553,60
|
|
|
|
1.14.1.1
|
Bij instemmingsbesluit, voor de eerste 2.500 m¹ of een deel daarvan, per m1
|
1,20
|
|
|
|
1.14.1.2
|
Bij instemmingsbesluit, tussen de 2.500 m¹, en 5.000 m¹ voor elke m¹ per m1
|
1,20
|
|
|
|
1.14.1.3
|
Bij instemmingsbesluit, > 5.000 m¹ voor elke m¹ per m1
|
1,20
|
|
|
|
1.14.1.4
|
indien overleg met andere partijen is benodigd, wordt daarnaast het bedrag genoemd in 1.14.1.1 vermeerderd met
|
157,10
|
|
|
|
1.14.1.5
|
voor de plaatsing van een handhole als bedoeld in art 4, eerste lid, sub d onder 4e van de Telecommunicatieverordening gemeente Nieuwegein, vermeerderd met
|
37,00
|
|
|
|
1.14.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van vergunning omtrent tijdstip, plaats en wijze van uitvoering van werkzaamheden m.b.t. andere kabels en leidingen voor nuts en andere voorzieningen:
|
545,30
|
|
|
Hoofdstuk 15 Verkeer en Vervoer
|
|
1.15.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 123 van het Wegenverkeersreglement inzake gedragsregels verband houdende met inrichting en belading van voertuigen:
|
16,60
|
|
|
|
1.15.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot een ontheffing van het verbod
|
|
|
|
|
1.15.2.1
|
aan de Utrechtsestraatweg, voor alle verkeer met uitzondering van voetgangers, ter hoogte van de Remiseweg zoals is vastgesteld bij besluit van 27 maart 1990, krachtens artikelen 87 en 90 van het reglement verkeersregels en verkeerstekens (RVV 1990) en het bepaalde in artikel 62 van de RVV 1990 voor zover het betreft verkeersteken C1 van bijlage 1 van het RVV 1990:
|
33,80
|
|
|
|
1.15.2.2
|
voor het berijden van de voetgangerszone Stadsplein met motorvoertuigen buiten de ingestelde venstertijden zoals vastgesteld bij besluit van XXX juni 2012, krachtens artikelen 10, 87 en 90 van het reglement verkeersregels en verkeerstekend (RVV 1990) en het bepaalde in titel 4.3 van de Algemene Wet bestuursrecht.
|
33,80
|
|
|
|
1.15.3
|
vervallen
|
|
|
|
|
1.15.4
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot
|
|
|
|
|
1.15.4.1
|
ontheffing route gevaarlijke stoffen, als bedoeld in artikel 22 van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen
|
229,10
|
|
|
|
1.15.4.2
|
Verlengen van een ontheffing, bedoeld in 1.15.4.1
|
127,20
|
|
|
|
1.15.5
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot
|
|
|
|
|
1.15.5.1
|
Het wijzigen van een parkeervergunning (kenteken)
|
4,50
|
|
|
|
1.15.5.2
|
Het verstrekken van een duplicaat-parkeervergunning
|
49,20
|
|
|
Hoofdstuk 16 Algemeen
|
|
1.16.1
|
het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag
|
|
|
|
|
1.16.1.1
|
tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in
|
|
|
|
|
1.16.1.1.1
|
artikel 2 van de Verordening aansluitvoorwaarden drainage
|
91,00
|
|
|
|
1.16.1.1.2
|
artikel 2 van de Verordening aansluitvoorwaarden riolering
|
91,00
|
|
|
|
1.16.1.2
|
tot het verstrekken van een duplicaat van een WOZ-beschikking of een aanslag gemeentelijke belastingen
|
18,90
|
|
|
|
1.16.2
|
het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag
|
|
|
|
|
1.16.2.1
|
tot het verkrijgen van een ontheffing van een verbod of een verplichting of het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in de Algemene Plaatselijke verordening per ononderbroken periode dat de ontheffing of de vergunning geldt, met uitzondering van het elders in deze tabel bepaalde
|
98,10
|
|
|
|
1.16.2.2
|
ingevolge art. 2:28 van de Algemene Plaatselijke Verordening
|
|
|
|
|
1.16.2.2.1
|
tot het verkrijgen van een horecaexploitatievergunning inclusief terras, met uitzondering van de bedrijven die vóór 1 januari 2011 over een geldige terrasvergunning ingevolge de APV 2009 of eerder beschikten
|
665,10
|
