Verordening op de heffing en de invordering van leges 2019

De raad van de gemeente Olst-Wijhe;

 

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 23 oktober 2018;

 

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a en b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet

BESLUIT

 

Vast te stellen de volgende verordening:

 

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2019

(Legesverordening 2019)

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    ’dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    ’week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    ’maand’: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • d.

    ’jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

  • 1.

    Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

    • a.

      het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

    • b.

      het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

    • c.

      het gebruik overeenkomstig de bestemming van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen of van voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn;

    een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

  • 2.

    Hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht of de gebruiker van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen of van voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    stukken en legalisaties van handtekeningen op stukken betreffende militaire zaken;

  • b.

    diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend;

  • c.

    het raadplegen van de bij de gemeente berustende registers, leggers en plankaarten van de Dienst van het kadaster en de openbare registers door ambtenaren in de uitoefening van hun functie van het rijk, de provincie, een gemeente of waterschap;

  • d.

    het afgeven van stukken, nodig voor de ontvangst van pensioenen, lijfrenten, wachtgelden, loon, bezoldiging of andere periodieke uitkeringen;

  • e.

    het afgeven van beschikkingen op verzoekschriften en bezwaarschriften ter zake van plaatselijke belastingen;

  • f.

    de aan belanghebbende uit te reiken stukken, beschikkingen, afschriften daarvan houdende aanstelling, benoeming, bevordering, ontslag, toekenning van bezoldiging, vergoeding of toelage, dan wel verhoging hiervan met betrekking tot enige gemeentelijke functie of dienstverrichting jegens de gemeente;

  • g.

    de aan belanghebbende uit te reiken stukken, beschikkingen of afschriften daarvan houdende beslissing op een verzoek om subsidie uit de gemeentekas;

  • h.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet op de ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1.

    De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

  • 1.

    Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

  • 2.

    Voor de toepassing van artikel 28, vierde lid, van de Invorderingswet 1990 wordt de teruggaaf van leges, bedoeld in het eerste lid, aangemerkt als een vermindering van de belastingaanslag.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 2.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 3.

      onderdeel 1.4.5 (papieren verstrekking uit basisregistratie personen);

    • 4.

      onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 5.

      hoofdstuk 16 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Overgangsrecht

  • 1.

    De ‘Legesverordening 2018’ vastgesteld door de gemeenteraad op 4 december 2017 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13 Inwerkingtreding

1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2019.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Legesverordening 2019’.

 

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering d.d. 12 november 2018.

De raad voornoemd,

de griffier,

B.A. Duursma

de voorzitter,

A.G.J. Strien

Tarieventabel

Behorende bij de “Verordening op de heffing en de invordering van leges 2019”, door de gemeenteraad vastgesteld op 12 november 2018, nr. 10220-2018.

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op:

 

1.1.1.1

maandag tot en met vrijdag tussen 09:00 en 16:00

€ 332,30

1.1.1.2

maandag tot en met vrijdag na 16:00

€ 498,60

1.1.1.3

op zaterdagen en niet-werkdagen

€ 498,60

1.1.1.4

op woensdag en vrijdag tussen 8:00 en 9:00

nihil

1.1.2

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk indien daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte op:

 

1.1.2.1

maandag tot en met vrijdag tussen 09:00 en 16:00

€ 332,30

1.1.2.2

maandag tot en met vrijdag na 16:00

€ 498,60

1.1.2.3

op zaterdagen en niet-werkdagen

€ 498,60

1.1.2.4

op woensdag en vrijdag tussen 8:00 en 9:00

nihil

1.1.3

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek op:

 

1.1.3.1

maandag tot en met vrijdag tussen 09:00 en 16:00

€ 332,30

1.1.3.2

maandag tot en met vrijdag na 16:00

€ 498,60

1.1.3.3

op zaterdagen en niet-werkdagen

€ 498,60

1.1.4

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek

 

