Nadere regel tot wijziging van de nadere regels subsidie gemeente Groningen

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Groningen;

 

Gelet op:

  • -

    Artikel 3 lid 2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Groningen 2011;

  • -

    De Wet maatschappelijke ondersteuning,

Overwegende dat:

  • het noodzakelijk is om nadere regels vast te stellen voor de verstrekking van subsidies voor innovatieateliers beschermd wonen en opvang;

  • het wenselijk is om vernieuwende preventieve en uitstroom bevorderende initiatieven op het gebied van beschermd wonen en opvang mogelijk te maken,

  • de substitutie van zwaardere vormen van begeleiding door lichtere vormen met meer inzet van informele zorg, het eigen sociale netwerk en ervaringsdeskundigheid gewenst is;

  • het versterken van positieve gezondheid, zelfredzaamheid, zelfregie en eigen kracht voor de gemeente Groningen een belangrijk uitgangspunt is;

  • het wenselijk is dat de ondersteuning ten behoeve van de huidige en potentiële cliëntgroepen beschermd wonen en de opvang zoveel mogelijk plaatsvindt in de thuissituatie in plaats van in een 24-uurs verblijfslocatie;

HEEFT BESLOTEN:

 

de Nadere regel tot wijziging van de Nadere regels subsidies gemeente Groningen ‘Innovatieatelier Beschermd wonen en Opvang´ als volg vast te stellen:

Artikel I

De huidige paragraaf 4:19 wordt vervangen door een nieuwe paragraaf en komt te luiden:

Paragraaf 4.19 Innovatieatelier Beschermd wonen en Opvang

Artikel 4:90 Begripsbepaling

1.

Innovatie

De ontwikkeling en implementatie van nieuwe (producten, diensten of modellen) die bijdragen aan:

- de bevordering van de uitstroom van cliënten Beschermd wonen en Opvang naar zelfstandig wonen met passende ondersteuning en daginvulling.

- de preventie van de instroom in een voorziening Beschermd wonen of Opvang;

2.

Innovatieatelier Beschermd wonen en Opvang

Projectmatige activiteiten gericht op het vergroten van de zelfredzaamheid en participatie van (zeer) kwetsbare inwoners waarbij de effecten geborgd kunnen worden en een kostenreductie gerealiseerd.

3.

Profijtgroepen

Mensen die zich individueel of samen met anderen, al dan niet in formele samenwerkingsverbanden, inzetten om bij te dragen aan het bepaalde in de leden 1 en 2.

Artikel 4:91 Relevante procedure

  • 1.

    In afwijking van artikel 4:2 is voor de toepassing van deze paragraaf de reguliere procedure van toepassing, ongeacht de hoogte van de subsidie.

  • 2.

    In afwijking van artikel 13 Algemene Subsidieverordening is de datum voor het indienen van subsidieaanvragen 15 oktober 2018.

Artikel 4:92 Subsidiabele activiteiten

  • 1.

    Het college kan subsidie verlenen voor projectmatige activiteiten Innovatieatelier Beschermd wonen en Opvang die naar het oordeel van het college voldoen aan de innovatiekenmerken zoals deze in artikel 4: 90 zijn omschreven.

  • 2.

    Het subsidietijdvak loopt van 1 september 2018 tot en met uiterlijk 31 december 2019.

Artikel 4:93 Subsidie per activiteit

In afwijking van artikel 4:3 van dit hoofdstuk bedraagt de subsidie voor de in artikel 4:92 genoemde activiteiten maximaal 50% van de noodzakelijke kosten met een maximum van € 15.000,- per aanvraag.

Artikel 4:94 De aanvraag

  • 1.

    De aanvraag om subsidieverlening dient te zijn voorzien van een projectplan met hierin opgenomen:

    • a.

      Het vraagstuk, de activiteiten, de doelen en de samenhang met het te bereiken beoogd effect;

    • b.

      Een begroting van de kosten en de baten van de uit te voeren activiteiten. De aanvraag bevat een beschrijving van de wijze waarop het verschil tussen de subsidiabele projectkosten en de door het college te verstrekken subsidie wordt gedekt ofwel de overige baten naast de gewenste subsidie.

Artikel 4:95 Beoordeling projectplan

  • 1.

    Het college zal het projectplan beoordelen volgens het toekennen van een score aan de hand van punten op de onderdelen:

    • -

      Impact,

    • -

      Draagvlak,

    • -

      Ondernemend, toekomstbestendig

    • -

      Schaalbaar,

    • -

      Vernieuwend product, dienst of model.

  • 2.

    Het initiatief zal op elk onderdeel een score krijgen van 1, 2, 3, 4, of 5 punten met een maximum van 25 punten.

Artikel 4:96 Bijzondere bepalingen en verplichtingen

  • 1.

    De subsidieontvanger is verplicht mee te werken aan een nulmeting, een tussenmeting en een eindmeting in het kader van een impactanalyse.

Artikel 4:97 Weigeringsgronden

  • 1.

    Het college weigert een aanvraag indien het aantal behaalde punten, toegekend volgens de systematiek van artikel 4:95, minder is dan 15 punten.

