Verordening op de raadscommissies Waddinxveen 2018

De raad van de gemeente Waddinxveen;

 

gelezen het voorstel van het presidium;

 

gelet op artikel 82, eerste lid, van de Gemeentewet;

besluit de volgende verordening vast te stellen:

 

Verordening op de raadscommissies Waddinxveen 2018

 

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    commissiegriffier: griffier van een raadscommissie of diens plaatsvervanger;

  • -

    commissielid: lid van een raadscommissie of diens plaatsvervanger;

  • -

    commissievoorzitter: voorzitter van een raadscommissie of diens plaatsvervanger;

  • -

    fractievertegenwoordiger: een ondersteuner van een fractie die door die fractie overeenkomstig artikel 4 van deze verordening is benoemd tot commissielid en die vervolgens in een raadsvergadering is geïnstalleerd als fractievertegenwoordiger;

  • -

    griffier: griffier van de raad of diens plaatsvervanger;

  • -

    wet: Gemeentewet.

Artikel 2. Instelling raadscommissies

Er is een:

  • a.

    raadscommissie Ruimte en Infrastructuur, waarvan de werkzaamheden de volgende onderwerpen betreffen: ruimtelijke ordening, infrastructuur, economie, woningbouw en openbare werken,

  • b.

    raadscommissie Maatschappij en Financiën, waarvan de werkzaamheden de volgende onderwerpen betreffen: sociaal beleid, onderwijs, cultuur, financiën, bestuurlijke en regionale zaken.

Artikel 3. Taken

Een raadscommissie:

  • a.

    brengt advies uit aan de raad over die onderwerpen waarop haar werkzaamheden betrekking hebben;

  • b.

    kan advies uitbrengen aan de raad over andere onderwerpen dan bedoeld onder a, en

  • c.

    voert overleg met het college of de burgemeester over in ieder geval de door hen verstrekte inlichtingen en het gevoerde bestuur ten aanzien van de onderwerpen, bedoeld onder a.

Artikel 4. Samenstelling; benoeming commissievoorzitter

  • 1.

    Een raadscommissie bestaat uit ten minste een en maximaal drie commissieleden per fractie.

  • 2.

    De commissieleden en hun plaatsvervangers worden door de fracties zelf benoemd.

  • 3.

    Zowel raadsleden als fractievertegenwoordigers kunnen lid zijn. De artikelen 10, 11, 12, 13 en 14 van de wet zijn van overeenkomstige toepassing op commissieleden die geen raadslid zijn.

  • 4.

    De raad benoemt twee commissievoorzitters en twee plaatsvervangers uit haar midden. Zij kunnen onderling afspreken van commissie te wisselen.

Artikel 5. Zittingsduur en vacatures

  • 1.

    De zittingsperiode van een commissielid en -voorzitter eindigt in ieder geval met het einde van de zittingsperiode van de raad.

  • 2.

    Het lidmaatschap van een commissielid eindigt als niet meer wordt voldaan aan de in artikel 4, derde lid, gestelde eisen.

  • 3.

    (vervalt).

  • 4.

    De raad kan de commissievoorzitter ontslaan.

  • 5.

    Een commissielid en -voorzitter kunnen te allen tijde ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan de raad. Het ontslag gaat een maand na de schriftelijke mededeling in of zoveel eerder als hun opvolger is benoemd.

  • 6.

    Als door overlijden of ontslag een vacature ontstaat, beslist de raad of de fractie zo spoedig mogelijk over de vervulling daarvan.

  • 7.

    Het lidmaatschap van commissieleden, benoemd door een fractie die niet langer vertegenwoordigd is in de raad, vervalt van rechtswege.

Artikel 6. De commissiegriffier

  • 1.

    De griffier van de raad wijst ter ondersteuning van iedere raadscommissie een op de griffie werkzame ambtenaar of, in samenspraak met de secretaris, een niet op de griffie werkzame ambtenaar aan als commissiegriffier.

  • 2.

    Een commissiegriffier is aanwezig in vergaderingen.

  • 3.

    Bij verhindering of afwezigheid wordt de commissiegriffier vervangen door een door de griffier van de raad aangewezen op de griffie werkzame ambtenaar of, in samenspraak met de secretaris, een niet op de griffie werkzame ambtenaar.

  • 4.

    Een commissiegriffier kan op uitnodiging van de commissievoorzitter aan beraadslagingen in vergaderingen deelnemen.

Hoofdstuk 2. Vergaderingen

Paragraaf 1. Voorbereiding

Artikel 7. Oproep en agenda

  • 1.