1.1.4.1

maandag tot en met vrijdag tussen 09:00 en 16:00

€ 332,30

1.1.4.2

maandag tot en met vrijdag na 16:00

€ 498,60

1.1.4.3

op zaterdagen en niet-werkdagen

€ 498,60

1.1.5

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

 

1.1.5.1

een trouwboekje of partnerschapboekje zonder omslag

€ 6,15

1.1.5.2

een trouwboekje of partnerschapboekje in een luxe uitvoering

€ 12,30

1.1.5.3

Een trouwboekje in een leren uitvoering

€ 30,05

1.1.6

Het tarief voor ambtelijk laten getuigen bij een huwelijk of geregistreerd partnerschap bedraagt per ambtenaar

€ 21,65

1.1.7

Het tarief bedraagt voor het doen van nasporingen in de registers van de burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 16,15

1.1.8

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

 

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

1.2

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

 

1.2.1

van een nationaal paspoort:

 

1.2.1.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 66,70

1.2.1.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 53,10

1.2.2

van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):

 

1.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 66,70

1.2.2.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 53,10

1.2.3

van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

 

1.2.3.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 66,70

1.2.3.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 53,10

1.2.4

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 53,10

1.2.5

van een Nederlandse identiteitskaart:

 

1.2.5.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 52,20

1.2.5.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 29,65

1.2.6

voor de versnelde uitreiking van een in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemd document, zijnde een toeslag op de in die onderdelen genoemde bedragen:

€ 48,60

 

1.2.7

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een card dispenser voor een Nederlandse identiteitskaart

€ 0,60

1.2.8

vervallen

 

1.2.9

vervallen

 

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€ 39,75

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag van

€ 34,10

1.3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een formulier voor een gezondheidsverklaring, betreffende lichamelijke en geestelijke geschiktheid tot het besturen van motorvoertuigen

€ 38,20

1.3.4

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt indien de aanvrager bij aanvraag het reeds eerder verstrekte rijbewijs, anders dan door overmacht, niet kan overleggen vermeerderd met een bedrag van

€ 24,60

1.3.5

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een card dispenser voor een rijbewijs

€ 0,60

1.3.6

De verhogingen genoemd in onderdeel 1.3.2 en 1.3.4 zijn in voorkomend geval cumulatief verschuldigd.

 

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

 

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 11,05

1.4.3

Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens over één persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen.

 

1.4.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.4.4.1

tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking

€ 11,05

1.4.5

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen

€ 7,50

1.4.6

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 16,15

1.4.7

Het tarief bedraagt voor het op verzoek vervaardigen van een selectie (steekproef) uit de basisregistratie personen, per selectie

€ 484,30

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister

1.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager als kiezer bedoeld in artikel D4 van de Kieswet

€ 11,05

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

Vervallen

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.7.1.1

een afschrift van de gemeentebegroting

€ 20,00

1.7.1.2

een afschrift van de productenraming

€ 30,00

1.7.1.3

een afschrift van de jaarstukken

€ 20,00

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.8.1.1

een fotokopie van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan:

 

1.8.1.1.1

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde in zwart-wit

€ 0,38

1.8.1.1.2

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde in kleur

€ 0,64

1.8.1.1.3

In formaat A3 per bladzijde in zwart/wit

€ 0,64

1.8.1.1.4

In formaat A3 per bladzijde in kleur

€ 1,13

1.8.1.2

een lichtdruk van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan, per dm² lichtdruk

€ 14,60

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit:

 

1.8.2.1

de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen, per adres of object

€ 5,65

1.8.2.2

de legger bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet

€ 2,99

1.8.2.3

Het tarief bedraagt voor het op verzoek verstrekken van schriftelijke perceelsgebonden informatie omtrent bestemmingsplannen, voorbereidingsbesluiten, monumenten, beschermde stads- en dorpsgezichten, aanschrijvingen, bodemonderzoeken en onder- en bovengrondse tanks, per adres of object

€ 46,30

1.8.2.4

het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, per adres of object

€ 16,15

1.8.3

Het tarief bedraagt voor:

 

1.8.3.1

het op verzoek doen van nasporing in het gemeentelijk kadaster voor ieder daaraan besteed aangebroken kwartier

