Legesverordening 2019

DE RAAD VAN DE GEMEENTE GRONINGEN,

 

Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 2 oktober 2018;

 

Gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onder h, en artikel 229, eerste lid, aanhef en onder b, van de Gemeentewet, en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet;

HEEFT BESLOTEN:

 

de Verordening op de heffing en invordering van leges 2019 vast te stellen.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

a.

dag

:

de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

b.

week

:

een aaneengesloten periode van zeven dagen;

c.

maand

:

het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

d.

jaar

:

het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

e.

kalenderjaar

:

de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

  • 1.

    Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

    • a.

      het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

    • b.

      het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of reisdocument;

    een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

  • 2.

    Hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend;

  • c.

    het afgeven van bewijzen van onvermogen;

  • d.

    het afgeven van stukken, nodig voor de ontvangst van pensioenen, lijfrenten, wachtgelden, loon, bezoldiging of riddersoldij;

  • e.

    de aan belanghebbende uit te reiken beschikkingen of afschriften daarvan houdende aanstelling, benoeming, bevordering, ontslag, toekenning van bezoldiging, vergoeding of toelage, dan wel verhoging hiervan, met betrekking tot enige gemeentelijke functie of dienstverlening jegens de gemeente;

  • f.

    het afgeven van beschikkingen op verzoekschriften en bezwaarschriften;

  • g.

    de aan belanghebbende uit te reiken beschikkingen of afschriften daarvan, houdende beslissing op een aanvraag om subsidie uit de gemeentekas;

  • h.

    nasporingen in de bij het Gemeentearchief berustende stukken welke uitsluitend strekken ten behoeve van een wetenschappelijk doel.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1.

    De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen veertien dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 9 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      onderdeel 1.2.6 (akten burgerlijke stand);

    • 2.

      hoofdstuk 3 (reisdocumenten);

    • 3.

      hoofdstuk 4 (rijbewijzen);

    • 4.

      onderdeel 1.5.6 (papieren verstrekking uit basisregistratie personen);

    • 5.

      onderdeel 1.6.2 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 6.

      hoofdstuk 10 (kansspelen);

  • een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De ‘Legesverordening 2018’ van 8 november 2017, nr. 5b, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 28 maart 2018, nr. 6i, wordt ingetrokken met ingang van 31 december 2018, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2019.

  • 4.

    De in onderdeel 2.1.1.1 van de tarieventabel genoemde Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567) worden bekendgemaakt door terinzagelegging in het gemeentekantoor Harm Buiterplein 1.

  • 5.

    Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Legesverordening 2019’.

     

Gedaan te Groningen in de openbare raadsvergadering van 31 oktober 2018.

De griffier,

Toon Dashorst

De voorzitter,

Peter den Oudsten

TARIEVENTABEL LEGES

Tarieventabel behorende bij de Legesverordening 2019

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Algemeen

1.1.1

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van informatie, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen,

 

1.1.1.1

door middel van een fotokopie, per bladzijde

€ 0,36

1.1.1.2

door middel van kaarten, tekeningen of lichtdrukken, per kaart, tekening of lichtdruk

€ 5,35

1.1.1.3

door middel van een kopie van ander materiaal dat informatie bevat: de uit een vooraf door of vanwege het college van burgemeester en opgestelde offerte blijkende kosten

 

1.1.2

Indien het totale op grond van 1.1.1 verschuldigde bedrag aan leges niet meer dan € 10,-- bedraagt, wordt het verschuldigde bedrag aan leges niet geheven.

 

1.1.3

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van informatie door middel van een kopie in digitale vorm nihil. In afwijking hiervan bedraagt het tarief per bladzijde € 0,36 als de te verstrekken informatie meer dan 100 bladzijden bedraagt en voor het verstrekken van de informatie handelingen moeten worden verricht zoals het scannen of bewerken van documenten.

 

1.1.4

Het tarief bedraagt voor een beschikking op aanvraag voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

 

€ 11,70

Hoofdstuk 2 Burgerlijke stand

1.2.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een administratief huwelijk of het aangaan van een administratieve partnerschapsregistratie tijdens de openingstijden in De Prefectenhof

 

€ 103,35

1.2.2

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of het registreren van een partnerschapsrelatie

 

€ 362,20

1.2.2.1

Indien de huwelijksvoltrekking of partnerschapsregistratie plaatsvindt op woensdag of donderdag wordt het in 1.2.2 genoemde tarief vermeerderd met

 

€ 95,10

1.2.2.2

Indien de huwelijksvoltrekking of partnerschapsregistratie plaatsvindt op vrijdag wordt het in 1.2.2 genoemde tarief vermeerderd met

 

€ 382,60

1.2.2.3

Indien de huwelijksvoltrekking of partnerschapsregistratie plaatsvindt op zaterdag wordt het in 1.2.2 genoemde tarief vermeerderd met

 

€ 951,40

1.2.2.4

Indien de huwelijksvoltrekking of partnerschapsregistratie plaatsvindt na 1 juli 2019 wordt het ingevolge de onderdelen 1.2.2 tot en met 1.2.2.3 verschuldigde legesbedrag verminderd met 25%.

