Wijzigingsverordening Verordening raadscommissie Ede

De raad van de gemeente Ede;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 24 april 2018 en van het presidium van 14 mei 2018, zaaknummer 90822;

gelet op artikel 82 van de Gemeentewet;

besluit:

 

Artikel I  

De Verordening raadscommissie Ede wordt als volgt gewijzigd:

 

A.

Artikel 5 komt te luiden:

 

Artikel 5. Zittingsduur

  • 1.

    De zittingsperiode van de commissieleden en voorzitters eindigt in ieder geval aan het einde van de zittingsperiode van de raad.

  • 2.

    Een raadslid verliest van rechtswege zijn commissielidmaatschap als het raadslidmaatschap eindigt.

  • 3.

    Een fractievolger verliest van rechtswege zijn commissielidmaatschap als de fractie die hem heeft voorgedragen niet langer is in de raad vertegenwoordigd is.

 

B.

Na artikel 5 wordt een artikel ingevoegd dat als volgt komt te luiden:

 

Artikel 5a. Schorsing en ontslag

  • 1.

    De schorsing van een raadslid leidt van rechtswege tot schorsing als commissielid.

  • 2.

    De burgemeester kan een fractievolger schorsen bij handelen in strijd met artikel 15, eerste lid, van de Gemeentewet. De schorsing duurt tot aan de eerstvolgende raadsvergadering.

  • 3.

    De raad kan een fractievolger ontslaan:

    • a.

      op voorstel van de fractie die het lid voor benoeming heeft voorgedragen;

    • b.

      bij het handelen in strijd met artikel 15, eerste lid, van de Gemeentewet;

    • c.

      indien hij naar oordeel van de raad heeft gehandeld in strijd met de Gedragscode integriteit van bestuurders van de gemeente Ede 2016.

  • 4.

    De raad ontslaat een fractievolger wanneer hij niet langer voldoet aan de vereisten voor het commissielidmaatschap of een met commissielidmaatschap onverenigbare betrekking vervult.

  • 5.

    De raad kan een voorzitter ontslaan.

  • 6.

    De leden en de voorzitters kunnen te allen tijde ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan de raad. Het ontslag gaat een maand na de schriftelijke mededeling in of zoveel eerder als hun opvolger is benoemd.

Artikel II  

Deze wijzigingsverordening treedt in werking op de dag na die van bekendmaking.

 

Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad d.d. 28 juni 2018, zaaknummer 90822,

De raad voornoemd,

dr. G.H. Hagelstein

de griffier,

A. Versteeg

de plv. voorzitter,

Toelichting

Het doel van deze wijziging is om de rechtspositie van fractievolgers rond ontslag en schorsing zoveel mogelijk op gelijke wijze te regelen als bij raadsleden. Aanleiding is de herziening van het protocol (mogelijke) integriteitsschendingen. Bij een vergelijking in de maatregelen die mogelijk zijn tegen raadsleden enerzijds en fractievolgers anderzijds blijkt dat er op basis van de huidige regeling wel wat verschillen zijn. Dit was een gevolg van het volgen van de tekst van de modelverordening van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten.

Geconstateerd werd dat fractievolgers die handelen in strijd met artikel 15, eerste lid, van de Gemeentewet van rechtswege ophouden lid te zijn van de raadscommissie Ede. Leden van de gemeenteraad die handelen in strijd met artikel 15, eerste lid, van de Gemeenteraad kunnen worden ontslagen of geschorst: de raad is niet verplicht hiertoe over te gaan. Het is wenselijk om de rechtspositie van raadsleden en fractievolgers hier gelijk te trekken. Zo kan de gemeenteraad per geval een beoordeling maken wat een passende maatregel is en wordt ook geborgd dat er rechtsbescherming openstaat tegen het verlies van de status van fractievolger.

Artikel I, onderdeel A (artikel 5 Verordening raadscommissie Ede)

In het nieuwe artikel 5 wordt alleen nog de zittingsduur geregeld voor commissieleden. De mogelijkheden voor ontslag en schorsing worden opgenomen in het nieuwe artikel 5a. Toegevoegd wordt dat het einde van het raadslidmaatschap van rechtswege leidt tot het einde van lidmaatschap van de raadscommissie Ede. Dit is vooral bedoeld om dit onderwerp meer expliciet te regelen: ook in de bestaande verordening staat al dat raadsleden in ieder geval deel uitmaken van de raadscommissie (wat al impliceerde dat het verlies van het raadslidmaatschap ook leidde tot verlies van het lidmaatschap van de raadscommissie).