|
|
|
1.16.2.2.2
|
tot het wijzigen van een horecaexploitatievergunning inclusief terras
|
332,30
|
|
|
|
1.16.2.2.3
|
tot het verkrijgen van een horecaexploitatievergunning exclusief terras
|
332,30
|
|
|
|
1.16.2.2.4
|
tot het wijzigen van een horecaexploitatievergunning exclusief terras
|
223,20
|
|
|
|
1.16.2.2.5
|
Tot het verkrijgen van een vergunning exploitatie van een openbare inrichting
|
662,40
|
|
|
|
1.16.2.2.6
|
Tot het wijzigen van een vergunning exploitatie van een openbare inrichting
|
331,20
|
|
|
|
1.16.2.3
|
ingevolge artikel 2: 11 van de Algemene Plaatselijke Verordening (aanleggen van een weg)
|
|
|
|
|
1.16.2.3.1
|
ten behoeve van het aanleggen van leidingen
|
302,70
|
|
|
|
1.16.2.3.2
|
in alle andere gevallen
|
100,90
|
|
|
|
1.16.2.4
|
ingevolge art. 2:12 van de Algemene Plaatselijke Verordening (opslag van roerende zaken in de openbare ruimte)
|
201,80
|
|
|
|
1.16.2.5
|
ingevolge artikel 5:18 van de Algemene Plaatselijke verordening (standplaatsen op de weg tot verkoop):
|
|
|
|
|
1.16.2.5.1
|
geldig voor een dag
|
86,60
|
|
|
|
1.16.2.5.2
|
geldig voor een maand
|
129,80
|
|
|
|
1.16.2.5.3
|
geldig voor een jaar
|
371,60
|
|
|
|
1.16.2.6
|
Indien voor een aanvraag als bedoeld in 1.16.2.1 op grond van 1.16.2.2 tot en met 1.16.2.5 verschillende vergoedingen kunnen worden gevraagd, dan wordt niet meer dan het bedrag van de hoogste vergoeding gevraagd, vermeerderd met maximaal
|
98,10
|
|
|
|
1.16.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:
|
|
|
|
|
1.16.3.1
|
afschriften, doorslagen, fotokopieën van stukken, alsmede nota’s voor zover daarvoor niet elders in deze tarieventabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:
|
|
|
|
|
1.16.3.1.1
|
per pagina op papier van A4-formaat:
|
0,40
|
|
|
|
1.16.3.1.2
|
per pagina op papier van A3-formaat:
|
0,40
|
|
|
|
1.16.3.2
|
kaarten, tekeningen en lichtdrukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tarieventabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk:
|
11,80
|
|
|
|
1.16.3.3
|
een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen
|
33,80
|
|
|
|
1.16.4
|
vervallen
|
|
|
|
|
1.16.5
|
vervallen
|
|
|
|
|
1.16.6
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag
|
|
|
|
|
1.16.6.1
|
ingevolge de Regeling Burgerluchthavens tot het verkrijgen van een verklaring van geen bezwaar ingevolge artikel 18 lid 2 (het doen opstijgen van een vrije ballon)
|
|
|
|
|
1.16.6.1.1
|
per keer
|
98,10
|
|
|
|
1.16.6.1.2
|
per jaar maximaal vijf keer, vanaf park Oudegein
|
247,30
|
|
|
|
1.16.6.2
|
tot het verkrijgen van een verklaring van geen bezwaar voor het doen opstijgen van een kabelballon voor een periode van maximaal één week op dezelfde plaats
|
98,10
|
|
|
|
1.16.7
|
Het tarief bedraagt voor het verzegelen of opnieuw laten verzegelen na verbreken van het zegel van een geluidsbegrenzer in een inrichting waarop de Wet Milieubeheer van toepassing is
|
268,70
|
|
|
|
Titel 2: Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning
|
|
|
|
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen
|
|
2.1.1
|
Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:
|
|
2.1.1.1
|
aanlegkosten:
|
|
|
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;
|
|
2.1.1.2.1
|
bouwkosten:
|
|
|
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV 1989), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;
|
|
2.1.1.2.2
|
Bij het vaststellen van de bouwkosten als bedoeld in 5.2.1.1.2.1 worden de kosten van het vervangen van een 'Kwaaitaalvloer’ of een Mantavloer’ welke is aangetast door betonrot, die wordt veroorzaakt door het gebruik van calciumchloride bij de fabricage van de vloer, buiten beschouwing gelaten.
