Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oegstgeest houdende regels omtrent befrijshulpverlening Regeling Bedrijfshulpverlening

Het bevoegd gezag van de gemeente Oegstgeest.

 

Gelet op artikel 3 van de Arbeidsomstandighedenwet;

 

gelet op artikel 3:17 van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling voor de sector gemeenten (CAR/UWO);

 

na verkregen instemming van de Ondernemingsraad op 24 november 2017

 

b e s l u i t:

 

vast te stellen de navolgende

 

REGELING BEDRIJFSHULPVERLENING

van de gemeente Oegstgeest

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    ambtenaar:

    de ambtenaar als bedoeld in artikel 1:1 en de werknemer, met wie een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht is aangegaan, als bedoeld in artikel 2:5 van de CAR;

  • b.

    bevoegd gezag:

    het College van Burgemeester en Wethouders, de werkgeverscommissie van de Raad of het bestuur;

  • c.

    werkgever:

    de gemeente Leiden, Leiderdorp, Oegstgeest of Zoeterwoude of de bedrijfsvoeringsorganisatie Servicepunt71 die deze regeling van toepassing heeft verklaard;

  • d.

    bedrijfshulpverlener:

    de ambtenaar die bij besluit is aangewezen om, conform artikel 15 van de Arbeidsomstandighedenwet, in of rond gebouwen van de werkgever bijstand te verlenen op het gebied van bedrijfshulpverlening

  • e.

    hoofd / coördinator bedrijfshulpverlening:

    de ambtenaar die bij besluit is aangewezen en verantwoordelijk is voor de organisatie en uitvoering van de bedrijfshulpverlening bij de werkgever;

  • f.

    ploegleider bedrijfshulpverlening

    de bedrijfshulpverlener die bij besluit is aangewezen om tijdens een operationele inzet in ploegverband leiding te geven aan de andere bedrijfshulpverleners.

  • g.

    bedrijfshulpverlening (hierna BHV):

    • i.

      het verlenen van eerste hulp bij ongevallen;

    • ii.

      het beperken en het bestrijden van brand en het beperken van de gevolgen van ongevallen;

    • iii.

      het in noodsituaties alarmeren en evacueren van alle medewerkers en andere personen in het bedrijf;

  • h.

    bedrijfshulpverleningsplan:

    Het plan dat het bedrijfshulpverleningsbeleid omvat en dat voorziet in de borging van de veiligheid van medewerkers en bezoekers in bedreigende situaties in of rond de gebouwen van de werkgever.

Artikel 2 Aanwijzing als bedrijfshulpverlener

  • 1.

    Het hoofd / coördinator bedrijfshulpverlening is verantwoordelijk voor een voldoende kwalitatieve en kwantitatieve bezetting van bedrijfshulpverleners.

  • 2.

    Een ambtenaar kan op grond van zijn functie verplicht worden voorgedragen als bedrijfshulpverlener.

  • 3.

    Een ambtenaar kan zich vrijwillig aanmelden voor deelname aan de bedrijfshulpverlening, na toestemming van zijn leidinggevende.

  • 4.

    Aanwijzing als bedrijfshulpverlener wordt schriftelijk door het bevoegd gezag aan de ambtenaar medegedeeld en geldt voor onbepaalde tijd.

  • 5.

    De bedrijfshulpverlener heeft bij voorkeur een aanstellingsduur van minimaal 24 uur per week

  • 6.

    In de schriftelijke aanwijzing worden in ieder geval genoemd de BHV-locatie voor welke men als bedrijfshulpverlener wordt aangewezen en de datum met ingang waarvan men wordt aangewezen.

  • 7.

    Intrekking van het besluit tot aanwijzing als bedrijfshulpverlener vindt plaats:

    • a.

      op schriftelijk verzoek van de bedrijfshulpverlener;

    • b.

      indien de bedrijfshulpverlener niet meer in het bezit is van een geldig BHV-certificaat;

    • c.

      indien het bevoegd gezag de bedrijfshulpverlener niet meer in staat acht op adequate wijze zijn taak uit te voeren;

    • d.

      bij detachering, schorsing of ontslag van de bedrijfshulpverlener;

    • e.

      op voorstel van de leidinggevende, om organisatorische redenen;

    • f.

      wanneer vermindering van het aantal medewerkers, het bedrijfshulpverleningsplan of het aantal huisvestingslocaties daartoe aanleiding geeft.

