Aangepaste beleidsregel Subsidieverstrekking groene daken 2018

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht;

- gelet op artikel 4:81 van de Awb en artikel 3 lid 2 van de Algemene Subsidieverordening 2014

- en gelet op de Actualisatie Groenstructuurplan 2017 – 2030, vastgesteld door de gemeenteraad op 8 maart 2018,

 

Besluit vast te stellen de aangepaste beleidsregel subsidieverstrekking groene daken 2018

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

a. gebouw: een gebouw is elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.

b. college: het college van B&W van Utrecht;

c. dak(constructie): samenstelling van balken (hout of staal), regels en bebording of betonnen plaat, die sterk genoeg is om de dakbedekking van een gebouw te dragen en de wind- / regen-/ en sneeuwbelasting op te vangen. De dakconstructie moet zodanig zijn dat deze beloopbaar is voor onderhoud en inspectie;

d. extensieve groene daken: daken die voldoen aan de volgende voorwaarden:

- bevatten een vegetatiepakket minimaal opgebouwd uit een wortelkerende laag, een drainagelaag of waterbergingslaag, een substraatlaag en een vegetatielaag met droogteresistente soorten.

- zijn alleen voor onderhoud en inspectie toegankelijk en hebben geen gebruiksfunctie.

- het gewicht van het vegetatiepakket in verzadigde toestand ligt tussen de 40 en 200 kg per vierkante meter

- het vegetatiepakket heeft een waterberging van minimaal 15 liter per m2.

e. intensieve groene daken: daken die voldoen aan de volgende voorwaarden:

- bevatten een vegetatiepakket minimaal opgebouwd uit een wortelkerende laag, een drainagelaag of waterbergingslaag, een substraatlaag en een vegetatielaag met een grote variatie aan soorten, waarvan maximaal 50% van de toegepaste plantensoorten sedum en mossen zijn.

- het gewicht van het vegetatiepakket in verzadigde toestand is minimaal 200 kg per vierkante meter

- het vegetatiepakket heeft een waterberging van minimaal 45 liter per m2

f. monument: een onroerende zaak die is opgenomen in het monumentenregister zoals bedoeld in de Monumentenwet 1988, dan wel een onroerende zaak die is geplaatst op de gemeentelijke monumentenlijst zoals bedoeld in de vigerende monumentenverordening;

g. woonwagen: voor bewoning bestemd gebouw als bedoeld in de Woningwet dat is geplaatst op een standplaats en dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst;

h. woonboot: een vaartuig, daaronder begrepen een object te water, dat hoofdzakelijk wordt gebruikt als of is bestemd tot woonverblijf, niet zijnde een object dat valt onder de Woningwet en dat uit hoofde van zijn feitelijke bestemming of gebruik plaatsgebonden is;

i. platte daken: daken met een hellingshoek ten opzichte van de horizontaal van kleiner dan of gelijk aan 3 graden.;

j. schuine daken: daken met een grotere hellinghoek dan 3 graden. Daken met een helling groter dan 15 graden komen niet in aanmerking voor subsidie;

k. subsidieplafond het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies zoals bedoeld in artikel 4:22 Algemene wet bestuursrecht en artikel 4 Algemene subsidieverordening 2014 van de gemeente Utrecht.

 

Artikel 2 Beleidsdoelstelling

Met deze beleidsregel wil het college de aanleg van groene daken op bestaande bebouwing stimuleren, met als hoofddoel het voorkomen van wateroverlast in het bebouwde gebied en als ondergeschikte doelen het leveren van een bijdrage aan het verminderen van CO2-emissies door energiebesparing, het terugdringen van geluidshinder, het tegengaan van de opwarming van de stad en het verhogen van de biodiversiteit en de woonkwaliteit. Nieuwe gebouwen die bij aanleg al worden voorzien van een groen dak vallen buiten deze regeling.

 

Artikel 3 Eisen aan de aanvrager subsidie

1. Subsidie wordt verstrekt aan natuurlijke personen en aan rechtspersonen.

2. Subsidie voor het aanbrengen van een groen dak op bestaande bebouwing kan worden aangevraagd door: de eigenaar; opstaller; erfpachter; vruchtgebruiker; huurder; gerechtigde tot een appartementsrecht; vereniging van eigenaren; degene aan wie een rechtspersoon deelnemings- of lidmaatschapsrechten heeft verleend die recht geven op het gebruik van het dak van een gebouw; - eigenaren of verenigingen van eigenaren van gebouwen, woonboten en woonwagens.