|
|
2.1.1.3
|
sloopkosten:
|
|
|
de aannemingssom exclusief omzetbelasting,, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de sloopkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien het slopen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder sloopkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het slopen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;
|
|
2.1.1.4
|
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
|
|
2.1.2
|
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.
|
|
2.1.3
|
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 2 Principeaanvragen
|
|
2.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een principeaanvraag in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is:
|
|
|
Welstandstoets
|
|
2.2.1
|
Indien de principeaanvraag betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, en sprake is van een welstandstoets, het tarief zoals bepaald in onderdeel 2.3.1.2
|
|
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit
|
|
2.2.2
|
Indien de principeaanvraag betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, het tarief zoals bepaald in onderdeel 2.3.3
|
|
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit
|
|
2.2.3
|
Indien de principeaanvraag betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, het tarief zoals bepaald in onderdeel 2.3.4
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning
|
|
2.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in deze paragraaf en paragraaf 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
|
|
|
|
|
2.3.1
|
Bouwactiviteiten
|
|
2.3.1.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
2.3.1.1.1
|
indien de bouwkosten minder dan € 10.000 bedragen:
|
225,00
|
2.3.1.1.2
|
indien de bouwkosten € 10.000 tot € 225.000 bedragen:
|
225,00
|
|
vermeerderd met:
|
3,70%
|
|
van de bouwkosten die uitgaan boven € 10.000;
|
|
2.3.1.1.3
|
indien de bouwkosten € 225.000 tot € 2.250.000 bedragen:
|
8.180,00
|
|
vermeerderd met:
|
2,89%
|
|
van de bouwkosten die uitgaan boven € 225.000;
|
|
2.3.1.1.4
|
indien de bouwkosten € 2.250.000 tot € 10.000.000 bedragen:
|
66.702,50
|
|
vermeerderd met:
|
1,89%
|
|
van de bouwkosten die uitgaan boven € 2.250.000;
|
|
2.3.1.1.5
|
indien de bouwkosten € 10.000.000 tot € 25.000.000 bedragen:
|
213.177,50
|
|
vermeerderd met:
|
1,10%
|
|
van de bouwkosten die uitgaan boven € 10.000.000;
|
|
2.3.1.1.6
|
indien de bouwkosten € 25.000.000 of meer bedragen:
|
378.177,50
|
|
vermeerderd met:
|
0,63%
|
|
van de bouwkosten die uitgaan boven € 25.000.000.
|
|
|
|
|
|
Welstandstoets
|
|
2.3.1.2
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning of een principeaanvraag betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, en sprake is van een welstandstoets, bedraagt het tarief:
|
|
2.3.1.2.1
|
indien de (geraamde) bouwkosten minder dan € 10.000 bedragen:
|
26,50
|
2.3.1.2.2
|
indien de (geraamde) bouwkosten € 10.000 tot € 50.000 bedragen:
|
52,90
|
2.3.1.2.3
|
indien de (geraamde) bouwkosten € 50.000 tot € 225.000 bedragen:
|
264,20
|
2.3.1.2.4
|
indien de (geraamde) bouwkosten € 225.000 tot € 450.000 bedragen:
|
634,20
|
2.3.1.2.5
|
indien de (geraamde) bouwkosten € 450.000 tot € 1.000.000 bedragen:
|
951,3050
|
2.3.1.2.6
|
indien de (geraamde) bouwkosten € 1.000.000 tot € 2.250.000 bedragen:
|
1.268,30
|
2.3.1.2.7
|
indien de (geraamde) bouwkosten € 2.250.000 tot € 10.000.000 bedragen:
|
1.691,20
|
2.3.1.2.8
|
indien de (geraamde) bouwkosten € 10.000.000 tot € 25.000.000 bedragen:
|
2.536,80
|
2.3.1.2.9
|
indien de (geraamde) bouwkosten € 25.000.000 of meer bedragen:
|
3.805,10
|
2.3.1.2.10
|
indien de aanvraag enkel reclameobjecten betreft, en de bouwkosten minder dan € 10.000 bedragen
|
52,90
|
|
|
|
|
|
|
|
Verplicht advies agrarische commissie
|
|
2.3.1.3
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld:
|
|
|
|
|
2.3.1.4
|
Achteraf ingediende aanvraag
|
|
2.3.1.4.1
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:
|
10%
|
|
van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges, met een minimum van;
|
100,90
|
|
En een maximum van:
|
1.086,30
|
|
vermeerderd met:
|
|
|
|
|
2.3.1.4.2
|
Indien er advies aan de welstandcommissie is gevraagd, om voorafgaande aan de ingediende aanvraag een indicatie te verkrijgen of de aangevangen of gereedgekomen bouwactiviteit in het kader van de Wabo vergunbaar is per uitgebracht advies.
