Gemeenteblad van Diemen
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Diemen | Gemeenteblad 2018, 20129 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Diemen | Gemeenteblad 2018, 20129 | Verordeningen |
Algemene Subsidieverordening Diemen 2018
De raad van de gemeente Diemen;
gelet op het gestelde in de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 28-11-2017;
I In te trekken de Algemene Subsidieverordening Diemen zoals die is vastgesteld op 11-2-2010;
II gelijktijdig vast te stellen de hierna volgende :
Algemene Subsidieverordening Diemen 2018
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
Europees steunkader: een mededeling, richtsnoer, kaderregeling, besluit of vrijstellingsverordening op het gebied van staatssteun die de Europese Commissie of de Raad van de Europese Unie, gelet op de artikelen 106, derde lid, 107, 108 of 109 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie heeft vastgesteld.
Artikel 2 Reikwijdte verordening
Deze verordening is van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college met uitzondering van subsidies waarvoor bij afzonderlijke verordening een uitputtende regeling is getroffen en subsidies als bedoeld in artikel 4:23, derde lid, van de Awb (subsidies waarvoor geen wettelijke grondslag nodig is).
Het college is bevoegd te besluiten over het verstrekken van subsidies met inachtneming van de in de gemeentebegroting opgenomen financiële middelen of het subsidieplafond en – indien de begroting nog niet is vastgesteld, dan wel goedgekeurd – onder de voorwaarde dat voldoende gelden ter beschikking worden gesteld.
Artikel 4 Europees staatssteunkader
Voor zover dat ten behoeve van het voldoen aan een Europees steunkader noodzakelijk is, kan het college afwijken van deze verordening.
Hoofdstuk 2 Subsidieplafond en begrotingsvoorbehoud
Artikel 5 Subsidieplafond en begrotingsvoorbehoud
Hoofdstuk 3 Aanvraag van de subsidie
Artikel 6 Bij aanvraag in te dienen gegevens
Bij een aanvraag voor een subsidie dient de aanvrager een beschrijving te geven van de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd. Daarnaast kan de aanvrager gevraagd worden om de volgende gegevens te overleggen:
een begroting en dekkingsplan van de kosten van de activiteiten waar de subsidie voor wordt aangevraagd. Het dekkingsplan bevat een opgave van bij andere bestuursorganen of private organisaties of personen aangevraagde subsidies of vergoedingen ten behoeve van dezelfde activiteiten, onder vermelding van de stand van zaken daarvan;
Hoofdstuk 4 Weigering van de subsidie
Het college kan een aanvraag voor subsidie weigeren indien:
Artikel 10 Wet bevordering integriteitbeoordelingen door het openbaar bestuur (BIBOB)
Het college kan voor subsidies binnen de door de raad vast te stellen beleidsterreinen of onderdelen daarvan bepalen dat de gevraagde subsidie kan worden geweigerd of de verleende subsidie kan worden ingetrokken in het geval en onder de voorwaarden bedoeld in artikel 3 van de Wet bevordering integriteitbeoordelingen door het openbaar bestuur.
Hoofdstuk 5 Verlening van de subsidie
Artikel 12 Betaling en bevoorschotting
Hoofdstuk 6 Verplichtingen van de subsidieontvanger
Artikel 13 Tussentijdse rapportage
Bij subsidies hoger dan € 10.000,--, welke verleend worden voor activiteiten die meer dan een jaar in beslag nemen, kan het college de verplichting opleggen tot het tussentijds afleggen van rekening en verantwoording omtrent de verrichte activiteiten en de daaraan verbonden uitgaven en inkomsten.
De subsidieontvanger doet direct melding aan het college zodra aannemelijk is dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend, niet of niet geheel zullen worden verricht of dat niet of niet geheel aan de aan de beschikking tot subsidieverlening verbonden verplichtingen zal worden voldaan.
Artikel 14a Onderzoek Rekenkamer Diemen
De subsidieontvanger verleent op verzoek alle medewerking aan de Rekenkamer Diemen bij elk onderzoek dat door dit orgaan wordt uitgevoerd.
Artikel 15 Overige verplichtingen van de subsidieontvanger
Hoofdstuk 7 Verantwoording en vaststelling van de subsidie
Artikel 16 Verantwoording bij subsidies tot en met € 10.000,--
Artikel 17 Verantwoording bij subsidies vanaf € 10.000,-- tot € 50.000,--
Artikel 18 Verantwoording bij subsidie vanaf € 50.000,--
Artikel 19 Vaststelling subsidie
Indien uit de aard van de subsidie dan wel de verantwoording daarvan volgt, dat voor de beslissing op de aanvraag tot vaststelling van de subsidie een langere termijn nodig is dan de in het eerste lid genoemde, dan bericht het college de subsidieontvanger daarvan binnen 2 weken na ontvangst van de aanvraag tot subsidievaststelling.