€ 16,15

1.8.3.2

het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van inlichtingen omtrent het gemeentelijke relatiebestand adres-kadastraal perceel of delen daarvan, per gelegde relatie per inlichting

€ 16,15

Hoofdstuk 9 Overige Publiekszaken

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.9.1

tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag

€ 41,35

1.9.2

vervallen

 

1.9.3

tot het legaliseren van een handtekening

€ 11,05

1.9.4

Tot het verkrijgen van een bewijs van Nederlanderschap, niet bestemd tot reisdocument

€ 11,05

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

1.10.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 16,15

1.10.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraagt tot het verstrekken van een uittreksel, afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk, per pagina:

 

1.10.2.1

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde in zwart-wit

€ 0,38

1.10.2.2

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde in kleur

€ 0,64

1.10.2.3

In formaat A3 per bladzijde in zwart/wit

€ 0,64

1.10.2.3

In formaat A3 per bladzijde in kleur

€ 1,13

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet

Niet van toepassing

Hoofdstuk 12 Leegstandwet

1.12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.12.1.1

tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

€ 88,65

1.12.1.2

tot het verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, negende lid, van de Leegstandwet

€ 88,65

1.12.2

Indien aanvragen als bedoeld in de subonderdelen 1.12.1.1 en 1.12.1.2 gelijktijdig worden ingediend en woonruimten in hetzelfde gebouw,

zoals een flat, een school of een kantoor betreffen, worden de in die subonderdelen bedoelde leges slechts eenmaal geheven. Dit geldt ook als het gaat om een geheel van huurwoningen bestemd voor sloop of renovatie waarvoor gelijktijdig aanvragen worden ingediend.

 

Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie

1.13

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.13.1

tot het instemmen met het wijzigen of omzetten van een door de gemeente gegarandeerde hypothecaire geldlening

€ 30,00

Hoofdstuk 14 Standplaatsen

Verplaatst, zie titel 3 hoofdstuk 5

Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet

Verplaatst, zie titel 3 hoofdstuk 6

Hoofdstuk 16 Kansspelen

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

 

1.16.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat

€ 56,50

1.16.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat

€ 56,50

 

en voor de tweede kansspelautomaat

€ 34,00

1.16.1.3

voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd

€ 226,50

1.16.1.4

voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, voor de eerste kansspelautomaat

€ 226,50

 

en voor de tweede kansspelautomaat

€ 136,00

1.16.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 46,80

Hoofdstuk 17 AVOI

1.17.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag als bedoeld in artikel 2.2 van de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuur 2015 van de gemeente Olst-Wijhe

€ 226,00

1.17.1.1

Bij een kabellengte tot 50.000 meter wordt het tarief van onderdeel 1.17.1, indien het betreft werkzaamheden in tegel-, klinker- en sierbestratingen, alsmede gesloten verhardingen en voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met

€ 3,04

1.17.1.2

Bij een kabellengte tot 50.000 meter wordt het tarief van onderdeel 1.17.1, indien het betreft werkzaamheden in bermen, groenstroken en dergelijke en voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met

€ 1,93

1.17.1.3

Bij een kabellengte van 50.000 meter of meer wordt het tarief van onderdeel 1.17.1 verhoogd met het bedrag als opgenomen in een ter zake opgestelde projectbegroting, waarin de geraamde kosten voor de behandeling van de melding worden vastgesteld.

