Besluit tot wijziging van het Bibob beleid Gemeente Nieuwegein 2018

De burgemeester en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nieuwegein, ieder voor zover het hun bevoegdheden betreft;

 

Besluiten:

 

Vast te stellen ‘Besluit tot wijziging van het Bibob beleid Gemeente Nieuwegein 2018’.

 

Het Bibob beleid Gemeente Nieuwegein 2018 wordt als volgt gewijzigd:

Artikel I  

  • A.

     

In artikel 2 ‘Aanvragen waarop de wet Bibob in elk geval zal worden toegepast’ wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Onder verlettering van het derde, vierde en vijfde lid in het vierde, vijfde en zesde lid wordt een nieuw lid toegevoegd dat als volgt luidt:

    c. De onder 2.27, onderdeel d van de Algemene plaatselijke verordening, genoemde openbare inrichtingen, waaronder in ieder geval een internetwinkel en –café, een massagesalon, een sishabar, een smart-, head- of growbar dan wel –shop wordt verstaan, waarvoor op grond van artikel 2:28 Apv een vergunningplicht geldt.

  • B.

     

Artikel 2 van de artikelsgewijze toelichting Bibob beleid Gemeente Nieuwegein wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Onder de toelichting van het eerste lid wordt een extra toelichting toegevoegd dat als volgt luidt:

    Eerste lid, onder c: Besloten is om de genoemde openbare inrichtingen (en hiermee vergelijkbare bedrijven) welke in ieder geval zijn opgenomen in artikel 2:27, sub d, van de Apv aan een bibob-toets te onderwerpen. Het betreft de volgende openbare inrichtingen; een internetwinkel en –café, een massagesalon, een sishabar, een smart-, head- of growbar dan wel –shop. Dit betreffende lid is halverwege 2018 aan artikel 2:27 van de Apv toegevoegd. Opgenomen is dat onder openbare inrichting in ieder geval bovengenoemde bedrijven worden verstaan en dat hiervoor een vergunningplicht geldt (artikel 2:28 Apv). Deze vergunningplicht geldt voor nieuwe bedrijven in deze branches, maar ook voor reeds bestaande bedrijven. Uit ervaring is gebleken dat in de gemeente Nieuwegein, maar ook in andere gemeenten, deze categorie aan bedrijven vaak verweven zijn met illegale activiteiten of betrokken zijn bij meerdere handhavingszaken.

    • Wat betreft internetwinkels en –cafés is de ervaring binnen de gemeente Nieuwegein, maar ook landelijk, dat dergelijke bedrijfjes vaak worden gebruikt voor illegale activiteiten. In Nieuwegein komt deze categorie vooral voor in combinatie met overlast en handhavingstrajecten.

    • Uit jurisprudentie, uit onderzoek van justitie en uit eigen ervaringen binnen de gemeente blijkt dat in massagesalons vaak illegale bordelen zijn gevestigd, de medewerkers dikwijls illegaal in Nederland verblijven en het slachtoffer zijn van mensenhandel.

    • Veel shisha lounges en hiermee vergelijkbare instellingen zijn de laatste jaren regelmatig negatief in het nieuws zijn gekomen (met regelmaat sprake van zware criminaliteit, zoals drugs, schietpartijen, criminele afrekeningen e.d.). In Nieuwegein komt deze categorie vooral voor in combinatie met overlast en handhavingstrajecten.

    • Smart-, head- of growbars dan wel –shops hebben, ondanks dat ze legaal zijn, toch een negatief imago. Dit imago komt door het feit dat dergelijke bedrijven ook handelen in verboden middelen. Uit de preventieve doorlichting van de cannabissector in Amsterdam en Venlo blijkt dat voor 80 procent van de ondernemers in deze branche geldt dat zij criminele cliënten hebben. Deze branche brengt een hoger risico met zich met wat betreft betrokkenheid van criminelen, onverklaarbare inkomsten, drugshandel, drugstoerisme en overlast.

Om bovengenoemde redenen is er voor gekozen in ieder geval deze bedrijven een vergunningplicht op te leggen en te onderwerpen aan een verplichte bibob-toets. Het huidige horeca-exploitatiebeleid van de gemeente Nieuwegein zal binnenkort worden aangepast, waarna er ook voor andere soorten openbare inrichtingen een vergunningplicht zal komen te gelden (plus een bibob-toets). De naam van het beleid zal tegen die tijd worden veranderd in ‘horeca-exploitatie en openbare inrichtingen beleid Nieuwegein’. Hierop vooruitlopend bestaat in ieder geval de wens om wel alvast de in artikel 2:27, sub d, van de Apv genoemde, en vergelijkbare, bedrijven aan een vergunningplicht en daarmee aan een bibob-toets te onderwerpen door het aanpassen van het huidige bibob-beleid.

Aangezien het qua capaciteit niet mogelijk is alle nieuwe en bestaande bedrijven in bovengenoemde branches tegelijkertijd aan te schrijven in het kader van de vergunningplicht en de daaraan gekoppelde bibob-toets, is ervoor gekozen de betreffende bedrijven in fases te benaderen. Als uitrol zullen eerst de nieuwe aanvragen voor bedrijven zoals genoemd in artikel 2:27, sub d, Apv aan een vergunningplicht en bibob-toets worden onderworpen. Daarna volgen de reeds bestaande bedrijven gelegen in de risicogebieden en daarna de nog overige reeds bestaande bedrijven in dit segment.

Artikel II  

Deze beleidswijziging treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.

 

Aldus vastgesteld op 9 oktober 2018,

De burgemeester,

Burgemeester en wethouders,

Naar boven