    De commissievoorzitter zendt ten minste zes dagen voor een vergadering de commissieleden een schriftelijke oproep en de voorlopige agenda met de daarbij behorende stukken. Deze uitnodiging wordt, op voordracht van het college en vastgesteld in het presidium, tevens verzonden naar personen, organisaties en bedrijven die betrokken zijn bij de onderwerpen welke zijn opgenomen op de voorlopige agenda.

  • 2.

    In spoedeisende gevallen kan de commissievoorzitter na het verzenden van een schriftelijke oproep een aanvullende agenda opstellen. Zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk 48 uur voor aanvang van de vergadering, wordt deze met de daarbij behorende stukken aan de leden gezonden.

  • 3.

    Op de stukken, bedoeld in het eerste en tweede lid, is artikel 8, derde lid, van toepassing.

  • 4.

    De agenda wordt bij aanvang van een vergadering door de raadscommissie vastgesteld.

Artikel 8. Ter inzage leggen van stukken

  • 1.

    Stukken die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op een agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de schriftelijke oproep op het gemeentehuis ter inzage gelegd. Als na het verzenden van de schriftelijke oproep stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden van de raadscommissie en zo mogelijk door middel van openbare kennisgeving.

  • 2.

    Elektronisch beschikbare stukken worden op de website van de gemeente geplaatst.

  • 3.

    Stukken waaromtrent op grond van artikel 86, eerste en tweede lid, van de wet geheimhouding is opgelegd, blijven in afwijking van het eerste en tweede lid onder berusting van de griffier en verleent deze de commissieleden op verzoek inzage.

Artikel 9. Openbare kennisgeving

  • 1.

    Commissievergaderingen worden ter openbare kennis gebracht door aankondiging in een plaatselijk weekblad en langs elektronische weg

  • 2.

    In spoedeisende gevallen kan de openbare kennisgeving uitsluitend langs elektronische weg plaatsvinden.

     

Paragraaf 2. Vergadering

Artikel 10. Vergaderingen

In aanvulling op de raadscommissievergaderingen, bedoeld in het zesde lid, onder b, van het Reglement van orde voor vergaderingen en werkzaamheden van de raad van Waddinxveen 2018 vergadert een raadscommissie voorts als haar voorzitter het nodig acht of als ten minste twee fracties schriftelijk, met opgaaf van redenen, daarom verzoeken.

Artikel 11. Opening vergadering en quorum

  • 1.

    Een vergadering wordt niet geopend voordat minimaal de helft van de fracties vertegenwoordigd is.

  • 2.

    Als op grond van het eerste lid de vergadering niet kan worden geopend, belegt de commissievoorzitter opnieuw een vergadering op een tijdstip dat ten minste vierentwintig uur na het bezorgen van de oproeping is gelegen.

  • 3.

    Op een vergadering als bedoeld in het tweede lid is het eerste lid niet van toepassing. Een raadscommissie kan echter over andere aangelegenheden dan die waarvoor de ingevolge het eerste lid niet geopende vergadering was belegd alleen beraadslagen of besluiten, als meer dan de helft van het aantal zitting hebbende commissieleden tegenwoordig is.

Artikel 12. Advies; geen stemmingen

  • 1.

    Als een raadscommissie een advies aan de raad uitbrengt, beslissen de leden op voorstel van de commissievoorzitter over de inhoud van het advies.

  • 2.

    In het advies worden opgenomen de standpunten van alle fracties en commissieleden die geen raadslid zijn. De commissie adviseert om een voorstel te behandelen in de gemeenteraad als bespreekstuk of als hamerstuk.

  • 3.

    In een vergadering vinden geen stemmingen plaats, met uitzondering van stemmingen over geheimhouding en met betrekking tot de orde.

Artikel 13. Aantal spreektermijnen

  • 1.

    Beraadslaging over onderwerpen of voorstellen geschiedt in ten hoogste twee termijnen, tenzij de raadscommissie anders beslist.

  • 2.

    Spreektermijnen worden door de commissievoorzitter afgesloten.

  • 3.

    Commissieleden voeren in een termijn niet meer dan éénmaal het woord over hetzelfde onderwerp of voorstel.

  • 4.

    Bij de bepaling hoeveel keer een commissielid over hetzelfde onderwerp of voorstel het woord heeft gevoerd, wordt niet meegerekend het spreken over een voorstel van orde.

Artikel 14. Deelname aan de beraadslaging door anderen

Een raadscommissie kan besluiten dat anderen mogen deelnemen aan de beraadslaging.

Artikel 15. Spreekrecht burgers

  • 1.

    Burgers kunnen in een vergadering het woord voeren over onderwerpen die geagendeerd zijn.

  • 2.

    Degene die van het spreekrecht gebruik wil maken, meldt dit uiterlijk 24 uur voor aanvang van de vergadering aan de commissiegriffier onder vermelding van zijn naam, adres en telefoonnummer en het onderwerp waarover hij het woord wenst te voeren.