 

1.2.2.5

Voor de voltrekking van een huwelijk of het aangaan van een partnerschapsregistratie op woensdag om 09.00 uur en 09.30 uur, aan de balie in De Prefectenhof, zonder toespraak en met maximaal twee getuigen, bedraagt het tarief

 

 

nihil

1.2.3

Het tarief bedraagt voor het op aanvraag beschikbaar stellen van getuigen bij een huwelijksvoltrekking of partnerschapsregistratie per getuige

 

€ 12,10

1.2.4

Het tarief bedraagt voor de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in ‘De Prefectenhof’

 

€ 103,35

1.2.5

Bij omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk worden de in 1.2.2 tot en met 1.2.2.4 genoemde tarieven toegepast indien bij de omzetting gebruik wordt gemaakt van de trouwlocaties anders dan ‘De Prefectenhof’’

 

1.2.6

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

 

1.2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot benoeming van een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor het sluiten van een bepaald huwelijk of geregistreerd partnerschap, niet zijnde een plechtigheid als bedoeld onder 1.2.1, 1.2.4 en 1.2.2.5

 

 

 

€ 192,70

Hoofdstuk 3 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

1.3.

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag

 

1.3.1

van een nationaal paspoort:

 

1.3.1.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 66,70

1.3.1.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

 

€ 53,10

1.3.2

van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):

 

1.3.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 66,70

1.3.2.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

 

€ 53,10

1.3.3

van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

 

1.3.3.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 66,70

1.3.3.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

 

€ 53,10

1.3.4

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 53,10

1.3.5

van een Nederlandse identiteitskaart

 

1.3.5.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 52,20

1.3.5.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

 

€ 29,65

1.3.6

voor de versnelde uitreiking van een in de onderdelen 1.3.1 tot en met 1.3.5 genoemd document, zijnde een toeslag op de in die onderdelen genoemde bedragen

 

€ 48,60

1.3.7

Indien de aanvraag op het woon- of verblijfadres van de aanvrager in behandeling wordt genomen worden de overeenkomstig dit hoofdstuk geheven leges vermeerderd met

 

€ 38,80

Hoofdstuk 4 Rijbewijzen

1.4.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

 

€ 39,45

1.4.2

De overeenkomstig het in 1.4.1 genoemde tarief geheven leges worden vermeerderd met

€ 40,70

 

indien de aanvrager een eerder aan hem afgegeven rijbewijs bij het indienen van de aanvraag niet als zodanig herkenbaar kan overleggen als gevolg van verlies, diefstal of andere oorzaak

 

1.4.3

De onder 1.4.2 genoemde vermeerdering van leges wordt niet geheven indien sinds het verlopen van de afgiftedatum van het rijbewijs meer dan 13 jaren zijn verstreken

 

1.4.4

De overeenkomstig de in 1.4.1 tot en met 1.4.3 genoemde tarieven geheven leges worden bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag van

 

€ 34,10

1.4.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot teruggave van een gevonden rijbewijs

 

€ 11,75

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen

1.5.1

Voor de toepassing van hoofdstuk 5 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor:

a. de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd en/of

b. de voor de basisregistratie personen geldende bevolkingsadministratie moet worden geraadpleegd.

 

1.5.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.5.2.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 16,80

1.5.2.2

tot het verstrekken van gegevens betreffende de tot één gezin behorende personen (gezinsuittreksel)

 

€ 27,20

1.5.2.3

tot het verstrekken van gegevens aan rechtspersonen zonder winstoogmerk op grond van artikel 3.9 van de Wet basisregistratie personen, per verstrekking

 

€ 9,80

1.5.2.4

tot het verstrekken van gegevens voor historische, statistische of wetenschappelijke doeleinden op grond van artikel 3.13 van de Wet basisregistratie personen, per verstrekking

 

€ 9,80

1.5.3

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het verstrekken van gegevens waarvoor een intensieve nasporing van de registers vereist is, voor elk daaraan te besteden kwartier of gedeelte daarvan

 

 

€ 19,25

1.5.4.