 

1.17.1.3.1

Indien een begroting als bedoeld in onderdeel 1.17.1.3 is uitgebracht, wordt de melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

1.17.1.4

indien met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, wordt het tarief van onderdeel 1.171.1 verhoogd met

€ 220,75

1.17.1.5

indien de melder verzoekt om een inhoudelijke afstemming bij de beoordeling van aanvragen, vooroverleg, wordt het tarief van onderdeel 1.17.1 verhoogd met

€ 218,40

1.17.1.6

indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, wordt het tarief van onderdeel 1.171.1 verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

1.17.1.6.1

Indien een begroting als bedoeld in onderdeel 1.17.1.6 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer

1.18

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.18.1

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

€ 38,25

1.18.2

tot het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 22 Wet vervoer gevaarlijke stoffen

€ 76,35

1.18.3

tot het verstrekken van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€ 89,55

1.18.3.1

indien bij de herbeoordeling (of iemand nog steeds in aanmerking komt voor een gehandicaptenparkeerkaart) op grond van de in onderdeel 1.18.3 bedoelde aanvraag blijkt dat er geen extern medisch advies hoeft te gevraagd, bestaat er aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De leges bedragen in dit geval:

€ 12,00

1.18.3.2

indien de in onderdeel 1.18.3 bedoelde aanvraag na medisch onderzoek wordt afgewezen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De leges bedragen in dit geval:

€ 77,55

Hoofdstuk 19 Kinderopvang

Verplaatst, zie titel 3 hoofdstuk 7

Hoofdstuk 20 Passantenhaven Wijhe

1.20.1

Voor een seizoenligplaats in de passantenhaven van Wijhe bedraagt het tarief voor een geheel seizoen

€ 350,00

1.20.2

Voor een passanten-overnachtingsplaats in de passantenhaven van Wijhe bedraagt het tarief per nacht per vaartuig

€ 9,50

1.20.2.1

Voor vaartuigen langer dan 10 meter geldt aanvullend op het tarief 1.20.2 een toeslag per meter (naar boven afgerond op hele meters) per nacht per vaartuig van

€ 0,50

1.20.3

Voor een camper-overnachtingsplaats bij de passantenhaven van Wijhe bedraagt het tarief per nacht per camper

€ 8,50

Hoofdstuk 21 Diversen

1.21.1

Het tarief bedraagt voor de inschrijving met betrekking tot de uitgifte van woningbouwkavels

€ 50,00

1.21.2

Vervallen

 

1.21.3

vervallen

 

1.21.4

vervallen

 

1.21.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.21.5.1

gewaarmerkte afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 2,94

1.21.5.2

afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

 

1.21.5.2.1

per pagina op papier van A4 formaat zwart/wit

€ 0,38

 

per pagina op papier van A4 formaat kleur

€ 0,64

1.21.5.2.2

per pagina op papier van A3 formaat zwart/wit

€ 0,64

 

per pagina op papier van A3 formaat kleur

€ 1,13

1.21.5.3

kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in onderdelen 1.19.2.1 en 1.19.2.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk van:

 

1.21.5.3.1

A-2 formaat

€ 1,21

1.21.5.3.2

A-1 formaat

€ 2,36

1.21.5.3.3

A-0 formaat

€ 4,70

1.21.5.3.4

voor het formaat groter dan A-0

€ 14,60

1.21.5.4

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 48,20

1.21.5.5

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 5,50

1.21.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor:

 

1.21.6.1

het verstrekken van een vergunning voor het inzamelen van kleding in de gemeente:

a. voor een dag

€ 0,00

 

b. voor een week of deel van een week, maar meer dan één dag

€ 0,00

 

c. voor een maand of deel van een maand, maar meer dan een week

€ 0,00

 

d. voor een jaar of deel van het jaar, maar meer dan een maand

€ 0,00

1.21.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor::

 

1.21.7.1

het verstrekken van een vergunning voor collecteren in de gemeente:

a. voor een dag

€ 0,00

 

b. voor een week of deel van week, maar meer dan één dag

€ 0,00

 

c. voor een maand of deel van maand, maar meer dan een week

€ 0,00

 

d. voor een jaar of deel van jaar, maar meer dan een maand

€ 0,00

1.21.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor:

 

1.21.8.1

een ontheffing van het vastgestelde sluitingsuur:

a. voor 1 dag, per keer

€ 57,60

 

b.1 vaste dag in de week, per maand

€ 120,60

 

c.1 vaste dag in de week, per jaar

€ 183,90

1.21.9

Het tarief bedraagt voor:

 