3. Wanneer de aanvrager geen eigenaar is, dient een schriftelijk bewijsstuk bij de aanvraag te worden gevoegd waaruit blijkt dat de eigenaar van het betreffende gebouw, woonboot of woonwagen instemt met het aanbrengen van een groen dak en op de hoogte is van de regeling en de verplichtingen die het met zich meebrengt.

4. als een verzameling van natuurlijke personen is ondergebracht in een rechtspersoon dan kan alleen de rechtspersoon de aanvraag indienen.

5. als er sprake is van een verband of corporatie van zakelijk gerechtigden dan kan alleen de rechtspersoon een aanvraag indienen waarin de zakelijk gerechtigden zijn verenigd.

 

Artikel 4 Vaststelling subsidieplafond

Voor elk kalenderjaar is voor het subsidiëren van de in deze beleidsregel genoemde activiteiten het bedrag beschikbaar zoals dat in de subsidiestaat voor het betreffende jaar is vastgesteld. Als het subsidieplafond wordt bereikt, worden aanvragen automatisch op volgorde van binnenkomst doorgeschoven naar het eerstvolgende kalenderjaar.

 

Artikel 5 Subsidiabele activiteiten

Het college kan in het kader van een aanvraag besluiten tot het verstrekken van een subsidie in de kosten van de aanleg van een extensief of intensief groen dak op gebouwen/bijgebouwen, woonboten of woonwagens. Het groene dak/ de verzameling groene daken waarvoor subsidie wordt aangevraagd heeft een minimale oppervlakte van 20 m2.

 

Artikel 6 Eisen aan de subsidieaanvraag

De aanvraag voor de subsidie groene daken bevat in ieder geval:

1. een voorstel voor het aan te brengen groene dak/de aan te brengen groene daken, voorzien van de kenmerken van het aan te brengen groene dak, zoals: de oppervlakte c.q. omvang ervan, het waterbergingsvermogen van het vegetatiepakket, de toe te passen planten, het gewicht in verzadigde toestand per m², de opbouw van de verschillende lagen van het vegetatiepakket en een beeld hoe het dak er in begroeide toestand na verwachting uit komt te zien.

2. een gespecificeerde begroting van de kosten en/of een offerte van de kosten opgesteld door een dakbegroeningsbedrijf. In de begroting wordt in ieder geval een overzicht van de kosten aangegeven van:

a. het materiaal dat nodig is voor de aanleg van het groene dak/de groene daken;

b. loonkosten dakbegroeningsbedrijf of dakdeskundige;

c. overige relevante kosten (zoals de kosten van een eventueel bouwkundig advies).

3. een situatietekening van schaal 1: 100 en de maten van het werkelijk te begroenen dak;

4. een foto van het bestaande dak/de bestaande daken;

5. als ook een omgevingsvergunning voor bouwen (bouwvergunning) en/of voor een monument (monumentenvergunning) vereist is, dan wordt ook een kopie van de verleende omgevingsvergunning (bouwvergunning en/of monumentenvergunning) meegezonden;

6. machtigingsbewijs of volmacht.

 

Artikel 7 In behandeling neming subsidieaanvraag

Een subsidieaanvraag voor de aanleg van een groen dak wordt alleen dan in behandeling genomen wanneer:

1. de aanvraag en alle bijbehorende informatie en stukken zijn ontvangen;

2. als er niet eerder subsidie voor (een deel van) hetzelfde gebouw en/of dezelfde aanvrager is verleend;

3. de werkzaamheden voor het aanleggen van het groene dak nog niet zijn aangevangen;

4. aan deze beleidsregel is voldaan en niet in strijd is gehandeld met Titel 4.2 Algemene wet bestuursrecht.

 

Artikel 8 Indiening subsidieaanvraag

1. De aanvraag moet worden ingediend bij het college van b en w, bij voorkeur gebruik makend van het daarvoor bestemde digitaal aanvraagformulier (zie www.utrecht.nl, zoekterm subsidie groene daken)

2. Binnen dertien weken na de datum van subsidieverlening moet een begin worden gemaakt met het treffen van de voorzieningen.