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het verstrekken van gegevens

 

1.5.4.1

via een geautomatiseerde selectie

€ 898,--

1.5.4.2

via een geautomatiseerde steekproef

€ 1.293,05

1.5.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken aan een ingeschreven persoon van een volledig overzicht van zijn persoonslijst of een gedeelte daarvan, in andere gevallen als bedoeld in artikel 2.54 van de Wet basisregistratie personen

 

 

€ 16,30

1.5.6

In afwijking van de voorgaande onderdelen geldt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen het tarief zoals dat is opgenomen in dit besluit.

 

Hoofdstuk 6 Overige publiekszaken

1.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen tot:

 

1.6.1.1

het legaliseren van een handtekening

€ 16,80

1.6.1.2

het waarmerken van enig stuk

€ 16,80

1.6.1.3

het in behandeling nemen van een aanvraag om afgifte van een trouwboekje bij de voltrekking van een huwelijk of het aangaan van een partnerschapsregistratie als bedoeld in 1.2.1 en 1.2.2.4 of de afgifte van een duplicaattrouwboekje

 

 

€ 16,30

1.6.1.4

het in behandeling nemen van een aanvraag om afgifte van een verklaring omtrent voorgenomen vestiging

 

€ 16,80

1.6.1.5

voor het, bij wijze van spoed, (per expresse/ telegrafisch/telefonisch/per fax) overbrengen van gegevens

 

€ 10,60

 

vermeerderd met de kosten aan de gewenste vorm van overbrenging verbonden

 

1.6.2

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om afgifte van een verklaring omtrent het gedrag geldt het maximumtarief zoals dat is vastgesteld bij of krachtens de Wet justitiële gegevens

 

1.6.3

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van het Nederlanderschap door naturalisatie of via optie als bedoeld in de Rijkswet op het Nederlanderschap geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Besluit Optie- en Naturalisatiegelden 2002.

 

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

 

1.7.1.1

een exemplaar van de gemeentebegroting met de bijbehorende stukken

€ 34,70

1.7.1.2

een exemplaar van de begroting van een dienst van de gemeente

€ 10,65

1.7.1.3

een exemplaar van de voorjaarsnota of een integraal beleidsplan

€ 10,65

1.7.1.4

een exemplaar van de gemeenterekening met de bijbehorende stukken

€ 34,70

1.7.1.5

een exemplaar van elk niet hiervoor afzonderlijk genoemd document

€ 5,35

1.7.2

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

 

1.7.2.1

een afschrift van het verslag van een raadsvergadering, per bladzijde of gedeelte daarvan

€ 0,37

1.7.2.2

een afschrift van de stukken behorende bij een raadsvergadering, per bladzijde of gedeelte daarvan

 

€ 0,37

1.7.3

Het tarief bedraagt voor;

 

1.7.3.1

een abonnement op de verslagen van de raadsvergaderingen, per jaargang

€ 23,85

1.7.3.2

een abonnement op de stukken behorende bij de raadsvergaderingen, per jaargang

€ 87,90

1.7.4

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een exemplaar van de bouwverordening

€ 54,20

1.7.5

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een exemplaar van een andere dan de in 1.7.4 genoemde verordening, per bladzijde of gedeelte daarvan

 

€ 0,37

 

met een minimum van

€ 0,85

 

en een maximum van

€ 10,65

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

1.8.1

Voor het raadplegen van de bij de gemeente berustende kadastrale stukken en het verstrekken van informatie uit die stukken gelden de tarieven als genoemd in de Regeling Tarieven Kadaster

 

1.8.2

Het tarief bedraagt voor:

 

1.8.2.1

het verstrekken van een lichtdruk/kopie van een ruimtelijk plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, exploitatieplan, streekplan, structuurplan of stadsvernieuwingsplan, per bladzijde of gedeelte daarvan op formaat A4

 

 

€ 0,37

 

met een minimum van

€ 0,85

 

en een maximum van

€ 10,65

1.8.2.2

het verstrekken van kaartmateriaal behorend bij een plan als genoemd in 1.8.2.1 indien het betreft:

 

1.8.2.2.1

Een zwart-wit kopie op A3-formaat

€ 0,67

1.8.2.2.2

Een zwart-wit kopie op A2-formaat

€ 3,--

1.8.2.2.3

Een zwart-wit kopie op A1-formaat

€ 4,75

1.8.2.2.4

Een zwart-wit kopie op A0-formaat

€ 9,--

1.8.2.2.5

Een kleur kopie op A3-formaat

€ 1,13

1.8.2.2.6

Een kleur kopie op A2-formaat

€ 9,55

1.8.2.2.7

Een kleur kopie op A1-formaat

€ 11,85

1.8.2.2.8

Een kleur kopie op A0-formaat

€ 17,75

1.8.3

Het tarief bedraagt voor:

 

1.8.3.1

het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder a en b, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken, dan wel het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van die wet, per bladzijde of gedeelte daarvan op formaat A4

 

 

 

 

€ 0,37

 

met een minimum van

€ 0,85

 

en een maximum van

€ 10,65

1.8.3.2

het verstrekken van een schriftelijke verklaring uit de gemeentelijke beperkingenregistratie, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, dat er al dan niet publiekrechtelijke beperking(en) van kracht is, per perceel

 

 

€ 0,58

1.8.3.3

het verlenen van inzage tot het dossier behorend bij een ingeschreven beperkingenbesluit

€ 9,--

1.8.3.4

Indien een afschrift, uittreksel of verklaring als bedoeld in 1.8.3.1 en 1.8.3.2 op verzoek wordt gewaarmerkt, worden de overeenkomstig die onderdelen berekende leges vermeerderd met

 

€ 14,25

1.8.4

In geval van verzending van de documenten als bedoeld in dit hoofdstuk worden de overeenkomstig dit hoofdstuk berekende leges vermeerderd met verzendkosten

 

1.8.5

In geval van een spoedlevering van de documenten als bedoeld in dit hoofdstuk worden de overeenkomstig dit hoofdstuk berekende leges vermeerderd met

 

€ 12,20

1.8.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag van makelaars/taxateurs tot het verstrekken van informatie over percelen ten behoeve van taxatie-opdrachten, voor elk perceel waarop de aanvraag betrekking heeft

 

 

€ 42,35

Hoofdstuk 9 Leegstandwet

1.9

Het tarief bedraagt voor:

 

1.9.1

het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandswet

 

€ 50,65

1.9.2

het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vijfde lid, van de Leegstandswet

 

€ 38,15

Hoofdstuk 10 Kansspelen

1.10

Het tarief bedraagt voor:

 

1.10.1

het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning ingevolge artikel 30b van de Wet op de Kansspelen

 

1.10.1.1

voor een periode van vier jaren voor één kansspelautomaat

€ 158,50

1.10.1.2

voor een periode van vier jaren voor twee of meer kansspelautomaten

€ 22,50

 

vermeerderd met een bedrag van

€ 136,--

 

per kansspelautomaat

 

1.10.2

het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van elke andere vergunning ingevolge de Wet op de Kansspelen

 

€ 11,--

Hoofdstuk 11 Openbare orde en veiligheid

1.11

Het tarief bedraagt voor:

 

1.11.1

het in behandeling nemen van een aanvraag om een ontheffing van het verbod als bedoeld in artikel 2:4 van de APVG 2009 (het aanbieden e.d. van geschreven of gedrukte stukken/afbeeldingen of het uitdelen van goederen om niet) door een commerciële partij

 

 

€ 89,90

1.11.2

het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 2:6 van de APVG 2009 (het gebruiken van de weg anders dan overeenkomstig de bestemming)

 

€ 58,50

1.11.3

het in behandeling nemen van een aanvraag om een vrijstelling van de verplichtingen met betrekking tot het verkoopregister als bedoeld in artikel 2:62 van de APVG 2009

 

€ 29,40

1.11.4

het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 2:65 van de APVG 2009 (het ter beschikking stellen van consumentenvuurwerk)

 

€ 196,90

1.11.5

het in behandeling nemen van een aanvraag om een ontheffing van het verbod als bedoeld in artikel 5:35 van de APVG 2009 (het verbranden van afvalstoffen of stoken van vuur)

 

€ 111,--

Hoofdstuk 12 Telecommunicatie en graafwerkzaamheden

1.12.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet

 

 

€ 470,80

1.12.1.1

indien het betreft werkzaamheden in tegel-, klinker- en sierbestratingen, alsmede gesloten verhardingen, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met

 

 

€ 2,34

1.12.1.2

indien het betreft werkzaamheden in bermen, groenstroken en dergelijke, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met

 

 

€ 2,34

1.12.1.3

indien met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met

 

€ 470,80

1.12.1.4

indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld

 

1.12.2

Indien een begroting als bedoeld in 1.12.1.4 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken

 

1.12.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 1, onder f, van de Graafverordening gemeente Groningen

 

 

€ 470,80

1.12.3.1

indien het betreft werkzaamheden in tegel-, klinker- en sierbestratingen, alsmede gesloten verhardingen, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met

 

 