|
60,90
|
|
|
|
|
Beoordeling aanvullende gegevens
|
|
2.3.1.5
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen:
|
nihil
|
|
|
|
2.3.2
|
Aanlegactiviteiten
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
100,90
|
|
|
|
2.3.3
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning of een principeaanvraag betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:
|
|
2.3.3.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):
|
100,90
|
2.3.3.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):
|
|
2.3.3.2.1
|
in verband met bouwactiviteiten m.b.t. ten hoogste 50 m2 (vloer)oppervlak op woonpercelen:
|
198,30
|
2.3.3.2.2
|
in verband met overige bouwactiviteiten:
|
396,50
|
2.3.3.3
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):
|
|
2.3.3.3.1
|
indien de aanvraag betrekking heeft op een uitbreiding of bestemmingswijziging van maximaal 100 m2:
|
1.613,80
|
2.3.3.3.2
|
indien de aanvraag betrekking heeft op een uitbreiding of bestemmingswijziging van meer dan 100 m2:
|
4.841,40
|
2.3.3.4
|
indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):
|
907,60
|
|
van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag;
|
|
2.3.3.5
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):
|
nihil
|
2.3.3.6
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):
|
nihil
|
2.3.3.7
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
|
nihil
|
2.3.3.8
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
|
nihil
|
|
|
|
2.3.4
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
2.3.4.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):
|
252,20
|
2.3.4.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):
|
|
2.3.4.2.1
|
in verband met activiteiten m.b.t. ten hoogste 50 m2 (vloer)oppervlak op woonpercelen:
|
347,00
|
2.3.4.2.2
|
in verband met overige activiteiten:
|
693,90
|
2.3.4.3
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):
|
|
2.3.4.3.1
|
indien de aanvraag betrekking heeft op een uitbreiding of bestemmingswijziging van maximaal 100 m2:
|
2.017,20
|
2.3.4.3.2
|
indien de aanvraag betrekking heeft op een uitbreiding of bestemmingswijziging van meer dan 100 m2:
|
5.748,60
|
2.3.4.4
|
indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking)
|
1.008,40
|
2.3.4.5
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):
|
Nihil
|
2.3.4.6
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):
|
Nihil
|
2.3.4.7
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
|
Nihil
|
2.3.4.8
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
|
Nihil
|
|
|
|
2.3.5
|
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
2.3.5.1
|
indien sprake is van bedrijfsmatig verschaffen van nachtverblijf of; verschaffenvan nachtverblijf in het kader van verzorging, of;verschaffen van dagverblijf aan personen jonger dan 12 jaar en voor lichamelijk of verstandelijk gehandicapte personen, aan:
|
|
2.3.5.1
|
11 - 50 personen
|
1.214,00
|
2.3.5.2
|
51 – 250 personen
|
1.821.10
|
2.3.5.3
|
251 - 500 personen
|
2.276,00
|
2.3.5.4
|
501 – 750 personen
|
2.427,90
|
2.3.5.4
|
> 750 personen
|
3.035,00
|
|
|
|
2.3.6
|
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten
|
|
2.3.6.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, (Rijksmonument) bedraagt het tarief:
|
|
2.3.6.1.1
|
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:
|
1.490,70
|
2.3.6.1.2
|
voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:
|
794,80
|
2.3.6.2
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening Nieuwegein aangewezen monument, waarvoor op grond van die verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:
|
|
2.3.6.2.1
|
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:
|
806,80
|
2.3.6.2.2
|
voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:
|
403,10
|
2.3.6.3
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening Nieuwegein aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:
|
403,10
|
|
|
|
2.3.7
|
vervallen
|
|
|
|
|
2.3.8
|
Aanleggen of veranderen weg
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
2.3.8.1
|
Indien de activiteit ten behoeve van het aanleggen van leidingen is:
|
302,70
|
2.3.8.2
|
In alle andere gevallen:
|
100,90
|
|
|
|
2.3.9
|
Uitweg/inrit
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
2.3.9.1
|
in gevallen van het aanleggen van een nieuwe uitweg:
|
|
2.3.9.1.1
|
ten behoeve van een individueel woonperceel:
|
293,10
|
2.3.9.1.2
|
ten behoeve van overige percelen:
|
495,80
|
2.3.9.2
|
in gevallen van het verbreden van een bestaande uitweg:
|
195,20
|
2.3.9.3
|
in gevallen van het aanleggen van een tuinuitgang:
|
195,20
|
|
|
|
2.3.10
|
Kappen