Artikel I, onderdeel B (artikel 5a Verordening raadscommissie Ede)

In het nieuwe eerste lid is bepaald dat schorsing in de functie van raadslid van rechtswege leidt tot schorsing in de functie van raadscommissielid. De gemeenteraad (besluitvormende vergadering) en de raadscommissie (oordeelsvormende vergadering) zijn nauw met elkaar verweven. Het zou daarom niet wenselijk zijn dat een geschorst raadslid wel kan blijven optreden als lid van de raadscommissie. Schorsing van een raadslid is op grond van artikel X 8 van de Kieswet mogelijk, bij het handelen in strijd met artikel 15, eerste lid, van de Gemeentewet.

In het nieuwe tweede lid wordt toegevoegd dat de burgemeester een fractievolger kan schorsen bij handelen in strijd met artikel 15, eerste lid, van de Gemeentewet. De schorsing duurt tot aan de eerstvolgende raadsvergadering. In die vergadering bepaalt de raad of de fractievolger wordt ontslagen als commissielid. Dit sluit aan bij de regeling voor raadsleden op dit punt, op grond van artikel X 8, eerste lid, van de Kieswet. Vanwege de verantwoordelijkheid van de burgemeester voor de bestuurlijke integriteit op grond van artikel 170, tweede lid, van de Gemeentewet past het om deze bevoegdheid aan hem toe te kennen (in plaats van aan het college).

In het nieuwe derde lid is opgenomen dat de raad een fractievolger kan ontslaan bij het handelen in strijd met artikel 15, eerste lid, van de Gemeentewet. Deze toevoeging wordt gedaan om de rechtspositie van fractievolgers meer gelijk te stellen aan die van raadsleden. Zoals eerder opgemerkt: zo kan de gemeenteraad per geval een beoordeling maken wat een passende maatregel is en wordt ook geborgd dat er rechtsbescherming openstaat tegen het verlies van de status van fractievolger. Ongewijzigd is het onderdeel dat een fractievolger ook kan worden ontslagen op voorstel van de fractie die hem voor benoeming heeft voorgedragen. Verder wordt toegevoegd dat een fractievolger ook kan worden ontslagen als de raad heeft vastgesteld dat hij heeft gehandeld in strijd met de Gedragscode integriteit van bestuurders van de gemeente Ede 2016. Dit is volgens de Kieswet geen ontslaggrond voor raadsleden. Het wordt wel wenselijk geacht om fractievolgers te kunnen ontslaan bij het handelen in strijd met de Gedragscode.

In het nieuwe vierde lid wordt bepaald dat de raad een fractievolger ontslaat indien niet langer wordt voldaan aan de vereisten voor het commissielidmaatschap of wanneer een onverenigbare betrekking wordt vervuld. Voor de formulering van dit artikel is aangesloten bij artikel X 1 van de Kieswet. De vereisten voor het commissielidmaatschap staan in de artikel 10 en 11 van de Gemeentewet en de onverenigbare betrekkingen staan in artikel 13 van de Gemeentewet. Een verschil ten opzichte van de oude regeling is dat het handelen in strijd met de betreffende artikelen niet van rechtswege leidt tot ontslag, maar tot een gebonden ontslagbesluit van de gemeenteraad. Zo wordt gewaarborgd dat er rechtsbescherming mogelijk is tegen dit besluit.

Op dit punt is de regeling voor raadsleden en commissieleden niet volledig gelijk. Het besluit over verval van het raadslidmaatschap treedt pas in werking nadat het onherroepelijk is geworden: dit wil zeggen nadat de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State een oordeel heeft gegeven over de zaak of de beroepstermijn ongebruikt is verstreken. Voor het besluit over verval van raadslidmaatschap is in de bijlage bij de Algemene wet bestuursrecht namelijk bepaald dat er geen bezwaar mogelijk is, maar alleen direct beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De raad kan bij verordening niet dezelfde regeling treffen: tegen het besluit om een fractievolger zijn commissielidmaatschap te ontnemen staat daarom altijd bezwaar, beroep en hoger beroep open. Hierdoor kan het aanzienlijk langer duren voor er een onherroepelijk besluit is genomen. Er is daarom voor gekozen om het verval van het commissielidmaatschap wel onmiddellijk in werking te laten treden. Wel kan de betrokken fractievolger in deze situatie een oordeel vragen aan de voorzieningenrechter, die kan bepalen dat het commissie-lidmaatschap tijdelijk herleeft (in afwachting van de uitkomst van de juridische procedure).

Naar boven