3. Het college kan besluiten andere verplichtingen op te leggen.

 

Artikel 9 Maximaal subsidiebedrag per aanvraag/aanvrager

De hoogte van de subsidie wordt berekend aan de hand van de volgende punten:

a. De subsidie bedraagt maximaal 50% van de kosten met een maximum van € 50 per m2 voor een intensief groen dak en maximaal 25% van de kosten met een maximum van € 30 per m2 voor een extensief groen dak.

b. Kosten van een bouwkundig expert worden tot een maximum van € 250,00 vergoed.

c. De subsidie bedraagt maximaal € 20.000,00 per aanvraag/aangevraagd object (inclusief de kosten onder lid 1c).

 

Artikel 10 Besluitvorming

Bij de besluitvorming wordt de volgende procedure gehanteerd:

1. Het college neemt binnen acht weken na ontvangst van de volledige aanvraag tot subsidieverlening een beslissing op de aanvraag.

 

2. Wanneer voor enig kalenderjaar het totaalbedrag van de aanvragen het bedrag als bedoeld in lid 1 van dit artikel overschrijdt, worden ten laste van dit bedrag de aanvragen verleend op basis van de volgorde waarop de volledige subsidieaanvragen bij de gemeente zijn binnengekomen.

3. Als aanvragen een gelijke ontvangstdatum hebben en gezamenlijk het subsidieplafond overschrijden, zoals genoemd in het tweede lid, krijgen bij de verdeling van het beschikbare bedrag die activiteiten voorrang die het meest overeenkomen met het doel van de regeling;

4. Aanvragen die wegens het bereiken van het subsidieplafond niet kunnen worden gehonoreerd,

worden aangehouden tot het volgende begrotingsjaar indien deze beleidsregel in werking blijft.

5. De subsidieontvanger dient na het gereedkomen van de aanleg van het groene dak/groene daken tegelijkertijd met de gereedmelding de aanvraag tot subsidievaststelling in.

6. De gereedmelding en aanvraag tot vaststelling worden per email gestuurd naar, Burgemeester en wethouders van Utrecht via subsidie@utrecht.nl

 

7.. De aanvraag tot subsidievaststelling groene daken gaat in ieder geval vergezeld van de volgende stukken:

a. een foto van het gerealiseerde groene dak;

b. een kopie van de originele rekening;

c. een kopie van de originele betaalbewijzen van deze rekening betreffende de uitgevoerde werkzaamheden;

d. totale kostenopstelling waaruit duidelijk naar voren moet komen hoeveel m2 met welk waterbergingsvermogen zijn aangelegd .

 

Artikel 11 Verplichtingen aan subsidieverlening

1. ontwerp en aanleg van het groene dak/groene daken moeten deugdelijk worden uitgevoerd;

2. binnen dertien weken na de datum van subsidieverlening moet een begin worden gemaakt met het treffen van de voorzieningen;

3. het college kan besluiten andere verplichtingen op te leggen.

 

Artikel 12 Evaluatie

Het beleid in welk kader de subsidieregeling groene daken wordt ingezet, wordt jaarlijks geëvalueerd. De evaluatie kan leiden tot aanpassing van de subsidieregeling en deze beleidsregel.

 

Artikel 13 Inwerkingtreding en citeertitel

Deze beleidsregel treedt in werking op de dag van vaststelling door het college van burgemeester en wethouders. De oude beleidsregel (Beleidsregel Subsidieverstrekking groene daken 2018, in werking getreden op 6 maart 2018) wordt gelijktijdig ingetrokken.

Er kan naar deze beleidsregel worden verwezen als Aangepaste Beleidsregel subsidieverstrekking groene daken 2018.

 

 

 

 

Aldus is vastgesteld door burgemeester en wethouders van Utrecht in hun vergadering van 28 augustus 2018.

De secretaris, De burgemeester,

Drs. G.G.H.M. Haanen Mr. J.H.C. van Zanen

TOELICHTING

Algemeen

De subsidieregeling Groene Daken Utrecht is ingesteld om het aanbrengen van extensieve en intensieve groene daken op bestaande gebouwen, woonwagens, woonboten, scholen, bedrijfsgebouwen en appartementcomplexen en bijbehorende schuren en garages

binnen de bebouwde kom van Utrecht te stimuleren.

Groene daken dragen namelijk op verschillende manieren bij aan een leefbare en duurzame stad. Groene daken brengen groen in de stad op weinig tot niet gebruikte plaatsen en hebben een positief effect op het milieu. Zij kunnen zorgen voor een verbeterde waterhuishouding (minder regenwaterbelasting op het riool) en voor een verbetering van het stedelijke microklimaat (tegengaan van warmte-eiland effect, minder droge lucht).