1.21.9.1

het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een gedoogbesluit voor het permanent wonen in een recreatiewoning voor bepaalde tijd (met een maximum van zes maanden)

€ 74,90

1.21.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor:

 

1.21.10.1

het plaatsen van voorwerpen op de weg als bedoeld in artikel 2:10, van de Algemene plaatselijke verordening

€ 48,20

1.21.10.2

een ontheffing voor wedstrijden op de weg (Wegenverkeerswet 1994)

€ 0,00

1.21.10.3

het aanwijzen van verkeersregelaars bij evenementen via de groslijst (regeling verkeersregelaars 2009)

€ 0,00

1.21.10.4

het aanwijzen van een verkeersregelaar voor de periode van een jaar met een aanstellingspas (regeling verkeersregelaars 2009)

€ 0,00

1.21.10.5

een ontheffing voor het verbranden van afvalstoffen als bedoeld in artikel 5:34 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 0,00

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

 

2.1.1.1

aanlegkosten:

 

 

de aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het aanleggen) van de werken of de werkzaamheden, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van de werken of de werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;

 

2.1.1.2

bouwkosten:

 

 

de aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;

 

2.1.1.3

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

 

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

 

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

 

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

2.2.1

om beoordeling van een schetsplan in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is

€ 0,00

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 

 

 

 

2.3.1

Bouwactiviteiten

 

2.3.1.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

 

2.3.1.1.1

indien de bouwkosten niet meer dan € 1.000,-- bedragen

€ 103,40

2.3.1.1.2

bij bouwkosten van € 1.000,- of meer, doch minder dan € 10.000,-,

van de bouwkosten

4%

 

met een minimum van

€ 103,40

2.3.1.1.3

bij bouwkosten van € 10.000,- of meer, doch minder dan € 50.000,-,

van de bouwkosten

2,5%

 

met een minimum van

€ 400,00

2.3.1.1.4

bij bouwkosten van € 50.000,- of meer, doch minder dan € 100.000,-,

van de bouwkosten:

2,1%

 

met een minimum van

€ 1.250,00

2.3.1.1.5

bij bouwkosten van € 100.000,- of meer, doch minder dan € 1.000.000,-,

van de bouwkosten:

1,6%

 

met een minimum van

€ 2.100,00

2.3.1.1.6

bij bouwkosten van € 1.000.000,- of meer, van de bouwkosten:

1,4%

 

met een minimum van

€ 16.000,00

2.3.1.2

Leges welstand

vervallen

 

 

 

 

Verplicht advies agrarische commissie

 

2.3.1.3

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld:

€ 0,00

 

 

 

 

Achteraf ingediende aanvraag

 

2.3.1.4

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:

10%

 

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges, met een maximum van:

€ 1.020,00

 

 

 

 

Beoordeling aanvullende gegevens

 

2.3.1.5

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen:

€ 0,00

 

 

 

2.3.2

Aanlegactiviteiten

 

 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

 

2.3.2.1

voor een aanlegvergunning voor werken met een oppervlakte tot 1.000 m2

€ 247,05

2.3.2.2

voor een aanlegvergunning voor werken met een oppervlakte van 1.000 m2 en meer

€ 874,25

 

 

 

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

 

 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 en het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

 

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 278,65

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):

€ 278,65

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 8.357,75

2.3.3.4

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 428,75

2.3.3.5

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 428,75

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 428,75

2.3.3.7

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 428,75

 

 

 

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

 

 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

 

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 278,65

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):

€ 278,65

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 8.357,75

2.3.4.4

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 428,75

2.3.4.5

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 428,75

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 428,75

2.3.4.7

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 428,75

 

 

 

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

 

2.3.5.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 283,60

2.3.5.2

Voor het verlenen van een toestemming als hier bedoeld, wordt het in onderdeel 2.3.5.1 genoemde bedrag verhoogd voor bouwwerken in inrichtingen met een gebruiksoppervlakte:

 