€ 2,34

1.12.3.2

indien het betreft werkzaamheden in bermen, groenstroken en dergelijke, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met

 

 

€ 2,34

1.12.3.3

indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel dan wel de plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld

 

1.12.4

Indien een begroting als bedoeld in 1.12.3.3 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Hoofdstuk 13 Verkeer en vervoer

1.13.1

Het tarief bedraagt voor:

 

1.13.1.1

het in behandeling nemen van een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in artikel 10 j° artikel 148 van de Wegenverkeerswet 1994 (het houden van of deelnemen aan een wedstrijd met voertuigen op een weg)

 

 

€ 118,90

1.13.1.2

het in behandeling nemen van een aanvraag om een ontheffing van de in artikel 87 van het Reglement van verkeersregels en verkeerstekens bedoelde verkeerstekens indien het betreft een dagontheffing

 

 

€ 16,35

 

met dien verstande dat in geval een aanvraag meer dan drie voertuigen betreft de leges vanaf de derde ontheffing met 50% worden verlaagd

 

1.13.1.3

het in behandeling nemen van een aanvraag om een ontheffing van de in artikel 87 van het Reglement van verkeersregels en verkeerstekens bedoelde verkeerstekens indien het betreft een jaarontheffing

 

 

€ 108,--

 

met dien verstande dat er geen leges worden geheven indien de aanvraag om een ontheffing betrekking heeft op een emissievrije taxi

 

1.13.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen

 

€ 29,60

1.13.3

Het tarief bedraagt voor:

 

1.13.3.1

het in behandeling nemen van een eerste aanvraag voor een gehandicaptenparkeerkaart of een aanvraag tot het verstrekken van een duplicaat (zonder overhandigbaar proces verbaal van verlies of diefstal) van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

 

 

 

€ 105,40

1.13.3.2

het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een duplicaat (met overhandigbaar proces verbaal van verlies of diefstal) van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

 

 

€ 52,70

1.13.3.3

het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlenging met fysieke medische herkeuring als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

 

 

€ 94,30

1.13.3.4

het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlenging met administratieve medische herkeuring als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

 

 

€ 49,90

1.13.3.5

het in behandeling nemen van een aanvraag voor een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken als bedoeld in artikel 29 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

 

 

€ 83,25

1.13.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 5.12 van de APVG 2009 (ontheffing van het verbod tot het aanbieden van deelfietsen)

 

 

€ 369,--

Hoofdstuk 14 Diversen

1.14.1

Het tarief bedraagt voor het inschrijven op een lotingslijst van een potentiële koper van een bouwkavel

 

€ 44,40

1.14.2

Het tarief bedraagt voor:

 

1.14.2.1

het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ligplaatsvergunning als bedoeld in artikel 8 van de Verordening openbaar vaarwater 2006 in geval van overdracht van de eigendom van een woonschip

 

 

€ 227,90

1.14.2.2

het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ligplaatsvergunning als bedoeld in artikel 8 van de Verordening openbaar vaarwater 2006 in geval van vervanging dan wel vergroting of substantiële wijziging van een woonschip

 

 

€ 531,90

1.14.3

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 1.14.2 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na het innemen van een ligplaats

 

200%

 

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges

 

1.14.4

Het tarief bedraagt voor het verlenen van inzage in een bouwdossier

€ 8,85

1.14.5

Het tarief bedraagt voor het verlenen van inzage in een milieudossier

€ 8,85

1.14.6

Het tarief bedraagt voor:

 

1.14.6.1.

het afgeven van een overzicht van de geluidsbelasting van gevels van woningen (met een maximum van 25 gevels per overzicht)

 

€ 198,--

1.14.6.2.

het afstellen en verzegelen van geluidsbegrenzers in inrichtingen die vallen onder het Besluit horecabedrijven milieubeheer voor:

 

1.14.6.2.1

de eerste keer per inrichting

€ 302,90

1.14.6.2.2

elke volgende keer

€ 302,90

1.14.7

Het tarief bedraagt voor het uitvoeren van geluidsisolatiemetingen aan inrichtingen in de zin van de Wet milieubeheer op verzoek van de eigenaar of exploitant

 

€ 491,10

1.14.8

Het tarief bedraagt voor het verlenen van een toegangspas voor een ondergrondse container in verband met verlies van een eerder uitgegeven pas:

 

1.14.8.1

bij contante betalingen en betalingen via een pinautomaat

€ 18,85

1.14.8.2

bij betalingen via internet

€ 16,85

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

 

2.1.1.1

bouwkosten:

 

 

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting niet inbegrepen en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;

 

2.1.1.2

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

 

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

 

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

 

Hoofdstuk 2 Omgevingsvergunning

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk.