Artikel 3 Criteria voor BHV-werkzaamheden

  • 1.

    De bedrijfshulpverlener dient voor de uitoefening van de bedrijfshulpverleningstaken als de bedrijfshulpverlener voldoende inzetbaar te zijn.

  • 2.

    Een bedrijfshulpverlener is voldoende inzetbaar als:

    • a.

      hij bij voorkeur tenminste 24 uur per week als bedrijfshulpverlener aanwezig en inzetbaar is op de aangewezen locatie;

    • b.

      hij deelneemt aan de informatiebijeenkomsten en oefeningen;

    • c.

      hij beschikt over het vereiste en geldige BHV-certificaat

Artikel 4 Bedrijfshulpverleningstaken

In het Bedrijfshulpverleningsplan staan de taken beschreven van:

  • a.

    het hoofd / coördinator bedrijfshulpverlening

  • b.

    de ploegleider bedrijfshulpverlening

  • c.

    de bedrijfshulpverlener

Artikel 5 Vergoeding

  • 1.

    De bedrijfshulpverlener die aan de voor hem geldende criteria van artikel 3 voldoet ontvangt een vergoeding zoals genoemd in artikel 3:17 van de CAR.

  • 2.

    De vergoeding wordt maandelijks achteraf aan de bedrijfshulpverlener uitbetaald.

  • 3.

    Indien de ambtenaar, al dan niet als gevolg van ziekte, periode(n) van langer dan zes weken aaneengesloten verhinderd is geweest -anders dan de redenen genoemd in artikel 2, lid 6- de in artikel 4 genoemde taken te verrichten, wordt de BHV-vergoeding per de 1e dag van de volgende maand stopgezet.

  • 4.

    Per de eerste dag van de maand volgend op de hervatting van de in artikel 4 genoemde taken, wordt de vergoeding weer uitbetaald.

  • 5.

    Voor het uitvoeren van BHV-taken en oefeningen buiten de voor de ambtenaar geldende werktijden, bestaat recht op verlof.

  • 6.

    Voor het uitvoeren van BHV-taken en -oefeningen buiten de voor de ambtenaar geldende werktijden bestaat conform de CAR-UWO aanspraak op een vergoeding voor overwerk of een buitendagvenstertoelage.

Artikel 6 Overgangsrecht

De ambtenaar die vóór 1 januari 2016 is aangewezen als bedrijfshulpverlener behoudt de BHV vergoeding zoals bepaald in het beloningsbeleid van de werkgever.

Artikel 7 Aansprakelijkheid

  • 1.

    Indien een bedrijfshulpverlener financiële schade lijdt voortvloeiend uit een situatie die rechtstreeks verband houdt met de uitvoering van zijn BHV-activiteit, komen die kosten voor rekening van de werkgever, indien de bedrijfshulpverlener zich aan de voorgeschreven veiligheidsvoorschriften heeft gehouden en de schade niet is te wijten aan zijn grove schuld of onvoorzichtigheid.

  • 2.

    Indien de bedrijfshulpverlener in het kader van zijn BHV-activiteit ondeskundig of onrechtmatig handelt, is de schade dientengevolge jegens derden voor rekening van de werkgever conform de algemene regels omtrent aansprakelijkheid.

Artikel 8 Onvoorziene gevallen

  • 1.

    In geval van bijzondere omstandigheden dan wel in geval een strikte toepassing van deze regeling naar het oordeel van de werkgever in strijd zou zijn met de redelijkheid of de billijkheid, kan van deze regeling worden afgeweken.

  • 2.

    In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, kan de werkgever een bijzondere regeling treffen.

Artikel 9 Slotbepaling

Deze regeling treedt in werking een dag na publicatie en werkt terug tot en met 1 januari 2018 en kan worden aangehaald als “Regeling Bedrijfshulpverlening”.

 

Aldus vastgesteld te Oegstgeest, op 8 mei 2018

Burgemeester en wethouders van Oegstgeest,

H.A. Leegstra

secretaris

E.R. Jaensch

burgemeester

Naar boven