Gemeenteblad van Lingewaard
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Lingewaard | Gemeenteblad 2018, 226450 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Lingewaard | Gemeenteblad 2018, 226450 | Beleidsregels |
Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lingewaard houdende regels omtrent standplaatsen- en ventvergunningenbeleid Standplaatsen- en ventvergunningenbeleid gemeente Lingewaard 2018
[Deze bekendmaking is slechts een tekstplaatsing. De oorspronkelijke bekendmaking is op 17 oktober 2018 beschikbaar via de gemeentepagina van de gemeente Lingewaard]'
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lingewaard,
dat het gewenst is om in beleidsregels criteria vast te leggen die een nadere invulling geven aan de artikelen 5:14 en 5:15, 5:17 tot en met 5:20 van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Lingewaard 2018 (hierna APV);
gelet op titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht en op de artikelen 5:14, 5:15, 5:17 tot en met 5:20 van de APV;
Standplaatsen- en ventvergunningenbeleid gemeente Lingewaard 2018
Venten: het in de uitoefening van de ambulante handel te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen dan wel diensten op een openbare plaats en in de openlucht gelegen plaats of aan huis.
Onder venten wordt niet verstaan het aan huis afleveren van goederen in het kader van de exploitatie van een winkel als bedoeld in artikel 1 van de Winkeltijdenwet, het venten op een jaarmarkt of markt als bedoeld in artikel 160, eerste lid, aanhef en onder h, van de Gemeentewet, het venten op een standplaats als bedoeld in artikel 5:17 APV.
Maatschappelijke standplaats: standplaats die gedurende maximaal 3 aaneengesloten maanden wordt ingenomen ten behoeve van maatschappelijke dienstverlening waarbij geen producten mogen worden verkocht of contracten mogen worden aangeboden. Onder maatschappelijke dienstverlening wordt onder andere verstaan: bevolkingsonderzoek, educatieve of informatieve doeleinden.
Artikel 2 Innemen van een standplaats in de openbare ruimte
Per locatie als opgenomen in tabel 1 mogen per branche maximaal twee vergunningen per week worden ingenomen. Met uitzondering van de standplaatslocatie aan de Langestraat, waar er één vergunning per branche per week mag worden ingenomen.
* = geen stroomvoorziening beschikbaar op locatie, alleen in te nemen door standplaatsen die geen voorzieningen nodig hebben, dan wel zelfvoorzienend zijn.
De exacte locaties zijn opgenomen in de bijlage behorend bij dit beleid.
Artikel 3 Duur, tijdstip standplaats
Standplaatsen mogen niet worden ingenomen tijdens een evenement op het evenemententerrein waarvoor een evenementenvergunning is verleend, dan wel, indien het een meldingsplichtig evenement betreft, het evenement tijdig is gemeld, tenzij de vergunninghouder schriftelijk toestemming heeft van de organisator van het evenement.
Artikel 6 Niet innemen standplaats (1:6 APV)
Indien de vergunninghouder van een vaste, seizoens- of maatschappelijke standplaats zijn standplaats 6 weken achtereenvolgend niet inneemt zonder schriftelijke opgaaf van redenen kan de vergunning door het college worden ingetrokken.
Artikel 9 Aanvraag en vergunningverlening
Een aanvraag voor het innemen van een vaste, seizoens- of maatschappelijke standplaats op 1 van de aangewezen locaties of een ventvergunning kan worden ingediend, indien op de website van de gemeente Lingewaard staat dat er een plaats beschikbaar is, dan wel drie maanden voor afloop van de bestaande vergunning.
Indien door ziekte de vergunninghouder zijn standplaats niet kan innemen en een vervanger daarvoor in de plaats wil sturen, deelt hij dit schriftelijk mee aan het college. Vervanging bij plotselinge verhindering wordt mondeling aan het college gemeld, gevolgd door een schriftelijke bevestiging daarvan aan het college.
Bij weigering om in gevallen als bedoeld in het tweede en vierde lid de Bibob-vragenformulieren in te vullen c.q. het niet naar waarheid invullen van deze vragenformulieren, kan het, naast een aangifte van verdenking van overtreden van artikel 225 Wetboek van Strafrecht (valsheid in geschrifte), ook een grond opleveren om de aanvraag buiten behandeling te stellen conform 4:5 Awb, de bestaande vergunning in te trekken dan wel bij een dusdanig korte periode van gebruik van de vergunning besluiten de volgende keer geen vergunning te verlenen.