Hoofdstuk 8 Overige bepalingen
Het college kan in bijzondere gevallen een artikel of artikelen van deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken met uitzondering van de artikelen 1, 2, 3 en 8, voor zover toepassing ervan gelet op het belang van de aanvrager of subsidieontvanger leidt tot onbillijkheid van overwegende aard. Het van toepassing verklaren van dit artikel wordt gemotiveerd in het besluit en hiervan wordt periodiek verslag gedaan aan de raad.
Bij het toepassen van een prijsindex wordt uitgegaan van het door het college gehanteerde prijsindexcijfer voor de opstelling van de gemeentebegroting.
Artikel 23 Inwerkingtreding, intrekking en overgangsregeling
Deze verordening wordt aangehaald als: Algemene Subsidieverordening Diemen 2018.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 25 januari 2018.
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
In dit artikel is een aantal definities opgenomen. Deze definities gelden niet alleen voor deze verordening, maar ook voor de eventueel hierop te baseren regelingen. Deze definities zullen dus niet nogmaals in de verschillende subsidieregelingen opgenomen hoeven te worden. Ook kan hier niet van worden afgeweken.
Met het eerste lid krijgt het college de bevoegdheid toegewezen om te besluiten over het verstrekken van subsidies waarop de Algemene subsidieverordening (hierna: ASV) van toepassing is. Dit betreft in beginsel alle subsidies, met uitzondering van subsidies waarvoor bij afzonderlijke verordening een uitputtende regeling is getroffen en subsidies waar overeenkomstig artikel 4:23, derde lid, van de Awb geen wettelijke grondslag nodig is.
Ten aanzien van subsidies waarvoor overeenkomstig artikel 4:23, derde lid, van de Awb geen wettelijke grondslag nodig is, is de ASV in beginsel niet van toepassing. Dit lid geeft het college de bevoegdheid om de ASV (deels) van toepassing te verklaren als daartoe aanleiding bestaat.
Artikel 3. Bevoegdheid college
Het college besluit ingevolge het eerste lid binnen de daarvoor door de raad vastgestelde kaders, zoals neergelegd in de gemeentebegroting, deze subsidieverordening en eventuele beleidsregels. Bepaald is dat het college daarbij de gemeentebegroting en subsidieplafonds in acht neemt. Dit betekent dat het college geen subsidies kan verlenen die niet stroken met de door de raad vastgestelde algemene regels. Met “besluiten over het verstrekken van subsidie” in plaats van “verlenen van subsidies” wordt beoogd de bevoegdheid te besluiten over het gehele subsidieproces, dus ook het bevoorschotten, lager vaststellen en dergelijke.
Artikel 4. Europees steunkader
Om subsidies onder een Europees steunkader te brengen moet de subsidie op het toepasselijke steunkader worden toegesneden. Daarbij kan het nodig zijn dat er afgeweken wordt van de ASV, of dat deze aangevuld wordt. Dit artikel maakt het college daartoe bevoegd.
Artikel 5. Subsidieplafond en begrotingsvoorbehoud
De raad stelt de begroting vast op hoofdlijnen (programma’s) en vervolgens kan het college per programma of programmaonderdeel subsidieplafonds vaststellen. Met het oog op de rechtszekerheid verlangt de Awb dat eventuele subsidieplafonds bekend worden gemaakt voordat de periode waarop het betrekking heeft ingaat. Zo kunnen potentiële aanvragers zonder nadere motivering worden afgewezen op het moment dat het subsidieplafond bereikt is.
Als de gemeentebegroting nog niet is vastgesteld en er formeel dus nog geen financiële ruimte door de raad beschikbaar is gesteld, wordt subsidie slechts verleend onder de voorwaarde dat de raad daarvoor geld beschikbaar zal stellen, het zogenoemde begrotingsvoorbehoud.
Artikel 6. Aanvraag van de subsidie
In het eerste lid is bepaald dat een aanvraag voor subsidie schriftelijk of digitaal dient te worden gedaan; en dat als hiervoor een aanvraagformulier is vastgesteld, de aanvraag dan met gebruikmaking van dat formulier gedaan kan worden. In het tweede lid is bepaald welke stukken en gegevens bij de aanvraag in elk geval overgelegd dienen te worden. In het derde lid is bepaald dat het college voor de beoordeling van de aanvraag om meer informatie kan verzoeken of met minder informatie kan volstaan.
De aanvraagtermijnen zijn afhankelijk van het soort subsidie. Er wordt onderscheid gemaakt tussen jaarlijkse subsidies en eenmalige subsidies. Het college kan besluiten af te wijken van de aanvraagtermijnen die zijn vastgesteld in het eerste en tweede lid.
De aanvraag om een jaarlijkse subsidie dient te worden gedaan uiterlijk op 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft. Bij (in financiële zin) gewijzigde aanvragen, waarvan de wijziging in de gemeentebegroting zou moeten worden verwerkt is 1 oktober als uiterste datum te laat. Dan is het zaak de aanvraag toch eerder in te dienen. Dit is een punt van aandacht voor gemeente zowel als subsidieaanvrager. De praktijk is overigens dat het gros van de aanvragen van jaar tot jaar gelijk is.
