Nadere regels op grond van artikel 3 c van de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren Utrechtse Heuvelrug 2014.

Het college is op grond van artikel 3 c bevoegd om de wijze van berekenen van de kosten voor het herstel, beheer, onderhoud en degeneratiekosten van de openbare ruimte die het rechtstreekse gevolg zijn van de uitgevoerde werkzaamheden vast te stellen. Het college gaat daarbij uit van:

• 1. de tarieven zoals gegeven in de VNG Richtlijn ‘ tarieven (graaf)werkzaamheden telecom’, deze tarieven worden voor alle netbeheerders gehanteerd. Hierbij geldt herstel volgens het principe:  herstel en onderhoud uitgevoerd door de gemeente.Voor de berekening van de kosten wordt er gerekend met een minimale sleufbreedte van 0.60 meter bij elementverhardingen en een minimale sleufbreedte van 0.50 meter bij bermen en groenvoorzieningen.

• 2. Indien de werkelijke sleufbreedte breder is wordt gerekend met de breedte van de werkelijke sleufbreedte.  

• 3. De hoogte van deze tarieven wordt jaarlijks vastgesteld door de VNG.

• 4. Voor asfalt, halfverharding en sierbestrating worden de kosten doorberekend aan de vergunninghouder op basis van de werkelijke kosten.

• 5. Voor herstel van bermen/gazon geldt dat voor werkvakken die kleiner dan 25 m2 zijn dat de netwerkbeheerder het herstel zelf mag uitvoeren. Voor werkvakken van 25 m2 en groter wordt herstel berekend conform tarief D3 uit de VNG Richtlijn.

Op 15 mei 2014 zijn de Nadere regels Ondergrondse Infrastructuren Utrechtse Heuvelrug 2014 voor het eerst in werking getreden.

Deze wijziging is vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrechtse Heuvelrug op 13 november 2018.