 

tot en met 100 m²

€ 225,70

 

van 101 tot en met 500 m²

vermeerderd met € 1,31 per m² of gedeelte daarvan boven 100 m²

€ 225,70

 

van 501 tot en met 2.000 m²

vermeerderd met € 0,68 per m² of gedeelte daarvan boven 500 m²

€ 809,40

 

van 2.001 tot en met 5.000 m²

vermeerderd met € 0,41 per m² of gedeelte daarvan boven 2.000 m²

€ 1.950,60

 

van 5.001 tot en met 50.000 m²

vermeerderd met € 0,033 per m² of gedeelte daarvan boven 5.000 m²

€ 3.298,10

 

boven 50.000 m²

vermeerderd met € 0,021 per m² of gedeelte daarvan boven 50.000 m²

€ 4.980,75

2.3.5.3

In afwijking van onderdeel 2.3.5.1 en 2.3.5.2 zijn geen leges verschuldigd voor het plaatsen van een tijdelijk bouwsel van maximaal 100 m², waarbij minimaal 30% van de omtrek over de volle hoogte open is.

 

 

 

 

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

 

2.3.6.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wabo in samenhang met de provinciale verordening of de Monumentenverordening 2010 van de gemeente Olst-Wijhe, bedraagt het tarief voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 545,00

2.3.6.2

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit waarvoor op grond van het geldende bestemmingsplan alleen een omgevingsvergunning kan worden verleend nadat hierover advies is uitgebracht door de monumentencommissie, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 545,00

 

 

 

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

 

 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 265,35

 

 

 

2.3.8

Aanleggen of veranderen weg

 

 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo in samenhang met de provinciale verordening of artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 30,95

 

 

 

2.3.9

Kappen

 

 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo in samenhang met de provinciale verordening, het geldende bestemmingsplan of artikel 4.11 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 52,20

 

 

 

2.3.10

Opslag van roerende zaken

 

 

vervallen

 

 

 

 

2.3.11

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

 

2.3.11.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 0,00

2.3.11.2

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 0,00

 

 

 

2.3.12

Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet

 

 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 0,00

 

 

 

2.3.13

Andere activiteiten

 

 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

 

2.3.13.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 31,05

2.3.13.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 31,05

2.3.13.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 31,05

2.3.13.2.2

als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

 

2.3.14

Omgevingsvergunning in twee fasen

 

 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.14.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft.

 

2.3.14.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

 

 

 

 

2.3.15

Beoordeling bodemrapport

 

 

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

 

2.3.15.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

€ 341,30

2.3.15.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

€ 341,30

 

 

 

2.3.16

Advies

 

2.3.16.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.3.16.2

Indien een begroting als bedoeld in onderdeel 2.3.16.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

 

2.3.17

Verklaring van geen bedenkingen

 

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

 

2.3.17.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€ 277,10

2.3.17.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.3.17.2

Indien een begroting als bedoeld in onderdeel 2.3.17.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Hoofdstuk 3a Bouwvergunning tweede fase

Vervallen

Hoofdstuk 4 Vermindering

2.4.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.

 

2.4.2

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.16 en 2.3.17. De vermindering bedraagt:

 

2.4.2.1

bij 5 tot 10 activiteiten:

2%

 

van de voor die activiteiten verschuldigde leges.

 

2.4.2.2

bij 10 tot 15 activiteiten:

3%

 

van de voor die activiteiten verschuldigde leges.

 

2.4.2.3

bij 15 of meer activiteiten:

5%

 

van de voor die activiteiten verschuldigde leges.

 

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking of niet-ontvankelijk verklaren van aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

 

Als een aanvrager zijn aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2 en 2.3.7 intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, of als deze door de gemeente niet-ontvankelijk wordt verklaard, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

 

50%

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteiten verschuldigde leges.

 

2.5.1.3

Als op advies van de gemeente de aanvraag wordt ingetrokken, worden de legeskosten hiervan in mindering gebracht op de legeskosten van de nieuwe aanvraag voor hetzelfde bouwwerk dat binnen 12 maanden na intrekking of op een later tijdstip ten gevolge van een procedure, echter binnen 6 maanden na afloop van die procedure wordt ingediend.