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2 van de Bomenverordening Nieuwegein een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
Nihil
|
|
|
|
2.3.11
|
Opslag van roerende zaken/plaatsen van voorwerpen in de openbare ruimte
|
|
2.3.11.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van het openbare gebied, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:10 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j en k, van de Wabo bedraagt het tarief:
|
201,80
|
2.3.11.2
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 5.2.3.11.1, bedraagt het tarief indien er advies aan de welstandscommissie wordt gevraagd, per uitgebracht advies;
|
60,90
|
|
|
|
2.3.12
|
Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998
|
|
2.3.12.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:
|
Nihil
|
2.3.12.2
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door het ministerie van Economische Zaken aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998
|
Nihil
|
|
|
|
2.3.13
|
Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet
|
|
2.3.13.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief:
|
302,80
|
2.3.13.2
|
Onverminderd het bepaalde in voorgaande artikel, bedraagt het tarief voor het aanvragen van een verklaring van geen bedenkingen van het ministerie van Economische Zaken
|
512,50
|
|
|
|
2.3.14
|
Andere activiteiten
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van deze paragraaf bedoeld en die activiteit of handeling:
|
|
2.3.14.1
|
behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
100,90
|
2.3.14.2
|
behoort tot een bij gemeentelijke verordening categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, en zijn geïntegreerd in de omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
Nihil
|
2.3.14.3
|
behoort tot een bij gemeentelijke verordening categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, en niet zijn geïntegreerd in de omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.2: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning.
|
Nihil
|
2.3.14.4
|
behoort tot een bij provinciale of waterschapsverordening verordening categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
Nihil
|
|
|
|
2.3.15
|
Omgevingsvergunning in twee fasen
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
2.3.15.1
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in deze paragraaf voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;
|
|
2.3.15.2
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in deze paragraaf voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.
|
|
|
|
|
2.3.16
|
Beoordeling bodem- en geluidsrapport
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van deze paragraaf bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een rapport wordt beoordeeld:
|
|
2.3.16.1
|
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport
|
403,50
|
2.3.16.2
|
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport
|
403,50
|
2.3.16.3
|
voor de beoordeling van een rapport aangaande de geluidsbelasting op de gevel
|
403,50
|
|
|
|
2.3.17
|
Advies
|
|
2.3.17.1
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van deze paragraaf bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
2.3.17.2
|
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
|
|
2.3.18
|
Verklaring van geen bedenkingen
|
|
2.3.18.1
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van deze paragraaf bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan, anders dan in voorgaande onderdelen reeds genoemd, een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:
|
|
2.3.18.1.1
|
indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:
|
Nihil
|
2.3.18.1.2
|
indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
2.3.18.2
|
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.18.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 4 Vermindering
|
|
2.4.1
|
Indien een aanvraag voor een omgevingsvergunning als bedoeld in hoofdstuk 3 is voorafgegaan door een principeaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2 die redelijkerwijs betrekking heeft op hetzelfde project, worden de leges als bedoeld in de onderdelen 2.3.1.2, 2.3.3 en 2.3.4 niet opnieuw geheven als dat op basis van hoofdstuk 2 al is gebeurd.
|
|
2.4.2
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18. De vermindering bedraagt:
|
|
2.4.2.1
|
bij 5 tot 10 activiteiten:
|
Nihil
|
|
van de voor die activiteiten verschuldigde leges;
|
|
2.4.2.2
|
bij 10 tot 15 activiteiten:
|
Nihil
|
|
van de voor die activiteiten verschuldigde leges;
|
|
2.4.2.3
|
bij 15 of meer activiteiten:
|
Nihil
|
|
van de voor die activiteiten verschuldigde leges.