Ook hebben zij een positief effect op de kwaliteit van het hemelwater en de atmosfeer (minder fijn stof). Voor bewoners zijn er verder de voordelen van een betere isolatie en binnenklimaatbeheersing bij lichte dakconstructies, vooral in de zomer. Bij toepassing van groene daken heeft de dakbedekking een langere levensduur. Groene daken dragen ook bij aan meer biodiversiteit in de stad (vooral ongewervelde dieren, die weer vogels aantrekken).

Titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht met algemene regelgeving over subsidieverlening en vaststelling, en de Algemene subsidieverordening 2014 van de gemeente Utrecht zijn van toepassing.

De subsidieaanvrager is verantwoordelijk voor de inhoud van de aanvraag. De aanvrager dient altijd na te gaan of de stukken bij de aanvraag juist en volledig zijn en of er een omgevingsvergunning voor bouwen of monumenten nodig is.

 

Artikelgewijze toelichting

 

Artikel 1, Begripsbepalingen 1a, 1g en 1h "Gebouw", "woonwagen", "woonboot"

De subsidieregeling is bedoeld voor gebouwen, woonwagens en woonboten. Hieronder vallen ook schoolgebouwen, bedrijfsgebouwen en een complex van woningen van bijvoorbeeld een VvE of corporatie.

1d , 1e "extensieve" en "intensieve groene daken"

Het verschil tussen extensieve en intensieve daken betreft vooral de dikte van de substraatlaag en dus de zwaarte van het pakket en met name de drainagelaag of waterbergende laag onder de vegetatielaag, die het waterbergend vermogen ervan bepaalt.

De begroeiing van extensieve daken beperkt zich tot laagblijvende (vet)planten, mossen, grassen en kruiden. Het pakket heeft een dikte van 5-13 cm. Het gewicht in verzadigde toestand varieert van 40 tot 200 kg per vierkante meter. Extensieve daken hebben geen gebruiksfunctie en zijn alleen voor onderhoud en inspectie toegankelijk.

Intensieve groene daken hebben een hogere begroeiing en een zwaardere belasting (meer dan 200 kg per m2), omdat het pakket dikker is en de begroeiing zwaarder. Zij zijn in dat opzicht vergelijkbaar met gewone tuinen en kunnen daarom ook een gebruiksfunctie hebben. Ook is het waterbergend vermogen om die reden hoger dan bij extensieve groene daken.

De grens tussen extensief en intensief wordt bepaald door het waterbergende vermogen, het gewicht van het vegetatiepakket in verzadigde toestand en het type begroeiing van het groene dak, zoals omschreven in artikel 1.

Omdat de gemeente belang hecht aan de bijdrage van groene daken aan het voorkomen van wateroverlast in de stad en het verhogen van de biodiversiteit is de subsidie aan de aanleg van intensieve daken hoger dan aan die van extensieve daken.

In de praktijk wordt er een variatie aan typen dakbegroeiing aangeboden door bedrijven die groene daken aanleggen, zowel voor platte als voor schuine daken. Schuine daken lenen zich doorgaans niet voor intensieve groene daken.

Kosten voor groene daken op daken die steiler zijn dan 15 graden nemen sterk toe en de baten nemen af. Er moeten dan extra maatregelen worden genomen om het water niet te snel af te laten vloeien. Vanaf 10 graden nemen de afschuifkrachten en de erosiekans toe, waardoor speciale voorzieningen nodig zijn. De grens voor het subsidiëren van groene daken wordt daarom bij 15 graden gelegd.

Wanneer het groene dak wordt aangebracht op een bestaand dak (of alleen de dakbedekking wordt vernieuwd) zou er in principe geen omgevingsvergunning voor bouwen nodig zijn.

Per geval moet worden beoordeeld of er sprake is van een omgevingsvergunningsplicht (bouwvergunningsplicht). In zijn algemeenheid is bij wijzigingen van constructieve aard een omgevingsvergunning voor bouwen nodig. Het kan dan gaan om het verhogen van een dakrand, constructieve aanpassingen, vernieuwing van de afwatering van het hemelwater en aanpassing van installaties en afvoerpijpen. Wanneer het gaat om een monument is wel altijd een omgevingsvergunning voor monumenten noodzakelijk.

