Gemeenteblad van Rotterdam
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Rotterdam | Gemeenteblad 2018, 25303 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Rotterdam | Gemeenteblad 2018, 25303 | Verordeningen |
Besluit Kader bescherming publieke taak raadsleden Rotterdam 2017
vast te stellen het Kader bescherming publieke taak raadsleden Rotterdam 2017.
Indien naar het oordeel van een raadslid sprake is van onrechtmatig handelen jegens hemzelf, een familielid dan wel jegens een ander raadslid, verband houdende met de uitoefening van het raadslidmaatschap, hetgeen ten gevolge kan hebben dat het raadslid wordt beperkt in de vrijheid van de uitoefening van zijn publieke taak, dan doet hij hiervan melding bij de griffier. De griffier stelt de burgemeester op de hoogte van de melding.
De omschrijving van onrechtmatig handelen is ruimer dan enkel strafbare feiten. Ook handelingen die niet onder de strikte delictsomschrijving van de strafwet vallen (vanwege bijvoorbeeld het lastig kunnen aantonen van het opzetvereiste), kunnen immers raadsleden onrechtmatig hinderen. Het onrechtmatig handelen kan in zulke gevallen dan vaak wel worden gekwalificeerd als een onrechtmatige daad zoals genoemd in artikel 6:162 Burgerlijk Wetboek. Als bijvoorbeeld in een krant op basis van onzorgvuldig onderzoek een artikel wordt gepubliceerd dat een raadslid in diskrediet brengt, dan zal er geen sprake zijn van bedreiging (alhoewel deze bedreiging wel van derden afkomstig kan zijn), noch van belediging. Het onrechtmatige zit dan vooral in het onzorgvuldige karakter van het gedane onderzoek, zodat de publicatie van de krant wel kan worden gekwalificeerd als een onrechtmatige daad.
Het betrokken raadslid dient zelf aangifte te doen van het strafbare feit dat op hem betrekking heeft. De griffier kan daarbij een ondersteunende en adviserende rol vervullen. Bij het doen van aangifte kan het betrokken raadslid domicilie kiezen op het adres van de gemeente Rotterdam.
Strafbare feiten die worden gekwalificeerd als “klachtdelicten”, kunnen alleen worden vervolgd door het Openbaar Ministerie, indien het slachtoffer zélf aangifte heeft gedaan, en daarbij aangeeft dat deze wenst dat er wordt vervolgd. De aangifte kan ook worden gedaan door middel van een schriftelijke volmacht. Onder meer belediging, smaad, laster en stalking zijn klachtdelicten. Geen klachtdelicten zijn mishandeling, vernieling (tenzij er familieverwantschap is tussen dader en slachtoffer) en bedreiging (tenzij er sprake is van het specifieke bedreigingsdelict “chantage”). Van strafbare feiten die niet als een klachtdelict worden gekwalificeerd, kan een ieder aangifte doen. Het is wel wenselijk dat het raadslid zelf aangifte doet, vanwege de kennis die hij heeft als slachtoffer van de feiten en omstandigheden van het onrechtmatig handelen. Het betrokken raadslid kan te allen tijden besluiten aangifte te doen.
Indien de gemeenteraad als geheel wordt getroffen door onrechtmatig handelen een strafbaar feit inhoudende, dan treedt de griffier in overleg met concerndirecteur Veiligheid over het doen van aangifte.
Ook als het onrechtmatig handelen gericht is op één raadslid, kan de gemeenteraad in zijn geheel worden getroffen. Immers het functioneren van de lokale democratie wordt dan geraakt. Alsdan kan, naast de aangifte die het betrokken raadslid doet, ook aangifte worden gedaan door de gemeente Rotterdam. De algemeen directeur is gemachtigd om aangifte te doen, en deze bevoegdheid is ondergemachtigd aan concerndirecteur Veiligheid (directeur van directie Veilig).
Indien het onrechtmatig handelen is gericht op de gemeenteraad als geheel, dan wel de gemeenteraad in zijn geheel raakt, dan kan bij raadsbesluit worden besloten dat zal worden overgegaan tot het aanspannen van een rechtszaak tegen bij de onrechtmatige handeling betrokken personen of instanties.
Indien het onrechtmatig handelen een strafbaar feit is, dan beslist het Openbaar Ministerie of er vervolgd wordt en er dus een strafzaak komt. Een onrechtmatig handelen kan echter ook aanleiding zijn tot een civiele rechtszaak, waarbij bijvoorbeeld op grond van onrechtmatige daad een schadevergoeding kan worden gevorderd, dan wel een rectificatie, een verbod en een dwangsom. Alsdan kan de gemeenteraad besluiten dat wordt overgegaan tot het aanspannen van een civiele rechtszaak. De gemeente Rotterdam is dan als publiekrechtelijke rechtspersoon partij in de civiele rechtszaak.
Ook als het onrechtmatig handelen gericht is op één raadslid, kan de gemeenteraad in zijn geheel worden getroffen. Onafhankelijk van het besluit van de gemeenteraad om al dan niet een rechtszaak aan te spannen, kan het betrokken raadslid altijd beslissen dat hij zelf in eigen naam een rechtszaak zal aanspannen. De griffier kan hierbij een adviserende rol vervullen.
Indien een raadsbesluit vanwege zwaarwegende omstandigheden niet kan worden afgewacht, dan kan de griffier, in overleg met de voorzitter van de raad, in overleg treden met hoofd Juridische Diensten teneinde te besluiten tot het aanspannen van een rechtszaak. De griffier informeert alsdan de gemeenteraad zo spoedig mogelijk over het onrechtmatig handelen en de rechtszaak. De griffier agendeert het advies tot het aanspannen van een rechtszaak, na tussenkomst van het presidium, voor de eerstvolgende reguliere raadsvergadering.
Van zwaarwegende omstandigheden kan sprake zijn, indien bijvoorbeeld een onrechtmatige publicatie jegens de gemeenteraad en daarmee jegens de gemeente Rotterdam via een verbod dient te worden tegen gehouden. De spoed die dan geboden is, kan dan ertoe leiden, dat een raadsbesluit niet kan worden afgewacht.
Het hoofd Juridische Diensten is namens het college gemandateerd om te besluiten tot het voeren van een rechtsgeding.
De griffier overlegt met de burgemeester of er concrete maatregelen kunnen worden genomen tegen de personen en instanties die de handeling als bedoeld in artikel 1 hebben gedaan, zoals het geven van een mondelinge of schriftelijke waarschuwing en het (tijdelijk) beperken van de toegang tot de gemeentelijke gebouwen.
Dit gemeenteblad 2018, nummer 9, is uitgegeven op 18 januari 2018 en ligt op dins-, woens- en donderdagen van 9.00 tot 13.00 uur ter inzage bij het Bestuurlijk Informatiecentrum Rotterdam (BIR), locatie Wachtruimte Timmerhuis, Halve Maanpassage 1 (trap op, melden bij Informatiebalie)
(Zie ook: www.bis.rotterdam.nl – Regelgeving of Gemeentebladen chronologisch)
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2018-25303.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.