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5 Teruggaaf
|
|
2.5.1
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning
|
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat activiteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.9, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf geldt niet voor de onderdelen 2.3.1.2 (welstandstoets) en 2.3.1.4 (achteraf ingediende aanvraag) en bedraagt:
|
|
2.5.1.1
|
indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 1 maand na het in behandeling nemen ervan
|
75%
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;
|
|
2.5.1.2
|
indien de aanvraag wordt ingetrokken na 1 maand na het in behandeling nemen ervan
|
50%
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
|
|
|
|
|
2.5.2
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning
|
|
|
Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit activiteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.9, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 6 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf geldt niet voor de onderdelen 2.3.1.2 (welstandstoets) en 2.3.1.4 (achteraf ingediende aanvraag) en bedraagt:
|
50%
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
|
|
|
|
|
2.5.3
|
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning
|
|
2.5.3.1
|
Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit activiteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.9 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf geldt niet voor de onderdelen 2.3.1.2 (welstandstoets) en 2.3.1.4 (achteraf ingediende aanvraag) en bedraagt:
|
50%
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
|
|
2.5.3.2
|
Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.
|
|
|
|
|
2.5.4
|
Minimumbedrag voor teruggaaf
|
|
|
Een bedrag dat op basis van deze paragraaf voor teruggaaf in aanmerking komt, wordt niet teruggegeven als het bedrag minder is dan:
|
100,90
|
|
|
|
Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning
|
|
2.6
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:
|
Nihil
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 7 Aanvraag omgevingsvergunning voor wijziging van nog niet uitgevoerde
bouwactiviteit waarop al eerder is besloten
|
|
2.7.1.1
|
Indien een aanvraag wordt ingediend voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging van een nog niet uitgevoerde bouwactiviteit waarvoor in een eerdere stadium een vergunning is verleend, en deze vergunning sindsdien niet is ingetrokken of vernietigd bij rechterlijke uitspraak, wordt het tarief voor de bouwactiviteit als bedoeld in 2.3.1.1, vervangen door het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
2.7.1.2
|
Indien een begroting als bedoeld in 2.7.1.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
2.7.2
|
Indien een aanvraag wordt ingediend voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging van een bouwactiviteit waarvoor in een eerder stadium een vergunning is geweigerd of vernietigd bij rechterlijke uitspraak, wordt het tarief voor de bouwactiviteit als bedoeld in 2.3.1.1, vermenigvuldigd met een factor 0,80.
|
|
2.7.3
|
Indien een aanvraag wordt ingediend voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging van een bouwactiviteit waarvoor in een eerder stadium een vergunning is aangevraagd en op verzoek van de aanvrager is ingetrokken binnen de termijn als bedoeld in 2.5.1.2 wordt het tarief voor de bouwactiviteit als bedoeld in 2.3.1.1, vermenigvuldigd met een factor 0,70.
|
|
|
|
Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten
|
|
2.8
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening, of het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening
|
|
2.8.1
|
indien de aanvraag betrekking heeft op een bestemmingswijziging van maximaal 100 m2:
|
2.017,20
|
2.8.2
|
indien de aanvraag betrekking heeft op een bestemmingswijziging van meer dan 100 m2:
|
5.748,60
|
|
|
|
Hoofdstuk 9 Sloopmelding
|
|
2.9
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een sloopmelding als bedoeld in artikel 8.2.1 van de Bouwverordening Nieuwegein
|
Nihil
|
|
|
|
Hoofdstuk 10 Ontheffing geluids- of trillingshinder
|
|
2.10.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een ontheffing geluidhinder ingevolge artikel 8.4 van het Bouwbesluit
|
|
2.10.1.1
|
voor één dag
|
217,30
|
2.10.1.2
|
voor meerdere dagen tot een maximum van 30 dagen
|
265,70
|
2.10.1.3
|
voor meer dan 30 dagen
|
314,10
|
2.10.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een ontheffing trillingshinder ingevolge artikel 8.5 van het Bouwbesluit
|
|
2.10.2.1
|
voor één dag
|
217,30
|
2.10.2.2
|
voor meerdere dagen tot een maximum van 30 dagen
|
265,70
|
2.10.2.3
|
voor meer dan 30 dagen
|
314,10
|
|
|
|
Hoofdstuk 11 In deze titel niet benoemde beschikking
|
|
2.11
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:
|
Nihil
|
|
|
|
titel 3
|
Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 1 Horeca
|
|
3.1.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot
|
|
|
|
|
3.1.1.1
|
het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 3 van de Drank- en Horecawet (het uitoefenen van een horecabedrijf of slijtersbedrijf)
|
743,10
|
|
|
|
3.1.1.2
|
het aanpassen van een ingevolge art.3 van de Drank- en Horecawet verkregen vergunning
|
|
|
|
|
3.1.1.2.1
|
Met betrekking tot melding van een bijschrijving of doorhaling van een leidinggevende ingevolge artikel 30 A van de Drank- en Horecawet.