Artikel 11 Intrekken oude regeling
Het Standplaatsen- en ventvergunningenbeleid 2006 wordt ingetrokken.
Toelichting bij standplaatsen- en ventvergunningenbeleid gemeente Lingewaard 2018
In het eerste lid staat wat onder een standplaats wordt verstaan. Specifiek staat hierbij vermeld dat hierbij gebruik wordt gemaakt van fysieke middelen zoals een kraam, een wagen of een tafel. Hieronder wordt niet verstaan het parkeren van een voertuig bij de standplaats. De standplaatsvergunning geeft alleen recht op het plaatsen van de kraam, wagen, tafel etc. waarmee de standplaats wordt ingenomen dan wel van waaruit/waarachter de goederen dan wel diensten worden aangeboden.
Het parkeren van een bus, auto of ander voertuig, voor zover het niet het middel is waarmee de standplaats wordt ingenomen zoals hierboven omschreven, (ook indien hierin voorraad wordt bewaard) dient te geschieden op een parkeerplaats. Parkeren is niet op alle standplaatslocaties toegestaan.
Voor een standplaats op een particulier terrein is ook een vergunning nodig, dit omdat een particulier terrein in dit geval een openbare plaats is. Het gebruik van het terrein voor een standplaats heeft een publiek karakter. De standplaatshouder beoogt het (passerend) publiek vrij toegang te verschaffen tot het terrein waarop de standplaats wordt ingenomen. Vandaar dat voor het innemen van een standplaats op particulier terrein ook een standplaatsvergunning benodigd is. 1
Op een maatschappelijke standplaats mogen geen producten worden verkocht of contracten worden aangeboden. Dan heeft de maatschappelijke standplaats namelijk een concreet commercieel/winstgevend doel dat niet overeenkomt met de maatschappelijke dienstverlening. Het innemen een standplaats met een concreet commercieel/winstgevend doel kan wel met de andere standplaatsmogelijkheden.
Artikel 3 Duur, tijdstip standplaats
In het eerste lid staat dat een vaste standplaats één dag per week op één locatie mag worden ingenomen om te voorkomen dat de standplaats het karakter krijgt van een reguliere winkel.
Een vaste, seizoens- of maatschappelijke standplaats wordt voor maximaal 5 jaar verleend. Indien een vergunning voor een kortere duur wordt aangevraagd, wordt deze niet ambtshalve voor 5 jaar verleend: de vergunning wordt verleend voor de duur waarvoor deze is aangevraagd (waarbij maximaal voor 5 jaar). Dit geldt ook voor ventvergunningen die op grond van artikel 8 voor 5 jaar worden verleend.
Bij de tijden voor het innemen van een standplaats wordt aangesloten bij winkelopeningstijden.
Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen
Er is een nieuwe landelijke wettelijke regeling ingegaan. Deze regeling gaat over brandveilig gebruik van onder andere bakkramen en –wagens.
Dit is ook van toepassing op standplaatsen die worden ingenomen met bakkramen, een gasinstallatie of wagen waarin wordt gefrituurd. Op grond van deze regeling gelden er bijvoorbeeld afstandseisen tussen kramen onderling en tussen kramen en gebouwen.
Omdat landelijke regelgeving direct van kracht is, hoeven de van toepassing zijnde voorwaarden niet te worden overgenomen in beleid of in vergunningsvoorschriften. De vergunninghouder dient ervoor te zorgen dat hij de regeling kent en moet de regeling naleven bij het innemen van de standplaats.
Artikel 4 Standplaats op particulier terrein
De tijden voor het innemen van standplaatsen als bedoeld in artikel 3 gelden niet voor standplaatsen op particulier terrein, omdat hierover met de eigenaar van het particuliere terrein afspraken worden gemaakt.
Artikel 5 Voorwerpen bij standplaats
In het derde lid staat dat een vergunninghouder statafels bij zijn standplaats mag plaatsen als deze binnen maximale afmetingen van de standplaats worden geplaatst. Hierbij is bewust gekozen voor statafels en geen ‘terras’, omdat een zitgelegenheid bij een standplaats in beginsel niet wenselijk is.