  • 3.

    De commissievoorzitter geeft het woord op volgorde van aanmelding, tenzij afwijking van die volgorde in het belang is van de orde van de vergadering.

  • 4.

    De inspreker voert het woord, nadat de commissievoorzitter hem dit heeft verleend. De commissievoorzitter kan de deelnemers aan de vergadering toestaan aan insprekers een korte, verhelderende vraag te stellen. Er vindt geen discussie plaats tussen een inspreker en deelnemers van de vergadering.

  • 5.

    De commissievoorzitter of een commissielid doet een voorstel voor de behandeling van de inbreng van de inspreker.

Artikel 16. Handhaving orde en schorsing

  • 1.

    De commissievoorzitter handhaaft de orde in de vergadering.

  • 2.

    De commissievoorzitter kan de raadscommissie voorstellen aan een commissielid dat door zijn gedragingen de geregelde gang van zaken belemmert het verdere verblijf in de vergadering te ontzeggen. Over het voorstel wordt niet beraadslaagd. Na aanneming daarvan verlaat het commissielid de vergadering onmiddellijk. Zo nodig doet de commissievoorzitter hem verwijderen. Bij herhaling van zijn gedrag kan het commissielid bovendien voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering worden ontzegd.

  • 3.

    De commissievoorzitter kan ter handhaving van de orde de vergadering voor een door hem/haar te bepalen tijd schorsen en, als na de heropening de orde opnieuw wordt verstoord, de vergadering sluiten.

  • 4.

    De commissievoorzitter roept sprekers tot de orde als deze zich in beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen uitlaten, afwijken van het in behandeling zijnde onderwerp, andere sprekers herhaaldelijk interrumperen, dan wel anderszins de orde verstoren. Sprekers die hieraan geen gevolg geven kunnen door de commissievoorzitter het woord ontnomen worden over het aanhangige onderwerp.

Artikel 17. Voorstellen van orde

Commissieleden kunnen tijdens een vergadering mondeling een voorstel van orde betreffende de vergadering doen. De raadscommissie beslist hier terstond over.

Artikel 18. Verslag

De griffier draagt binnen 48 uur zorg voor een korte besluitenlijst met een samenvatting van het advies aan de raad en de gedane toezeggingen.

 

Paragraaf 3. Besloten vergaderingen

Artikel 19. Toepassing verordening op besloten vergaderingen

Op besloten vergaderingen is deze verordening van overeenkomstige toepassing voor zover dat niet strijdig is met het besloten karakter van de vergadering.

Artikel 20. Verslag besloten vergadering

  • 1.

    Conceptverslagen van besloten vergaderingen worden niet verspreid, maar uitsluitend voor de commissieleden ter inzage gelegd bij de commissiegriffier.

  • 2.

    Deze verslagen worden zo spoedig mogelijk in een besloten vergadering ter vaststelling aangeboden. Tijdens deze vergadering neemt de raadscommissie een besluit over het al dan niet openbaar maken van het verslag.

  • 3.

    De vastgestelde verslagen worden door de commissievoorzitter en de commissiegriffier ondertekend.

Artikel 21. Opheffing geheimhouding

Als de raad op grond van artikel 25, derde en vierde lid, van de wet voornemens is de geheimhouding op te heffen, wordt, als de raadscommissie die geheimhouding heeft opgelegd daarom verzoekt, daarover in een besloten vergadering met de raadscommissie overleg gevoerd.

 

Paragraaf 4. Toehoorders en pers

Artikel 22. Toehoorders en pers

  • 1.

    Toehoorders en vertegenwoordigers van de pers wonen openbare vergaderingen uitsluitend bij op de voor hen bestemde plaatsen.

  • 2.

    Het blijkgeven van tekenen van goed- of afkeuring of het op andere wijze verstoren van de orde is hen verboden.

  • 3.

    De commissievoorzitter is bevoegd, wanneer de orde in de vergadering op enigerlei wijze door toehoorders wordt verstoord, deze en zo nodig andere toehoorders te doen vertrekken.

  • 4.

    Hij is bevoegd toehoorders die bij herhaling de orde in de vergadering verstoren voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering te ontzeggen.

Artikel 23. Geluid- en beeldregistraties

Degenen die van een openbare vergadering geluid- of beeldregistraties willen maken, doen hiervan mededeling aan de commissievoorzitter en gedragen zich naar diens aanwijzingen.

Hoofdstuk 3. Slotbepalingen

Artikel 24. (vervalt)

 

Artikel 25. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 1 juni 2018.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening op de raadscommissies Waddinxveen 2018.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 23 mei 2018.

De voorzitter,

De griffier,

Naar boven