In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

De grondslag voor de heffing van de leges wordt bepaald naar het moment van de aanvraag.

 

2.2.1

Bouwactiviteiten

 

2.2.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.2.1.1.1

indien de bouwkosten € 455.000,-- of minder bedragen:

€ 38,65

 

voor elk geheel bedrag van € 1.000,-- van de bouwkosten met een minimum van

€ 115,--

2.2.1.1.2

indien de bouwkosten meer dan € 455.000,-- bedragen:

€ 17.585,75

 

vermeerderd met

€ 31,75

 

voor elk geheel bedrag van € 1.000,-- van de bouwkosten boven € 455.000,--

 

2.2.1.2

Indien de vergunninghouder binnen achttien maanden na verlening van de vergunning als bedoeld in onderdeel 2.2.1.1 een nieuwe aanvraag indient die strekt tot het bouwen van opties, worden de voor deze aanvraag verschuldigde leges gebaseerd op de bouwkosten van de opties, met dien verstande dat de verschuldigde leges in ieder geval € 115,-- bedragen.

Indien de leges overeenkomstig dit onderdeel zijn bepaald, kan geen beroep worden gedaan op Hoofdstuk 3 van Titel 2.

 

2.2.1.3

Indien de vergunninghouder binnen achttien maanden na verlening van de vergunning als bedoeld in onderdeel 2.2.1.1 een nieuwe aanvraag indient die strekt tot een - naar de omstandigheden beoordeeld - geringe wijziging van het reeds vergunde bouwplan, worden de voor deze aanvraag verschuldigde leges gebaseerd op de bouwkosten van de geringe wijziging, met dien verstande dat de verschuldigde leges in ieder geval € 115,-- bedragen.

Indien de leges overeenkomstig dit onderdeel zijn bepaald, kan geen beroep worden gedaan op Hoofdstuk 3 van Titel 2.

 

2.2.1.4

Indien de vergunninghouder binnen achttien maanden na verlening van de vergunning als bedoeld in onderdeel 2.2.1.1 een nieuwe aanvraag indient die strekt tot het bouwen in afwijking van de reeds verleende vergunning op hetzelfde perceel bedragen de leges 50% van de op grond van de onderdelen 2.2.1.1.1 en 2.2.1.1.2 verschuldigde leges. Dit onderdeel vindt uitsluitend toepassing bij vergunningaanvragen met bouwkosten hoger dan € 455.000,-- Indien de leges overeenkomstig dit onderdeel zijn bepaald, kan geen beroep worden gedaan op Hoofdstuk 3 van Titel 2.

 

2.2.1.5

In afwijking van het bepaalde in de onderdelen 2.2.1.1 tot en met 2.2.1.1.2 worden voor een aanvraag voor het plaatsen van zonnepanelen geen leges geheven. Indien zonnepanelen onderdeel uitmaken van een aanvraag om een omgevingsvergunning, bestaande uit meer onderdelen dan uitsluitend die zonnepanelen, dan worden voor de vaststelling van het legesbedrag de bouwkosten van de zonnepanelen buiten beschouwing gelaten.

 

2.2.2

Aanlegactiviteiten Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 132,20

2.2.3

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

 

2.2.3.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 287,15

2.2.3.2

De overeenkomstig het in 2.2.3.1 genoemde tarief geheven leges worden vermeerderd met de hierna genoemde bedragen indien en voor zover deze op het bouwwerk waarop de beschikking betrekking heeft, van toepassing zijn:

a. bouwwerken waarin aan meer dan tien personen bedrijfsmatig of in het kader van verzorging nachtverblijf zal worden verschaft;

b. bouwwerken waarin aan meer dan tien personen jonger dan twaalf jaar of aan meer dan tien lichamelijk of verstandelijk gehandicapten dagverblijf zal worden verschaft;

 

 

met een oppervlakte van:

minder dan 100 m²

 

€ 184,40

 

100

tot

200 m²

€ 277,20

 

200

tot

300 m²

€ 462,90

 

300

tot

500 m²

€ 740,90

 

500

tot

1.000 m²

€ 1.085,80

 

1.000

tot

2.000 m²

€ 1.660,10

 

2.000

tot

3.000 m²

€ 2.185,10

 

3.000

tot

4.000 m²

€ 2.416,70

 

4.000

tot

5.000 m²

€ 2.647,90

 

5.000

tot

6.000 m²

€ 3.028,30

 

6.000

tot

7.000 m²

€ 3.356,80

 

7.000

tot

8.000 m²

€ 3.416,70

 

8.000

tot

9.000 m²

€ 3.494,70

 

9.000

tot

10.000 m²

€ 3.727,20

 

10.000

tot

15.000 m²

€ 4.426,90

 

15.000

tot

20.000 m²

€ 4.659,20

 

20.000

tot

30.000 m²

€ 5.824,60

 

30.000

tot

40.000 m²

€ 6.212,60

 

40.000

tot

50.000 m²

€ 6.601,50

 

50.000 m² of meer

€ 6.989,80

2.2.3.3

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning die betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, wordt uitsluitend het in onderdeel 2.2.3.1 genoemde bedrag in rekening gebracht.