De beoordeling of de dragende constructie van een gebouw voldoende draagkracht bezit om het groene dak te dragen, of het dak in de juiste staat verkeert en of de afwatering voldoet, is altijd nodig en moet gebeuren door een deskundige. De eigenaar van het gebouw/ de woning blijft altijd zelf verantwoordelijk voor de (constructieve) veiligheid.

Artikel 2 Beleidsdoelstelling:

Op de doelstelling van deze subsidieregeling is in het algemene gedeelte al ingegaan.

Artikel 3 Eisen aan de aanvrager subsidie:

De reden dat er alleen aan natuurlijke- en rechtspersonen subsidie kan worden verstrekt, is dat bij toezicht of handhaving een persoon kan worden aangesproken.

Zoals al is aangegeven wordt met deze subsidieregeling beoogd dat er zoveel mogelijk groene daken groen wordt aangelegd. Daarom richt deze subsidieregeling zich niet alleen tot de eigenaren, maar ook tot andere zakelijk gerechtigden.

Ook een vereniging van eigenaren onder een dak van bijvoorbeeld een flatgebouw kan een aanvraag indienen voor subsidie.

Bij een aanvrager die niet eigenaar is, geldt de voorwaarde dat de eigenaar moet hebben ingestemd met het aanbrengen van het groene dak/verticale groen.

Voor deze gevallen is in het aanvraagformulier een modelverklaring opgenomen voor de eigenaar, waarin deze kan verklaren dat hij/zij instemt met het aanbrengen van het groene dak en dat hij/zij op de hoogte is van het feit dat de gemeente slechts betrokken is in het kader van de subsidieregeling, en niet aansprakelijk is voor mogelijke schade aan of door het groene dak/verticaal groen.

De beoordeling of de dragende constructie van een gebouw voldoende draagkracht bezit om het groene dak te dragen en of het dak in de juiste staat verkeert, is de verantwoordelijkheid van de subsidieaanvrager en/of eigenaar van het dak.

De aanvrager is tevens verantwoordelijk voor de uitvoering en deugdelijkheid van het groene dak. Daarnaast is de aanvrager verantwoordelijk voor de instandhouding en het onderhoud van het groene dak.

En de aanvrager-niet-eigenaar zal indien zijn zakelijk recht op welke manier dan ook eindigt een regeling moeten treffen voor het onderhoud en instandhouding van het groene dak/verticaal groen.

Wanneer het zakelijk recht van de aanvrager-niet-eigenaar is beëindigd, en er geen regeling is getroffen voor het onderhoud en instandhouding van het groene dak/verticaal groen, zal de eigenaar verantwoordelijk worden gehouden voor de instandhouding en het onderhoud van het groene dak.

De verplichting tot onderhoud en instandhouding geldt voor tenminste vijf jaar.

Vierde en vijfde lid gaan over de situaties waar er sprake is van een Vereniging van Eigenaren of een coöperatie. Het is niet de bedoeling dat deelnemers aan een Vereniging van Eigenaren of huurders van een complex van een corporatie los van elkaar een aanvraag indienen voor een deel van het dak van het complex. Slechts integrale aanvragen van de rechtspersoon kunnen in behandeling worden genomen.

Artikel 4 Subsidiabele activiteiten:

De activiteiten waarop deze subsidieregeling van toepassing is, betreffen het aanleggen van extensieve en intensieve groene daken op gebouwen, woonboten of bijgebouwen..

Er wordt onderscheid gemaakt in het aanbrengen van groene daken op nieuwe of bestaande bebouwing. De ambitie van de gemeente is dat er duurzaam, gezond en klimaatproof wordt gebouwd in de stad en groene daken kunnen daarbij worden meegenomen in het ontwerp. Bij de bestaande bebouwing is een inhaalactie nodig en door middel van de subsidieregeling worden burgers en partijen gestimuleerd om groene daken aan te leggen.

Uiteraard wordt alleen subsidie verstrekt als aan de voorwaarden uit de beleidsregel is voldaan en er geen strijd is met de bepalingen over subsidie uit de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 5 Eisen aan de subsidieaanvraag

Voor woonboten gelden geen wettelijke eisen voor de constructie bij de aanleg van groene daken, maar het is wel verstandig om de draagkracht te laten berekenen evenals de diepteligging van de woonboot met een groen dak.

