Wijziging van de Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen (Verordening parkeerbelastingen 2008)

De raad van de gemeente Den Haag,

gezien het voorstel van het college van 9 oktober 2018,

gelet op de artikelen 216, 225 en 234 van de Gemeentewet,

besluit vast te stellen de Verordening tot wijziging van de Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen (Verordening parkeerbelastingen 2008):

Artikel I

De Verordening op de heffing en invordering van parkeergelden 2008 (Verordening parkeerbelastingen 2008) wordt gewijzigd als volgt:

A In artikel 11, eerste lid wordt “€ 62,00” vervangen door: € 61,00.

Artikel II

De tarieventabel behorende bij de Verordening op de heffing en invordering van parkeergelden 2008 (Verordening parkeerbelastingen 2008) wordt gewijzigd als volgt:

A In onderdeel 1.A. wordt “€ 2,15” vervangen door: € 2,25 en wordt “€ 2,70” vervangen

door: € 4,50.

B In onderdeel 1.B. wordt “€ 2,15” vervangen door: € 2,25.

C In onderdeel 1.C. wordt “€ 1,75” vervangen door: € 1,85 en wordt “€ 2,15” vervangen

door: € 2,25.

D In onderdeel 1.D. wordt “€ 3,50” vervangen door: € 3,60.

E In onderdeel 1.E. wordt “€ 1,70” vervangen door: € 1,85.

F In onderdeel 1.G. wordt “€ 1,75” vervangen door: € 1,85.

G Onderdeel 2. wordt als volgt gewijzigd:

1 In onderdeel 2.1. wordt “€ 21,70” vervangen door: € 21,80.

2 In onderdeel 2.2. wordt “€ 3,50” vervangen door: € 3,60 en wordt “€ 21,70” vervangen door: € 21,80.

H Onderdeel 3.A. wordt als volgt gewijzigd:

• 1. In onderdeel 3.A.1.a. wordt “€ 24,00” vervangen door: € 24,80.

• 2. In onderdeel 3.A.1.b. wordt “€ 29,35” vervangen door: € 30,30.

• 3. In onderdeel 3.A.2.a. wordt “€ 18,35” vervangen door: € 18,95.

• 4. In onderdeel 3.A.2.b. wordt “€ 24,00” vervangen door: € 24,80.

I 1 In onderdeel 3.B.1. wordt “€ 3,10” vervangen door: € 5,00.

2 In onderdeel 3.B.2. wordt “€ 18,05” vervangen door: € 22,50.

J 1 In onderdeel 3.C.1. wordt “€ 4,75” vervangen door: € 4,90.

2 In onderdeel 3.C.2. wordt “€ 76,35” vervangen door: € 50,00.

K In onderdeel 3.D. onder 1., onder 2. en onder 3.wordt “€ 1,05” vervangen door: € 1,10.

L In onderdeel 3.E. wordt “€ 7,10” vervangen door: € 7,35.

M In onderdeel 3.F. wordt “€ 12,90” vervangen door: € 13,30.

N In onderdeel 3.G. wordt “€ 51,35” vervangen door: € 53,00.

O Onderdeel 3.H. wordt als volgt gewijzigd:

• 1. In onderdeel 3.H.1. wordt “€ 11,40” vervangen door: € 11,75.

• 2. In onderdeel 3.H.2. wordt “€ 70,20” vervangen door: € 72,50.

• 3. In onderdeel 3.H.3. wordt “€ 285,30” vervangen door: € 294,55.

P In onderdeel 3.K.2 wordt “€ 75,00” vervangen door: € 50,00.

Artikel III

• 1. Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2019, met dien verstande dat de bepalingen die op grond van deze verordening worden gewijzigd van kracht blijven voor de tijdvakken waarvoor zij hebben gegolden.

• 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2019.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 8 november 2018,

De griffier, Lilianne Blankwaard-Rombouts en de voorzitter, Pauline Krikke