 

2.2.4

Handelsreclame

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelsreclame met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats, waarvoor ingevolge artikel 4:24 van de APVG 2009 een vergunning is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder g of h, van de Wabo, en indien niet tevens sprake is van activiteit als bedoeld in onderdeel 2.2.1 (bouwactiviteit), bedraagt het tarief:

 

 

 

 

 

 

€ 141,70

2.2.5

Kappen

 

2.2.5.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van artikel 4:9 van de APVG 2009 een vergunning is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief

 

 

€ 66,90

2.2.5.2

Indien de aanvraag meer dan één boom betreft, bedraagt het tarief voor iedere extra boom

 

€ 50,50

2.2.5.3

Indien de aanvraag meer dan één are bosplantsoen of (lint)begroeiing betreft, bedraagt het tarief voor iedere extra are bosplantsoen of (lint)begroeiing

 

€ 56,30

2.2.6

Achteraf ingediende aanvraag Onverminderd het bepaalde in de onderdelen 2.2.1, 2.2.2, 2.2.4 en 2.2.5 bedraagt het tarief, indien de in deze onderdelen bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of voltooiing van de activiteit

 

 

200%

 

van de op grond van deze onderdelen verschuldigde leges

 

2.2.7

Omgevingsvergunning in twee fasen Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.2.7.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de beschikking voor de eerste fase betrekking heeft;

 

2.2.7.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de beschikking voor de tweede fase betrekking heeft.

 

2.2.8

Advies

 

2.2.8.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.2.8.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.2.8.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

2.2.9

Verklaring van geen bedenkingen

Indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

Hoofdstuk 3 Teruggaaf

2.3.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.2.1, 2.2.2 en 2.2.4 intrekt, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

 

2.3.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van vier weken na het in behandeling nemen ervan

 

75%

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges

 

2.3.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken na vier weken en binnen acht weken na het in behandeling nemen ervan

 

50%

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges

 

2.3.1.3

indien de aanvraag wordt ingetrokken na acht weken na het in behandeling nemen ervan

25%

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges

 

2.3.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.2.1, 2.2.2 en 2.2.4, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen zes maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt

 

 

 

 

 

 

25%

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges

 

2.3.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

2.3.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.2.1, 2.2.2 en 2.2.4, weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt

 

 

25%

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges

 

2.3.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.3.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak

 

2.3.4

Minimumbedrag voor teruggaaf

Een bedrag minder dan € 100,-- wordt niet teruggegeven.

 

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Horeca

3.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2:27 van de APVG 2009 (exploitatievergunning horecabedrijf)

 

3.1.1.1

indien het betreft een coffeeshop

€ 1.451,30

3.1.1.2

indien het betreft een ander horecabedrijf dan een coffeeshop

€ 621,30

3.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Drank- en Horecawet (het uitoefenen van een horeca- of slijtersbedrijf)

 

€ 410.--

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Drank- en Horecawet

 

3.1.3.1

indien het betreft een wijziging van de leidinggevende(n) die in het horeca- of slijtersbedrijf werkzaam is (zijn)

 

€ 143,20

 

met dien verstande dat de leges niet worden geheven indien sinds het verstrekken van de initiële vergunning minder dan zes maanden zijn verstreken

 

3.1.3.2

indien het betreft een wijziging van de inrichting van de lokaliteit waarin het horeca- of slijtersbedrijf wordt uitgeoefend

 

€ 143,20

3.1.3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen of toevoegen van terrasgegevens op de drank- en horeca- vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Drank- en Horecawet (het uitoefenen van een horeca- of slijtersbedrijf)

 

 

€ 74,80

3.1.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet:

 

3.1.4.1

indien de aanvraag tot doel heeft het verkrijgen van de bevoegdheid het verstrekken van zwak alcoholhoudende drank bij een evenement als bedoeld in artikel 2:18 van de APVG 2009

 