De aanvrager is verantwoordelijk voor de deugdelijkheid van de aanvraag. Zo zal hij zelf moeten nagaan of er een omgevingsvergunning voor bouwen of monumenten nodig is zoals bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Daarnaast is de aanvrager verantwoordelijkheid voor de juistheid en volledigheid van de gegevens uit de aanvraag. Wanneer de aanvraag niet deugdelijk is kan worden besloten tot het niet in behandeling nemen van de aanvraag. Dit besluit kan worden genomen nadat de aanvrager in de gelegenheid is gesteld om de aanvraag aan te vullen of te herstellen (zie hiervoor artikel 4:15 en 4:5 Algemene wet bestuursrecht).

De ondergrens voor een aanvraag ligt bij 20 m2.

Het dak van een schuurtje kan worden meegenomen in de aanvraag voor het dak van een woning wanneer de totale oppervlakte van het aan te leggen dakgroen in totaal tenminste 20 m2 omvat. Ook is het mogelijk een verzamelaanvraag in te dienen waarbij de totale omvang van het te begroenen oppervlak tenminste 20 m2 bedraagt. Voorwaarde is dat er één aanvrager is voor de verzameling van de te begroenen daken.

Een onderscheid tussen een extensief en intensief groen dak wordt gelegd bij een waterbergingsvermogen per m2. De leverancier zal het waterbergingsvermogen moeten vermelden in de offerte. Bij een intensief groen dak gaat het om het groene deel van het dak, dus niet het betegelde deel van het intensieve dak.

Artikel 6 In behandeling neming subsidie-aanvraag

Er wordt geen subsidie achteraf verstrekt. De werkzaamheden mogen nog geen aanvang hebben genomen op het moment dat de subsidie wordt verleend. Dit volgt tevens uit Titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht over subsidies.

Artikel 7 Indiening subsidieaanvraag

Bij de aanvraag voor subsidieverlening kan gebruik worden gemaakt van het aanvraagformulier. Dit is geen verplichting, maar meer een hulpmiddel in de zin van een checklist. Binnen dertien weken na de datum van subsidieverlening moet een begin worden gemaakt met het treffen van de voorzieningen. Als dit niet lukt, kan schriftelijk uitstel worden gevraagd bij het subsidiebureau.

Artikel 8 Maximaal subsidiebedrag per aanvraag/aanvrager

Hier komt het onderscheid in subsidiëring van extensieve en intensieve daken tot uiting.

In het subsidiebedrag kan rekening worden gehouden met de kosten van bouwkundige berekeningen die in bepaalde situaties nodig zijn.

Artikel 9 Besluitvorming

Bij besluiten geldt een redelijke termijn waarin een besluit op een aanvraag moet worden genomen, volgens de Algemene wet bestuursrecht is dit uiterlijk acht weken.

In het besluit wordt vermeld voor welke activiteiten de subsidie wordt verleend en wat het maximale subsidiebedrag zal zijn nadat de activiteiten naar behoren zijn uitgevoerd.

In lid 4 wordt gesproken van voorrang van die activiteiten die het meest overeenkomen met het doel van de regeling . Hiermee wordt bedoeld een project voorrang krijgt als het een grote of bijzondere bijdrage levert aan het beleidsdoel. Vaak zal dit begrip spelen in vergelijking met andere projecten. Bijvoorbeeld een intensief dak levert een grotere bijdrage aan het beleidsdoel dan een extensief dak, maar een groot extensief dak kan weer een grotere bijdrage leveren dan een klein intensief dak.

Zodra de werkzaamheden zijn afgerond, meldt de subsidieaanvrager dit schriftelijk bij de gemeente Utrecht. Dit kan per brief of digitaal.

Bij de aanvraag voor vaststelling van subsidie moet een aantal stukken zijn bijgevoegd, die nodig zijn om tot vaststelling te kunnen overgaan, deze stukken worden genoemd in artikel 10.

Artikel 10 Verplichtingen aan subsidieverlening

Naast de algemene verplichtingen die volgen uit de Algemene wet bestuursrecht, de Algemene subsidieverordening, en het besluit tot subsidieverlening, gelden de verplichtingen tot het starten van de werkzaamheden binnen dertien weken na subsidieverlening en daarnaast het in standhouden en onderhouden van het groene dak.

Indien noodzakelijk kan het college in bepaalde gevallen aanvullende verplichtingen opleggen.

Bij het opleggen van aanvullende verplichtingen zullen deze voldoende gemotiveerd moeten worden.

Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel

De regeling loopt door tot het moment van intrekking, onder voorbehoud van beschikbaarstelling van budget door de raad.

Naar boven