Artikel 4:98 Subsidieplafond en verdeelregels

  • 1.

    Het subsidieplafond voor de in artikel 4:92 genoemde activiteiten bedraagt het daarmee in de begroting corresponderende bedrag.

  • 2.

    Als het totaal van de aanvragen hoger is dan het beschikbare budget, dan worden de ontvankelijke subsidieaanvragen toegewezen naar de mate waarin ze naar het oordeel van burgemeester en wethouders het hoogste scoren volgens de systematiek van artikel 4:95 leden 1 en 2.

Artikel 4:99 Duur

Deze subsidieregeling eindigt op 31 december 2019.

Artikel 4:100 Overgangsrecht

Voor de vaststelling van de subsidie die verleend is voor 1 september 2018, geldt de regeling zoals deze luidde op 1 september 2017 en bekend is gemaakt in het Gemeenteblad 2017 nr. 36243 dd. 7 maart 2017.

ARTIKEL II

Deze nadere regel treedt inwerking op de dag na de bekendmaking, met terugwerkende kracht tot 1 september 2018, onder gelijktijdige intrekking van de nadere regel van 7 maart 2017 (Gemeenteblad 2017- 36243).

 

Aldus vastgesteld in zijn vergadering d.d. 18 september 2018.

Burgemeester en wethouders van de gemeente Groningen,

de burgemeester,

Peter den Oudsten

de secretaris,

Peter Teesink

Toelichting

1. ALGEMEEN

Conform de Wmo 2015 werken de Groninger gemeenten samen op het gebied van Beschermd wonen en Opvang. De gemeente Groningen is als centrumgemeente namens alle Groninger gemeenten verantwoordelijke voor Beschermd wonen en Opvang.

 

Het doel van deze nadere regel is, conform het meerjarenprogramma ‘Van Beschermd wonen naar wonen met begeleiding op maat’, bij te dragen aan de participatie en het bevorderen van de zelfredzaamheid van kwetsbare burgers. Deze draagt bij aan de doelstelling van de programmabegroting te weten “de effectieve uitvoering van de taken als centrumgemeente”.

Met de nadere regels worden specifiek de volgende doelstellingen beoogd:

  • 1.

    Beweging van intensieve intramurale naar ambulante begeleiding, waarbij de cliënt zelfstandig woont;

  • 2.

    Verschuiving van intensieve naar een lichtere vorm van ambulante begeleiding;

  • 3.

    Vermindering van de instroom van cliënten in de voorzieningen beschermd wonen en opvang;

  • 4.

    Bevorderen van doorstroom vanuit maatwerkvoorzieningen naar algemene voorzieningen zoals lokale wijk- en buurtteams.

De activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd, dienen bij te dragen aan vermindering van de toestroom naar beschermd wonen te voorkomen en verschuiving van intensieve naar lichtere vormen van begeleiding. De activiteiten moeten zijn gericht op persoonlijk en maatschappelijk herstel, het voorkomen van uitval en het versterken van de zelfredzaamheid. De activiteiten dragen bij aan de uitstroom van huidige cliëntgroepen in Beschermd wonen en opvangvoorzieningen of hebben preventieve effecten op potentiele cliëntgroepen naar Beschermd wonen en opvangvoorzieningen in de regio Groningen.

 

De gemeente vraagt nadrukkelijk om innovatieve activiteiten in open netwerken om de beoogde effecten gericht op zelfstandig wonen met passende ondersteuning in een wijk/buurt mogelijk te maken.

 

Hierbij valt te denken aan activiteiten gericht op ondersteuning van zelfstandig wonen van potentiële cliënten en uitstroom van zittende cliënten Beschermd wonen en Opvang.

2 ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING

Artikel 4:93 Subsidie per activiteit

De subsidie bedraagt maximaal 50% van de noodzakelijke kosten met een maximum van € 15.000,-. Om voor subsidie in aanmerking te komen, is een sluitende begroting vereist.

Artikel 4:95 Beoordeling projectplan

Projectplannen met nieuwe producten, diensten of modellen zullen volgens vijf criteria op beoogde effecten worden beoordeeld. Deze criteria zijn de impact, het draagvlak, het ondernemerschap, de schaalbaarheid en de mate van vernieuwing van het product, dienst of model. Het projectplan zal per criterium een score van minimaal 1 punt tot maximaal 5 punten worden toegekend. Projectplannen met een goede kans van slagen op realisatie van de beoogde effecten kunnen in aanmerking komen voor een subsidie van 50% van de projectbegroting met een maximaal bedrag van € 15.000,-

Artikel 4:98 Subsidieplafond en verdeelregels

In dit artikel staat hoe het subsidieplafond wordt bepaald. Het subsidieplafond wordt bekend gemaakt voor het begin van het subsidietijdvak. Dat gebeurt door publicatie in het elektronisch gemeenteblad.

In artikel 4: 95 staat beschreven hoe de beschikbare middelen over de in aanmerking komende aanvragen worden verdeeld als het totaal van de aanvragen hoger is dan het subsidieplafond.

Naar boven