 

 

 

 

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

 

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2 en 2.3.7 intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 12 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

 

50%

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

 

 

 

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

 

50%

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

 

 

 

 

2.5.4

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

 

 

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.16 en 2.3.17 wordt geen teruggaaf verleend.

 

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het geheel of gedeeltelijk intrekken van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:

€ 33,85

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project

€ 296,20

Hoofdstuk 7a Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging tenaamstelling

2.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van de tenaamstelling van een verleende vergunning

€ 33,85

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

2.8.1

(Partiële) herziening bestemmingsplan

 

2.8.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening, tenzij de kosten anderszins verrekend zijn:

€ 8.357,75

2.8.2

Wijziging bestemmingsplan

 

2.8.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid onder a, van de Wet ruimtelijke ordening, tenzij de kosten anderszins verrekend zijn:

€ 8.357,75

2.8.3

Het tarief als bedoeld in onderdeel 2.8.1.1 en onderdeel 2.8.2.1 wordt verhoogd met een facultatief bedrag per aanvraag, afhankelijk van de voor de aanvraag vereiste onderzoeken en te verrichten werkzaamheden door derden. Het tarief wordt, voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag, aan aanvrager meegedeeld middels een kostenbegroting. De aanvraag wordt in behandeling genomen nadat aanvrager de kostenbegroting voor akkoord getekend heeft geretourneerd.

 

Hoofdstuk 8a Procedure hogere grenswaarde

2.8a.1

Indien de aanvraag tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwplan, waarbij, uitsluitend ten behoeve van de aanvraag, tevens een procedure tot vaststelling van een hogere grenswaarde als bedoeld in de Wet geluidshinder (art. 83 en art. 106) moet worden toegepast, worden de volgens 2.3.1.1 t/m 2.3.1.6 berekende leges verhoogd met een bedrag van

€ 1.086,90

2.8a.2

Voor een bouwplan aan een spoorweg of aan meerdere wegen bedraagt het tarief

€ 1.304,25

2.8a.3

Indien het bouwplan bestaat uit meerdere woningen bedragen de meerkosten per woning (tot een maximum van € 2.165,05)

€ 217,35

Hoofdstuk 9 Vervallen

Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking

2.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

€ 84,75

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn en niet vallend onder titel 2

Hoofdstuk 1 Horeca

3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

 

3.1.1

een aanvraag tot het verlenen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet

€ 293,85

3.1.2

Een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4, vierde lid, van de Drank- en Horecawet

€ 57,60

3.1.3

een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet

€ 57,60

3.1.4

Een aanvraag tot het wijzigen van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Drank- en Horecawet

€ 65,40

3.1.5

een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet

€ 63,55

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.25, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening of een snuffelmarkt als bedoeld in artikel 5:23 Apv.

 

3.2.1.1

voor een vergunning voor een evenement/markt in de categorie A

€ 0,00

3.2.1.2

voor een vergunning voor een evenement/markt in de categorie B

€ 0,00

3.2.1.3

voor een vergunning voor een evenement/markt in de categorie B+

€ 0,00

 

Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder: A-evenement: regulier evenement waarbij niet verwacht wordt dat die gebeurtenis leidt tot risico’s voor de openbare orde, openbare veiligheid, volksgezondheid of milieu. Voorbeelden hiervan zijn de wandeltocht, de Sinterklaasoptocht, kerstmarkt en rommelmarkt. B-evenement: aandachtsevenement waarbij het mogelijk is dat die gebeurtenis leidt tot risico’s voor de openbare orde, openbare veiligheid, volksgezondheid of milieu. Verschil met A-evenement is dat hierbij vaak sprake is van meerdere programmaonderdelen en een Beveiligingsplan. Voorbeelden van een B-evenement zijn Nulse Feest, Elshoffeest en Kermis Boerhaar. B+evenement: risico-evenement waarbij het te verwachten is dat die gebeurtenis leidt tot risico’s voor de openbare orde, openbare veiligheid, volksgezondheid of milieu. Het bevoegd gezag treft maatregelen of voorzieningen die dreiging weg te nemen of de schadelijke gevolgen te beperken. Hierbij kan gedacht worden aan een verkeersplan en maatregelen voor de horeca en supermarkt. Voorbeelden hiervan zijn de Wiejese Diekdaegen en Olster Jaarmarkt.