Hier worden de termijnen gegeven waarbinnen het college gehouden is te beslissen op een aanvraag voor subsidie. In de Awb staan geen strikte beslistermijnen op een aanvraag om subsidie. Ook hierbij is onderscheid gemaakt tussen jaarlijkse subsidies en eenmalige subsidies.
In dit artikel worden de algemeen geldende weigeringsgronden van de artikelen 4:25, tweede lid, en 4:35 van de Awb, met nadere weigeringsgronden aangevuld.
Op basis van dit artikel kan subsidie worden geweigerd/ingetrokken wanneer een mogelijk BIBOB-onderzoek daartoe aanleiding geeft.
Artikel 11. Verlening subsidie
In de subsidiebeschikking dient altijd expliciet te worden aangegeven voor welke activiteit of activiteiten de subsidie wordt verstrekt. Voorts dient in de beschikking te worden aangegeven op welke wijze de verantwoording van de subsidie dient plaats te vinden. Het college kan de subsidieontvanger nadere verplichtingen opleggen.
Artikel 12. Betaling en bevoorschotting
Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.
Artikel 13. Tussentijdse rapportage
In het kader van het terugdringen van de administratieve lasten is ervoor gekozen aan verstrekte subsidies, hoger dan € 10.000 de mogelijkheid te verbinden om jaarlijks een tussentijdse verantwoording te vragen in de vorm van een voortgangsrapportage. Het college moet vooraf bepalen welke vereisten worden gesteld aan de tussentijdse, inhoudelijke en financiële verantwoording. Het ligt voor de hand dat dit regime in ieder geval lichter is dan het regime wat is opgesteld voor de eindverantwoording.
Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.
Artikel 14a. Onderzoek Rekenkamer Diemen
Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.
Artikel 15. Overige verplichtingen van de subsidieontvanger
In dit artikel zijn de overige verplichtingen van de ontvanger van de subsidie opgenomen als ook de plicht belangrijke wijzigingen te melden aan het college.
Verantwoording en vaststelling van de subsidie (artikel 16 t/m 19)
In het kader van de administratieve lastenverlichting is gekozen voor een vereenvoudigd systeem van vaststelling van subsidies. Hierbij dient als uitgangspunt dat de verantwoordingslasten in verhouding moeten zijn met de hoogte van het subsidiebedrag.
Artikel 16. Verantwoording bij subsidies tot en met € 10.000,--
In de subsidiebeschikking wordt door het college melding gemaakt van het feit dat een subsidie t/m € 10.000,-- ook direct wordt vastgesteld. In beginsel is geen sprake van een verantwoordingsplicht. Het college kan desalniettemin vragen om een eenvoudige verantwoording over de subsidie.
Artikel 17. Verantwoording bij subsidies vanaf € 10.000,-- tot € 50.000,--
Dit artikel behoeft geen toelichting.
Artikel 18.Verantwoording bij subsidies vanaf € 50.000,--
In dit artikel wordt onderscheid gemaakt tussen een controleverklaring van een accountant en een beoordelingsverklaring van een accountant. Een controleverklaring is uitgebreider en dus duurder en wordt daarom alleen gevraagd bij subsidies hoger dan € 100.000,--.
Artikel 19. Vaststelling subsidie
In dit artikel is geregeld binnen welke termijn het college besluit ter zake van de vaststelling van subsidies. Op basis van de verantwoording kan het vastgestelde bedrag afwijken van het oorspronkelijk toegekende bedrag.
Het is een gesubsidieerde instelling toegestaan om een algemene- of egalisatiereserve te vormen. Op basis van dit artikel stelt het college in overleg met de instelling nadere regels aan de maximale hoogte hiervan. Ook het vormen van bestemmingsreserves en/of voorzieningen is toegestaan.
Gesubsidieerde instellingen kunnen een algemene of egalisatiereserve vormen om schommelingen in de exploitatie op te kunnen vangen.
Bestemmingsreserves en voorzieningen
Bestemmingsreserves zijn specifieke reserves waaraan vooraf een bestemming is gegeven. Bijvoorbeeld: ten behoeve van inventaris (vervanging); groot onderhoud eigen accommodatie, nieuwe investeringen, jubilea.
Voorzieningen worden gevormd met het oog op toekomstige verplichtingen. De hoogte van de voorziening moet corresponderen met de toekomstige verplichting.
Het vormen van voorzieningen is een normaal aspect van de bedrijfsvoering en dient daarom onderdeel uit te maken van de begroting en rekening van de organisatie. Voorbeelden van voorzieningen zijn: belastingverplichtingen, te verwachten schadeclaims van derden.
Aan de hoogte van bestemmingsreserves en voorzieningen is geen maximum gesteld. Maar de hoogte van reserves moet wel in redelijke relatie staan tot het totaal aan lasten van de instelling en de voorzieningen moeten een duidelijke relatie hebben met de te verwachten risico’s en uitgaven.
Artikel 21. HardheidsclausuleDit artikel behoeft geen toelichting.
Artikel 22. IndexeringDit artikel behoeft geen toelichting.
Artikel 23. Inwerkingtreding, intrekking en overgangsregeling
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2018-20129.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.