Een zitgelegenheid biedt publiek namelijk de gelegenheid om langer bij de standplaats te blijven en kan overlast veroorzaken voor omwonenden of de bereikbaarheid.
Artikel 6 Niet innemen standplaats (1:6 APV)
In artikel 6 staat dat een standplaatsvergunning kan worden ingetrokken indien het een bepaalde duur niet ingenomen wordt. De grondslag hiervoor ligt in artikel 1:6 van de APV.
Op grond van artikel 1:6 van de APV zijn er ook andere redenen om een vergunning of ontheffing in te trekken of te wijzigen. Zo kan een vergunning wordt gewijzigd of ingetrokken bij het veranderen van omstandigheden/inzichten bijv. bij een herinrichting waardoor de standplaats niet langer kan worden ingenomen.
Artikel 9 Aanvraag en vergunningverlening
Uit jurisprudentie (uitspraak van de rechter) volgt dat wanneer er maar één of een beperkt aantal kan worden verleend, terwijl er meer (potentiële) aanvragers zijn, er sprake is van een schaarse vergunning. Een vergunning voor een standplaats is een goed voorbeeld van zo’n vergunning. De gemeente moet bij het verlenen van schaarse standplaatsvergunningen potentiële gegadigden de mogelijkheid bieden om naar de beschikbare vergunningen mee te dingen. Dit vloeit voort uit het formele gelijkheidsbeginsel. Het beginsel van gelijke kansen voor iedereen.
Omdat er een maximumstelsel wordt gehanteerd voor standplaatsen gelet op tabel 1 bij artikel 2 en bij ventvergunningen gelet op artikel 7, tweede lid, moet hiervoor worden voldaan aan de voorwaarden voor schaarse vergunningen. Dit houdt onder meer in dat de vergunningen niet voor onbepaalde tijd verleend mogen worden en dat het verdelingssysteem transparant moet zijn. Dit betekent dat vooraf duidelijke informatie moet worden gegeven over de verdelingsprocedure, het aanvraagtijdvak en de toe te passen criteria.
Lingewaard doet dit op de volgende manier voor vaste, seizoens- en maatschappelijke standplaatsen en ventvergunningen:
Door de koppeling van een standplaatsvergunning voor vaste en seizoensstandplaatsen aan een natuurlijke persoon en de beperking dat de standplaats persoonsgebonden is en dus door de standplaatshouder zelf moet worden ingenomen, wordt een zo eerlijke mogelijke verdeling van vergunning bewerkstelligd. Hiermee voorkom je dat een rechtspersoon met meerdere vergunningen standplaats inneemt.
Het kan wel zo zijn dat de natuurlijke persoon een onderneming drijft in de vorm van een rechtspersoon. Ook dan wordt een natuurlijke persoon (bijvoorbeeld de bedrijfsleider) aangemerkt als vergunninghouder. Het is dus niet mogelijk de vergunning op naam van de rechtspersoon te stellen.
Hiervoor wordt een uitzondering gemaakt voor maatschappelijke standplaatsen en ventvergunningen. Dit omdat bij maatschappelijke standplaatsen vaak vanuit/namens een organisatie een standplaats wordt ingenomen en hier geen commercieel doel aan ten grondslag ligt, denk bijvoorbeeld aan een bevolkingsonderzoeksunit of een serviceaanbieder. Bij een ventvergunning wordt vaak namens een stichting/organisatie/vereniging gevent en lopen vaak meerdere personen onder één ventvergunning te venten, denk bijvoorbeeld aan het werven van donateurs voor een stichting. Zo is het mogelijk om met een (kleine) groep tegelijkertijd te venten.
In het tiende en elfde lid is geregeld hoe een vergunninghouder zich bij ziekte kan laten vervangen. Dit kan voor maximaal zes weken. Indien de vergunninghouder langer ziek is, dan mag hij zich niet meer laten vervangen. Dit om te voorkomen dat een standplaats gedurende lange tijd door iemand anders wordt ingenomen dan de vergunninghouder, terwijl er ook andere gegadigden kunnen zijn voor deze standplaats.
Indien de vergunninghouder langer ziek is dan zes weken, is dit wel een gegronde reden voor afwezigheid, mits hiervoor een schriftelijke opgaaf van redenen is gedaan (zie artikel 6).
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2018-226450.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.