 

3.2.2

indien in verband met de in onderdeel 3.2.1 genoemde aanvraag van gemeentewege geluidsmetingen moeten worden verricht, wordt het in onderdeel 3.2.1 genoemde tarief verhoogd met

€ 124,65

3.2.3

indien in verband met de in onderdeel 3.2.1 genoemde aanvraag van gemeentewege geluidsmetingen moeten worden verricht door derden, worden de kosten van deze geluidsmetingen achteraf aan de aanvrager doorberekend tot een maximum van:

€ 1.239,65

Hoofdstuk 3 Seksbedrijven

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

3.3.1

tot het verlenen van een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3:4, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening, anders dan een wijziging bedoeld in onderdeel 3.3.2:

 

3.3.1.1

voor een seksinrichting

€ 303,90

3.3.1.2

voor een escortbedrijf

€ 303,90

3.3.2

tot het wijzigen van een exploitatievergunning in verband met uitsluitend een wijziging van het beheer in een seksinrichting of escortbedrijf, als bedoeld in artikel 3.15, tweede lid, van de Algemene plaatselijke verordening:

 

3.3.2.1

voor een seksinrichting

€ 80,65

3.3.2.2

voor een escortbedrijf

€ 80,65

Hoofdstuk 4 Huisvestingsweg 2014

Niet van toepassing

Hoofdstuk 5 Standplaatsen

3.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een vergunning voor het innemen van een standplaats in de gemeente geldig voor:

 

3.5.1

a. een incidentele standplaats voor een dag

€ 51,35

 

b. een incidentele standplaats voor meer dan één dag

€ 92,90

 

c. een standplaats voor een product dat gebonden is aan een bepaalde periode per jaar

€ 128,20

 

d. een vaste standplaats per jaar

€ 164,00

Hoofdstuk 6 Winkeltijdenwet

3.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

3.6.1

tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet

€ 102,65

3.6.2

tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander

€ 102,65

3.6.3

tot het intrekken of wijzigen van een in onderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing

€ 102,65

Hoofdstuk 7 Kinderopvang

3.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

 

3.7.1

het in exploitatie nemen van een kindercentrum (kinderdagopvang en/of buitenschoolse opvang) als bedoeld in artikel 1.45, eerste lid en artikel 1.46 eerste lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen

€ 526,00

3.7.2

tot het in exploitatie nemen van een gastouderbureau als bedoeld in artikel 1.45, eerste lid en artikel 1.46 eerste lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen

€ 526,00

3.7.3

het bieden van gastouderopvang als bedoeld in artikel 1.45, tweede lid en artikel 1.46 eerste lid van de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.

€ 361,00

3.7.4

indien bij de behandeling van een aanvraag op grond van onderdeel 1.19.3 blijkt dat er alleen een inspectie op documenten behoeft plaats te vinden, bestaat er aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De leges bedragen in dit geval:

€ 161,50

3.7.5

indien bij de behandeling van een aanvraag op grond van onderdeel 1.19.3 blijkt dat er alleen een inspectie op locatie behoeft plaats te vinden, bestaat er aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De leges bedragen in dit geval:

€ 161,50

3.7.6

indien een aanvraag op grond van onderdeel 1.19.1, 1.19.2 of 1.19.3 wordt ingetrokken voordat een inspectie door de GGD heeft plaatsgevonden, bestaat er aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De leges bedragen in dit geval:

€ 90,00

Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

3.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere, in deze titel niet benoemde vergunning of ontheffing of tot het nemen van een andere beschikking

€ 93,55

 

Behorende bij raadsbesluit van 12 november 2018.

De griffier van de gemeente Olst-Wijhe,

B.A. Duursema

Naar boven