|
185,80
|
|
|
|
3.1.1.2.2
|
Met betrekking tot wijziging, toevoeging of vermindering van lokaliteiten of terrassen ingevolge artikel 30 van de Drank- en Horecawet
|
185,80
|
|
|
|
3.1.1.3
|
het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet
|
|
92,90
|
|
|
|
3.1.1.4
|
het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4 lid 5 van de Drank- en Horecawet
|
|
92,90
|
|
|
|
Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen
|
|
3.2
|
het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een vergunning/ontheffing als bedoeld in de Algemene Plaatselijke verordening
|
|
|
|
|
3.2.1
|
in artikel 2:25 (vergunning houdende evenementen)
|
|
|
|
|
3.2.1.1
|
Eéndaagse evenementenvergunning zonder publicatie:
|
324,40
|
|
|
|
3.2.1.2
|
Eéndaagse evenementenvergunning met publicatie:
|
356,70
|
|
|
|
3.2.1.3
|
Meerdaagse evenementenvergunning zonder publicatie
|
648,90
|
|
|
|
3.2.1.4
|
Meerdaagse evenementenvergunning met publicatie
|
681,00
|
|
|
|
3.2.2
|
in artikel 4:3 (ontheffing incidentele festiviteiten) en/of 4:5 (ontheffing onversterkte muziek)
|
|
|
|
|
3.2.2.1
|
Ontheffing voor één dag
|
120,70
|
|
|
|
3.2.2.2
|
Ontheffing voor maximaal zes dagen
|
169,10
|
|
|
|
3.2.2.3
|
Ontheffing voor zeven of meer dagen
|
217,30
|
|
|
|
3.2.3
|
in artikel 4:6 (overig geluidshinder):
|
|
|
|
|
3.2.3.1
|
Ontheffing voor één dag
|
217,30
|
|
|
|
3.2.3.2
|
Ontheffing voor meerdere dagen tot een maximum van 30 dagen
|
265,70
|
|
|
|
3.2.3.3
|
Ontheffing voor meer dan 30 dagen
|
314,10
|
|
|
|
3.2.4
|
ingevolge artikel 5:23 van de Algemene Plaatselijke verordening (rommelmarkten e.d.)
|
98,10
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven
|
|
3.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:
|
|
|
|
|
3.3.1
|
een expoitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3:4, eerste lid van de Algemene Plaatselijke Verordening, anders dan een wijziging als bedoeld in 3.3.2
|
|
|
|
|
3.3.1.1
|
voor een seksinrichting
|
1.501,20
|
|
|
|
3.3.1.2
|
voor een escortbedrijf
|
831,70
|
|
|
|
3.3.2
|
wijziging van een exploitatievergunning in verband met uitsluitend een wijziging van het beheer in een seksinrichting of escortbedrijf, als bedoeld in artikel 3:15, tweede lid van de APV
|
|
|
|
|
3.3.2.1
|
voor een seksinrichting
|
185,80
|
|
|
|
3.3.2.1
|
voor een escortbedrijf
|
185,80
|
|
|
|
3.3.3
|
Op 3.3.1.1 en 3.3.1.2 is van toepassing dat dit tarief geldt voor een vergunning voor de periode van drie jaren of zoveel korter als de vergunning noodzakelijkerwijs vervangen dient te worden.
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 4 Huisvestingswet
|
|
3.4.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een
|
|
|
|
|
3.4.1.1
|
splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 22 van de Huisvestingswet 2014
|
201,20
|
|
|
|
3.4.1.2
|
omzettingsvergunning als bedoeld in artikel 21. lid c van de Huisvestingswet 2014
|
201,20
|
|
|
|
3.4.1.3
|
woningvormingsvergunning als bedoeld in artikel 21, lid d van de Huisvestingswet 2014
|
201,20
|
|
|
|
3.4.1.4
|
urgentieverlening als bedoeld in artikel 12 van de Huisvestingswet 2014
|
91,30
|
|
|
|
|
|
|
Behorende bij het raadsbesluit van 13 december 2018,
|
|
|
|
|
|
|
|
De raadsgriffier van de gemeente Nieuwegein,
|
|