€ 275,20

3.1.4.2

indien de aanvraag tot doel heeft het verkrijgen van de bevoegdheid tot het verstrekken van zwak alcoholhoudende drank bij een bijzondere gelegenheid van zeer tijdelijke aard, niet zijnde een evenement als bedoeld in artikel 2:18 van de APVG 2009

 

 

€ 52,20

3.1.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2:27a van de APVG 2009 (terrasvergunning)

 

€ 486,90

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 2:19 van de APVG 2009 (het organiseren van een evenement)

 

3.2.1.1

indien het betreft een evenement met 0 tot 200 bezoekers

nihil

3.2.1.2

indien het betreft een evenement met 200 tot 1.000 bezoekers

€ 275,--

3.2.1.3

indien het betreft een evenement met 1.000 tot 2.000 bezoekers

€ 850,--

3.2.1.4

indien het betreft een evenement met 2.000 tot 25.000 bezoekers

€ 2.085,--

3.2.1.5

indien het betreft een evenement met meer dan 25.000 bezoekers

€ 3.185,--

 

met dien verstande dat de leges niet worden geheven indien de aanvraag van de vergunning betrekking heeft op wijk- en straatfeesten, kinderactiviteiten en de buitenspeeldag

 

3.2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 2:5 van de APVG 2009 (het geven van een vertoning of het ten gehore brengen van muziek of zang)

 

 

€ 44,40

Hoofdstuk 3 Seksbedrijven

3.3.

Het tarief bedraagt voor:

 

3.3.1

het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 3:3 van de APVG 2009 voor het uitoefenen van een seksbedrijf in de vorm van een prostitutiebedrijf

 

€ 1.030,--

3.3.1.1

het tarief van onderdeel 3.3.1 wordt per seksinrichting van het betreffende seksbedrijf vermeerderd met

 

€ 645,--

3.3.2

het in behandeling nemen van een aanvraag om verlenging van een vergunning als bedoeld in artikel 3:3, zesde lid, van de APVG 2009 voor een seksbedrijf zijnde een prostitutiebedrijf

 

€ 1.710,--

3.3.2.1

het tarief van onderdeel 3.3.2 wordt per seksinrichting van het betreffende seksbedrijf vermeerderd met

 

€ 645,--

3.3.3

het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning (of een verlenging daarvan) als bedoeld in artikel 3:3 van de APVG 2009 voor een seksbedrijf niet zijnde een prostitutiebedrijf

 

€ 1.612,--

3.3.3.1

het tarief van onderdeel 3.3.3 wordt per seksinrichting van het betreffende seksbedrijf vermeerderd met

 

€ 645,--

3.3.4

het verlenen van een gewijzigde vergunning vanwege gewijzigde omstandigheden als bedoeld in artikel 3:9 van de APVG 2009

 

€ 434,--

Hoofdstuk 4 Huisvestingswet 2014

3.4.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

3.4.1.1

tot het verlenen van een vergunning tot onttrekking van woonruimte aan de bestemming tot bewoning als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder a, van de Huisvestingswet 2014

 

€ 658,--

3.4.1.2

tot het verlenen van een vergunning tot samenvoeging van woonruimte met andere woonruimte als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder b, van de Huisvestingswet 2014

 

€ 658,--

3.4.1.3

tot het verlenen van een vergunning tot omzetting van zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder c, van de Huisvestingswet 2014

 

€ 658,--

3.4.1.4

tot het verlenen van een vergunning tot verbouw van woonruimte tot twee of meer woonruimten als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder d, van de Huisvestingswet 2014

 

€ 658,--

3.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een splitsingsvergunning, als bedoeld in artikel 22 van de Huisvestingswet 2014, voor elk appartement dat door de splitsing ontstaat

 

 

€ 268,--

3.4.3

In afwijking van onderdeel 3.4.2 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 22 van de Huisvestingswet 2014, waarbij bij de aanvraag is gevoegd een concept van de splitsingsakte, de opzet van een onderhoudsfonds en een meerjarenonderhoudsplanning van tien of meer jaar

 

 

 

 

€ 512,--

3.4.4

Onverminderd het bepaalde in de vorige onderdelen bedraagt het tarief, indien de aanvraag wordt ingediend na aanvang of voltooiing van de activiteit

 

200%

 

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges

 

Hoofdstuk 5 Winkeltijdenwet

1.5

Het tarief bedraagt voor:

 

1.5.1

het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet

 

€ 57,--

1.5.2

het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een in onderdeel 1.5.1 bedoelde ontheffing

 

€ 57,--

Hoofdstuk 6 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking.

 

€ 11,70

 

Naar boven